Bijdrage aan bundel t.g.v. het afscheid van prof .dr. Cees Maris als hoogleraar rechtsfilosofie aan de UvA DE DERTIENDE LIEFDE: SEKSUEEL COMMUNISME Datingbureau De Gouden Avondstond Amsterdam, april 2013 Geachte heer Maris, Onlangs wendde u zich tot mijn datingbureau, met het verzoek om voor u de ideale vrouw op te sporen. U bent reeds enige maanden met emeritaat, zo vertelde u, en daardoor is de tijd voorbij dat u uw werk boven de liefde stelde. Weliswaar bent u er uw hele werkzame leven in geslaagd - niet alleen in geschrifte, maar ook metterdaad - aan de liefde de ruimte te geven die haar toekomt, maar uw aspiraties reiken verder. Wanneer u op uw oude dag zult terugkijken op uw leven, zo hoopt u, dan zal uw levensgeschiedenis vooral uit de reeks van uw liefdesgeschiedenissen bestaan. U hebt die hoop bovendien kenbaar gemaakt in uw leerboek Twaalf Liefdes. U voelt zich daarom ook aan uw lezers verplicht om uw leven te bekronen met een spectaculaire liefdesapotheose. Uw verzoek verbaast me niet. In de vele jaren dat ik mijn datingbureau run, heb ik mijn cliëntèle opmerkelijk zien veranderen. Bestond deze vroeger vooral uit schuchtere weduwnaars, eenzame adolescenten of mannen met een klein gebrek, tegenwoordig zie ik steeds meer mensen met complexe begeerten. Deze begeerten lijken niet voort te komen uit een gemis, maar uit een onlesbare dorst naar steeds verfijndere genietingen. Hoe begrijpelijk uw verzoek ook is, het is niet gering wat u vraagt. De vrouw die u zoekt moet bereid zijn zich aan uw liefdestheorie en liefdespraktijk te onderwerpen. Indien ik u goed begrepen heb, gaat u ervan uit – en u hebt dat in wetenschappelijke publicaties onderbouwd - dat geen enkele vrouw aan de vele dimensies van een man 1 tegelijkertijd recht kan doen. U zelf hebt althans aan den lijve ervaren dat uw rijke, meervoudige persoonlijkheid onmogelijk bij slechts één vrouw tot volle amoureuze wasdom kan komen. U prefereert daarom een hoofdvrouw en enkele bijvrouwen die u tegelijkertijd - en daarom in al uw dimensies - hartstochtelijk beminnen. Nu is het helaas zo, sprak u teleurgesteld, dat Nederlandse vrouwen zich weliswaar graag vanuit de disco mee naar huis laten nemen voor een liefdesnacht, zelfs bereid zijn zich aanvankelijk te conformeren aan uw meervoudige liefdespraktijken, maar na verloop van tijd vallen ze allemaal door de mand: ze willen monogamie, totale toewijding en eeuwige trouw. Ik zag de wanhoop op uw gezicht en begreep dat mij geen eenvoudige klus wachtte. Ik vroeg u daarom uw eisenpakket nader te preciseren. U blijkt te verlangen naar een vrouw die nu eindelijk eens wil begrijpen dat politiek liberalisme en seksueel liberalisme au fond één pot nat zijn. Er is maar één grens aan de vrijheid – van welke aard dan ook - en dat is het schadebeginsel. In de seksuele liefde is alles geoorloofd, maar daarbij moet wel over en weer het recht op zelfbeschikking door de liefdespartners worden gerespecteerd. Even bekroop me de vraag hoe er beschikt kan worden over een zelf - en hoe een zelf gerespecteerd kan worden - indien dat zelf uit vele en contradictoire zelven bestaat. Maar met een dergelijke futiliteit wilde ik u niet lastigvallen. Een bemiddelingsverzoek zoals dat van u, krijg ik niet elke dag. Ik deelde u daarom mee dat ik de opdracht graag aanvaard, en waarschuwde u en passant voor de hoogte van de rekening. Die zou niet mals zijn, want niet alleen was een gedegen studie vereist van uw aan de liefde gewijde oeuvre, maar bovendien moest ik mij internationaal oriënteren. Met de Nederlandse vrouwen hebt u het immers helemaal gehad. Geld speelt echter geen enkele rol, zo verzekerde u mij. Ik kon declareren wat ik wilde. Inmiddels kan ik u tot mijn genoegen berichten dat ik the perfect match heb gevonden, of liever gezegd le match parfait, want de dame in kwestie is een Francaise. Ze is een mooie en elegante verschijning, heeft een hartstochtelijk gemoed en een kritische geest. Madame is bovendien als rechtsfilosofe werkzaam aan het gerenommeerde CNRS (Centre National de la Recherche Scientifique) in Parijs. 