Beleggen en financiële markten Hoofdstuk 5 Derivaten

advertisement
Beleggen en financiële markten
Hoofdstuk 5 Derivaten
5.1 Opties, termijncontracten en andere titels
Opties en warrants
Termijncontracten
Swaps en gestructureerde producten
5.2 De markt voor derivaten
Handelsplaatsen en handelssystemen
Koersvorming van opties
Koersvorming van termijncontracten
5.3 Beleggen in derivaten
Opties in combinatie met aandelen
Optiestrategieën
Beleggen in futures
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
1
5.1 Opties, termijncontracten en andere titels
Opties en warrants
Derivaten: van onderliggende waarde afgeleide financiële instrumenten:
 Opties en warrants
 Termijncontracten
 Swaps
Optie:
Recht om gedurende een bepaalde periode of op een bepaald moment
onderliggende waarde te kopen of te verkopen tegen vastgestelde prijs.
 Calloptie   putoptie
 Optiepremie   uitoefenprijs
 Kopen   verkopen (‘schrijven’)
 Openings(ver)koop   sluitings(ver)koop
 Amerikaans type   Europees type
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
2
Opties en warrants vervolg




Marginverplichtingen
Expiratie en assignment
Fysieke levering   contante verrekening
Standaardisatie
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
3
Termijncontracten
Termijncontract: overeenkomst waarbij onderliggende waarde wordt
verhandeld voor levering op termijn tegen termijnkoers (vooraf vastgestelde
prijs)
 Forward (onderhandse markt)   future (openbare markt)
 Longpositie   shortpositie
 Fysieke levering   cash settlement
 Marginverplichtingen: intitial margin   variation margin
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
4
Swaps en gestructureerde producten
Swap: onderhandse ruil van kasstromen
Renteswap: ruil van rentebetalingen, m.n. vast   variabel
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
5
Swaps en gestructureerde producten vervolg
Gestructureerde producten:
combinaties van verschillende typen financiële titels (vaak oorspronkelijke
financiële titels en derivaten)

Garantieproduct:
(percentage van) hoofdsom wordt gegarandeerd:
combinatie van zerocouponobligatie en optie

Hefboomproduct:
combinatie van onderliggende waarde (bijv. aandeel) en
lening, zoals
- Turbo
- Contract for difference (CfD)
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
6
Swaps en gestructureerde producten vervolg
Turbo
• Turbo long en turbo short
• Financieringsniveau en stop-loss niveau
• Hefboom
• Turbo long: belegger profiteert van stijging onderliggende waarde
• Turbo short: belegger profiteert van daling onderliggende waarde
• Uitgegeven door financiële instelling (bank)
Contract for difference
• Overeenkomst om prijsontwikkeling van onderliggende waarde te
verrekenen
• Shortpositie en longpositie
• Marge betalen en eventueel bijstorten; bijkomende kosten
• Mogelijkheid restschuld
• Volgens AFM zeer risicovol en ongeschikt voor meeste beleggers
• Afgesloten bij CfD-broker (makelaar)
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
7
Swaps en gestructureerde producten vervolg
Illustratie turbo
Turbo long op aandeel met beurskoers van € 20,
financieringsniveau € 15, stop loss-niveau € 16
Hefboom?
100%
90%
80%
70%
60%
Totaal 100%
50%
Stop-loss niveau 80%
40%
Financieringsniveau 75%
30%
20%
10%
0%
1
{4}
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
8
5.2 De markt voor derivaten
Handelsplaatsen en handelssystemen
Openbare markt (Optiebeurs)
 Orders via banken
 Quotes met gemaximeerde spread van marketmakers
Primary Market Makers (PMM's, alle series)
Competetive Market Makers (CMM's, deel series)
 Vraag, aanbod en prijsvorming via schermenhandel
Alternatieve handelskanalen
 TOM (The Order Machine)
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
9
Koersvorming van opties
Intrinsieke waarde: waarde bij uitoefening (≥ 0)
bepaald door:


Uitoefenprijs
Beurskoers onderliggend
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
10
Koersvorming van opties vervolg
Tijdswaarde: premie – intrinsieke waarde
Bepaald door:




Rente
Volatiliteit (beweeglijkheid)
Looptijd
Dividend onderliggend (calloptie -, putoptie +)
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
11
Koersvorming van opties vervolg
Delta
Volatiliteit
 Historische volatiliteit   impliciete volatiliteit
 AEX-volatiliteitsindex
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
12
Koersvorming van termijncontracten
Theoretische termijnkoers
Als termijnkoers op de markt ≠ theoretische termijnkoers:
arbitrage: kopen op ‘goedkope’ markt en gelijktijdig verkopen op ‘dure’ markt
Valutatermijnkoers
Arbitrage  gedekte interestpariteit
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
13
5.3 Beleggen in derivaten
Opties in combinatie met aandelen


'hedging': aandeel + gekochte put
extra rendement: aandeel+geschreven call
(gedekt schrijven)
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
14
Optiestrategieën
Price spread
 Koop en verkoop callopties (of putopties)
 Uitoefenprijzen verschillen
Bijv.: koop call en schrijf call met hogere strike
Marktverwachting: beperkte koersstijging onderliggend


Positie sluiten
Positie doorrollen
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
15
Optiestrategieën vervolg
Straddle
 Long: koop call en koop put met dezelfde strike
Marktverwachting: sterke fluctuaties onderliggend
 Short: verkoop call en verkoop put met dezelfde strike
Marktverwachting: stabiliteit onderliggend
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
16
Optiestrategieën vervolg
Strangle (variant op straddle)
 Long: koop call en koop put met dezelfde strike
Marktverwachting: sterke fluctuaties onderliggend
 Short: verkoop call en verkoop put met dezelfde strike
Marktverwachting: stabiliteit onderliggend
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
17
Optiestrategieën vervolg
Driepoot
 Koop call
 Schrijf call met hogere strike
 Schrijf put met lagere strike
Marktverwachting: beperkte koersstijging onderliggend
Resultaat in euro's per aandeel
4,00
2,00
0,00
12,50
-2,00
15,00
17,50
20,00
22,50
25,00
27,50
30,00
32,50
-4,00
-6,00
-8,00
-10,00
Beurskoers in euro's
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
18
Optiestrategieën vervolg
Synthetische future
 Long: koop call en schrijf put met dezelfde strike
Marktverwachting: koersstijging onderliggend
 Short: koop put en schrijf call met dezelfde strike
Marktverwachting: koersdaling onderliggend
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
19
Beleggen in futures



Hedging: bezit onderliggend + future verkopen
Speculeren à la hausse: future kopen
Speculeren à la baisse: future verkopen
2016 Boom uitgevers Amsterdam
Beleggen en financiële markten – Hoofdstuk 5
20
Download