Goede Vrijdag 25 maart 2016 Het is volbracht. Een woord vol opluchting. De opdracht die Jezus van zijn Vader gekregen had is volbracht. Het was moeilijk. Hij heeft getwijfeld, gesmeekt om toch maar een andere manier te vinden om het kwaad uit de wereld te helpen. Sinds die dag staat het kruis midden in de wereld, hoogverheven, zichtbaar overal. Op het passiespel in Ieper vorige zaterdag was het groot geprojecteerd op de lakenhalle en plechtig binnengedragen. Wit licht maakte het kruis goed zichtbaar, maar eenmaal aangekomen in het midden van de massa werd het licht groen: het was volbracht, nu kijken we hoopvol naar de verrijzenis. Het kruis wordt, paradoxaal genoeg, een zegeteken, een symbool van de overwinning van het leven op de dood. Het is goed dat we vandaag even nadenken, over de betekenis van het kruis in ons eigen leven en over het actuele beeld van het kruis en lijden in onze samenleving. Het is mogelijk dat we zo gewoon zijn een kruisbeeld te zien hangen, sommigen hebben het met een kettinkje aanhangen. Er is echter meer aan de hand. Niet alleen zelfs is het voelbaar wanneer mensen sterven een ontploffing. De schepping lijdt pijn, wij mensen misbruiken de natuur en de schepping, alsof wij er de eigenaar van zijn. Wij misbruiken de mensen, stellen ons op boven of tegen sommigen, er is zoveel zoeken naar macht en naar de eerste plaats in de samenleving. Zou het dan zo zijn dat wij de werking van het verlossingsplan van Jezus in de wind slaan, negeren of enkel egoïstisch in ons eigen voordeel interpreteren. Werkt de verlossing van Christus, door de gave van Zijn lichaam en bloed en door de vrijwillig gekozen dood op het kruis, vandaag ook nog? Wellicht moeten we het nu zoeken in de manier waarop wij gelovige christenen omgaan met wat er dinsdag in Brussel gebeurd is en wat vandaag op zovele plaatsen gebeurt. Is het realistisch te bidden voor de christenen, priesters, bisschoppen, die opgepakt zijn in het Midden-Oosten, en die nu donkere dagen meemaken van onzekerheid over hun lot, in ontbering en in de onmogelijkheid het dierbaarste wat ze hebben in tekenen van geloof uit te drukken? Gebed is zoiets, in zulke situaties, als een onzichtbare onderstroom, niet gehinderd door niets, die de lijdende mensen bereikt. Op dit ogenblik, in het zicht van het kruis, met de beelden van ontploffingen voor ogen, kunnen we ons wel de vraag stellen hoe we daar als gelovigen mee moeten omgaan. Is het woord van Christus, het gebed voor zijn beulen, toepasselijk hier: “Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen.”? Terreurdaden moeten kordaat afgewezen worden, veroordeeld zonder meer. Maar dan komt onze houding tegenover het gebeurde en tegenover de mensen naar boven. Hulp bieden aan slachtoffers en hun familie en vrienden is evident, maar er is meer. In gesprek met mensen willen we ons verdiepen op de feiten en de gevolgen, maar tevens zoeken naar de oorzaken. Wat drijft mensen ertoe om zoiets te doen. Onzekerheid over hun eigen leven en ontgoocheling, lokaal en internationaal, familiaal en maatschappelijk kunnen mensen drijven tot wanhoopsdaden, die of zichzelf of anderen treffen. Het zijn vaak vormen van protest gericht aan de hele wereld. Tegenover deze situatie is angst zeker geen goede leermeester, wel realisme. Pessimisme is hier niet op zijn plaats bij gelovige mensen. Er is meer! De huidige ecologische situatie, het milieuprobleem, de internationale corruptie en zoveel meer raken ons natuurlijk, maar vanuit ons geloof zoeken we naar een positieve, constructieve en creatieve houding. We mogen onszelf niet verliezen, ons niet identificeren met de problematiek. Belangrijk is dat we niet alleen staan, het zou te zwaar zijn: ons leven is niet enkel probleem gericht. De balans tussen lijden en geluk kent hulpmiddelen: naast gebed en vertrouwen op God is er de beleving van Kunst, de dienst aan de medemensen. Samen in gesprek houdingen zoeken en de steun van de stilte zijn onontbeerlijke hulpmiddelen. Sereniteit groeit niet in paniek, en solidariteitsplannen groeien enkel uit een attent en omzichtig hart. We zijn gericht op het leven ook al weten we dat de dood midden onder ons aanwezig is. Het gevaar voor een soort van immuniteit bestaat ook, zoals wij weinig attent zijn