Modelovereenkomst voor leerlingenstages Preambule Dit model

advertisement
Modelovereenkomst
voor
leerlingenstages
1
PREAMBULE
Dit model van contract is te gebruiken voor overeenkomsten met betrekking tot stages. Het
gaat om een contract ‘sui generis’ en houdt rekening met de specifieke aard van het
werkplekleren en de regelgeving die erop van toepassing is.
Met de volgende wetgeving werd rekening gehouden bij het opstellen van dit modelcontract
en moet rekening worden gehouden bij de uitvoering van de overeenkomst:
De Arbeidswet van 16 maart 1971.
Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van
hun werk.
Koninklijk Besluit van 21 september 2004 betreffende de bescherming van stagiairs.
Koninklijk Besluit van 3 mei 1999 betreffende de bescherming van de jongeren op het werk.
Koninklijk Besluit van 27 maart 1998 betreffende het welzijn van de werknemers bij de
uitvoering van hun werk.
AFDELING I: TOEPASSINGSGEBIED
Artikel 1: Aard van de overeenkomst
Onder werkplekleren, in de zin van deze overeenkomst, wordt begrepen: een op ervaring
gebaseerd leren, een actief en constructief proces dat plaats vindt in een reële arbeidssituatie
als leeromgeving, als onderdeel van een door een onderwijsinstelling georganiseerd
leerprogramma, onder begeleiding van de onderwijsinstelling en een derde, met de werkelijke
problemen uit de arbeidspraktijk als leerobject waarbij leerlingen te beschouwen zijn als
stagiairs in de zin van artikel 2 van het Koninklijk Besluit van 21 september 2004 betreffende
de bescherming van stagiairs.
(Werkplekleren in algemene zin kan worden gedefinieerd als ‘leeractiviteiten die gericht zijn op het verwerven
van algemene en/of beroepsgerichte competenties, waarbij de arbeidssituatie de leeromgeving is”)
Artikel 2: Partijen
Deze overeenkomst wordt afgesloten tussen de volgende partijen:
 Onderwijsinstelling: in overeenstemming met artikel 2 van het KB stagiairs, een
instelling die onderwijs verschaft, met uitzondering van de instellingen die de
beroepsopleidingen organiseren bedoeld in artikel 2, §1, tweede lid, b) van de wet van 4
augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun
werk.
o Naam:
o Begeleidende leerkracht:
o Telefoonnummer:

Organisatie: de organisatie(bedrijf, instelling, vzw,…), buiten de onderwijsinstelling,
waar de leerlingen hun activiteiten uitvoeren in het kader van werkplekleren, zoals
gedefinieerd in artikel 1 van dit contract.
o Naam:
o Mentor/coach:
o Telefoonnummer:
2
Bovengenoemde onderwijsinstelling komt in de organisatie werkplekleren met …
leerlingen uit de volgende opleiding van de volgende studierichtingen en leerjaren:
Artikel 3: Tijdstip
Het werkplekleren tussen de in artikel 2 vermelde partijen zal doorgaan op de volgende
dagen:
(De partijen kunnen hier ook de activiteiten per dag specifiëren)
Artikel 4: Competenties werkplekleren
De leerlingen worden tijdens hun verblijf bij de organisatie volgende competenties bijgebracht
op de volgende werkplekken:
(De partijen kunnen hier verwijzen naar wat er geleerd wordt en welke competenties er worden aangeleerd)

De gegevens (naam, adres, telefoonnummer, geboortedatum) van de leerlingen worden ingevuld op de eerste bijlage
bij deze overeenkomst.
3
AFDELING II: VOORWAARDEN BIJ HET WERKPLEKLEREN
Artikel 5: Aanwezigheid
De leerlingen dienen zich te houden aan de uurroosters van … of, bij dagdienst, aan het
afgesproken uurrooster, namelijk:
Optioneel voor leerlingen ouder dan 18 jaar, maar verplicht in het geval van leerlingen jonger dan 18 jaar:
Voorbeeld:
Blok 1 Werkplekleren (maximum 4 ½ uren)
Blok 2 Middagpauze (minimum een half uur)
Blok 3 Werkplekleren (maximum 4 ½ uren)
Wanneer leerlingen jonger dan 18 jaar in totaal meer dan zes uur moeten werken moeten er twee blokken van
een kwartier rust extra ingebouwd worden in dit schema.
