Suggesties

advertisement
Bezinning bij het project Op de koop toe
Suggesties voor openingen en sluitingen
Inleiding
Het thema Op de koop toe is een ontdekkingsreis naar de onzichtbare wereld achter onze
aankopen. Achter veel producten, zoals eten, bloemen, kleding of medicijnen zit een wereld
van armoede, milieuschade en veel meer. Wij willen als consument zo goedkoop mogelijk
onze producten kopen. Daar speelt de handel natuurlijk op in waardoor bij het
productieproces veel Op de koop toe wordt genomen. Zo ontstaan er misstanden; van
kinderarbeid tot uitbuiting van (vrouwelijk) personeel, van plundering van schaarse
bodemschatten tot vervuiling van water en lucht.
Iedereen snapt wel dat uitbuiting, kinderarbeid, plundering en vervuiling niet goed zijn. Maar
hoe kan je zó leven (eten, jezelf kleden, uitgaan enzovoort) dat je zo min mogelijk Op de
koop toe neemt? Met die vraag zijn heel veel mensen bezig, ook in Nederland. Het is een
vraag die ook vele verbindingen heeft met leven vanuit je geloof in God. Hieronder
voorbeelden en suggesties voor die verbindingen tussen christelijk geloven en
maatschappelijk bezig zijn met ‘Op de koop toe’.
Gebeden
1. Franciscaanse zegenbede
Moge God ons zegenen met ongemak bij gemakkelijke antwoorden, halve waarheden, en
oppervlakkige verhoudingen zodat we diep vanuit ons hart mogen leven.
Moge God ons zegenen met woede bij onrechtvaardigheid, onderdrukking, en uitbuiting van
Gods schepselen zodat we mogen werken aan rechtvaardigheid, vrijheid, en vrede.
Moge God ons zegenen met tranen om te vergieten voor hen die lijden aan pijn, verwerping,
honger en oorlog, zodat we onze handen kunnen uitstrekken om hen te troosten en om hun
pijn in vreugde te veranderen.
En moge God ons zegenen met genoeg dwaasheid om te geloven dat we een verschil
kunnen maken in de wereld, zodat wij kunnen doen waarvan anderen zeggen dat het niet
gedaan kan worden.
Amen
2. Uit: Hoor mijn roepen, samengesteld door Jan Brock; uitgave Berne, Heeswijk 2007
God, geef mij de geest van moed,
dat ik kracht mag krijgen om onrecht te bestrijden.
Geef mij de geest van verzet,
dat ik mij niet zomaar neerleg bij de huidige status-quo.
Geef mij de geest van mededogen,
dat ik de wereld mag zien door de ogen van anderen.
Om de geest van zachtheid vraag ik ook
dat ik mag luisteren naar de stem van de armen
zonder mijn dromen uit het oog te verliezen
in mijn ongeduld naar actie.
1
Schenk mij uw Geest, God
De Geest van waarheid,
de Geest van gerechtigheid en hoop.
En als ik rust of werk
laat het dan zijn met een toekomstvisie;
een toekomst waarin allen verbonden zijn
door banden van menselijkheid.
Een toekomst waar niemand nog geketend is
aan een onmenselijke schuldenlast.
Amen
3. Gebedstekst van Willem Aantjes uit ‘Herfstdagboek’, uitgeverij De Prom 2004
God van Adam en Eva
Wij roepen u aan: ontferm u over de armen en ellendigen in onze wereld, die uw wereld is.
Wij loven u, want uw ogen zien hun ellende.
Wij bidden u: bekeer ons, want u hebt geen andere ogen dan onze ogen.
Heer, ontferm u over ons.
God van Hagar en Sara
Wij roepen u aan: ontferm u over wie geen weg meer zien in onze wereld, die uw wereld is.
Wij loven u, want u baant voor hen een weg en laat hen in uw voetstappen treden.
Wij bidden u: bekeer ons, want u hebt geen andere voeten dan onze voeten.
Heer, ontferm u over ons.
