De Bijbel en homoseks 3

advertisement
Deze dag wordt u aangeboden door
Christenen voor de Waarheid en
Different.
Deel 3
En de wetenschap dan?
Door: Dr. Peet Botha
Vertaald uit de engelse tekst
door Peter Roos
Deel 3
Door: Dr. Peet Botha
En de
wetenschap
dan?
Wetenschap & Homoseksualiteit
Onderzoek naar de ethiek van
seksuele oriëntatie
De argumenten ten gunste van
homoseksualiteit
•
•
•
•
•
Homo’s en lesbiennes zijn zo geboren en niet zo geworden.
Er is een deterministisch homo gen.
Het is iets biologisch en komt niet door de omgeving
God heeft me zo gemaakt
De wetenschap heeft bewezen dat het genetisch bepaald
is.
• Het zit in mijn genen
• Homo’s en lesbiennes kunnen hun seksuele geaardheid
niet veranderen.
Dr Peet H Botha
4
?
“Oriëntatie of gedrag?”
Dr Peet H Botha
5
?
“Zo geboren?”
Dr Peet H Botha
6
De wetenschappelijke studie over wat
homoseksualiteit veroorzaakt, is een
speciaal gebied waar wetenschappelijke
objectiviteit weinig kans maakt op
overleven.
Bancroft 1994
Er wordt betoogd dat wetenschappelijk
onderzoek naar de oorzaken van
homoseksualiteit onethisch zou zijn en
niet zou behoren plaats te vinden.
Schuklenk & Ristow 2002
Christian Medical Fellowship 2003
Dr Peet H Botha
7
Seksuele oriëntaties
•
•
•
•
•
•
•
•
Seksuele oriëntatie of geaardheid sluit één of meer van het
volgende in:
Een heteroseksueel voelt zich aangetrokken tot de leden van het
tegenovergestelde geslacht.
Een homoseksueel voelt zich aangetrokken tot de leden van zijn
eigen geslacht.
Een biseksueel voelt zich aangetrokken tot beide, mannen en
vrouwen
Een pedofiel voelt zich aangetrokken tot kinderen voor de pubertijd.
Een ephebofiel voelt zich aangetrokken tot jonge mensen ongeveer
tijdens de pubertijd.
Een hebefiel voelt aangetrokken tot jonge puberjongens, zo 14-17
jaar oud.
Een necrofiel voelt aangetrokken tot dode lichamen
Een zoofiel is iemand, meestal een man, die betrokken is met
bestialiteit oftewel zoofiliteit, die seksueel actief is- of fantasie heeft
met dieren.
Dr Peet H Botha
8
Aangaande seksuele oriëntaties
- Een studie onder bijna 35.000 jongeren
heeft laten zien dat seksuele oriëntatie
nog niet op jonge leeftijd vaststaat.
Ramafedi et al. Pediatrics 89(4),1992: 714-721.
Christian Medical Fellowship 2003
Dr Peet H Botha
9
- “...in het geval van wederzijdse
toestemming en wederzijdse seksuele
aantrekkingskracht, lijkt seksuele
activiteit op zichzelf (tussen mannen en
jongens), geen schade te veroorzaken.
Het is te hopen dat dit bezorgde ouders
gerust zal stellen en hen zal helpen om
niet onnodig boos en bang te zijn.”
-
Dr. Preben Hertoft, bijzonder sexologist te Kopenhagen, “introduction”,
Misdaad zonder slachtoffers, Amsterdam: Global Academic Publishers, 1993
Dr Peet H Botha
10
• “Wanneer ik een geval zou tegenkomen
van een jongen van tien of elf jaar die
zich erotisch sterk aangetrokken zou
voelen tot een man die in zijn twintigerof dertiger jaren is, zou ik dit -als die
verhouding totaal wederzijds zou zijn
en de binding oprecht en absoluut
wederzijds- niet ziekelijk durven
noemen.”
(John Money, emeritus professor van Medische Psychologie, Johns Hopkins
Universiteit, tijdens een interview in Paidika, Spring, 1991.)
Dr Peet H Botha
11
Journal of Homosexuality
Volume 20, 1/2, 1990
• Op het theoretische vlak is pedofilie
een exclusieve seksuele oriëntatie
geworden.
Theo Sandfort, PhD University of Utrecht
Edward Brongersma, JD Brongersma Foundation
Alex van Naerssen, PhD University of Utrecht
Dr Peet H Botha
12
Is iemand “zo geboren”?
?
Dr Peet H Botha
13
International Human Genome Consortium
• Op 14 april 2003, liet het Human Genome
Consortium weten dat zij het menselijke
Genenproject met succes had afgerond. Twee
jaar eerder dan gepland.
• Het krantenbericht luidde: “De menselijke genen
zijn compleet, en het Menselijk Genen Project is
voorbij” (zie “Human Genome Report....,” 2003)
• Het enige stukje informatie dat men tijdens
het onderzoek van de menselijke genen nooit
heeft kunnen vinden was het identificeren
van het zogenaamde “homo-gen.”
Dr Peet H Botha
14
- Byne, een psychiater die gepromoveerd is in
de biologie, en Persons (1993) hebben alle
belangrijke biologische studies over
homoseksualiteit zorgvuldig geanalyseerd.
Zij kwamen niets bruikbaars tegen wat een
biologische theorie voor een eventuele
oorzaak zou kunnen ondersteunen.
-
W. Byne and B. Parsons, "Human Sexual Orientation: The
Biologic Theories Reappraised." Archives of General
Psychiatry 50, no.3.)
Dr Peet H Botha
15
- “Zoals alle complexe behavioural en mentale situaties,
is homoseksualiteit noch echt biologisch, noch
uitsluitend psychologisch, maar het resultaat van een
moeilijk vast te stellen samenstelling van kwantitatieve
genetische factoren, invloeden binnen de baarmoeder
... en omgevingfactoren (zoals ouders, kindheid en
cultureel gedrag), en een complexe reeks van
herhaaldelijk versterkte keuzes die zich voordoen op
kritieke momenten in de ontwikkeling.”
-
J. Satinover, M.D., Homosexuality and the Politics of Truth (1996).
Grand Rapids, MI: Baker Books.
Dr Peet H Botha
16
- Toen de onderzoeker van het “homo-gen” Hamer
werd gevraagd of homoseksualiteit alleen geworteld
was in de biologie, antwoordde hij, “Absoluut niet. Uit
onderzoek naar tweelingen weten wij dat de helft of
meer van de variaties in seksuele oriëntatie niet
erfelijk is. Ons onderzoek probeert de genetische
factoren vast te stellen... en niet om de psychosociale
factoren te ontkennen.”
-
"Gay Genes, Revisited: Doubts arise over research on the
biology of homosexuality," Scientific American, November
1995, P. 26.
Dr Peet H Botha
17
BBC Nieuws
Vrijdag 23 april 1999
• Er is geen bewijs dat er een “homo gen” bestaat, zo
beweert een onderzoek.“Omdat ons onderzoek groter
was dan het originele (het onderzoek van Hamer),
hadden wij beslist voldoende mogelijkheden om een
sterke genetische invloed te ontdekken, zoals
beweerd werd in het (oorspronkelijke) onderzoek,” liet
het team van de Universiteit van West Ontario in het
tijdschrift, Science, weten. “Desalniettemin
ondersteunt onze data de theorie niet dat er een gen
zou bestaan dat een grote invloed uit zou kunnen
oefenen op seksuele oriëntatie...”