Overwerk is in principe verboden en moet dus zoveel als mogelijk vermeden worden.
Heel uitzonderlijk, in geval van overmacht, is het mogelijk dat leerlingen jonger dan 18 jaar overwerk
verrichten. In dat geval moet de organisatie dit overwerk binnen de drie dagen schriftelijk melden aan de
bevoegde inspecteur van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de plaats waar de
onderneming is gevestigd. De leerlingen hebben dan recht op inhaalrust.
De leerlingen kunnen (geen) gebruik maken van het bedrijfsrestaurant.
Artikel 6: Afwezigheid
Voor de leerlingen gelden wat betreft afwezigheden, tijdens de dagen van het werkplekleren,
de afspraken van de onderwijsinstelling. Naast melding aan de onderwijsinstelling neemt de
leerling ook contact op met contactpersoon binnen de organisatie (in te vullen). Dit gebeurt voor de
start van het werkplekleren. ( om xx uur xx) De leerling dient een kopie van het medisch
attest aan de organisatie (in te vullen) te bezorgen.
Een leerling die te laat komt, geeft de reden hiervan door aan de begeleidende leerkracht en
aan de contactpersoon binnen de organisatie (in te vullen). Ook hier gelden de afspraken van de
onderwijsinstelling.
(Er worden afspraken gemaakt tussen de partijen inzake spijbelen en het eventueel verliezen van de
stageplaats)
Artikel 7: Vervoer
De leerlingen komen per … (eigen transport, openbaar vervoer, …)naar de afgesproken
plaats in de organisatie. Ze zijn er zelf voor verantwoordelijk al het nodige te doen op tijd
aanwezig te zijn.
(Indien er een tussenkomst is in de vervoerskosten, kan dit in de overeenkomst ingeschreven worden)
4
Artikel 8: Verzekering
De leerlingen zijn, tijdens het werkplekleren, verzekerd via de verzekering van de
onderwijsinstelling. De onderwijsinstelling dient daarbij indien nodig een polisuitbreiding te
voorzien die ook de risico’s dekt die voortvloeien uit onbekwaamheid, gebrek aan ervaring of
nalatigheid van de leerling, die zich zouden uiten onder de vorm van lichamelijke of materiële
schade.
De organisatie blijft echter verantwoordelijk voor de schade die kan ontstaan omwille van
defecten bij het materiaal, de gebouwen of andere omgevingsfactoren op de werkplek die ter
beschikking worden gesteld door de organisatie.
De onderwijsinstelling is verzekerd bij verzekeringsinstelling (in te vullen), onder polisnummer …,
dossier…, contractnummer… .
De contactpersoon bij de onderwijsinstelling is de heer/mevrouw … . (gelieve hier de
contactgegevens van deze persoon te vermelden: adres, email, telefoon, gsm, …)
De begeleidende leerkracht heeft steeds de nodige formulieren in zijn bezit.
Artikel 8: Aansprakelijkheid
De aansprakelijkheid van de leerling wordt binnen het kader van deze overeenkomst beperkt
tot de opzettelijke fout, de zware fout of de gewoonlijk voorkomende licht fout van de
leerling.
(Deze aansprakelijkheidsregeling dient toegepast worden in het licht van een leerling, waarbij het maken van
een aantal fouten ook deel uitmaakt van het leerproces)
Artikel 9: Werkpostfiche
Naast een informatiesessie voor alle leerlingen en een opsomming van de veiligheidsregels
eigen aan de werkplek in de leerlingenbundels bezorgt de contactpersoon binnen de organisatie (in te
vullen) een werkpostfiche aan de onderwijsinstelling en aan iedere leerling (als bijlage bij deze
overeenkomst).
