Van Mieghem Competentiegericht personeelsbeleid

advertisement
Studie- en ontmoetingsdag wiskundeonderwijs: 2 juni 2017
Een competentiegericht personeelsbeleid
ten voordele van wiskundeonderwijs
Elke Struyf – promotor coördinator
Mathea Simons, Ellen Vandervieren, Jordi Casteleyn, Tom Smits – promotoren
Aster Van Mieghem – wetenschappelijk medewerker
Inhoud
1. SITUERING EN CONTEXT VAN HET ONDERZOEK
2. ONDERZOEKSOPZET
3. ENKELE PRAKTIJKEN BELICHT
Vak-ankers
Flexibel sporenbeleid
Clusterwerking
4. ALGEMENE CONCLUSIE ONDERZOEK
2
1. SITUERING
Onderzoek
Schoolteams ervaren veranderlijke noden (Verbiest, 2011) door
variërende uitdagingen voor het lager onderwijs.
Recente UITDAGINGEN:
(1) toenemende diversiteit in de leerlingenpopulatie
 multidiversiteit is de norm
 m-decreet < specifieke onderwijsbehoeften van leerlingen
(2) aansluiting tussen lager- en secundair onderwijs

LO verschilt van SO



3
inhoudelijk (andere eindtermen voor wiskunde)
organisatorisch (groepsleraar vs. vakleraar, één klaslokaal vs. een
apart wiskundelokaal, … )
masterplan hervorming secundair onderwijs < aansluiting
1. SITUERING
Probleemstelling
Hoe kunnen scholen met deze uitdagingen omgaan?
Onder meer door het voeren van een gericht personeelsbeleid:
(1) Personeelsbeheer:
competenties van leraren gericht inzetten
(2) Professionaliseringsbeleid:
competenties van leraren verder ontwikkelen
Doel van dit onderzoek: bestaande praktijken met een
gericht personeelsbeleid in kaart brengen
4
2. OPZET
Onderzoek
Er werden 10 casestudies opgezet in verschillende
scholen.
Per praktijk werden volgende methodieken toegepast:
Documentenanalyses
- Observaties
- Semi-gestructureerde interviews met directie en betrokken
leraren
- Focusgroepen met leerlingen en (betrokken) leraren.
-
 Inzoomen op 3 praktijken wiskundeonderwijs
5
3. Praktijken
Vak-ankers
Zilverberk, Halle
Aanleiding
•
•
Leraren van het zesde leerjaar wilden meer rond thema’s
werken die aansluiten bij hun eigen interesses.
Directeur: “Een leraar van het basisonderwijs moet op alle
fronten thuis zijn, men verwacht dat elk vak, elk domein
kwalitatief wordt onderwezen. Dat is gewoon crazy, want je
kan niet over alles, alles weten.”
 Talenten van leraren in de kijker zetten
 Vak-ankers: 1 leraar wiskunde voor 3 verschillende
klassen (telkens 7u per week), met eigen vaklokaal
6
3. Praktijken
Vak-ankers
Zilverberk, Halle
Ervaringen en uitkomsten
Leerlingen
+ voorbereiding op het SO
+ meerdere leraren met een eigen specialisatie
+ veranderen van klaslokaal
Leraren
+ mogelijkheid om te verdiepen in zelfgekozen leergebieden
+ meer variatie in hun job
- totaalbeeld leerlingen (cognitief en sociaal-emotioneel)
De directeur
+ leraren proberen nieuwe dingen uit
o schept een kader waarin vernieuwing mogelijk is
o stuurt bij waar nodig
7
3. Praktijken
Vak-ankers
Zilverberk, Halle
Randvoorwaarden
Directeur en betrokken leraren:
 achter idee van de praktijk staan
 veilig schoolklimaat creëren: fouten maken mag
Leraren:
 willen samenwerken
 willen specialiseren
Directeur:
 een visie hebben
 schoolteam kennen
 weten wat pedagogisch-didactisch van leraren verwacht wordt
8
3. Praktijken
Flexibel sporenbeleid
Aan de Basis, Lanaken
Aanleiding
•
Leerlingen scoorden voor wiskunde gemiddeld lager
dan andere leerlingen in Vlaanderen (interdiocesane
proeven Katholiek Onderwijs)
