(Standaard) Commissie voorbladen griffi - Provincie Noord

advertisement
Commissie voor
milieu, natuur en landschap
Datum commissievergadering: 31 mei 1999
DIS-stuknummer
Secretaris
Doorkiesnummer
Behandelend ambtenaar
Dienst/afdeling
Nummer commissiestuk
Status
Datum
Bijlagen
:
:
:
:
:
:
:
:
:
:
:
:
-mr. ing. M.L.P.J. van Bommel
073 6812115
A. Meerman
REW/BG
MNL-15-48
ter advisering
ter bespreking
ter kennisneming
ter vaststelling
2 april 1999
1
Onderwerp:
Verkoop gemeentebossen als gevolg van verrekening na gemeentelijke
herindeling
Voorstel aan commissie:
In de gevallen, waar gemeentebossen te koop komen ten gevolge van
verrekening na gemeentelijke herindeling, mag afgeweken worden van het
huidige provinciale beleid door 50% subsidie in de verwervingskosten te
verlenen bij aankoop door een natuurbeschermingsorganisatie.
Eventuele nadere opmerkingen:
Overeenkomstig het door Gedepteerde Staten
van Noord-Brabant genomen besluit,
namens deze,
mr. ing. M.L.P.J. van Bommel, secretaris
Commissie voor milieu, natuur en landschap
Bijlagen:
1. Notitie inzake verkoop gemeentebossen
CIE/317506992
Notitie ten behoeve van de commissie voor milieu, natuur en landschap inzake
inzake verkoop gemeentebossen als gevolg van verrekening na gemeentelijke
herindeling.
________________________________________________________________________________
Aanleiding:
Bij de gemeentelijke herindeling dienen gemeente-eigendommen, die van eigenaar
veranderen, verrekend te worden. De gemeenten regelen deze verrekeningen
onderling.
Er zijn ons enkele gevallen bekend waarbij gemeentebossen door herindeling naar
een andere gemeente zijn overgegaan en de nieuwe (gemeente)eigenaar hiervoor
moet betalen. Voor zover ons nu bekend zijn er drie gevallen waar de nieuwe
gemeentelijke eigenaar voornemens is de bossen te verkopen, om zodoende aan de
vereiste financiële verplichtingen te kunnen voldoen. Deze gemeenten hebben zich
tot Brabants Landschap, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer gewend met de vraag
of zij deze bossen tegen betaling willen overnemen. Aan dit verzoek kunnen
Brabants Landschap en Natuurmonumenten niet voldoen, omdat zij volgens het
huidige provinciale beleid inzake gemeentebossen in principe geen subsidie kan
krijgen.
Probleem:
Natuurbeschermingsorganisaties hebben in principe wel belangstelling voor deze
bossen. Het provinciale aankoopbeleid laat echter niet toe dat voor deze bossen
aankoopsubsidie wordt verleend.
Dit betekent dat de gemeenten naar andere kopers gaan (beleggers,
projectontwikkelaars) en of waarbij versnippering van het bosbezit niet
ondenkbaar is.
Het gaat om de volgende gevallen:
- Oirschot: 28.50 ha bos en natuurgebied, te betalen f 268.000, - + kosten; het
gebied is afkomstig van de gemeente Eersel (betreft invloedsfeer Brabants
Landschap).
- Oisterwijk: 30 ha Kerkeindse heide, f 456.500, -. + 3 jaar wettelijke rente
en kosten; bossen zijn afkomstig van Hilvarenbeek (betreft invloedsfeer
Brabants Landschap).
- Oisterwijk: 50 –60 ha , Logtsche Velden, f 450.000,- ; bossen zijn afkomstig
van Oirschot (betreft invloedsfeer Natuurmonumenten).
- Mierlo en Heeze: 100 ha bos (betreft invloedsfeer Staatsbosbeheer).
Aangezien de gemeentelijke herindeling een feit is, is niet te verwachten dat
zich meer gevallen zullen voordoen.
De vraag is of in de bovenvermelde gevallen van het provinciale beleid kan
worden afgeweken en op welke wijze.
Overweging:
Het provinciale beleid inzake aankoop van gemeentebossen is vastgelegd in de
nota “Gronden voor aankoop”.
P.S., Nr. 78/93. Gesteld is daarin dat voor gemeentebossen in principe geen
subsidie wordt verleend. De voorkeur gaat uit naar overdracht om niet of in
erfpacht geven. In bijzondere gevallen is er een mogelijkheid om hiervan af te
wijken, bijvoorbeeld omdat er een specifiek beheer nodig is, waar een gemeente
niet voor is toegerust. In het geval dat besloten wordt wel een subsidie te
geven zal de subsidie maximaal eenderde van de getaxeerde vrije marktwaarde
bedragen (toepassing van de formule van Venlo wegens vermindering van de
beheerslasten).