Dr Peet H Botha
18
- Ondanks recente neurobiologisch bevindingen
die suggereren dat homoseksualiteit genetischbiologisch bepaald zou zijn, ontbreken
geloofwaardige bewijzen voor een biologisch
model van homoseksualiteit.
" --R. Friedman, M.D. and J. Downey, M.D., Journal of
Neuropsychiatry, vol. 5, No. 2, Spring l993.
Dr Peet H Botha
19
- “Feitelijk al het bewijs spreekt tegen de theorie
dat er een bepalende fysiologische
oorzaakfactor zou bestaan, en ik weet van geen
onderzoeker die gelooft dat er dergelijke
bepalende factor zou bestaan.... such factors
play a predisposing, not a determinative role
Ik weet dat er in dit onderzoeksveld niemand is
die beweert dat homoseksualiteit verklaard kan
worden zonder te verwijzen naar
omgevingsfactoren.”
S. Goldberg (1994) When Wish Replaces Thought: Why So
Much of What You Believe is False. Buffalo, New York:
Prometheus Books.
Dr Peet H Botha
20
• De wisselwerking tussen de genen en de
omgevingsfactoren is veel gecompliceerder dan de
eenvoudige “geweld genen” of “intelligentie genen” die
zo graag door de pers worden genoemd. Trouwens,
de hernieuwde waardering voor omgevingsfactoren
van buitenaf hebben tot gevolg dat er een
toenemend geloof is in genetische gevolgen op het
gedrag. Dezelfde inlichting laat gevolgen zien van
genen die gericht zijn op de grote invloed van nietgenetische factoren.
C. Mann, "Genes and behavior," Science 264:1687
(1994), pp. 1686-1689.
Dr Peet H Botha
21
- Er is geen bewijsmateriaal wat aantoont dat
homoseksualiteit genetisch is – en geen van de
onderzoeken beweren dat dit er zou zijn. Alleen de
media en zekere onderzoekers beweren zoiets, maar
dan alleen wanneer zij via de publiciteit tot het publiek
spreken.
Jeffrey Satinover, M.D., The Journal of Human Sexuality,
1996, p.8.
Dr Peet H Botha
22
De Vereniging van Amerikaanse
Psychologen
• Deze zegt: “Verschillende theorieën hebben
zekere bronnen aangewezen voor seksuele
geaardheid... Echter, vele wetenschappers zijn
van mening dat seksuele geaardheid of
oriëntatie bij de meeste mensen gevormd wordt
op vroege leeftijd door een ingewikkelde
samenwerking tussen biologische,
psychologische en sociale factoren.”"
From "Answers to Your Questions About Sexual
Orientation
Dr Peet H Botha
23
and Homosexuality"
P-FLAG
("Ouders en vrienden van lesbiennes en Homo’s ")
• “Tot op heden heeft geen onderzoeker beweerd dat
seksuele geaardheid door de genen wordt bepaald.
• Op zijn best geloven onderzoekers dat er een
genetisch component zou kunnen bestaan. Geen
enkel menselijk gedrag, laat staan seksueel gedrag,
kan tot op heden gekoppeld worden aan genetische
kenmerken... seksualiteit, zoals ieder ander gedrag,
wordt ongetwijfeld beïnvloed door beide biologische
en sociale factoren.”
Dr Peet H Botha
24
Balaban, een neurobioloog bij het neurowetenschappelijk instituut te San Diego, merkte
op:
• Het onderzoek voor de biologische onderbouwing van
complexe menselijke karaktertrekken heeft het
moeilijk de laatste tijd. In de afgelopen jaren hebben
onderzoekers en de media “ontdekkingen”
afgekondigd over genen die verbonden zijn met
alcoholisme en mentale ziekten, en ook met
homoseksualiteit. Geen van de beweringen konden
worden bewezen. (zoals aangehaald door Horgan,
1995)
Dr Peet H Botha
25
Wetenschappelijke onderzoeken
Dr Peet H Botha
26
De X-Chromosoom
De X-Chromosoom
Dr Peet H Botha
De Y Chromosoom
27
Menselijke X en Y Chromosomen
• De X chromosoom bevat 153 miljoen
fundamentele paren en herbergt een totaal
van 1168 genen. (zie NCBI, 2004)
• De Y chromosoom, die veel kleiner is,
bevat “slechts” 50 miljoen basisparen en
draagt naar schatting slechts 251 genen.
Dr Peet H Botha
28
Dean Hamer
• Dean Hamer en zijn collega’s werken bij het Nationale
Kanker Instituut te Washington DC (1993)
• Hij ontdekte dat homoseksuele broers een veel
grotere kans maken om dezelfde genetische
erfelijkheid volgorde overerfd te krijgen waar het gaat
om het gebied van de X-chromosoom, die
geindentificeerd wordt door het Xq28 gen, dan
heteroseksuele broers van dezelfde homoseksuele
mannen.
• Hamer probeerde een soortgelijke gen bij vrouwelijke
homoseksuelen te bepalen, maar hij had daarbij geen
succes..
Dr Peet H Botha
29
Opmerking
- “Hamer en zijn collega’s speculeerden: het
verband met de markers op het gen Xq28,
het subtelomeric gebied van de lange strook
van de seks-chromosoom een meervoudige
“lod-score” heeft van 4.0, aldus een
statistische bewijsgrond van meer dan 99
procent dat er ten minste één subtype van
mannelijke seksuele orientatie genetisch
beïnvloed wordt. (261:321)”.
Dr Peet H Botha
30
• Maar!
• Onderwijsinstellingen zoals Baylor Universiteit, de Max
Planck Instituut, de Sanger Instituut, Washington
Universiteit van St. Louis, en anderen hebben ontelbare uren
en miljoenen dollars uitgegeven aan onderzoek om deze
unieke chromosomen op te kunnen sporen. Toen de data
binnen begon te komen, stelde dit wetenschappers in staat om
tekeningen van de genen te maken, door bekende volgorden te
gebruiken van het Human Genome Project. Maar.. noch de
tekening voor de X noch voor de Y chromosomen bevatten
enig “homo-gen.”
A Scientific Examination of Homosexuality
and the “Gay Gene”. Brad Harrub, Ph.D. and Bert Thompson, Ph.D. and Dave
Miller, Ph.D.
© 2003
Dr Peet H Botha
31
• Maar!
• George Rice en zijn Canadese collega’s hebben
intensief naar het Xq28 gen gekeken. Zij hebben
toen opgemerkt: “Het delen van de alleel en
halotype voor deze aanduidingen waren niet meer
toegenomen dan verwacht. Deze resultaten bieden
geen steun aan een X-gekoppeld gen die wijst op
een onderliggende mannelijke homoseksualiteit.”