 Flexibel sporenbeleid:
•
•
•
9
Aanvang nieuwe lessenreeks: leerlingen maken zelfstandig
oefeningen wiskunde
Op basis van resultaten verdeelt leraar leerlingen in 4
homogene maar flexibele niveaugroepen (= sporen) voor de
komende 10 wiskundelessen.
Leerlingen worden afhankelijk van het spoor waarin ze
zitten meer of minder begeleid.
3. Praktijken
Sporenbeleid
Aan de Basis, Lanaken
Implementatie van de praktijk
-
10
Spoor 1:
Spoor 2:
Spoor 3:
Spoor 4:
(Spoor 5):
instructie-afhankelijke leerlingen
instructie-gevoelige leerlingen
instructie-onafhankelijke leerlingen
zeer goed lerenden of hoogbegaafden
leerlingen met een handelingsplan of een aparte
leerlijn (M-decreet)
3. Praktijken
Sporenbeleid
Aan de Basis, Lanaken
Ervaringen en gepercipieerde uitkomsten
Leerlingen
+ werken op eigen tempo
+ gepaste ondersteuning en uitdagingen
+ uitleg vragen aan medeleerlingen
Leraren
+ werken op maat voor leerlingen
+ constateren meer samenwerking tussen leerlingen
-/+ veel organisatie bij aanvang, mindert na verloop van tijd
Zorgcoördinator
o wekelijks individueel gesprek met alle leraren
11
3. Praktijken
Sporenbeleid
Aan de Basis, Lanaken
Randvoorwaarden
 Zowel directie als leraren moeten achter de praktijk
staan
 Er is voldoende plaats nodig om alle leerlingen in
de verschillende sporen bij elkaar te groeperen
 In de werkboeken wiskunde kan best een
herhalingsles verwerkt zitten
 De mogelijkheid tot het aankopen van extra
materiaal kan handig zijn
12
3. Praktijken
Clusterwerking
De Wereldreiziger, Antwerpen
Aanleiding
Leraren werkten al met 4 niveaugroepen binnen wiskunde,
maar hadden nog steeds het gevoel dat ze onvoldoende
konden differentiëren
 Clusterwerking:
- samenwerking tussen leraren 4e, 5e en 6e leerjaar
- inzetten op wiskundige bewerkingen (= basis)
- splitsing in 9 niveaugroepen
- ondersteuning door SES-leraar
- 2 x 25 minuten per week
- na 12 weken afname Cito-toets en herziening
niveaugroepen
13
3. Praktijken
Clusterwerking
De Wereldreiziger, Antwerpen
Ervaringen en gepercipieerde uitkomsten
Leerlingen
+ goede uitleg
+ leren kennen van nieuwe medeleerlingen
Leraren
+ werken op maat, voor de leerlingen en voor zichzelf
Directeur
+ lerarenteam nieuwe dingen wil uitproberen
o zet de bakens voor een dynamisch team
14
3. Praktijken
Clusterwerking
De Wereldreiziger, Antwerpen
Randvoorwaarden
 Een duidelijke visie
 Een haalbaar plan met mijlpalen, dat indien nodig
bijgesteld wordt
 Een wil om tegemoet te komen aan
maatschappelijke uitdagingen en het zo efficiënt
mogelijk bereiken van eindtermen
 Pluspunt: leraren die reeds kennis hebben gemaakt
met ‘loopen’ en/of het werken met een
parallelleraar
15
4. CONCLUSIE
Onderzoek
Krachtlijnen:
1. Schoolteams voelen zelf de behoefte om een
praktijk uit te werken die aan de uitdagingen
tegemoetkomt;
2. De directie verleent via onderwijskundig
leiderschap steun aan leraren;
3. Leraren getuigen van inzet en eigenaarschap,
mede dankzij teamleren en co-creatie;
4. Een praktijk ontstaat vaak in een open
schoolklimaat waar leraren er niet alleen voor
staan.
16
Meer weten?
Vragen?
Contacteer [email protected]
17
Stellingen
Stelling 1:
Wiskunde zou in het lager onderwijs verplicht
gegeven moeten worden door een vak-anker.
Stelling 2:
Een sporenbeleid of clusterwerking voor
wiskunde werkt discriminatie bij leerlingen in de
hand.
18
Download