2 Ik mag wel zeggen dat zij geheel en al aan uw wensen beantwoordt. Gezeur over overgave en trouw heeft u van haar niet te duchten. Integendeel. Net zoals u publiceert zij bij voorkeur over zedelijkheidskwesties en neemt daarbij standpunten in die de uwe in liberaal radicalisme overtreffen. De vrijheid ten aanzien van seksuele praktijken, biotechnologische manipulaties en kunstmatige voortplanting kan Madame niet ver genoeg gaan. Zij deelt uw vrijheidspathos en accepteert – net zoals u – slechts het schadebeginsel als morele grens. In haar vurige pleidooien voor zelfbeschikking omzeilt ook zij de vraag naar het zelf waarover wordt beschikt. De vraag alleen al neigt volgens haar naar liberticide en moet daarom worden gepareerd met een speelse, postmoderne potpourri van rollen, identiteiten, en meervoudige, schizoïde persoonlijkheden. En hoe productief is die wetenschappelijke positie wel niet! Want wat blijkt? Vanuit dat caleidoscopische palet van seksuele identiteiten en verlangens, komt niet alleen elk medemens in aanmerking als liefdesobject, maar tout le vivant! Schreef ook u niet in uw opstel over de polymorf perverse liefde dat “wij allen dieren zijn”? Beperkte u zich nog tot het poneren van deze de-manciperende stelling, de vrouw die de uwe hoopt te worden, verrichtte uitgebreid veldwerk. Het wetenschappelijk verslag daarvan publiceerde zij onlangs in Belle et Bête (Parijs: Stock, februari 2013), waarmee zij in één klap wereldfaam verwierf. U hebt waarschijnlijk haar naam inmiddels geraden. Zij is inderdaad Marcela Iacub, de vrouw die zeven maanden de minnares van Dominique Strauss-Kahn was en op grond van dat veldwerk een geheel nieuwe théorie de l’amour ontwikkelde. In Le Nouvel Observateur van 21 februari j. licht zij haar theorie toe: “Ik verachtte de man, maar – vegetarische dierenvriendin die ik ben - adoreerde het varken in hem. Want het varken is bij uitstek de belichaming van de vrijheid. Het varken is het heden, het onmiddellijke, de lust en het plezier. Het varken vraagt niet, calculeert niet, bekommert zich niet om de gevolgen van zijn doen en laten. Men kan weliswaar op het varken geen samenleving bouwen, maar indien het varken niet bestond, zou er geen leven door onze aderen stromen. Het enige politieke project van het varken is het communisme. Want het enige ideaal van het varken is de orgie: iedereen is welkom, niemand wordt uitgesloten van het feest, de ouderen noch de lelijken. In de orgie zijn we allemaal één.” Dit “seksueel communisme” van DSK wekte de bewondering en liefde van de liberale Madame Iacub en inspireerde haar fascinerende liefdestheorie. 3 Vergis ik mij wanneer ik in haar theorie een Dertiende Liefde bespeur, een aanhangsel bij de door u beschreven Twaalf Liefdes? Een Dertiende Liefde die niet de sublimering of de domesticatie van het dier in ons viert, maar juist de onbeteugelde uitleving ervan, zonder enige discriminatie tussen mensen en zelfs zonder discriminatie tussen mens en dier. Is haar theorie niet buitengewoon zeitgemäss in een samenleving waarin mensen steeds meer verdierlijken en dieren steeds meer vermenselijken? Ik hoop op grond van het voorafgaande uw interesse in een ontmoeting met Madame Iacub te hebben gewekt. Ik kan u garanderen dat er van haar kant een welhaast gulzige bereidheid bestaat om u te ontmoeten. Wel wijs ik u zekerheidshalve op het volgende. In de vele rollen en identiteiten die Madame Iacub tegenover zichzelf en anderen speelt, heeft op dit moment de rol van non en heilige haar voorkeur, zo vertrouwde ze toe aan Le Nouvel Observateur. Ik hoop dat deze gedaantes – die uiteraard slechts tijdelijk zijn - geen bezwaar voor u vormen. Zelf zie ik in deze rollen een extra aanwijzing voor de geschiktheid van Madame Iacub als uw ideale liefdespartner. Is het immers niet frappant dat u zichzelf Abélard en uw minnares Héloise noemde, in de Elfde Liefde die u beschrijft, de email-liefde? Het verlangen naar de rol van abt die verliefd wordt op een non, is u kennelijk niet vreemd. Liep de door u beschreven en autobiografische emailliefde ongelukkig af, ik verzeker u dat de Héloise die ik aan u hoop voor te stellen, u de spectaculaire liefdesapotheose zal bezorgen waarnaar u zo verlangt. Mag ik mij nog een laatste opmerking permitteren? U weet hoe de politieke filosofie naar innovatie snakt. Zou een gelukkige verbintenis tussen u en Madame Iacub niet het baanbrekende inzicht kunnen opleveren dat de tot voor kort onverzoenbaar lijkende tegenstelling tussen twee hoofdstromingen in de politieke filosofie - het liberalisme en het communisme – in sexualibus met een juichend halleluja wordt opgeheven? Ik wacht uw antwoord met belangstelling af. Dorien Pessers 4