God van Israël en Ismaël
Wij roepen u aan: ontferm u over de verdrevenen en vervolgden in onze wereld, die uw
wereld is.
Wij loven u, want uw armen vangen hen op.
Wij bidden u: bekeer ons, want u hebt geen andere armen dan onze armen.
Heer, ontferm u over ons.
God van Ezau en Jacob
Wij roepen u aan: ontferm u over de gevangenen en gemartelden in onze wereld, die uw
wereld is.
Wij loven u, want u hoort hun hulpgeschrei.
Wij bidden u: bekeer ons, want u hebt geen andere oren dan onze oren.
Heer, ontferm u over ons.
God van Lea en Rachel
Wij roepen u aan: ontferm u over wie hongeren en dorsten naar brood, water en
gerechtigheid in onze wereld, die uw wereld is.
Wij loven u, want u strekt uw handen naar hen allen uit.
Wij bidden u: bekeer ons, want u hebt geen andere handen dan onze handen.
Heer, ontferm u over ons.
4. Onze Vader
Onze God, die in de hemel zijt,
uw Naam worde geheiligd in alle volken op aarde
van welk ras, kleur of godsdienst ook;
in alle mensen op aarde, alleenstaand of getrouwd,
met of zonder werk, met of zonder een dak boven het hoofd.
Moge uw koninkrijk komen.
Moge uw koninkrijk kome en uw wil geschieden op aarde
2
in alles wat we doen, in de keuzes die we maken
in de daden van verandering die we zelf stellen
en in anderen aanmoedigen.
al. Moge uw koninkrijk komen.
Geef ons heden ons dagelijks brood.
Brood waarvoor wij werken, voedsel dat wij delen,
brood dat niemand ontzegd wordt
omwille van de hebzucht van anderen.
Moge uw koninkrijk komen
Vergeef ons onze schuld.
Wanneer we veroordeelden in plaats van ondersteunden;
wanneer we niet luisterden naar mensen, maar preekten;
wanneer we niet deden wat we moesten doen;
wanneer we geen compassie toonden en vergiffenis schonken.
Moge uw koninkrijk komen.
Leid ons niet in bekoring.
De bekoring om ons hart, onze oren en ogen
te sluiten voor de werkelijkheid;
de bekoring van de angst om ons uit te spreken tegen onrecht;
de bekoring het allemaal teveel te vinden
of dat het allemaal niet veel uitmaakt;
de bekoring om te deken dat er toch geen alternatief is.
Moge uw koninkrijk komen.
Verlos ons van het kwaad.
Het kwaad van een wereld waar mensen niet meetellen;
het kwaad van het gevoel van machteloosheid
en het verlies van alle hoop;
het kwaad van een wereld waar hekken, muren en barrières
tussen mensen maar hoger en hoger worden;
het kwaad van een wereld waar geld belangrijker is dan mensen
en waar schulden tot de laatste druppel uit arme landen wordt geperst.
Moge uw koninkrijk komen.
Want van U is het koninkrijk, de kracht en de heerlijkheid.
In eeuwigheid. Amen.
(Bijbel)teksten en gedichten
1. Geloof, belegd in hoop, een lied van Sytze de Vries te zingen op de melodie van
‘Dankt, dankt nu allen God’
Gij hebt uw volle licht
voor elk van ons ontstoken,
aan al wat adem heeft
het leven toegesproken.
Gij, God hebt ons verrijkt,
gekroond met dit tegoed.
Dat uit ons leven blijkt,
hoezeer uw liefde voedt.
3
Als Gij in ons gelooft
al ons te kort te boven,
hoe zouden wij dan niet
ook in elkaar geloven?
Wij brengen tot uw eer
elkaar in goede doen.
De wereld wint aan kleur,
aan hoop, wordt blijvend groen!
Zie hoe uw scheppingswoord
verduisterd is, verklonken:
wij doen elkaar tekort
van wat ons is geschonken.
Herschep ons naar uw beeld:
wie deelt als Gij het brood
belegt als Gij in hoop,
in leven uit de dood?
