Begrippenlijsten biologie 4 havo en 5 havo PENTA College CSG Scala Rietvelden O Objectief Observatie Oestrogeen Oeverplanten Omgekeerd beeld Onafhankelijke overerving Onderdruk Onderzoek, beschrijvend Onderzoek, literatuurOnderzoek, ontwerp- Onderzoeksvraag Ongeslachtelijke voortplanting Ontsluiting Ontwikkelen Onvolledig dominant De lens op de revolver van een microscoop. Op de meeste lichtmicroscoop zitten vier objectieven met de volgende vergrotingen: 4x, 10x, 40x en 100x Wanneer je bij een onderzoek iets bekijkt en waarneemt. Door de eierstok afgescheiden hormoon, dat ontwikkeling van de geslachtsorganen, de vrouwelijke geslachtskenmerken en de groei van het baarmoederslijmvlies stimuleert en tevens de afscheiding van FSH door de hypofyse remt. Planten die aan de oever leven. De wortels onder water en de rest van de plant boven water. Het beeld wat werkelijk op het netvlies van het oog valt is omgekeerd beeld. Onder is op het netvlies boven. Links is op het netvlies recht. De hersenen corrigeren deze waarneming. Als de genenparen waar je naar kijkt op verschillende chromosoomparen liggen. Onafhankelijke overerving speelt alleen bij di-hybride kruisingen Druk van het bloed tegen de wand van het bloedvat als het hart in rust is. De onderdruk ligt gemiddeld rond de 80 mmHg (millimeter kwikdruk) Onderzoek dat als doel heeft iets te beschrijven, niet om een verschijnsel te verklaren. Het bestuderen van wetenschappelijke literatuur om een wetenschappelijke vraagstelling te beantwoorden. Op een systematische wijze bedenken en ontwikkelen voor het oplossen van een onderzoeksvraag. Een onderzoekontwerp of werkplan bestaat uit de volgende componenten: literatuur studie met onderzoeksvraag en hypothese, de verwachting, materiaallijst, werkwijze, onderzoeksresultaten (tabellen en grafieken) een conclusie en een nabeschouwing. Een vraag of een probleemstelling die je kunt beantwoorden met een experiment. Voortplanting van prokaryoten en de meeste protisten waarbij maar één organisme nodig is. Bij ongeslachtelijke voortplanting is het nageslacht een kloon van de moeder. Maar weinig soorten planten zich obligaat ongeslachtelijk voort. Het oprekken van de baarmoedermond. Voordat het kindje geboren kan worden moet de diameter van de baarmoedermond 10 centimeter zijn. Het optreden van veranderingen in de bouw en/of het functioneren van een organismen. Wanneer het dominante allel niet genoeg dominant is en het recessieve allel toch een beetje tot uiting komt in het fenotype van het individu. Of wanneer een 1 Begrippenlijsten biologie 4 havo en 5 havo PENTA College CSG Scala Rietvelden Oogafwijkingen Oogleden Oogspieren Oogzenuw Opgeloste stoffen Oplosmiddel Oppervlaktewateren Optimalisering Optimumkromme Optisch chiasma Opvoeding ordening Orgaan Organel erfelijke eigenschap kan worden opgebouwd uit meerdere dominante allelen, en deze allelen in een heterozygoot genotype beide tot uiting komen. Wanneer je van veraf of van dichtbij minder goed ziet. Waardoor je dus een bril nodig heb. Dunne laagjes huid over de ogen. De oogleden verspreiden het traanvocht over de ogen. Verder beschermen de oogleden de ogen tegen stof en te fel licht. Aan de harde oogrok zitten zes oogspieren bevestigd. Deze zes oogspieren draaien de ogen in de gewenste richting. Via de gekoppelde reflex zorgt de stand van de ogen, de spanning in de oogspieren, voor het boller en platter worden van de lens. Sensorische zenuwen die de impulsen vanuit de lichtreceptoren naar de hersenen geleiden verlaten via de oogzenuw het oog. Op deze plek zitten geen zintuigcellen en heet de blinde vlek. Als de opgeloste stof en het oplosmiddel een homogene eenheid zijn. Vloeistof waarin andere stoffen opgelost kunnen worden. Rivieren, sloten, meren en plassen. Water die op de oppervlakten liggen. Dus geen zee. Omstandigheden zo gunstig mogelijk laten zijn. Een kromme (curve) waarbij het verband tussen een factor en een activiteit is uitgezet, bijv. verband tussen temperatuur en enzymactiviteit: er is een beste temperatuur(optimum), waarbij de enzymactiviteit het hoogst is. Hierin kruist een deel van beide oogzenuwen. Opvoeding is het proces waarin een kind wordt gevormd naar de normen en waarden van diens opvoeder(s) en daarmee meestal naar de voornaamste normen en waarden van de samenleving waarin hij leeft. Het systematisch rangschikken van alle organismen op basis van kenmerken in de vier rijken. Deel van een organisme met specifieke structuur en functie, vaak bestaande uit verschillende typen weefsels. Organen werken samen met andere organen in orgaanstelsels Deel van de cel dat qua bouw en functie te onderscheiden is van andere organellen. Organellen zijn de onderdelen van de cel. Elk organel is omgeven door een membraan bestaande uit fosfolipiden. Voorbeelden zijn; mitochondriën, Golgi-systeem en het endoplasmatisch reticulum. 