(1999, 284:665). Onze informatie biedt geen steun
aan de aanwezigheid van een gen van enige
importantie die seksuele oriëntatie op positie Xq28
beïnvloedt.” (284:667).
Dr Peet H Botha
32
• Maar!
• Ingrid Wickelgren merkt op: “...het team van
Ontario vond dat homobroers geen grote kans
hadden om hetzelfde Xq28 gen te delen, als zou
kunnen verwacht in pure kansberekening...Ebers
interpreteert, dat al deze resultaten betekenen dat
de X verbinding niet bestaat maar op sterven na
dood is.” (1999, 284:571, emp. Added).
• In commentaar op de waarde van Hamers
onderzoek, haalt Wickelgren George Rice aan:
“Kort samengevat, zegt Rice, suggereren de
resultaten dat als er al een verbinding is, die dan
zo zwak is dat het niet van belang is.” (1999).
Dr Peet H Botha
33
Het commentaar van Hamer zelf!!
• “Wij wisten dat genen slechts een gedeelte van het antwoord
waren. Wij veronderstelden dat de omgevingfactoren ook een
rol in de seksuele geaardheid zou spelen, zoals het een rol
speelt in de meeste, zo niet alle gedragingen...”
Homoseksualiteit is niet puur genetisch…
omgevingsfactoren spelen een rol.
• “Er is geen enkel hoofd-gen die mensen homo zou
maken... Ik denk niet dat wij ooit kunnen voorspellen wie wel of
geen homo zal worden.”
• “Het stambook produceert niet wat wij oorspronkelijk hadden
gehoopt om te vinden: een eenvoudige erfafstamming zoals bij
Mendel. In werkelijkheid hebben wij nooit één enkele familie
gevonden waar homoseksualiteit zich had verspreid in een
duidelijk patroon wat Mendel had gezien in zijn
erwtenplantjes.”
Dr Peet H Botha
34
Onderzoek op tweelingen
• Tweelingbroers in het bad.
Dr Peet H Botha
35
Identieke tweelingen
• MZ Tweelingen
Dr Peet H Botha
36
Bailey and Pillard
• Bailey en Pillard (1991) maakten een studie van tweelingen en
daaruit bleek dat een 52% harmonie van homoseksualiteit
vastgesteld kon worden in identieke (MZ) tweelingen en 22%
voor twee-eiige (DZ) tweelingen, en 11% voor geadopteerde
broers van homoseksuele mannen.
• Zij vonden dat 52% van identieke (MZ) tweelingen beide ´selfidentified´ homoseksuele waren, 22% van twee-eiige (DZ)
tweelingen waren zo, en slechts 5% van niet verwante
geadopteerde broers waren zo.
• De meest verbazingwekkende waarneming is
echter dat overduidelijk niet 100% van de
identieke tweelingen homoseksualiteit hadden
“geërfd”. Zou er in werkelijkheid een “homogen” geweest zijn, dan zouden alle identieke
tweelingen aangegeven moeten hebben dat zij
een homoseksuele orientatie hebben.
Dr Peet H Botha
37
Commentaar
• In het wetenschappelijke tijdschrift “Science” hebben Neil
Risch en zijn collega’s opgemerkt: “De biologische broers en
geadopteerde broers toonden ongeveer dezelfde telling. Deze
laatstgenoemde waarneming geeft aan dat er geen genetische
elementen zijn, maar wel omgevingsfactoren die het gezin
deelt.”
• In hun commentaar op het onderzoek van Bailey en Pillard,
schreven onderzoekers Billings en Beckwith: “Terwijl de
auteur hun bevindingen uitlegden als bewijs voor een
genetische basis bij homoseksualiteit, denken wij dat de data
juist een sterke aanwijzing is voor de invloed van de omgeving.
(1993, p 60).
Dr Peet H Botha
38
Maar!!
- Een meer recent gepubliceerde studie bij
tweelingen slaagde er niet in om een
soortgelijke concordance rates te vinden.
King & McDonald bestudeerden 46
homoseksuele mannen en vrouwen die
tweeling waren.
Dr Peet H Botha
39
Hersen studies
• Homoseksuele hersenen?
Dr Peet H Botha
40
Swaab & Allen
• Swaab voerde in 1990 opmerkelijke
experimenten uit. In de hersenen van
homoseksuelen die waren onderzocht, vond
hij dat een klein gedeelte van de
hypothalamus, officieel genaamd de
suprachiasmatic nucleus (SCN), twee keer
zo groot was als die bij een heteroseksueel
persoon. Laura S. Allen vond dat het
anterior commissure (AC) van de
hypothalamus ook aanmerkelijk groter was
bij
homoseksuelen
als bij heterosekseuelen.
Dr Peet
H Botha
41
Simon LeVay
• Simon LeVay leidde een ander experiment
dat zich richtte op de hypothalamus van de
menselijke hersenen in 1991.
• LeVay ontdekte dat binnen de
hypothalamus, de derde interstitiale
zenuwknoop van de voorafgaande
hypothalamus (INAH3) twee of drie keer
kleiner was bij homoseksuele mannen dan
bij heteroseksuele mannen.
Dr Peet H Botha
42
Commentaar
• William Byne merkt op dat LeVay zijn werk niet is herhaald
en dat menselijke neuro-anatomische studies van deze aard
een slechte naam hebben omdat ze moeilijk zijn te
reproduceren. In werkelijkheid hebben werkwijzen die door
LeVay zijn gevolgd om nuclei (kernen) te identificeren, eerdere
onderzoekers al op een dwaalspoor gebracht. (1994,
270[5]:53).
• LeVay deed een interessante waarneming over de nadruk die
wordt gelegd op de biologie van homoseksualiteit. Hij merkte
op dat, “...mensen die denken dat homo’s en lesbiennes zo
geboren worden, meer geneigd zijn om gelijke homorechten te
ondersteunen.”
Dr Peet H Botha
43
LeVay heeft toegegeven:
• “Het is belangrijk om te benadrukken wat ik niet
gevonden heb. Ik heb niet kunnen bewijzen dat
homoseksualiteit genetisch is, of enige genetische
rede kunnen vinden om homo te moeten zijn. Ik
heb niet kunnen aantonen dat homo-mannen zo
geboren worden en dat is de meest algemene fout
die mensen maken als zij mijn werk interpreteren.
Ook heb ik geen homo-centrum in de hersenen
kunnen vinden.
• Omdat ik hersenen van volwassenen onderzoek,
weten wij niet of de verschillen die ik vond er
tijdens de geboorte ook al waren of dat dit later is
gekomen.”
Dr Peet H Botha
44
Opmerkingen van Hubbard & Wald
• Hoewel gemiddeld genomen dat omvang van een
hypothalamic nucleus (kern) die LeVay belangrijk
vond, inderdaad kleiner was bij mannen die hij als
homoseksueel identificeerde, toont de data die hij
gepubliceerd heeft dat de variatie in grootte van de
individuele monsters feitelijk hetzelfde waren als bij de
heteroseksuele mannen. Dit betekent, hoewel de
groepen als groep enig verschil toonde, dat er nog op
geen enkele manier iets verteld kon worden over
de seksuele geaardheid van het individu, door te
kijken naar zijn hypothalamus. (1997, pp. 95-96).
