Reflectie op het jaarrapport van de ombudsvrouw

advertisement
REFLECTIE OP HET JAARRAPPORT 2015 VAN DE OMBUDSVROUW
1. Vergelijking cijfers 2012-2013-2014-2015
Jaar
aantal
2012
79
2013
73
2014
69
2015
65
Meldingen / info
Eerste lijn
Tweede lijn
Gegrond
28
35
16
7
30
37
6
2
20
10
29
6
13
5
37
11
De cijfers geven een lichte stijging van de tweedelijnsklachten weer, maar het
gegrondheidsratio stijgt niet. De ombudsvrouw geeft wel een algemene beschouw mee die
we kunnen onderschrijven: Dat er in 2015 iets meer tweedelijnsklachten bestemd waren voor
het OCMW, ondanks de behoorlijk uitgebouwde interne klachtenbehandeling, heeft onder
meer te maken met het stijgend aantal cliënten, de vertrouwensrelatie eigen aan een
Ombudsman, de toenemende armoede bij sommige groepen maar vooral ook de weinig
onduidelijke schriftelijke communicatie van het OCMW naar haar cliënten toe.
Door regelmatige formele en informele contacten tussen de ombudsvrouw en de diensten
van OCMW beogen we een goede samenwerking met respect voor elkaars rol.
2. Aanbevelingen
Stuur dringend de schriftelijk communicatie bij en evalueer
Het OCMW is zich bewust van de complexiteit en begrijpbaarheid van de ‘betekeningen’
(lees: schriftelijke kennisgevingen van de beslissingen inzake steunverlening).
Om dit aan te pakken loopt er reeds een paar jaar een omvangrijk project rond een nieuwe
manier van verslaggeving aan het BCSD.
De resultaten van dit project moeten reeds in belangrijke mate een antwoord bieden op de
noodzaak tot vereenvoudiging van onze schriftelijke communicatie.
Zo:
- worden de aantallen van de verschillende kennisgevingen verminderd (dus duidelijker
zowel voor de maatschappelijk werker ifv het opmaken van het verslag als voor het BCSD ifv
het nemen van de beslissing als voor de cliënt/ontvanger van de beslissing),
- wordt het taalgebruik vereenvoudigd
- zal de kennisgeving bij een terugvordering het bedrag van het terug te betalen bedrag
vermelden, evenals de redenen waarop de terugvordering gebaseerd is en de manier
waarop moet terugbetaald worden
Het “nieuwe verslag BCSD” zal in september 2016 uitgerold worden in onze diensten.
Naast deze optimalisatie in onze werking, is er de eerstkomende maanden ook een
crashteam gepland dat zich over de verstaanbaarheid van onze schriftelijke communicatie
zal buigen.
Wij verwachten dat de resultaten van dit crashteam ook een merkbare positieve impact
zullen hebben op de verstaanbaarheid van onze kennisgevingen van de beslissingen en ook
wat eenvoudig taalgebruik in onze briefwisseling betreft.
Evalueer of het ingaan van de schorsing na het toekennen van de aanvraag ook het
beoogde doel bereikt en of het niet leidt tot misverstanden
Motiveer schorsingen met concrete argumenten zodat ook die beslissingen voor de
burger transparanter worden en men zijn recht op verdediging kan laten gelden.
Deze zijn - als gevolg van de toepasselijke wetgeving - inderdaad niet steeds even
eenvoudig waardoor in de briefwisseling ten aanzien van cliënt – voorafgaand aan de
hoorzitting waarop cliënt wordt uitgenodigd – niet steeds een duidelijk antwoord kan gegeven
worden wat de ingangsdatum van de schorsing betreft.
Afhankelijk van de reden van schorsing, worden ook schorsingen “in de toekomst” (lees:
preventieve schorsingen) uitgesproken.
Deze schorsingen worden uitgevoerd wanneer de betrokkene, na een stopzetting van de
hulpverlening, een nieuwe steunaanvraag voor leefloon komt indienen.
Bij schorsing tijdens een lopend akkoord, wordt de ingangsdatum op de hoorzitting (of bij
equivalent leefloon op BCSD-IG) besproken, mondeling aan cliënt meegedeeld en nadien in
de beslissing opgenomen.
