Kenmerk 6: (a) De groei van het Romeinse imperium, (b) waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa verspreidde Ontwikkelingen in het Imperium H2:§ 10-11:p33-36, artikel XIII & XIV Romanisering van de “wereld” • Met de komst van de Romeinen veranderde gebieden in Romeinse provincies alwaar de inwoners steeds meer Romein werden – Deze culturele verandering was het gevolg van: • Komst van de legioenen – Contact met soldaten en handelaren • Terugkeer van veteranen (en hun vrouw en kinderen) • Incorporatie van de autochtone elite in het Romeins bestuursapparaat H2:§ 10-11:p33-36, artikel XIII & XIV Romanisering van de “wereld” • • Met de komst van de Romeinen veranderde gebieden in Romeinse provincies alwaar de inwoners steeds meer Romein werden Hoe – Cultuur • het schrift • het bouwen (tempels, villa’s en wegen) • het eten (kruiden, kip, gans, erwt, wijn, olijfolie) • de kat als huisdier • mooi aardewerk en glas (stukjes inheems Romeins aardewerk) • Sieraden • allerlei technieken – Bestuur • Deelname aan het bestuur • Men viel onder het Romeinse Recht • waarom/waardoor – Men (de lokale bevolking) wilde erbij horen – Handel met de Romeinen – Men moest verplicht in het leger – Hierbij werd men geheel of gedeeltelijk ingeburgerd Romanisering Romanisering H2:§ 10-11:p33-36, artikel XIII & XIV Bureaucratisering • Teneinde het grote rijk effectief te kunnen besturen hadden de keizer en de senaat ambtenaren nodig – Voor • • • • de correspondentie (vb. naar gouverneurs en generaals te velde) beheer van gelden/ financiën Opstellen en uitzetten van wetten Bijhouden van senaatsbesluiten en zaken die in andere raden spelen • Bijhouden van allerlei juridische zaken (vb. uitspraken van rechters) – De bureaucratie raakte alle burgers (en niet-burgers) van het Rijk. Bijvoorbeeld al door het bijhouden wie wel en wie geen burgers is Eenheid die geen eenheid meer is Rome in grote problemen (ca. 275 NC) • Generaals vechten om de macht (soldatenkeizers) • Germanen aan de deur – Beide zaken zorgden voor een permanente staat van oorlog • Grote armoede onder de Romeinse boeren & burgers • Verarming rijk door verlies van land en belastinginkomsten • Corruptie, inefficiëntie, grote bureaucratie • Daar komt een eeuw later nog een groot probleem bij De Volksverhuizingen (hier gaan we het nog over hebben) Eenheid die geen eenheid meer is Tijdelijke oplossingen • Diocletianus (284-305 NC) zorgde met vergaande bestuurlijke en economische hervormingen voor een tijdelijk opleving – Zijn belangrijkste wapenfeit was de bestuurlijke splitsing van het Rijk in Oost en West • Constantijn de Grote trachtte de eenheid in het Rijk verder te versterken door het Christendom belangrijk te maken. Daarnaast stichtte hij een nieuw bestuurscentrum: Constantinopel • Theodosius de Grote maakte het Christendom zelfs tot staatsgodsdienst (380!) ▼ • Feitelijk stuurden de drie bovengenoemde keizers onbewust aan op een tweedeling in het Rijk, waarbij het kwetsbare Westen gedoemd was te verdwijnen!