Doet dan elkaar tegoed
met hoop die niet kan sterven.
Die liefde hebben wij
van Christus mogen erven.
Zijn liefde plant zich voort,
slaat bronnen ongedacht,
wordt vruchtbaar als het woord
dat licht wekt in de nacht.
2. Wie alleen loopt raakt de weg kwijt, een gedicht van Patrice Kayo, Kameroen
Alleen uit de gemeenschap komt de wijsheid
Eén hand alleen kan geen touw om een bundel knopen.
Wie alleen loopt, raakt de weg kwijt
Wie dan valt
Heeft niemand die haar hoort
Wie alleen loopt
Gaat zwaar gebukt onder haar last,
Niemand deelt haar vreugde of verdriet.
Wie alleen loopt, raakt de weg kwijt
Twee voeten heeft zij slechts
en maar twee armen.
Ze heeft slechts twee ogen
Maar in de gemeenschap heeft
ieder duizend handen
Heeft ieder duizend voeten
Loopt niemand ooit alleen.
3. Jesaja 58: 6 – 10, een Bijbeltekst
Is dit niet het vasten dat ik verkies:
misdadige ketenen losmaken,
de banden van het juk ontbinden,
4
de verdrukten bevrijden
en ieder juk breken?
Is het niet: je brood delen met de hongerige,
onderdak bieden aan armen zonder huis,
iemand kleden die naakt rondloopt,
je bekommeren om je medemensen?
Dan breekt je licht door als de dageraad,
je zult voorspoedig herstellen.
Je gerechtigheid gaat voor je uit,
de majesteit van de Eeuwige vormt je achterhoede.
Dan geeft de Heer antwoord als je roept;
als je om hulp schreeuwt, zegt Hij: Hier ben ik.
Wanneer je het juk van de onderdrukking uitbant,
de beschuldigende vinger en de kwaadsprekerij,
wanneer je de hongerige schenkt
wat je zelf nodig hebt
en de verdrukte gul onthaalt,
dan zal je licht in het donker schijnen,
je duisternis wordt als het licht van het middaguur.
4. Tekst van Piet Stelling
Vervreemding is haar naam.
Zij trekt haar spoor in hart en hoofd,
wij tegenover zij.
Vervreemding is haar naam.
Zij strooit zaad van haat in akkers,
mens tegenover mens.
Vervreemding is haar naam.
Zij scheidt wie ooit samen waren,
groep tegenover groep.
Wie kan haar opgang
keren?
Wie doet haar macht
breken?
Louter dit éne
schept hoop:
diep verlangen naar verbinding
zal verzamelen
en verstrengelen
Voortaan
ik en jij
volk en volk
God en mens
hemel en aarde
Van verbinding spreekt
het verhaal van de Ene,
die ging om te komen
en verscheen om te zijn.
Waar zijn verhaal klinkt,
zoeken wij en zij elkaars geluk.
De zachte blik van
vertrouwen zal bijeenbrengen.
5
Muren vallen,
bolsters breken,
maskers worden afgelegd.
5. Jacobus 1: 19 t/m 22, een Bijbeltekst
Geliefde broeders en zusters, onthoud dit goed: ieder mens moet zich haasten om te
luisteren, maar traag zijn om te spreken, traag ook in het kwaad worden. Want de woede van
een mens brengt niets voort dat in Gods ogen rechtvaardig is. Wees daarom zachtmoedig en
leg alle verdorvenheid en elk denkbaar wangedrag af. En aanvaard zo de boodschap die in u
is geplant en die u kan redden. Vergis u niet: alleen horen is niet genoeg, u moet wat u
gehoord hebt ook doen.
Meditaties
1. Psalm 89:16-38, een meditatie van column.emea.nl
Hoewel deze Psalm gaat over David, de koning van Israël, de beste koning die ze ooit
hebben gehad, zingt dezelfde Psalm dat niet David maar God op de troon van Israël zit. Het
is dan ook een lied op de successen van Israël. In Israël ging het pas goed als er
gerechtigheid en recht in het land heerste. Dan konden de armen, die vanouds het eerst
onderdrukt worden, zich weer oprichten.