De werkpostfiche bevat de volgende elementen:




een beschrijving van de werkpost;
een beschrijving van de aard van de risico’s;
een beschrijving van de in acht te nemen preventiemaatregelen;
een beschrijving van de verplichtingen van de leerling.
Artikel 10: Gezondheidsbeoordeling
Gelet op de resultaten van de risicoanalyse (zie bijlage), vindt er een/geen
gezondheidsbeoordeling plaats. (schrappen wat niet past conform artikel 7 van het KB stagiairs)
Indien een gezondheidstoezicht vereist is, zorgt de organisatie dat dit toezicht ook
daadwerkelijk gebeurt. De organisatie kan dit door zijn interne of externe dienst voor
preventie en bescherming op het werk in te schakelen of door het toezicht toe te vertrouwen
aan de preventiedienst van de onderwijsinstelling.
5
Artikel 11: Financiële aspecten
In het kader van werkplekleren is arbeid enkel een middel in een leerproces in de zin van het
Koninklijk Besluit van 21 september 2004 betreffende de bescherming van stagiairs.
Er kan dan ook in geen enkel geval een arbeidsrelatie ontstaan of loon uitgekeerd worden.
AFDELING III: BEGELEIDING VAN HET WERKPLEKLEREN
Artikel 12: Begeleidende leerkracht
De begeleidende leerkracht is tijdens het werkplekleren zoveel als mogelijk ter beschikking.
Hij/zij mag de werkplekken op ieder moment bezoeken en geeft extra uitleg of opdrachten
aan de leerlingen bij een bepaalde werkplek. Dit gebeurt in samenspraak met de betrokken
organisatie (in te vullen).
Artikel 13: Opleiding begeleidende leerkracht (optionele bepaling)
Om een doeltreffende begeleiding te garanderen is het zinvol dat de begeleidende leerkracht vooraf een stage of
opleiding volgt bij de organisatie (in te vullen). Zo leert hij/zij op voorhand de organisatie en de
organisatiecultuur kennen. Bovendien doet hij ervaring op met de te gebruiken machines en technologieën en
leert hij/zij het werkplekleren kennen. Zonder voorafgaande stage of op zijn minst bezoek kan het
werkplekleren niet plaatsvinden.
Artikel 14: Vervanging begeleidende leerkracht
Een vervanging van de vaste begeleidende leerkracht moet vooraf worden meegedeeld aan de
contactpersoon binnen de organisatie (in te vullen). De vervanger moet op de hoogte zijn van het
project, de gemaakte afspraken en moet in staat zijn de taak van begeleidende leerkracht uit te
voeren.
Artikel 15: Coach of mentor en andere werknemers
Naam coach en/of mentor (in te vullen) fungeert als ‘coach’ of ‘mentor’ op hun werkplek. Hij/zij
begeleidt de leerlingen, geeft duidelijke uitleg, voorbeelden, instructies en evalueert de
leerlingen. Om deze rol op te nemen krijgt de coach en/of mentor (in te vullen) een uitgebreide
briefing over het werkplekleren. Optioneel krijgen zij ook een aangepaste opleiding.
De werknemers vervullen een voorbeeldfunctie voor de leerlingen onder andere met
betrekking tot het respecteren van de veiligheidsvoorschriften, arbeidsuren, …
Artikel 16: Verantwoordelijkheid
Tijdens het werkplekleren bij de organisatie (in te vullen) is de begeleidende leerkracht in
opdracht van de onderwijsinstelling, overeenkomstig artikel 1384 van het burgerlijk wetboek,
verantwoordelijk voor de leerlingen en zal hij/zij toezien op de correcte naleving van
gemaakte afspraken. Indien nodig grijpt de leerkracht in en treft hij/zij sancties.
Voorbeeld:


Een leerling beschadigt de eigendommen van een normale werknemer.
Een leerling verwondt een andere leerling door het verkeerd gebruik van machines.
