Moleculaire merkers: van labo naar praktijk

advertisement
Delier in de palliatieve
fase
DR. KARIN SCHOTTE
MEDISCHE ONCOLOGIE- PALLIATIEF SUPPORTTEAM
Delier in de palliatieve fase
1.
2.
3.
4.
5.
Definitie en voorkomen
Pathofysiologie
Oorzaken
Diagnose
Behandeling
Delier in de palliatieve fase
Definitie en voorkomen:
1.
2.
3.
4.
5.
Grieks : leros: onzin, Latijn: delirare: ontsporen
= Organische psychosyndroom: somatisch lijden geeft aanleiding tot
psychiatrisch beeld
Frequent ! Incidentie bij patiënten met kanker 17 %  68 – 85% in
allerlaatste stadium
Moeilijk te herkennen ( in 20 tot 50 % onopgemerkt )
Soorten:
1.
Geagiteerde of hyperkinetische delier = Typisch onrustig delier
2.
Stille, apathisch of hypokinetische delier
-
3
De 2 wisselen elkaar soms af -
Terminaal delier/terminale onrust : erge onrust en verwardheid met
ongecoördineerde bewegingen, plukken aan de lakens, draaien en keren, kreunen en
zelfs schreeuwen
Delier in de palliatieve fase
Definitie en voorkomen: DSM-IV- criteria
1.
2.
3.
4.
Bewustzijnsstoornis (gedaald BWZ of gedaald besef van omgeving) en
aandachtstoornis ( richten, focussen, vast houden, wijzigen) – wisselend
Verandering in cognitie (geheugenstoornis, desoriëntatie, taalstoornis,
waarneming/perceptie) (hallucinaties)
Symptomen ontwikkelen zich in enkele uren tot dagen (acuut ontstaan)
en fluctueren in de loop van de de dag. Delirium duurt soms dagen tot
weken.
Ontstaan uit somatische aandoening of medicatie
intoxicatie/onthouding
Delier in de palliatieve fase
Definitie en voorkomen:
= Traumatische ervaring !
1. Patiënt
2. Naasten
3. Zorgverleners
Delier in de palliatieve fase
Pathofysiologie:
1.
Delier is uiting van ernstige organische problematiek: ernstig zieke
patiënt
2.
Precieze mechanisme nog niet gekend
3.
Metabole veranderingen: stoornissen in de hersenen: onevenwicht in
neurotransmitters
1.
Tekort aan acetylcholine ( vb anticholinergica kunnen delier veroorzaken)
2.
Teveel aan dopamine ( haloperidol = dopamine-antagonist is effectief om delier te
bestrijden)
Delier in de palliatieve fase
Oorzaken: Predisponerende factoren en
precipiterende factoren
1.
Indien één of meer van volgende predisponerende factoren aanwezig
zijn, is een geringe precipiterende factor reeds genoeg om een delier uit
te lokken
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Leeftijd > 70 jaar
Cognitieve stoornis ( dementie )
Gezichts- of gehoorstoornissen
Geisoleerd bestaan
Delier in verleden
Misbruik van alcohol of drugs in verleden
Delier in de palliatieve fase
Oorzaken: precipiterende factoren: multifactorieel bij 2/3 van
patienten
1.
Medicijnen of onttrekking daarvan
2.
3.
4.
5.
6.
- Opioïden
- Anticholinergica
- NSAID, metoclopramide,benzodiazpine, corticosteroiden
Metabole stoornissen
- Hypercalcemie
- Hyponatriëmie
Infecties
- Pneumonie
- UWI
Intracraniele problemen
- Hersentumor- hersenmetastasen
Onttrekking van stoffen
- Alcohol- nicotine- benzodiazepines
Diversen
- Hypoxie
- Anemie
- Deshydratatie …
Delier in de palliatieve fase
Diagnose:
1.
2.
3.
4.
Anamnese ( hetero) en onderzoek: klinisch/labo/beeldvorming…
Arts dient te overwegen hoe ver hij/zij zal gaan in onderzoek
1.
Mogelijkheid van causale interventies
2.
Levensverwachting
3.
Wens van patiënt en naasten
DSM-IV – criteria
Eraan denken, bij twijfel: behandelen als delirium
Delier in de palliatieve fase
Diagnose: voortekenen van delirium
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Rusteloosheid, geirriteerdheid
Slapeloosheid ‘s nachts en sufheid overdag
Nachtmerries
Verhoogde gevoeligheid voor licht en geluid
Desoriëntatie
Achterdocht
…
Delier in de palliatieve fase
Differentiaaldiagnose:
1.
2.
3.
Dementie
Psychose
Stemmings en angststoornissen ( vb depressie )
Delier in de palliatieve fase
Behandeling:
1.
2.
Doel:
1.
Onderliggende oorzaak wegnemen, waar mogelijk en gewenst, én tegelijkertijd
2.
Symptomatisch aanpakken door algemene maatregelen en medicamenteus
Algemene maatregelen
-
Rust bij patiënt en rondom bed creëren
-
Onderliggende oorzaak behandelen indien nog zekere levensverwachting
Vb.
Hypercalcemie
Infectie
Medicijnen
Delier in de palliatieve fase
Behandeling:
3. Medicamenteuze behandeling
-
Haloperidol ( HaldolR)= eerste keus
-
Krachtig antipsychoticum ( butyrofenonen), = dopamine-antagonist
-
Geringe sederende en anticholinerge werking
-
Effect op verwardheid, veel minder op onrust
-
Dosis: start 0,5mg per os of sc tot 2 mg indien ernstig
-
Cave:
-
-
Extrapyramidale bijwerkingen
Paradoxale reactie
Ziekte van Parkinson: contraindicatie!
Alternatief is clozapine ( Leponex) ( atypische antipsychotica )
Delier in de palliatieve fase
Behandeling:
-
-
Benzodiazepine:
-
Toevoegen indien onrust onvoldoende onder controle
-
Geen eerste keus behalve alcoholonttrekkingsdelier
Chloorpromazine en Levomepromazine (NozinanR):
-
-
Methylfenidaat: ( centraal stimulans)
-
-
Stil delier
Olanzapine ( ZyprexaR), Clozapine ( LeponexR) :
-
-
Hypotensie en sedatie
meer sedatief en aangewezen bij Parkinson patienten
(Palliatieve) sedatie: Midazolam (Dormicum)
-
Zeer potent en kortwerkend benzodiazepine
Delier in de palliatieve fase
Behandeling:
Delier in de palliatieve fase
Behandeling:
Neuroleptica
Haloperidol ( Haldol) PO, SC
Clozapine ( Leponex ) PO
Olanzapine (Zyprexa) PO
Levopromazine (Nozinan) PO
Benzodiazepines
Lorazepam ( Temesta ) PO, SL, IM, IV
Diazepam (Valium) PO, RT, IV
Midazolam ( Dormicum ) SC
Delier in de palliatieve fase
Besluit:
1.
Eraan denken
2.
Diagnostische criteria
3.
Oorzaken
4.
Start met Antipsychoticum (haloperidol)
Dank voor uw aandacht
Dr. Karin Schotte
Medische oncologie – palliatief supportteam
[email protected]
Delier in de palliatieve fase
Download