Dr Peet H Botha
45
Hormonen
Dr Peet H Botha
46
• “...in de meerderheid met interseksuele patiënten, (lichaam
met vrouwelijke en mannelijke kenmerken) met bekende
hormonale afwijkingen, volgt de seksuele geaardheid het
geslacht van de opvoeding. Gevolgelijk moeten wij
veronderstellen dat hormonale omstandigheden voor de
geboorte op zichzelf geen beslissende invloed hebben op
het bepalen van de seksuele geaardheid.”
• “De beschikbare inlichting... doet vermoeden dat seksuele
geaardheid gebaseerd is op wat er in de omgeving is
geleerd, eerder dan door hormonen.”
[A.A. Ehrhardt, H.F.L. Meyer-Bahlburg (1981) "Effects of Prenatal
Hormones on Gender-Related Behavior," Science, p. 1316]
Dr Peet H Botha
47
John Money zegt:
• “Met verwijzing naar de geaardheid als
homoseksueel of biseksueel, bestaan er geen
bewijzen dat bij mensen de hormonen van voor
de geboorte – terwijl aan de opvoeding na de
geboorte volledig voorbij wordt gegaan onuitwisbaar de ene of de andere oriëntatie
bepalen…..
[J. Money (1987), "Sin, Sickness or Status? Homosexual Gender Identity
and Psychoneuro-endocrinology," American Psychologist, 42, No. 4
(April), p. 398]
Dr Peet H Botha
48
John Money zegt:
• “…Veeleer bepalen de familierelaties van de
pasgeborene een homosexuele of biseksuele
orientatie, er vanuitgaande dat de determinanten in de
sociale en communicatieve geschiedenis (van die
persoon) daar ook aan meewerken.
•
[J. Money (1987), "Sin, Sickness or Status? Homosexual Gender Identity and
Psychoneuro-endocrinology," American Psychologist, 42, No. 4 (April), p. 398]
Dr Peet H Botha
49
De huidige situatie
Dr Peet H Botha
50
Wat de deskundigen zeggen!
- Dr.William Byne en Dr. Bruce Parsons van de psychiatrische
faculteit van de Universiteit van Columbia College voor artsen
en geneesheren zeggen: “Recente onderzoeken
veronderstellen dat biologische factoren de belangrijkste
grondslag zijn voor seksuele geaardheid. Er zijn op dit moment
echter geen bewijzen om de vorming van een biologische
theorie te bewijzen... Een kritische terugblik laat zien dat er
gebrek is aan bewijzen voor een biologische theorie.”
[W. Byne M.D., Ph.D., B. Parsons, M.D., Ph.D. (1993), Human
Sexual Orientation: The Biologic Theories Reappraised,
Archives of General Psychiatry, p. 228]
Dr Peet H Botha
51
- Dr Judd Marmor berichtte over het werk van Richard
Green die: “...in een lange serie onderzoeken naar
jongens die tijdens hun kinderdagen vrouwelijk gedrag
vertoonden, heeft uitgewezen dat ondanks dat de helft
van deze jongens homoseksueel worden, een
aanzienlijke minderheid van deze jongens het niet
wordt. Dit laat zien dat gender-discordant kinderen
(die zich niet gedragen volgens hun geslacht) niet
homoseksueel geboren worden, maar eerder dat zij
zijn geboren met zekere gedragsneigingen en dat her
daarna de gegeven bepaalde omgevingsfactoren zijn,
die hen tot homoseksueel gedrag zouden kunnen
brengen.
- [J. Marmor, "Homosexuality: Nature versus
Nurture," The Harvard Mental Health Letter,
October 1985, p. 6]
Dr Peet H Botha
52
John DeCecco
• Redacteur van “Journal of Homosexuality” en hoogleraar
psychologie te San Francisco State University zegt: “Het idee
dat mensen geboren worden in één type seksueel gedrag is
dwaasheid.” ... De verschuiving naar wat je noemt “biologische”
homoseksualiteit, zegt hij, is niet het resultaat van een
wetenschappelijke vaststelling, maar een politieke consensus,
van diegenen die iemand graag als ‘homo’ of ‘hetero’
bestempelen.”
• “Homoseksualiteit,” zegt hij, “is een ‘gedrag’, geen ‘situatie’ en
het is iets wat mensen ook kunnen veranderen, zoals bij
iemand zijn smaak of andere persoonlijke karaktertrekken soms
veranderen.”
[K. Painter, (March 1, 1989), A Biologic Theory for Sexual Preference, USA Today p. 4D]
Dr Peet H Botha
53
• “Wanneer men omgaat met problemen van
seksuele voorkeur, is het van wezenlijk belang
dat alle gezondheidswerkers in gedachten
houden dat homoseksuele mannen of vrouwen,
in de basis man of vrouw door genetische
bestemming zijn, en homoseksueel
georienteerd zijn door aangeleerde voorkeur.”
[W.H. Masters, V.E. Johnson (1979) Homosexuality in Perspective, Little,
Brown and Company: Boston]
Dr Peet H Botha
54
Kronemeyer heeft gezegd:
“Van mijn 25 jaren ervaring als geneeskundige
psycholoog, geloof ik zeker dat
homoseksualiteit een aangeleerde reactie is
op vroegere pijnlijke ervaringen en dat het
kan worden afgeleerd. Voor homoseksuelen
die niet blij zijn met hun leven en doeltreffende
therapie vinden, is het ‘te genezen’.”
[R. Kronemeyer (1980) Overcoming Homosexuality, p. 7, Macmillan Publishing:
New York]
Dr Peet H Botha
55
Dr. Ruth Hubbard
• Emeritus professor biologie in Harvard stelt:
“Seksuele aantrekkingskracht is afhankelijk van
persoonlijke ervaring en culturele waarden. Dat
verlangen is te ingewikkeld, te veelzijdig en te
interessant is om het tot iets genetisch te
reduceren.”
Dr Peet H Botha
56
Veranderbaarheid van
homoseksuelen –
Bewijzen tegen
genetica
Dr Peet H Botha
57
Statistiek
• 20.000 mensen onderzocht (Welcome Trust – Britain, 1994)
• 90.3% van homo-mannen hadden ook een
vrouwelijke seksuele partner.
• 95.8% van homo-vrouwen hadden ook een
mannelijke partner.
• 0.6% mannen waren uitsluitend homoseksueel.
• 0.14% vrouwen waren uitsluitend homoseksueel.
Conclusie:
• Uitsluitend homoseksueel gedrag is zeldzaam.
• Biseksueel gedrag onder homoseksuelen is goed
onderbouwd.
Dr Peet H Botha
58
Masters & Johnson(1979)
• Vijf jaar na behandeling van 65 exclusieve
homo-mannen en vrouwen:
• 65% heeft zijn seksuele geaardheid
kunnen veranderen na
gedragsbehandeling.
Homoseksuelen veranderen hun oriëntatie
voortdurend.