op de aanwezigheid van een kruisbeeld rondom ons. Wanneer we dan kijken naar Jezus, hoe Hij Zijn lijden beleefd heeft. Het is duidelijk uit zijn hele leven dat Hij niet op zichzelf gericht was maar op de lijdende medemens. Zijn lijden wordt ook “plaatsvervangend” genoemd, hij deed zijn mond niet open, integendeel, hij verdedigt zich ook niet, hij neemt de wandaden van de mensen op zich. Is dat dan zoiets als “Ik heb het gedaan” als men een schuldige zoekt in de klas?” Wanneer iets gebroken hebt of iets mispeuterd? Het is veel meer, Jezus nam het op voor de zondaars, Hij riep hen op zich te bekeren: “Ga nu heen en zondig voortaan niet meer”. Hij ging niet akkoord met de strafregel die de wet oplegde voor zondaars. Toch was Jezus duidelijk en streng voor de “witgelakte graven”, mensen die zich boven de anderen stellen en zware lasten op hun schouders leggen waar ze zelf geen vinger naar uitsteken. Hoogmoed verdroeg hij niet. Hijzelf voelde zich zelfs niet in staat te oordelen of te veroordelen. Het toont dat wij niet mogen vervallen in een lichtvaardig oordeel, maar dat we eerder naar de grond van de zaak moeten gaan en trachten te begrijpen. Barmhartigheid gaat samen met gerechtigheid, verdragen wil niet zeggen alles goed keuren. De misdadigers moeten met een dubbele actie behandeld worden: wie straf verdient moet die uitzitten maar tegelijkertijd is een begripvolle houding van begeleiden op de weg naar bekering nodig. Petrus had wellicht gelijk dat hij reageerde en het oor van Malchus afsloeg, maar Jezus vermaant hem daarvoor. Geweld pakt men niet aan met tegengeweld. Toen Petrus gelogen had keek Jezus hem treurig aan. Dat was voldoende voor Petrus om berouwvol vergeving te vragen. Een houding zoals die van Pilatus kan ook niet, uw handen wassen en de kwestie doorschuiven naar het volk. “Doe maar, ik wil er niets mee te maken hebben”. Hij laat zelfs een terrorist vrij die dag (Barrabbas). Maar ook hier is meer aan de hand. Pilatus denkt dat hij macht heeft. Bepaalde groeperingen denken met het zwaard de geschiedenis om te buigen. “Elke macht kan maar bestaan als ze van boven gegeven is”, zegt Jezus. Is het dan zo dat wat we beleven “nutteloos geweld” is, dat het op niets uitloopt, niets dan moord en dood!? Uiteindelijk moeten wij onszelf in vraag stellen, niet zozeer individueel, maar als gelovigen. Kunnen we bijdragen tot de creatie van een nieuw paradigma van een beter wereld? Als gelovigen hebben we een precies middel om er voor te zorgen dat ons hart niet leeg is, dat we het niet opvullen met ersatz middelen. Profijt of geld mag ons leven niet domineren, ontmoediging of burn-out vermijden we door de nodige rust – gebed – spiritualiteit in te bouwen. Ongelijkheid of machtswellust produceert enkel geweld. Enkel engagement voor anderen, solidariteit met mensen die steun nodig hebben vervult ons leven. En dit in de naam van ons geloof, in de naam van Jezus. Dat zal ons een onverwoestbare vreugde schenken, daaruit zullen we de nodige hoop putten. Goede vrienden, dat Jezus zijn leven gegeven heeft om ons te verlossen, dat Hij verrezen is, wijst er op dat Hij leeft, dat Hij aan onze zijde staat, elke dag. Deze overtuiging willen we meedelen aan al wie het maar horen wil, de boodschap is: Jezus houdt van u. Wie dat begrijpt, aanvaardt, staat dicht bij zijn bekering, in welke complexe situatie hij mag verzeild geraakt zijn. Tenslotte denk ik aan de twee mensen onder het kruis: Maria en Johannes. Ze zijn de hele kruisweg meegegaan. Hij wint er het zoonschap mee van de moeder van Jezus, zij wint er het moederschap mee van de apostelen en op die manier van de hele Kerk. Mijn gebed richt zich daarom ook tot haar, de moeder van God. Maria, Uw kinderen zijn vandaag bijeen onder het kruis van uw Zoon. Hun hart lijdt omwille van wat sommige van uw kinderen hebben aangericht. Leer ons begrijpen wat het betekent 70 x 7 keer te vergeven. Toon ons de weg naar een betere wereld, geef ons de moed onszelf weg te cijferen om totaal ten dienste te staan van uw Zoon en zijn verlossingsplan, wek in ons de tederheid die nodig is om armen en lijdende mensen hun verdiende plaatst te geven in ons leven. Draag ons gebed tot bij Jezus uw Zoon, Hij die leeft en heerst bij God in de eeuwen der eeuwen. Amen