De schorsing start meestal de 1ste van de maand maar kan evengoed de 15de van de maand
ingaan. Op die manier kan één maand schorsing gespreid worden over twee maanden, zo
kunnen wij de cliënt in staat stellen om in de schorsingsperiode de vaste kosten of minstens
een deel ervan te betalen.
Bij preventieve schorsingen wordt de schorsing doorgaans uitgevoerd bij aanvang van de
hernieuwde steunverlening. De mogelijkheid bestaat ook om – uitzonderlijk en indien daar
redenen voor zijn – de uitvoering van de schorsing uit te stellen tot bijvoorbeeld 1 maand na
aanvang van de hernieuwde steunverlening of de schorsing pas te laten ingaan op de 15de
van de maand.
U kan lezen dat het OCMW – ook bij ons sanctioneringsbeleid – toch ook hebben voor de
cliënt bijvoorbeeld door een schorsing van 1 maand over 2 maanden te spreiden…
Het terug te betalen bedrag wordt doorgaans ook in maandelijkse schijven teruggevorderd.
De hoogte van het bedrag van de terugbetaling houdt rekening met het inkomen van
betrokkene, alsook met de reden van terugvordering (als gevolg van fraude of niet…).
Naast de te verwachten resultaten van de implementatie van het “nieuwe verslag BCSD” en
de optimalisatie-oefening van het crashteam, wordt er benadrukt dat BCSD-beslissingen
steeds mondeling door de maatschappelijk werker aan de cliënt kunnen worden toegelicht,
telkens wanneer betrokkene daarom vraagt.
De leden van het BCSD lichten hun beslissing die zij in de hoorzitting nemen ook zélf steeds
duidelijk aan de cliënt toe.
Omgaan met burgers met psychische problematiek: mogelijk is het aangewezen om
uit te zoeken of dit aantal cliënten met dergelijke problematiek stijgt en of eventueel
de maatschappelijke werkers hier behoefte hebben aan ondersteuning.
Het is een feit dat de maatschappelijk werkers steeds meer geconfronteerd worden met
cliënten met een psychische problematiek, dit als gevolg van een vermaatschappelijking van
de zorg.
Om daaraan tegemoet te komen hebben wij binnen de Sociale Dienst een uitgebreid team
aan psychologen die kunnen ingeschakeld worden voor psychologische begeleiding van
individuele cliënten maar ook voor methodische ondersteuning van de maatschappelijk
werkers ikv het omgaan met deze moeilijke doelgroep.
Het team psychologen staat ook in voor het organiseren van vorming en intervisiemomenten
rond methodische begeleiding van cliënten met een psychische problematiek.
3. Signaal
‘Het is duidelijk dat vooral de activiteiten in de dienstencentra erg gesmaakt worden door de
doelgroepen.
Er is wel ongenoegen over het grote prijsverschil tussen de standaardprijs voor een activiteit
en de Uitpas-korting.
Dat verschil is inderdaad groot maar dit is een bewuste politieke keuze waarover de
Ombudsvrouw zich niet
uitspreekt maar wel het signaal geeft.’
De Uitpas is een initiatief van de minister van Cultuur. Het betreft dus Vlaamse materie.
De Vlaamse minister van Cultuur heeft bij de invoering van de Uitpas gekozen voor 80%
korting voor wie recht heeft op het kansentarief.
De lokale overheden en organisaties die mee stappen in het verhaal hebben hier geen
keuzevrijheid in. Het betreft een basisregel van het Uitpassysteem.
4. Opvolging
De ombudsvrouw waardeert de inspanningen van dienst Wonen stad Gent en van het
OCMW om de gevolgen van de vereffening van vzw Woonfonds op te vangen. Ze geeft ook
aan dat niet voor alle huurders een oplossing is gevonden.
Het OCMW spant zich verder in om een oplossing te zoeken. Om uithuiszetting van deze
overblijvende huurders te voorkomen, besliste het OCMW recent om een extra
“Woonzoeker” in dienst te nemen met als specifieke opdracht de resterende huurders
intensief te ondersteunen in hun zoektocht naar een nieuwe woning. Om huiseigenaars te
overhalen aan hen te verhuren, wordt tevens voorzien in een extra wooncoach die zorgt voor
nazorgbegeleiding.
Download