In ons land lijkt het er vaak op dat het geloof in de God van Israël alleen maar gaat over wat
fatsoenlijke mensen niet meer mogen. Vooral bloot mag niet meer en elkaar stevig de
waarheid zeggen dat mag ook niet. Maar over het uitbuiten van armen, de exorbitante
zelfverrijking bij banken en bedrijven wordt gezwegen. De oneerlijke handelsverhoudingen
worden zelfs verdedigd: we moeten onze eigen rijkdom beschermen. De gerechtigheid
waarover deze Psalm zingt is bij ons meer dan nodig, ook in onze wereld moeten mensen
zich oprichten die nu nog onderdrukt en uitgebuit worden. Het arme volk heeft altijd al een
visioen, een droom gehad, van een held, een bevrijder die zou opstaan en de onderdrukkers
zou bevrijden. De dichter van de Psalm denkt daarbij natuurlijk aan David maar ook in onze
dagen lopen mensen maar al te graag leiders na die hen de hemel beloven. Dat is gevaarlijk.
David liep er aanvankelijk voor weg. De successen van David waren volgens deze Psalm de
successen van God en daarom kunnen wij alleen spreken over leiders die ons zouden
kunnen bevrijden als ze de wetten van de God van Israël in ons midden zouden zetten, de
belangrijkste wet ‘heb Uw naaste lief als Uzelf’. In Israël waren alle eerstgeborenen aan God
gewijd, dat wat je het eerste krijgt was niet voor jezelf maar was voor God die het kon
gebruiken om gerechtigheid te doen, om de zwakken te helpen. De eerstelingen van de
oogst waren dan om de hongerigen te voeden. Maar David was geen eersteling, hij was de
jongste van zeven broers. Hij werd eersteling gemaakt, zingt de Psalm. We kunnen allemaal
eerstelingen worden, daarmee kan iedereen gewijd worden aan de God van Israël en
bestemd worden om de onderdrukten te bevrijden, om de armen gerechtigheid te doen, om
de hongerigen te voeden. Dan kan iedereen een plaats krijgen in de dynastie van David,
opvolger worden van de koning van vrede en gerechtigheid.
Die koningen, opvolgers van David die zich niet aan die heerschappij van de God van Israël
onderwerpen, die zichzelf verrijken, de armen onderdrukken, de vreemdelingen vernederen,
zullen uit de dynastie verwijderd worden staat hier. Want, zo staat er, de liefde van de God
van Israël voor zijn volk, voor alle volken, zal niet verminderen, God blijft trouw aan wat zijn
hand begon. Een troostrijke Psalm, een troost die ons nieuwe moed mag geven om ook
vandaag weer te werken aan die nieuwe hemel en die nieuwe aarde, een aarde waar God
zelf zal wonen.
6
2. Meditatie over Noach van Frans van Steenbergen
Er zijn heel veel aanleidingen om ontmoedigd te worden.
Er zijn heel veel situaties in de wereld die nogal uitzichtloos schijnen ook.
Er zijn veel angstaanjagende toestanden en de toekomst is bedreigd:
de armoede en de honger in de wereld,
de onderdrukking en de uitbuiting van de armen,
de vernietigingskracht van de bewapening,
zijn maar een greep uit vele voorbeelden.
Ook op kleine schaal kunnen gemeenschappen en personen totaal ontredderd worden.
Dan is het een grote verleiding om te zeggen:
‘We kunnen er echt niets meer aan verhelpen!’
Dan blijven alleen de onmacht, de pijn en de knagende bitterheid over.
Het is mogelijk dat er midden in de chaos toch iets duidelijk wordt,
dat er in de woestijn toch een beetje water gevonden wordt,
dat er in de duisternis van de nacht toch een licht van een ster begint te schijnen.
Als dat gebeurt, is dit te danken aan een mens of aan mensen.