Dr Peet H Botha
59
Uitslag van de studie
Auteur
Behandelden
Veranderd
Welslagen %
Ellis
28
18
64
Freeman et al
11
9
82
Hadfield
9
7
77
Hatterer
143
67
47
Masters & Johnson 67
48
72
Mayerson & Lief
19
11
58
Socarides
45
20
44
Ross & Mendelsohn
15
11
73
Mintz
10
6
60
Monroe & Enelow
7
4
57
Dr Peet H Botha
60
Parameter – Homoseksueel versus Heteroseksueel
Parameter
Homoseksueel
Heteroseksueel
Ratio-Ho:He
Tot % van de
mannelijk
bevolking
2.8%
97.2%
1:35
Tot % van de
vrouwelijke
bevolking
1.4%
98.6%
1:70
Gem. aantal
partners per leven
50
4
12:1
Monogaam
huwelijk
<2%
83%
41:1
Gem. aantal
partners de laatste
12 maanden
8
1.2
7:1
Anale seks de
laatste 12
maanden
65% mannen
9.5% vrouwen
13:1
Dr Peet H Botha
61
- De Nationale Vereniging voor Onderzoek en Therapie
van Homoseksuelen (NARTH) heeft resultaten
vrijgegeven van een tweejarige studie. Zij beweren:
Voor de behandeling dacht 68% van de
ondervraagden van zichzelf dat zij compleet of
vrijwel geheel homoseksueel waren, met nog een
22% die zei dat ze meer homoseksueel dan
heteroseksueel waren. Na behandeling, vond
slechts 13% nog dat zij compleet of bijna geheel
homoseksueel waren, terwijl 33% zichzelf beschreef
als exclusief of bijna helemaal heteroseksueel.
Nicolosi, 2000, 86:1071.
Dr Peet H Botha
62
- Het onderzoek vermeldde ook: Ondanks dat
83% van de ondervraagden aangaf dat zij de
behandeling in beginsel graag wilden wegens
homoseksualiteit, vond 99% van hen die
deelnamen aan de enquête dat zij nu geloofden
dat een behandeling om homoseksualiteit te
veranderen doeltreffend en waardevol was.
Nicolosi, 2000, 86:1071.
Dr Peet H Botha
63
Dr. Robert Spitzer
Vooraanstaand Psychiater en onderzoeker aan de Universiteit van
Columbia.
• Dr. Spitzer was de architect van het besluit in 1973 om
homoseksualiteit te verwijderen uit de medische diagnose
handleiding. Hij was een psychiater die homoseksueel
gedrag bevestigde, en al heel lang een supporter van homo
rechten.
• “Ik ben door de mensen die ik heb bevraagd, overtuigd, dat
velen van hen een aanzienlijke verandering hebben
gemaakt richting het worden van heteroseksueel ... Ik denk
dat dit belangrijk is om te weten... Voor het onderzoek was
ik sceptisch, maar nu weet ik dat deze veranderingen
mogelijk zijn.”
Dr Peet H Botha
64
• Robert Spitzer leidde een onderzoek
van 200 zelfgekozen individuen (143
mannen en 57 vrouwen) in een poging
om te zien of de deelnemers hun
seksuele geaardheid konden
veranderen van homoseksueel naar
heteroseksueel. (2003, 32:403-417).
Dr Peet H Botha
65
• Spitzer nam waar: De meerderheid van de deelnemers
zeiden veranderd te zijn van een overheersende of
uitsluitend homoseksuele geaardheid voor de behandeling
en in het afgelopen jaar naar een overheersende of
uitsluitend heteroseksuele geaardheid. (p. 403).
• In een samenvatting over zijn bevindingen verklaart
Spitzer: “Daarom is er bewijsmateriaal dat verandering zich
voordoet in seksuele geaardheid na het volgen van een
vorm van ´reparatie therapie´, in sommige homo mannen
en lesbische vrouwen.” Dus trok hij de conclusie: “Het
onderzoek voorziet in bewijsmateriaal dat sommige homo
mannen en lesbische vrouwen in staat zijn om de
kerneigenschappen van hun seksuele geaardheid te
veranderen” (p.415).
Dr Peet H Botha
66
Dr. Reuben Fine
•
Directeur van het Centrum voor Psychoanalytische Training te New York:
• “Het is een paradox. Terwijl de politiek
actieve homoseksuele groepen de
mogelijkheid tot veranderen zelfs
ontkennen, laten alle onderzoeken van
Schrenk-Notzing en daarna, positieve
resultaten zien: vrijwel ongeacht de soort
therapie die werd gebruikt... Als de
homoseksuele patiënt gemotiveerd zou zijn,
ongeacht de procedure of behandeling die
wordt toegepast, zou een groot percentage
Dr Peet H Botha
67
zijn homoseksualiteit opgeven.”
Ervaren psychologen en psychiaters als Masters
& Johnson, Charles Socarides, Joseph
Nicolosi, Benjamin Kaufman, Elizabeth
Moberly, Jeffrey Satinover, en Gerhard van
den Aardweg, hebben veel succes gehad in
het veranderen van homoseksuelen naar
heteroseksuelen.
Dr Peet H Botha
68
• “De werkelijke vijand van een homoseksueel
is... zijn onkunde over de mogelijkheid om
geholpen te kunnen worden, plus zijn
psychologische masochisme (waarbij seksuele
bevrediging alleen gepaard kan gaan met
emotionele gevoelens van pijn en vernedering,
PB) die veroorzaken dat hij geen behandeling
wil hebben.”
Edmund Bergler (1962) Homosexuality: Disease or Way of Life?, p. 67,
Collier: New York
Dr Peet H Botha
69
“De grote uitdaging in de behandeling van
homoseksualiteit, gezien vanuit het oogpunt en
de tegenzin van de patiënt, komt
vanzelfsprekend door het misverstand dat de
afwijking aangeboren of erfelijk is.”
Charles W. Socarides (1974) "Homosexuality" in American Handbook of
Psychiatry, 2nd Edition, Volume 3, Arieti S., Brody E.B., eds., p. 309,
Basic Books: New York
Dr Peet H Botha
70
- “Degene die neigt tot homoseksualiteit, zelfs als zij in
principe gewillig is tot verandering, heeft aanvankelijk
ernstige twijfel of er werkelijk verandering en een
grondige verbetering mogelijk is. Dit zijn twijfels die
regelmatig opkomen, ondanks duidelijk zichtbare
vooruitgang, en het sterft alleen wanneer de
verandering in gevoelens nog duidelijker zijn
geworden... Hoop en geloof zijn prima belemmeringen
voor deze schadelijke gedachten die iemands
enthousiasme en energie uitputten.”
Gerard van den Aardweg (1986) Homosexuality and Hope: A Psychologist Talks
About Treatment and Change, p. 89, Servant Books: Ann Arbor, MI
Dr Peet H Botha
71
Getuigenissen
- William Aaron beschrijft zijn homoseksuele leven en
verandering naar heteroseksualiteit. Hij schreef: “Twintig jaar
lang was ik een homoseksueel: absoluut
homoseksueel,...ik genoot seks met een man, genoot het
ontzettend: hoe meer hoe beter. De gedachte over seks
met een vrouw vond ik afschuwelijk en eng. Vandaag, jaren
weg van dit alles ... functioneer ik heteroseksueel en geniet
ervan.”
