Bedrijfseconomie H2 Kostprijs en kosten Junior accountmanager Kosten indelen Directe kosten Kosten waarbij duidelijk is bij welk product of afdeling ze horen Indirecte kosten Kosten waarbij je geen rechtstreeks verband kunt leggen met de productgroep of afdeling waarvoor ze gemaakt zijn Constante kosten Kosten die niet afhankelijk zijn van je omzet of je productie Variabele kosten Kosten die afhankelijk zijn van je omzet of je productie 2 Opslagmethoden Opslagmethode Voor het bepalen van de kostprijs kun je de kosten uitdrukken in een percentage dat je legt boven op de inkoopprijs of grondstofprijs. 3 Soorten opslagmethoden Primitieve opslagmethode Alle indirecte kosten in één percentage over de som van de directe kosten gelegd. Verfijnde opslagmethode De opslag voor indirecte kosten is uitgesplitst in verschillende opslagen. Vaste opslagmethode Een vast percentage berekenen als opslag op de inkoop, voor de brutowinst. 4 Kostprijs Integrale kostencalculatie calculatiemethode waarbij je alle (constante en variabele) kosten meeneemt in de kostprijs Fabricage kostprijs som van de fabricagekosten per eenheid product Commerciële kostprijs som van de fabricagekostprijs en de verkoopkosten per eenheid product 5 Berekenen uurtarief Kosten op een rij zetten constante variabele kosten directe en indirecte kosten 6 Economische levensduur De kosten die een rol spelen bij de economische levensduur zijn: Afschrijvingskosten Rentekosten Complementaire kosten 7 Afschrijvingskosten Om de afschrijvingskosten te bepalen heb je deze gegevens nodig: de aanschafkosten de vermoedelijke levensduur de restwaarde 8 Afschrijvingsmethoden Soorten afschrijvingsmethode lineaire afschrijving afschrijven met een vast percentage van de boekwaarde 9 Leasen Er zijn twee vormen van leasen Operational leasing Leasevorm waarbij de leasemaatschappij, de verhuurder, het risico voor het verhuurde draagt. Financial leasing Leasevorm waarbij het bedrijf, de huurder, het risico draagt en daarbij ook de zorg voor het onderhoud, over het verhuurde. 10 Krediet Krediet Een lening waarbij je tijdelijk ‘rood’ mag staan. Dit kan ook een lopende bankrekening zijn. Leverancierskrediet Een leverancier betalen na levering. 11 Debiteurensaldo Debiteurensaldo Het bedrag dat je aan facturen hebt uitstaan bij je afnemers. Bereken je inclusief btw. 12