Het provinciale beleid gaat er vanuit dat gemeenten zorg dragen voor hun eigen
natuurgebieden. In principe wordt daar dus geen aankoopsubsidie voor gegeven. Op
deze wijze kan voorkomen worden dat gemeenten hun bossen verkopen en de
opbrengst aan andere dan natuurdoeleinden besteden.
In de boven vermelde gevallen gaat het niet om verkoop van gemeentebos in de zin
zoals bedoeld in de nota Gronden voor aankoop. Reden voor verkoop is de
verrekeningsplicht.
Bij besluit van Gedeputeerde Staten d.d. 6 december 1994 is het beleidskader
voor het financiële toezicht op gemeenten en gemeenschappelijke regelingen
vastgesteld, en in 1997 herzien.
Met name gemeenten die te maken krijgen met grenscorrecties, krijgen te maken
met verrekening als gevolg van de overgang van rechten en verplichtingen.
Alle rechten en verplichtingen van een gemeente, betrekking hebbend op van die
gemeente overgaand gebied, gaan over naar de gemeente waaraan dat gebied wordt
toegevoegd. De gemeentelijke rechten en verplichtingen worden onderscheiden naar
publiekrechtelijke eigendommen en privaatrechtelijke eigendommen.
Voor de bepaling van het te verrekenen bedrag is bepalend of het om
privaatrechtelijke danwel publiekrechtelijke eigendommen gaat. De basis voor de
verrekening is respectievelijk de taxatie (waarde in het economisch verkeer) en
de boekingswaarde. Bij tot nu toe elders in de provincie doorgevoerde
verrekeningen zijn bosgronden als privaatrechtelijke eigendommen beschouwd. Op
basis van een taxatierapport wordt het te verrekenen bedrag bepaald. Er is
echter een KB uit 1979, waarbij uitgesproken is dat in dat geval sprake was van
bossen met een zodanig karakter (in hoofdzaak een recreatieve bestemming) dat
gesproken kon worden van een publiekrechtelijke bezitting. Hierbij spelen mee
het karakter van het bos en het feit dat bos een speculatieve waarde bezit. De
bossen dus kunnen qua prijs verschillen, door verschil in taxatiebasis.
Op grond van de wet “Algemene regels herindeling” stellen GS het bedrag van de
verrekening vast. Het is de bedoeling dat gemeenten in onderling overleg tot
overeenstemming komen.
Wanneer gemeenten niet tot overeenstemming kunnen komen over de te verrekenen
waarde zullen in laatste instantie GS een uitspraak doen.
Duidelijk is dat het in de vier hierboven vermelde gevallen het niet gaat om
verkoop van gemeentebos met het oog op inkomsten verwerving. Het gaat om
verplichte betaling van bij herindeling/grenscorrecties verkregen bossen.
De redenering zoals in de nota Gronden voor aankoop is verwoord gaat hier niet
geheel op. De bos-ontvangende gemeente heeft uiteraard de taak voor het
onderhoud te zorgen. Het probleem is dat de totale opbrenst verrekend moet
worden met de gemeente die het bos afstaat. De bos-ontvangende gemeente die dit
wil verkopen krijgt dan extra lasten zonder de opbrengst van een verkoop. Voor
de geld-ontvangende gemeente zou toepassing van de ”formule van Reusel”, waarbij
een kwart van het provinciale subsidie gereserveerd wordt voor inzet ten behoeve
van gemeentelijke natuur, wenselijk zijn.
Van belang is dat de bossen als geheel voor natuurdoeleinden in gebruik
blijven, en niet versnipperd worden als gevolg van speculaties.
Omdat het om slechts drie gevallen gaat, waar een provinciaal subsidie bij
betrokken is, lijkt het in de rede te liggen in deze drie gevallen een
provinciaal subsidie toe te kennen op de gebruikelijke basis van 50% voor rijk
en provincie ieder. De kosten van de twee aankopen worden geraamd op f 300.000,f 550.000,- en f 450.000,- , totaal f 1.300.000, -. Voor provinciale rekening
komt dan ca. f 650.000,- ten laste van de post aankoop traditionele gebieden.
Tot nu toe past het rijk bij aankoop van gemeentebossen een korting toe van 30%.
Echter in de gevallen waar verrekening aan de orde is, voelt ook het rijk zich
genoodzaakt om de volledige taxatiewaarde te hanteren.
Voorstel:
In de gevallen waar gemeentebossen te koop komen ten gevolge van verrekening na
gemeentelijke herindeling, mag afgeweken worden van het huidige provinciale
beleid door 50% subsidie in de verwervingskosten te verlenen bij aankoop door
een natuurbeschermingsorganisatie.
Wij verzoeken uw commissie ons te adviseren over boven vermeld voorstel.
's-Hertogenbosch, 2 april 1999
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant.
Download