Beleggen en financiële markten Hoofdstuk 1 Beleggen en de vermogensmarkt 1.1 De vermogensmarkt Financieringssaldi Financiële titels Financiële markten Beleggen 1.2 Rente Vraag en aanbod op de markt Inflatieverwachtingen Buitenlandse rente en wisselkoers 1.3 Monetair beleid Doel en werking Het geldhoeveelheidsbeleid in de eurozone Geldmarktbeleid en rente Kredietcrisis, recessies en schuldencrisis 1.4 Rentestructuur © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 1 1.1 De vermogensmarkt Financieringssaldi Vermogensmarkt: markt voor financiële titels. Financieringssaldo: overschot of tekort aan financiële middelen van een sector; er geldt: Overschot binnenland = tekort buitenland en vv Overschot sector A is financiering van sector B: Directe financiering Indirecte financiering © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 2 Financiële titels, financiële markten Vermogensmarkt: ruil van financieringsoverschotten tegen financiële titels (recht op geld in toekomst) Financiële titels Boekvorderingen en effecten Nominale titels en zakelijke titels Derivaten en ‘oorspronkelijke’ financiële titels Financiële markten: deelmarkten van de vermogensmarkt Geldmarkt kapitaalmarkt Openbare markt onderhandse markt Primaire markt secundaire markt © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 3 Beleggen Beleggen Omzetten van financieringsoverschotten in financiële titels en andere vermogensobjecten Gericht op rendement Direct: ontvangen financiële opbrengsten (%) Indirect: waardestijging (%) NB: beleggen omvat ook: ‘Sparen’ Andere vermogensobjecten dan financiële titels © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 4 1.2 Rente Vraag en aanbod op de markt Vraag: financieringstekorten Aanbod: financieringsoverschotten Aanbod: met name gezinsbesparingen Vrije besparingen Contractuele besparingen © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 5 Inflatieverwachtingen Buitenlandse rente en wisselkoers Fisher-relatie: verwachte inflatie geëiste reële rente Nominale rente: rente in geld Reële rente: nominaal gecorrigeerd voor waardedaling geld Ongedekte interestpariteit: verwachte appreciatie munt relatief lage rente Sterke valuta biedt dus lage rente Carry trade: gokken dat ongedekte interestpariteit niet opgaat © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 6 1.3 Monetair beleid Doel en werking Monetair beleid: gericht op heldhoeveelheid, rente, wisselkoers Geldhoeveelheidsbeleid wisselkoersbeleid Expansief beleid restrictief beleid Monetair beleid werkt via Geldmarkt in enge zin: transacties met looptijd tot en met één jaar tussen centrale bank en haar rekeninghouders (banken, overheden) Verruiming geldmarkt: kaspositie banken verbetert Verkrapping geldmarkt: kaspositie banken verslechtert © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 7 Het geldhoeveelheidsbeleid in de eurozone Algemeen Verantwoordelijkheid: Europese Centrale Bank ECB Uitvoering: Eurosysteem: ECB + centrale banken eurozone Pijlers: economische en monetaire analyse Instrumenten Openmarkttransacties, m.n.herfinancieringstransacties Permanente faciliteiten: marginale beleningen en deposito’s Reserveverplichtingen Officiële tarieven Herfinancieringsrente (‘refirente’) Marginale beleningsrente Depositorente © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 8 Het geldhoeveelheidsbeleid in de eurozone vervolg Openmarkttransacties en geldmarktruimte © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 9 Geldmarktbeleid en rente Banken lenen op de geldmarkt van elkaar: Daggeldleningen, maatstaf EONIA Deposito’s, maatstaf euribor Effect monetair beleid: refirente driemaands euribor 7,00 % 6,00 5,00 4,00 3,00 2,00 1,00 0,00 -1,00 2015 2014 2013 Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 2012 Marginale beleningsrente 2011 2010 2009 2008 2007 Refirente 2006 2005 2004 © 2016 Boom uitgevers Amsterdam 2003 2002 2001 2000 1999 Depositorente Driemaands euribor 10 Kredietcrisis, recessies en schuldencrisis Kredietcrisis: hypothecaire obligaties (‘rommelobligaties’) Bankencrisis en Basel III Economische crisis en Europese schuldencrisis Monetair beleid Renteverlaging en verruiming geldmarkt Opkopen obligaties en krediet aan banken Van inflatiebestrijding naar deflatiebestrijding Quantitative Easing (QE): kwantitatieve verruiming via aankoop obligaties (vanaf 2015) © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 11 1.4 Rentestructuur Rente(termijn)structuur: rentetarieven naar looptijd Yieldcurve: grafische weergave rentestructuur Normale omgekeerde rentestructuur © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 12 Rentestructuur vervolg Drie verklaringen voor de rentestructuur: Verwachtingentheorie lange rente is indicator verwachte korte rente; bij benadering: Liquiditeitsvoorkeurtheorie belegger prefereert liquide titels; eist op minder liquide titels een hogere rente; renteverschil heet liquiditeitspremie Debiteurenrisico en looptijd debiteurenrisico is groter bij langere looptijd; dus rente is hoger © 2016 Boom uitgevers Amsterdam Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 1 13