“Ik ben blij dat ik getrouwd ben; het geeft mij een gevoel van
stabiliteit en recht wat ik nooit tevoren gekend heb... ik
vind het fijn om een vader te zijn; dat is een rijke
emotionele ervaring.”
[W. Aaron, (1972) Straight: A heterosexual Talks about His Homosexual
Dr PeetGarden
H Botha City, p. 14f, NY: Doubleday & Company, Inc.,].
72
Past,
Wanneer je homoseksueel bent, en er ongelukkig over bent,
geloof mij: je hoeft niet zo te blijven!
Snijd je banden met het oude leven en knap jezelf weer op...
Wanneer je hulp nodig hebt, zoek dan hulp, maar ga jezelf niet
zitten te beklagen: “Arme ik, hier zit ik nu, vastgelopen homo.”
Je hoeft er niet mee te blijven zitten, precies zoals je niet hoeft
te blijven zitten met alcoholisme of tabletten, met hoogtevrees,
vrees voor onbekende vreemdelingen, of met enige ander
onwelkome reactie of gewoontepatroon. Ontdek jouw
eindeloze potentieel om te kunnen veranderen en te
ontwikkelen.
[W. Aaron, (1972) Straight: A heterosexual Talks about His Homosexual
Past, Garden City, p. 14f, NY: Doubleday & Company, Inc.,].
Dr Peet H Botha
73
"The Seeds that Grew“
(“Het zaad wat groeide”)
•
“Doris en Bill weten welk leven ik heb
geleid. Zij waren mensen met onderscheid
en natuurlijk was ik daar deel van. Zij
hebben mij ontmoet zoals ik was en mij in
genade aanvaard, hebben mij
onvoorwaardelijk liefgehad en vurig voor
mij gebeden.
• Het was door de verhouding met hen dat
ik geleid werd om de meest belangrijke
beslissing van mijn leven te maken.
• Op een dag in februari 1991 heb ik stil in
mijn hart gezegd: “Jezus, ik heb U nodig,
ik ontvang U. Alstublieft, alstublieft,
alstublieft, kom en wees de Redder van
mijn ziel en de Heer van mijn leven.”
• En Hij deed het. Een nieuw zaad was
geplant!”
Dr Peet H Botha
Melissa Fryrear is
gender analist bij ‘Focus
on the Family’ in
Colorado Springs, te
Colorado en ook
regionaal
vertegenwoordiger van
Exodus in het gebied
Eastern Great Lakes
Basin.
74
Maandenlang zocht ik hulp bij de Heere. Ik
begreep het niet en redeneerde met Hem. Ik
bedelde, deed Hem pijn, vluchtte van Hem
weg. Op een avond riep ik tot Hem, met
gebalde vuisten en tranen over mijn
wangen: “Als het dan zo verkeerd is, als het
dan een gruwel is, waarom hebt U mij dan
toegelaten om die weg te gaan? Waarom
hebt U mij niet tegengehouden? Waarom?”
Stilte.
Dr Peet H Botha
75
Ik begon te begrijpen waarom ik mij tot hetzelfde
geslacht aangetrokken had gevoeld:
• Mijn vermeende verstoting door mijn biologische
ouders, mijn indruk dat mijn adoptiemoeder
afstandelijk en terughoudend was, mijn adoptievader
die emotioneel afwezig was geweest, mijn seksuele
misbruik, seksuele experimenten tijdens mijn
kinderjaren met beide geslachten: toen begon ik het
plan van de duivel te begrijpen en de tientallen
leugens in te zien die ik altijd had geloofd.
• Ik begon mijn eigen verantwoordelijkheid te nemen
voor mijn zondige daden, keuzes en gedrag.
Dr Peet H Botha
76
• Tijdens mijn jaren van herstel begon ik ook
over vrouwelijkheid te leren.
• Ook begon ik te leren over jongens. Als
iemand denkt dat de pubertijd moeilijk is op
je vijftiende, probeer het dan maar eens in je
dertiger jaren...
En het zaad werd tot
bloem!
Dr Peet H Botha
77
Ex-homo getuigenissen
Hierna volgt een aantal verhalen van exgay’s en hun familieleden.
Copyright © 2005 Exodus International
│phone 407-599-6872│contact│P.O. Box
540119, Orlando, FL 32854
Dr Peet H Botha
78
Ouders
• “Moeder, ik heb AIDS” door Mignon
Zylstra met David Biebel
De belijdenis van mijn zoon was het begin van
een angstige reis naar het onbekende en naar
een diepere geloofswandel dan ik ooit heb
kunnen vermoeden.
• “Een ander soort dood” door Gloria
Zwinggi
Mijn zoon – homo? De schok maakte dat ik wilde
sterven. Wat ik niet wist was dat God mij een
heel nieuw leven wilde geven.
Dr Peet H Botha
79
“Laat de moed niet zakken” door Vickie Scaife
• “Toen ik hoorde dat mijn dochter betrokken was
in het lesbianisme, begon ik mijn eigen hart te
onderzoeken, en scheurde mezelf in stukken.
Hoe had ik zo vreselijk tegen mijn kind (mijn
kinderen) kunnen falen?”
“Mijn dochter – Lesbisch?” door Kathleen
Bremmer
• “Toen Susan ‘uit de kast kwam’ met haar
overrompelende aankondiging was ik als
versteend. De dromen die ik voor mijn enig kind
had gehad leken voor altijd uit elkaar te
spatten.”
Dr Peet H Botha
80
“Zoon, wij moeten praten” door Johnny
Cude
• “Ik wilde met je praten over hoe ik voelde
dat jij al zo lang homo bent, maar het was
niet de juiste tijd. Ik wist niet wat ik moest
zeggen zonder nog bozer te worden, of
om in een discussie terecht te komen.” Ik
zei tegen moeder, dat God de juiste tijd en
plaats zou vinden en mij ook de woorden
zou geven om het te zeggen en nu is die
tijd gekomen.”
Dr Peet H Botha
81
“Wat ik als moeder leerde” van Mary
Webstock
• “De ontdekking dat mijn zoon homoseksueel is
trok mij in de diepste wanhoop. Zelfs na
maanden verdriet wist ik niet hoe ik uit deze put
van depressie kon komen.”
“Als homoseksuelen het huis treffen” door
Shirley A. Rorvik
• “Ik was kapot van het bericht dat mijn zoon
homo is, maar God is nog niet klaar met hem –
en met mij.”
Dr Peet H Botha
82
Echtgenoot
“Een hersteld huwelijk” door Tye en Nancy Gamey
• “Vanaf het begin was ons huwelijk in diepe problemen. Hoe
heeft het ooit kunnen overleven?”
“Het gebed van een vrouw verhoord” door Mary Ann
Hastings
• “Na tien jaren huwelijk, wilde ik zelfmoord plegen. De verborgen
strijd van mijn man met homoseksualiteit vernietigde mij.”