Zij willen het niet opgeven, maar vinden kracht om op te staan uit de ellende
en te zoeken naar nieuwe wegen voor een menswaardig bestaan en geluk.
Ze zullen dicht bij de mensen gaan staan, en luisteren naar hun angsten en vragen
en troost aanbieden.
Beetje bij beetje komt er een nieuwe rust, die sterker is dan het lijden
en mensen in staat stelt om nieuwe levensbronnen te ontdekken.
Telkens opnieuw, heel de geschiedenis door, op alle plaatsen in de wereld,
zijn zulke mensen opgestaan om opnieuw te beginnen.
Ze hebben verzet geboden tegen onrecht.
Ze hebben het hoofd geboden aan uitzichtloze toestanden.
Ze hebben de onmacht niet het laatste woord gelaten.
Deze mensen hebben de geschiedenis gemaakt:
anders was de geschiedenis al lang stilgevallen.
Aan het begin van deze geschiedenis staat het verhaal van een man die Noach heette.
In zijn tijd was de aarde vol van slechtheid
en het hart van de mensen was gericht op boosheid.
Eigenlijk scheen alles verknoeid en bedolven onder een grote stortvloed.
Maar Noach wou opnieuw beginnen.
Hij maakte een reddingssloep, verzamelde er zijn verwanten
en samen hebben ze opnieuw lief en leed gedeeld.
Ze overlegden hoe het anders zou kunnen,
ze spraken elkaar moed in, ze gaven elkaar nieuwe inspiratie.
Noach is een mooie naam. Hij heeft een drievoudige betekenis:
Noach betekent sterkte. Noach betekent troost. Noach betekent rust.
En met hem begon de echte geschiedenis van de mensen.
In de reddingssloep kwamen Noach en zijn gezellen tot bezinning.
In hun gebed mochten ze beseffen hoe God met hen en door hen
met heel de geschiedenis bezig is.
En toen ze alles in zijn handen legden, wisten ze tegelijkertijd
dat Hij hen gezonden had
en dat er tussen alle mensen en God een onverbrekelijk verbond bestaat.
Dit geloof maakt de mens heel groot en heel nederig tegelijkertijd.
Noach is de mens die hartstochtelijk God en de mensen liefheeft.
7
En uit de reddingssloep zien de mensen die aan hun geloof werken
tussen de hemel en de aarde,
de schittering van een lichtende boog,
als teken
van de uiteindelijke overwinning
van de hoop.
3. Onze ecologische voetafdruk
Wanneer we als christenen spreken over ‘zorg voor de schepping’, dan houdt dit een
eerbiedige en zorgzame omgang in met God en al het geschapene. We willen dit niet enkel
doen uit eigenbelang of zelfbehoud maar opdat er leven mag zijn voor alle mensen nu en
later. Door de aard van onze levensstijl gebruiken we een bepaald deel van de aarde. Om
te meten hoe duurzaam we omgaan met de aarde gebruiken we een barometer: onze
ecologische voetafdruk. Willen we iedereen op aarde hetzelfde leef- en consumptiegedrag
van de Nederlander gunnen, dan hebben we meer dan drie planeten nodig. Daarom is het
nodig dat wij onze voetafdruk (zie www.voetafdruk.eu) verkleinen. We inspireren ons aan
elkaar en bemoedigen elkaar.
Zeven kleuren, zeven gebeden
Bij elk thema steken we een kaarsje aan in een kleur van de regenboog: rood, oranje, geel
groen blauw, indigo en violet. Tussen elk thema houden we even rust. De thema’s kunnen
eventueel symbolisch verbeeld worden.
Eerste thema: Aarde (rood)
Ik zie een wereld waarin wie geld heeft
de vruchtbaarste plaatsjes kan kopen op deze aarde.
Anderen moeten vluchten of wonen in woestijnen.
Een minderheid bezet een meerderheid oppervlakte
van de aarde. Anderen zijn steeds onderweg.
Ik hoop op een wereld waarin we kunnen leven met
alle mensen.