6
De organisatie is verantwoordelijk voor de werkomgeving waarin de leerlingen hun opdrachten
moeten uitvoeren.
Voorbeeld:

Een leerling verwondt zich door toedoen van het slecht functioneren van een
machine of de toestand van het gebouw.
Artikel 17: Sanctionering
Zowel leidinggevenden van de organisatie (in te vullen) als de onderwijsinstelling (in te vullen) mogen
te allen tijde de leerlingen aanspreken bij niet naleving van gemaakte afspraken. Zij melden dit
tevens aan de contactpersoon van de organisatie (in te vullen) en aan de begeleidende leerkracht. In
ieder geval vindt er overleg plaats met betrekking tot deze feiten en worden mogelijke verdere
stappen besproken.
Artikel 18: Evaluatie
Per werkplek zal de leerling geëvalueerd worden door de contactpersoon van de organisatie (in te
vullen) in samenspraak met de begeleidende leerkracht. Het is de bedoeling dat hierbij een
wisselwerking ontstaat tussen de begeleidende leerkracht en de mentor. Dit gebeurt op basis
van de overeengekomen criteria en door een continue evaluatie gecombineerd met een
eindevaluatie.
De taakverdeling tussen de begeleidende leerkracht en de mentor is als volgt:
De criteria op basis waarvan er geëvalueerd wordt zijn de volgende:
7
AFDELING IV: VEILIGHEID EN GEZONDHEID
Artikel 19: Werkplek ‘introductie en veiligheid’
Voor de aanvang van het werkplekleren wordt een introducerende sessie gehouden, waarbij
onder andere veiligheidsaspecten aan bod kunnen komen. Er worden afspraken gemaakt
waaraan alle partijen zich moeten houden. De leerling is verplicht hierbij aanwezig te zijn. Op
de werkplek moeten de leerlingen zo vaak mogelijk begeleid worden door de begeleidende
leerkracht of de contactpersoon van de organisatie (in te vullen). De leerlingen mogen enkel
handelingen uitvoeren waarvoor ze instructies hebben gekregen van een aangewezen
werknemer van de organisatie.
Artikel 20: Persoonlijke beschermingsmiddelen
Afhankelijk van de werkplek is de leerling verplicht de voorgeschreven persoonlijke
beschermingsmiddelen te dragen. Deze worden bezorgd door de organisatie/de
onderwijsinstelling. (onderling af te spreken)
De volgende collectieve beschermingsmiddelen worden gebruikt binnen de organisatie:
De volgende persoonlijke beschermingsmiddelen zijn noodzakelijk bij het werkplekleren:
Artikel 21: Verboden agentia, procédés en werkzaamheden voor de leerlingen
Het gebruik van de rolbrug en het besturen van interne transportmiddelen is verboden voor
de leerlingen.
Als bijlage bij deze overeenkomst wordt de niet-limitatieve lijst van agentia, procédés en
werkzaamheden en plaatsen als beschreven in artikel 3, §2 en artikel 8 van het KB van 3 mei
1999 betreffende de bescherming van jongeren op het werk opgenomen.
Enkel en alleen onder de voorwaarden van artikel 10 van hetzelfde KB kan deze lijst door de
partijen naast zich neergelegd worden. Dit artikel bepaalt dat aan elk van de volgende
voorwaarden moet worden voldaan:
1/ Het moet gaan om arbeid, betrokkenheid of aanwezigheid die onontbeerlijk is voor de
beroepsopleiding van de leerlingen;
2/ De organisatie moet zich ervan vergewissen dat de door het KB opgelegde
preventiemaatregelen effectief zijn. Dit moet door een lid van de hiërarchische lijn
gecontroleerd worden. Die persoon wordt aangewezen door de organisatie;
3/ De organisatie moet erop toezien dat de arbeid wordt uitgevoerd in het bijzijn van een
ervaren werknemer en dat in voorkomend geval de aanwezigheid op de werkplekken
plaatsvindt in het bijzijn van een ervaren werknemer.