“Wanneer Aids een huwelijk binnendringt” door Bob Davies
• “Zes maanden na hun huwelijk, ontdekte een jong echtpaar –
Mark en Shireen – dat de man, een voormalig homoseksueel,
een drager was van HIV, het virus wat AIDS veroorzaakt”
Dr Peet H Botha
83
“Mijn diepste vrees bewaarheid” door Willa
Medinger
• “Op een manier merkte ik hoe mijn man worstelde met
homoseksualiteit. Ik had geen idee wat ik moest doen,
behalve bidden.”
“God herstelde mijn huwelijk” door Beth Babb
• “Beth,” sprak mijn vriendin in het vertrouwen, “Als ik
bid voor jouw man, blijven er steeds twee woorden bij
mij. Het ene is zelfmoord – het andere is
homoseksualiteit.”
Dr Peet H Botha
84
“God redde mijn huwelijk” door Kathy Gilmore
• “Na vijf jaren huwelijk, beleed mijn man dat hij sinds
onze trouwdag met ontelbaar veel andere mannen
overspel had gepleegd.”
“Over achteruitgang en verlossing” Het verhaal van
een echtpaar, door Beth Andrews.
• “Aan de buitenkant zag iedereen met wie wij
omgingen, twee gelukkige, succesvolle mensen met
een benijdenswaardig huwelijksleven.”
Dr Peet H Botha
85
Kinderen van homo ouders
“Het dagboek van een jongen” door Nathan C. Bell
• Ik droomde dat mijn vader een ander man vastdrukte en kuste, maar ik zette
het van me af als bespottelijk. Ik kon me niet voorstellen dat mijn vader
homo zou zijn.”
“Juist zoals mijn moeder?” door Jakii Edwards
• Mijn moeders lesbianisme veroorzaakte verlegenheid en verwarring in mijn
eigen leven. Mijn grootste vrees was dat ook ik lesbisch zou worden.”
“Zoeken naar mijn vaders liefde” door Suzanne Cook
• “Vaders besluit om met homoseksualiteit door te gaan verwoestte ons gezin
– en maakte dat ik wanhopig ging zoeken naar erkenning van mannen, wat
bijna mijn leven heeft vernietigd.”
Dr Peet H Botha
86
Mannen
“Een droom die waar werd” door Alan
Chambers
• “Het heeft jaren geduurd om te beseffen dat waar ik
over droomde, altijd al in me was geweest. Ik vond
bescherming in God, Die mij aanvaardde zoals ik was.
Die voldoende van mij hield om nog met mij te
spreken in mijn vuilste toestand en Die mij daar niet in
de steek liet. Hij toonde Zijn verbintenis aan mij door
hulp te voorzien die ik nodig had om uit een benauwd
leven te komen. Hij was een God Die ik kon
vertrouwen en volgen.”
Dr Peet H Botha
87
“Een lied van hoop” door Dennis Jernigan
• “Ik verborg mijn verlangen naar hetzelfde geslacht voor
anderen, dwars door het voortgezet onderwijs en de
universiteitstijd heen. Ondanks dat ik christen was werd ik
gekweld door gevoelens van verwerping en hopeloosheid.”
“Kiest dan wie gij dienen zult” door Mario Bergner
• “Ik had geen flauw vermoeden dat door ‘ja’ tegen Jezus te
zeggen, elk aspect van mijn leven grondig zou veranderen.”
“Vrijheid over een geheim” door Jason Thompson
• “Ik probeerde de groeiende emotionele onzekerheid te
verbergen, die mijn aantrekking tot mannen aanhielp. Zorgde
God ook voor mij?”
Dr Peet H Botha
88
“Verlost van wanhoop” door Tom Cole
• “Geen van mijn homo-relaties leek lang te duren. Uiteindelijk
gaf ik het op en probeerde zelfmoord te plegen.”
“God heeft grote dingen gedaan” door John
Smid
• “Zelfs als getrouwde man kon ik fantaseren om een
levenslange seksuele verhouding met een andere man te
hebben.”
“Een vader gevonden” door Jim Shores
• “De afwezigheid van mijn vader veroorzaakte een diepe
eenzaamheid in mijn leven – een pijn die ik tijdelijk vergat
wanneer ik mij begaf in homo-relaties.”
Dr Peet H Botha
89
“Om werkelijk leven te vinden” door David Kyle
Foster
• “Vele jaren van alcohol, drugs en onbeperkte seks brachten mij
tot volledige wanhoop. Was er een geestelijk antwoord wat mij
werkelijk kon bevredigen?”
“Het antwoord gevonden” door Randy Thomas
• “Mijn hele leven heb ik gevraagd ‘Waarom?’ vanwege een
innerlijke pijn die mij scheen op te jagen. Zou homoseksualiteit
het antwoord kunnen zijn?”
“De uitweg gevonden” door Phil Hobizal
• “Mijn psychiater vroeg mij om mijn homoseksualiteit te
aanvaarden, maar ik wilde dat niet. Ik was pas twintig, maar het
voelde of mijn leven tot een einde was gekomen.”
Dr Peet H Botha
90
“Uiteindelijk vrij!” door Michael Babb
• “Ik was getrouwd – maar ook zwaar verliefd op een andere
man. Schuld en angst woedden binnenin mij. Wat als mijn
vrouw dit geheim zou ontdekken?”
“Vrij van seksuele verslaving” door Steve
Gallagher
• “Ik was heteroseksueel, maar diep verslaafd aan onzedelijkheid
met een groot aantal vrouwen – zelfs na mijn huwelijk.”
“Van fantasie tot werkelijkheid” door Mike
Jones
• “Ik voelde mij bij het opgroeien altijd heel alleen. Het leek of ik
nooit echt aansluiting bij mijn vrienden vond. Door mijn isolatie
werd ik aangetrokken tot homoseks.”
Dr Peet H Botha
91
“God kan mij niet veranderen” door Sunny
Jenkins
• “Ik had nagedacht over de prijs die het mij zou kosten als ik
voor God zou kiezen. Hoe kon ik alles achter mij laten, alles
wat ik de laatste vijftien jaar gekend had? Hoe kon God zo’n
enorm offer van mij verwachten?”
“God genas mijn huwelijk” door Alan
Medinger
• “Ik had een wonderlijke vrouw, twee lieve dochters, een groot
huis in de voorstad en ambtsdrager in de kerk. Wie zou ooit
gedacht hebben dat ik uitsluitend homoseksueel was en
regelmatig naar het park ging, pornowinkels en homobars
bezocht...”
Dr Peet H Botha
92
“Grote verwachtingen” door Michael Newman
• “Ik deed mijn uiterste best om de goedkeuring van andere
mensen, en verborg mijn seksuele verlangens voor andere
mannen die mijn beeld van een ‘goede jongen’ wilden
vernietigen.”
“Ik verlang terug naar de homo-wereld” door
Richard Oostrum
• “Het kon voor mij niet duidelijker: homoseksualiteit en Jezus
gaan niet samen. Het deel wat ik echter moest overgeven was
bijna 90% van mijn leven.”
“Gewoon een goede christelijke jongen” door
Jeff Johnston
• “Uiterlijk deed ik alles goed, maar van binnen scheurde een
geheim conflict met homoseksualiteit mij van elkaar.”
Dr Peet H Botha
93
“Gods liefde kennen” door Rob G.