Waarin vluchtelingen welkom zijn, waarin de grond eerlijk
gedeeld wordt en waarin we samen vechten tegen
woestijnvorming. Ik hoop op een wereld waarin gewerkt
wordt aan de verbetering van de leefsituatie voor allen.
Ja, ik durf samen met anderen hopen op beter.
Tweede thema: Energie (oranje)
Ik zie een wereld
waarin mensen niet meer genoeg hebben aan genoeg.
Energiebronnen worden leeggezogen;
fossiele brandstoffen vervuilen door de CO2-uitstoot;
ondoordachte verlichting, vele elektrische toestellen
geven aanleiding tot behoud van kerncentrales.
Ik hoop op een wereld waarin mensen zorgzaam
omgaan met energie, uit de aarde niet meer nemen dan ze
dragen kan en bereid worden de overstap te maken naar
hernieuwbare energiebronnen.
8
Ik hoop op verkoeling van de aarde, maar verwarming van
de relaties.
Ja, ik durf samen met anderen hopen op beter.
Derde thema: Water (geel)
Ik zie een wereld waarin de rijke mens liters water verkwist
aan het wassen van auto’s, sproeien van siertuintjes,
het vullen van privé zwembaden, enzovoort.
Ik zie een wereld waarin zeeën onvoorstelbaar
vervuild worden door lozing van oliën en andere sterk vervuilende stoffen.
Vissen sterven, plankton sterft af.
Tegelijkertijd heeft 1/6 van de wereldbevolking geen toegang tot drinkbaar water.
Door de klimaatverandering verwoesten tsunami’s het leven.
Overstromingen en droogtes bedreigen het leven van mensen.
Ik hoop op een wereld waarin elk glas water met
zorg behandeld wordt.
Ik hoop op een wereld waarin regeringsleiders met elkaar
overleggen om een wateroorlog te voorkomen.
Ja, ik durf samen met anderen hopen op beter.
Vierde thema: Voeding (groen)
Ik zie een wereld waarin de welvarende mens ziek wordt van teveel.
Er is voedsel voor wie het kan betalen en niet voor wie het nodig heeft.
Uit winstbejag manipuleert men onze voeding en buit men armen uit.
Elke dag sterven 27.000 kinderen;
door prijsschommelingen in de voedselketen
kunnen honderden duizenden mensen
op korte tijd bedreigd worden met hongersnood.
Ik hoop op een wereld met gezonde en eerlijke
voeding. Een ‘fair trade’ die de juiste prijs betaalt aan de
juiste mensen. Ik wil mij engageren om zorgvuldig om te
gaan met eigen voedsel: seizoens- en streekgebonden
vruchten gebruiken, bewust kiezen voor wat we eten en
drinken, in de hoop en het geloof zo een bijdrage te leveren
aan een meer rechtvaardige wereld.
Ja, ik durf samen met anderen hopen op beter.
Thema vijf: Afval (blauw)
Ik zie een wereld waarin vele mensen
hun neus vies ophalen als het over afval gaat.
Maar de gemiddelde Nederlander zet
per jaar ongeveer 500 kg afval op de stoep.
Het vervoeren en verwerken van dit afval
kost grote hoeveelheden energie.
Daarbij komt het verlies aan grondstoffen
en de bodem-, water- en luchtvervuiling.
Ik hoop op mensen die goed nadenken voor ze iets
weggooien, de dingen gebruiken tot ze echt versleten zijn.
Meer nog: ik hoop op mensen die goed nadenken voor ze
iets kopen. We kunnen hervulbare verpakkingen gebruiken,
9
verse levensmiddelen kiezen, een boodschappentas
gebruiken. Zo worden we samen goede behoeders van de
aarde.
Ja, ik hoop samen met anderen op beter.
Thema zes: Vervoer (indigo)
Ik zie een wereld waarin
het wegvervoer een groot deel
van de totale broeikasgassenuitstoot voor zijn rekening neemt.
De auto is een van de grootste bronnen van vervuiling door CO2-uitstoot.
De uitstoot door de internationale luchtvaart neemt echter het snelst toe.