(dit artikel kan aangevuld worden naargelang de noden van de individuele overeenkomst)
Artikel 22: Orde
De leerling draagt mee zorg voor een ordelijke en propere werkplek.
(dit artikel kan aangevuld worden naargelang de noden van de individuele overeenkomst)
8
Artikel 23: Roken, alcohol en drugs
Er worden afspraken gemaakt in verband met het gebruik van genotsmiddelen.
Voorbeeldclausule:
“Het is verboden te roken in de gebouwen en op de terreinen van de organisatie.
Het is verboden de werkplaats in dronken toestand te betreden of alcoholische dranken binnen te brengen, te
verbruiken of te verbergen.
Op het grondgebied van de organisatie is zowel het gebruik als het bezit van drugs verboden. Dit verbod strekt
zich ook uit tot alle middelen die een verdovend en/of stimulerend effect kunnen hebben.
9
AFDELING V: AFSLUITENDE BEPALINGEN EN HANDTEKENINGEN MET
AKKOORD
Artikel 24: Bijlagen
Aan deze overeenkomst worden de volgende bijlagen, die integraal deel uitmaken van deze
overeenkomst, gehecht:





Akkoord leerlingen/betrokken personen met deze overeenkomst;
Werkpostfiche;
Risicoanalyse;
Niet limitatieve lijst van agentia, procedés en werkzaamheden en plaatsen
Stagereglement zoals opgenomen in omzendbrief SO/2002/09.
Alle partijen dienen voor het ondertekenen van de overeenkomst in het bezit te zijn van deze
overeenkomst en al haar bijlagen.
Aldus opgemaakt in vier exemplaren, waarvan minstens één voor elke partij, en één kopie
voor de FOD WASO opgemaakt te …
De onderwijsinstelling en de begeleidende leerkracht gaan akkoord met bovenstaande
informatie en afspraken en verbinden zich ertoe om deze vooraf mee te delen aan de
leerlingen.
Handtekening begeleidende leerkracht,
De heer/mevrouw
Handtekening onderwijsinstelling
De organisatie en de begeleidende mentor/coach gaan akkoord met bovenstaande
informatie en afspraken en verbinden zich ertoe deze na te leven.
Handtekening begeleidende mentor/coach,
De heer/mevrouw
Handtekening organisatie
De leerling/betrokken personen gaan akkoord met bovenstaande informatie en afspraken
en verbinden zich ertoe deze na te leven.
Het akkoord met handtekening en gegevens van de leerlingen zijn te vinden in de eerste
bijlage bij deze overeenkomst.
10
BIJLAGE 1: GEGEVENS EN AKKOORD LEERLINGEN/BETROKKEN PERSONEN
Leerling 1:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 2:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 3:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 4:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 5:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 7:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 8:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 9:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 10:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 12:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 13:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 6:
Adres:
Leerling 11:
Adres:
11
Leerling 14:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 20:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 21:
Adres:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Telefoon:
Studierichting en leerjaar
Geboortedatum:
Handtekening:
Leerling 15:
Adres:
Leerling 16:
Adres:
Leerling 17:
Adres:
Leerling 18:
Adres:
Leerling 19:
Adres:
Cursist 22:
Adres:
Leerling 23:
Adres:
Leerling 24:
Adres:
Leerling 25:
Adres:
12
BIJLAGE 2: WERKPOSTFICHE
De werkpostfiche wordt opgesteld door de organisatie en voor de start van het werkplekleren aan de
onderwijsinstelling bezorgd.
BIJLAGE 3: RISICOANALYSE
BIJLAGE 4: NIET LIMITATIEVE LIJST VAN AGENTIA, PROCÉDÉS EN
WERKZAAMHEDEN EN PLAATSEN BEDOELD IN ARTIKEL 3, §2 EN ARTIKEL 8 VAN
HET KB VAN 3 MEI 1999 BETREFFENDE DE BESCHERMING VAN JONGEREN OP
HET WERK
BIJLAGE 5: STAGEREGLEMENT
13
Download