2 Begrippenlijsten biologie 4 havo en 5 havo PENTA College CSG Scala Rietvelden Organenstelsel Organisatieniveaus Organische stoffen Organismen Organismen, autotrofe Organismen, heterotrofe Orthosympatische deel van autonome zenuwstelsel Osmose Osmotische druk Osmotische waarde Ouderdomsverziendheid Groep van samenwerkende organen die een gezamenlijke functie hebben. Voorbeelden van orgaanstelsels zijn: het spijsverteringsstelsel en het ademhalingsstelsel, zenuwstelsel, bottenstelsel, bloedvaten stelsel en uitscheidingsstelsel. Niveau waarop het leven kan worden bestudeerd, van heel laag niveau (molecuul of cel) tot heel hoog (biosfeer of ecosysteem). Afkomstig van organismen of van producten van organismen. In het molecuul moet een H-atoom een Catoom en een O-atoom zitten om het een organische stof te noemen. Een levend wezen. Een wezen dat levenskenmerken vertoont Organismen die zelf de organische stoffen produceren die ze nodig hebben. Dit doen ze met energie afkomstig van zonlicht (foto autotroof) en/of anorganische stoffen (chemo autotroof). Alle foto autotrofe organismen zijn groen en hoofdzakelijk planten. Auto troof betekent: zelf voedend Organismen die niet zelf organische stoffen kunnen produceren en zich daarom voeden met de organische stoffen waar andere organismen uit zijn opgebouwd. Deel van het autonome zenuwstelsel. Staat niet onder invloed van de wil. Het orthosympatisch zenuwstelsel bevordert afbraak in het lichaam. Onder invloed van het orthosympatisch zenuwstelsel is de afbraak groter dan de opbouw. Effect: versnelling hartfrequentie, vertraging vertering, verwijding van bronchiën (stimulering van de ademhaling) en adrenaline-afgifte. Diffusie van water door een selectief permeabel membraan. De watermoleculen stromen van een gebied met een lage concentratie opgeloste stoffen (hypotoon) naar een gebied met een hoge concentratie opgeloste stoffen (hypertoon). Als een (plantaardige)cel hypertonisch is ten opzichte van het milieu van de cel, dan zal er door diffusie water de cel instromen. Het instromende water gaat druk uitoefenen op de wand van de cel. De diffusie van water de cel in stopt als de zuigkracht net zo groot is als de tegendruk. De osmotische waarde geeft aan hoeveel opgeloste stoffen aanwezig zijn in een bepaalde vloeistof. Hoe hoger de osmotische waarde van een oplossing des te groter is de zuigkracht van de oplossing. Bij het ouder worden neemt de elasticiteit van de ooglenzen af, waardoor ze niet goed meer bol kunnen 3 Begrippenlijsten biologie 4 havo en 5 havo PENTA College CSG Scala Rietvelden Ovaria Overblijvende planten Overerving, gekoppelde Overerving, onafhankelijke Overspronggedrag Ovulatie Oxytocine worden. Hierdoor kan je minder goed van dichtbij zien en zal je dus een leesbril nodig hebben. Ook wel eierstokken genoemd. De vrouwelijke organen waarin de eicellen liggen, de 2 eierstokken bevinden zich aan weerszijde van de baarmoeder. Iedere plant die een strategie heeft ontwikkeld om de winter te overleven. Als meerdere allelen op hetzelfde chromosoom liggen zullen deze gezamenlijk overerven. Gekoppelde overerving komt aan de orde bij dihybride kruisingen. Als de genenparen waar je naar kijkt op verschillende chromosoomparen liggen. Onafhankelijke overerving komt aan de orde bij dihybride kruisingen. Niet relevant lijkend gedrag (van een ander gedragssysteem), ontstaat bij een conflict tussen twee gedragssystemen of door het uitblijven van een sleutelprikkel. Ook wel eisprong. Wanneer een rijpe eicel de eierstok verlaat en via de eileider langzaam naar de baarmoeder verplaatst. De eisprong vindt plaats 14 dagen voor de eerste dag van de volgende ovulatie en onder invloed van de hypofyse hormonen LH en FSH Hormoon dat wordt gemaakt door de zenuwcellen van de hypothalamus (het is een neurohoormoon) en afgegeven aan de hypofyse achterkwab. Oxytocine zorgt voor de secretie van melk en de samentrekking van de baarmoederwand. Ook wel het knuffelhormoon genoemd. 4