Eén op drie doden in het wegverkeer valt in de stad.
Het verkeer zorgt voor één derde van de uitstoot van fijn stof;
dit kost de Nederlander 3 gezonde levensjaren.
Ik hoop op een wereld waarin wij onze ogen openen
voor de gevaren van deze vorm van vervuiling. Ik durf op te
roepen tot een aangepast rijgedrag: door geregeld de fiets
te nemen, door de trein te nemen, door aan carpooling te
doen, door een verantwoorde rijstijl te hanteren. Zo hoop ik
op bescherming van het leefmilieu en het leven van mensen
en heel speciaal van kinderen.
Ja, samen met anderen durf ik hopen op beter.
Thema zeven: Leefklimaat (violet)
Ik zie een wereld waarin het levenstempo
zo hoog is dat we elkaar voorbij hollen.
Grote eenzaamheid maakt mensen ongelukkig.
Ik zie een wereld waarin muren opgetrokken worden tussen
groepen van mensen met een verschillende cultuur,
levenswijze, religie. Vooroordelen en vreemdelingenhaat worden
publiekelijk gevoed.
Ik hoop op een wereld waarin mensen elkaar
hartelijk groeten. Een goed buurschap is belangrijk voor het
levensgeluk van iedereen. Ik engageer mij mee voor een
gastvrije samenleving en respect voor verschillende
culturen en volkeren. Ik wil mee ijveren voor een
vreedzaam en rechtvaardig samenleven met alle mensen.
Ja, samen met anderen durf ik hopen op beter.
God,
Geef ieder van ons de verantwoordelijkheid en kracht
om de aarde te redden van de ondergang.
Moge uw woord ons leren
elkaar en de aarde te zegenen en te behoeden.
Dat wij ons keren naar elkaar
en uw schepping niet uit het oog verliezen.
4. Meditatie bij Palm 8 door Fray Luis van Granada (1504-1588)
Wat is de zichtbare wereld anders dan een groot, prachtig boek
dat U, Heer, schreef voor alle volkeren… zowel voor geleerden
als ongeletterden om U beter te leren kennen?
10
Wat zijn die mooie, afgewerkte schepselen anders
dan stuk voor stuk verluchte letters die het genie en de wijsheid
van de schrijver bezingen?
Zijn ze niet welsprekende getuigen van hun Schepper,
vertolkers van uw glorie, spiegels van uw schoonheid,
herauten van uw heerlijkheid?
Zij schudden ons wakker uit onze passiviteit,
veroordelen onze ondankbaarheid,
prikkelen ons tot liefde.
Omdat Uw creativiteit grenzeloos veelzijdig is,
kan een enkel schepsel ze niet belichamen;
daarom hebt U er vele geschapen, zo kan ieder
op eigen wijze ernaar verwijzen.
Zo verkondigen mooie schepselen Uw schoonheid,
de sterke Uw kracht, de grote Uw grootheid,
kunstzinnige Uw wijsheid, stralende Uw licht,
de zachtaardige Uw zachtmoedigheid,
en die georganiseerd vooruit zien
Uw wonderbare voorzienigheid…
Wie zou niet genieten van de harmonieuze samenklank
van al die stille stemmen die in zo’n waaier van tonen
Uw glorie vertolken?
Zeker, Heer, wie deze zang niet hoort, moet wel doof zijn;
wie in deze schittering U niet weerkaatst ziet, is blind;
wie bij het aanschouwen van al dit moois U niet bezingt,
is stom; en wie in het veelzeggende getuigenis
van alle schepselen Uw majesteit niet herkent, is dom.
Helaas, zo beperkt zijn we, Heer, want we herkennen U niet
in dit schitterend getuigenis van Uw grootheid.
Elk blad van een boom, elke veldbloem en de kleinste worm
openbaren in hun organische structuur een weergaloos wonder.
Ook het nietigste schepsel is een wonder op aarde!
Waar we ook rondwandelen overal ontmoeten we U
in talrijke wonderen.