• “Door seksueel misbruik in mijn kinderdagen voelde ik mij
afgedankt en verworpen. Ik werd bang voor mannen – en
losgemaakt van mijn eigen mannelijkheid.”
“Mijn diepste verlangen” door Darryl L. Foster
• “De afwezigheid van mijn vader liet mij verlangen naar een man
die mij in zijn armen zou houden en zou zeggen dat hij van mij
hield.”
“Mijn ervaring met AIDS” door Robert Winter
• “Toen de diagnose HIV-positief was, werd mijn grootste vrees
waar. Wat nu?”
Dr Peet H Botha
94
“De plannen die hij had” door Marcus Mitchell
• “Vandaag mag ik overwinnaar zijn, omdat het Woord zegt, “zij
hebben hem overwonnen door het bloed des Lams, en door het
woord hunner getuigenis...” (Openbaring 12:11 STV)”
“De wegen die ik ging” door Nate Oyloe
• “Dit is mijn verhaal. Het is niet zomaar achter de rug, maar als
ik op de jaren terugkijk zie ik precies hoe God’s genade, Zijn
onvoorwaardelijke liefde en zegen door mijn leven heeft
geweven en zo vond ik hoop.”
“De oorlog van binnen” door Bob Davies
• “Ik was jaren in de kerk geweest, afgestudeerd aan de
Bijbelschool en diende in de zending, maar binnen in mij
woedde er een verborgen strijd die mij dreigde te vernietigen.”
Dr Peet H Botha
95
“Wandel in het licht” door Michael Lumberger
• ‘Ik leefde altijd in de angst dat anderen zouden ontdekken dat ik
worstelde met homoseksualiteit. Toen vroeg God van mij om
alles aan mijn vrouw te belijden.’
“Wie ben ik?” door Bob Ragan
• ‘Mijn groeiende aantrekkingskracht tot mannen overtuigde mij
dat ik homo was. Ik ging niet meer naar de kerk en begon te
zoeken naar ‘de juiste man’, en was bereid om een levenslange
relatie aan te gaan.’
“Waarom ik? Door Harry Denham
• “Op zekere dag maakte ik het besluit om mijn homoseksuele
bedrijvigheden niet langer tegenover mijn vrouw geheim te
houden. Dus schraapte ik alle moed bij elkaar en vertelde haar
erover. Zij reageerde geschokt en grote angst beklemde haar.”
Dr Peet H Botha
96
“Veilig in mijn feministische identiteit” door Anne Paulk
• “Ik groeide op als een echte robbedoes en niemand had
kunnen raden hoeveel onzekerheid de trauma uit mijn
kinderdagen had veroorzaakt – en mij naar lesbiennisme had
geleid.”
“Het zaad wat groeide” door Melissa Fryrear
• “Mijn verstand zat vast door de eeuwig martelende vragen die
ik had: “Wat is er met mij aan de hand? Waarom ben ik niet als
andere meisjes? Waarom vind ik jongens niet leuk? Waarom
haat ik het om een meisje te zijn?” In een poging om deze
schreeuwende vragen te beantwoorden, opende ik op een dag
het woordenboek en las de definitie van woorden zoals
homoseksueel, lesbisch en homo.”
“De ware ik ontbloot” door Starla Allen
• “Na de verkrachting, merkte ik een groeiende haat voor
mannen en ik zweerde om nooit meer één van hen bij me toe te
laten.”
Dr Peet H Botha
97
“Naar liefde hunkeren” door Dottie Ludwig
• “Ondanks dat ik in mijn beroep als verpleegkundige goed
scheen te slagen, leefde ik in constante vrees dat men zou
ontdekken dat ik actief lesbienne was.”
“Het einde van de eenzaamheid” door Ann McNeill
Phillips
• “Als kind voelde ik mij altijd anders en eenzaam en in
lesbiennisme vond ik diepe vriendschappen. Hoe was het
mogelijk om die los te laten?”
“Tranen achter het masker” door Rebekah Johnston
• “Als lesbienne probeerde ik mij voor te doen alsof ik blij was,
maar diep in mijn hart voelde ik mij ellendig.”
“Vreugde vinden als vrouw” door Elaine Sinnard
• “Als kind dacht ik dat om een kleine jongen te zijn, al mijn
problemen zou oplossen. Ik haatte het enorm om een klein
meisje te zijn.”
Dr Peet H Botha
98
“Hij heeft een plan en doel voor mijn leven” door Mabel Sim
• “Hoe meer ik probeerde om normaal te zijn, hoe meer ik ervan
overtuigd raakte dat ik geboren was om anders te zijn.
Uiteindelijk begreep ik het toen ik bij de avondschool bevriend
werd met een aantrekkelijke vrouw.”
“In Zijn hand” door Patricia Allan Lawrence
• “Nadat ik was verkracht wist ik dat God mij niet lief had, en ik
haatte de mannen. In de jaren van lesbiennisme die volgden,
voelde ik mij zo eenzaam. Waar was de God gebleven die ik
als kind had gekend?”
“Mijn strijd om te vergeving” door Penny Dalton
• “Ik wist, dat alleen als ik mijn ouders zou vergeven, in het
bijzonder mijn vader, dat ik in bitterheid en haat gevangen zou
blijven.”
“Mijn getuigenis van genade” door Amy Schultz
• “Ik weet wat het is om jezelf smerig en vuil te voelen en om te
denken dat je teveel slechte dingen tegen God gedaan hebt
zodat Hij ooit nog van je zou kunnen houden.”
Dr Peet H Botha
99
“Uit de gevangenis” door Dawn Killion
• “Mijn woede en wanhoop brachten mij uiteindelijk in de
gevangenis. Terwijl ik achter de tralies zat ontdekte ik het
geheim wat de deur voor mij opende om uit mijn lebianisme te
ontsnappen.”
“Vrijgemaakt om te dienen” door Roberta Laurila
• “Wilde God werkelijk dat ik moest stoppen om andere vrouwen
‘lief te hebben’? Wat kon er verkeerd wezen met lesbianisme?”
“De vreugde van gehoorzaamheid” door Patty Wells
• “Patty verteld hoe zij was begonnen met een lesbische
levensstijl en hoe zij genezing vond, juist door een crisis in haar
gezondheid. Het opende voor haar de weg terug naar God,
zodat zij bevrijding kon ontvangen
Dr Peet H Botha
100
Jongeren
“Het begin” door Michelle Ferguson
• “Acht maanden lang ben ik volop bezig geweest met seksuele
onzedelijkheid en had geen idee hoe ik de brokken weer bij
elkaar moest krijgen om verder te kunnen gaan.”
“Ware liefde veranderd jou” door Mike Ensley
• “Door dagelijks in een diepere gemeenschap met de Heere te
leven en in een zelfde oprechte vriendschap met andere
mannen, ervaar ik een doorgaande overwinning over deze
worsteling. Binnenkort herdenk ik vier jaren vrijheid. Mijn
uittocht uit Egypte gebeurde niet op één nacht en zelfs nu ben
ik er nog niet helemaal overheen...
(Origineel artikel, Impact, September uitgave 2005)
Dr Peet H Botha
101
Einde
Deel 3.
Dr Peet H Botha
102
Download