Hoe komt het toch dat we de Meester niet herkennen in zijn werken,
in het meesterwerk Uw meesterschap niet terugvinden,
geen gehoor geven aan wat Gij ons in Uw schepselen toefluistert?
Heer, laat Uw schitterende schepping oplichten in onze ogen,
schenk ons inzicht in haar ongeëvenaarde schoonheid,
en als ons inzicht faalt, til ons dan op met zicht op U,
de maker van zoveel schoonheid, de schenker van zoveel ontroering.
5. Meditatie bij Het Zonnelied van Franciscus van Assisi
Allerhoogste, almachtige, goede Heer,
van U zijn de lof, de roem, de eer en alle zegen.
U alleen, Allerhoogste, komen zij toe
en geen mens is waardig uw Naam te noemen.
Wees geprezen, mijn Heer, door al uw schepselen,
vooral door broeder zon
die de dag is en door wie Gij ons verlicht.
11
En hij is mooi en straalt met grote pracht;
van U, Allerhoogste, draagt hij het teken.
Ik laat de warmte van de zon tot me doordringen.
Wie is voor mij als de zon?
Aan wie geef ik warmte en licht?
Wees geprezen, mijn Heer, door zuster maan en de sterren.
aan de hemel hebt Gij ze gevormd, helder en kostbaar en mooi.
Ik kijk naar de sterrenhemel.
Sterren zijn tekens van hoop en wegwijzers in de donkere nacht.
Wat geeft me nieuwe hoop?
Door wie laat ik me de weg wijzen in mijn leven?
Wees geprezen, mijn Heer, door broeder wind
en door de lucht, bewolkt of helder, en ieder jaargetijde,
door wie Gij het leven van uw schepselen onderhoudt.
Ik adem vijf minuten bewust in en uit.
Ik stel me heel bewust bloot aan de wind.
Wat doe ik om de lucht zuiver te houden?
Wanneer heb ik geen lucht meer?
Geef ik anderen genoeg ruimte en lucht?
Wees geprezen, mijn Heer, door zuster water
die heel nuttig is en nederig, kostbaar en kuis.
Ik drink langzaam een slok water.
Ik ga in de regen staan of kijk naar de regen vanuit het open raam.
Ga ik zorgzaam om met water?
Vanuit welke bron leef ik?
Wees geprezen, mijn Heer, door broeder vuur
door wie Gij voor ons de nacht verlicht;
en hij is mooi en vrolijk, stoer en sterk.
Ik steek een kaars aan en kijk naar de vlam.
Vuur is een symbool voor enthousiasme.
Voor wie of waarvoor sta ik ‘in vuur en vlam’?
Wees geprezen, mijn Heer, door onze zuster moeder aarde
die ons voedt en leidt,
en allerlei vruchten voorbrengt, bonte bloemen en planten.
Ik ga liggen op de grond en besef dat deze grond mij draagt.
Ik aanschouw bewust bloemen en bomen en dank ervoor.
Ik schenk iemand een bloem.
Vind ik het belangrijk me in te zetten voor het behoud van de schepping?
Wat kan ik daarvoor concreet doen?
Wat draagt mij en houdt mij in leven?
Wees geprezen, mijn Heer, door wie omwille van uw liefde
12
vergiffenis schenken, en ziekte en verdrukking dragen.
Gelukkig wie dat dragen in vrede,
want door U, Allerhoogste, worden zij gekroond.
Met wie leef ik op gespannen voet?
Kan en wil ik anderen vergeving schenken?
Ik bid om vrede in mijn hart, mijn omgeving, mijn familie, deze wereld.
Hoe ga ik om met ziekte en met zieke mensen?
Wees geprezen, mijn Heer,
door onze zuster de lichamelijke dood,
die geen levend mens kan ontvluchten.
Wee hen die in dodelijke zelfzucht sterven;
gelukkig wie zij in uw allerheiligste wil vindt,
want de tweede dood zal hun geen kwaad doen.
Prijs en zegen mijn Heer,
en dank en dien Hem in grote nederigheid.
13
Download