Hfdstk 10 Financiële markten (basisboek BE) §10.1

advertisement
Hfdstk 10 Financiële markten
(basisboek BE)
§10.1 Beleggen
§ 10.2 Opties
§ 10.3 Futures
§ 10.4 Beleggingskengetallen
9.1
De beleggingsomgeving
1.
Het begrip beleggen
2.
De macro-economische betekenis
3.
Beleggingsinstrumenten
4.
Markten en instituties
5.
Het beursklimaat
Het begrip beleggen (1)
Het begrip beleggen (2)
Het aanwenden van gespaard geld
met als doel het instandhouden dan
wel het vergroten van de koopkracht
ervan onder acceptatie van een
bepaalde risicograad
Het begrip beleggen (3)
Investeren
Vergroten
productiecapaciteit
Beleggen
Vergroten
koopkracht
De macro-economische betekenis van
beleggingen
Productie
Inkomen
Besteding
Besparing
Vermogensmarkt
Beleggingsinstrumenten (3.1)

Sparen
–

Consumptiemoment verplaatsen naar toekomst
Nadeel:
–
Waardevermindering koopkracht bij algemene
prijsstijging
Beleggingsinstrumenten (3.2)
Gespaard geld omzetten in een (ander)
waardeobject. Bij voorkeur een object dat:
–
in waarde stijgt of anderszins inkomsten
genereert, en
–
eenvoudig in geld om te zetten is.
Beleggingsinstrumenten (3.3)
Op basis waarvan verwachten we dat
een waardeobject in de loop van de
tijd meer geld waard wordt?
Beleggingsinstrumenten (3.4)
Dit is in geval wanneer:
Het waardeobject vertegenwoordigt
opbrengsten van productieve activiteiten.
1.
–
Vorderingen (bijv. lening, obligaties)
–
Aandelen
Beleggingsinstrumenten (3.5)
waardeobject in de loop van de tijd
schaarser wordt
2.
•
Kunst
•
Antiek
•
Onroerend goed
•
Wijn
•
Etc.
Beleggingsinstrumenten (3.6)
waardeobject het recht of het recht én de
plicht vertegenwoordigt om een ander
object te kopen of te verkopen tegen een
bepaalde prijs.
3.
–
Opties
–
Termijncontracten (future)
–
Turbo’s
Futures
Opties
Aandelen
Obligaties
Spaarrekening
Risico en mogelijk rendement
Beleggingsinstrumenten (3.7)
Markten en instituties (1)
Vermogensmarkt
Kapitaalmarkt
Onderhandse markt
Geldmarkt
Openbare markt
Primaire markt
Secundaire markt
Markten en instituties (2)

De handel in effecten dateert sinds 1602;

Oorsprong bij de VOC;

Geen handel zonder organisatie!;

Sinds 1611 effectenhandel op de beurs.

In 1876 is de Vereniging voor effectenhandel
opgericht
Markten en instituties (3)


Halverwege jaren ‘90 wordt de Amsterdamse
Effectenbeurs omgedoopt tot AEX;
In 2000 fusie ParisBourses, Brussels
Exchanges en AEX tot Euronext.
Markten en instituties (4)

Bemiddelaars op de Effectenbeurs
–
Toegelaten instelling

Banken en commissionairs
–
Floorbrokers/daghandelaar

Hoekman (alleen nog resterende opdrachten)

Broker (alleen obligaties)

Clearing member (afwikkeling transacties)
Markten en instituties (5)

Plaatsen van effectenorders
–
Limietorder
–
Bestensorder
–
Doorlopende order
–
Dagorder
Het Beursklimaat (1)

Koerspublicaties
–
Officiële Prijscourant
–
Dagbladen
–
Internet
–
http://www.iex.nl/content/?id=streamingKoer
sen_AEX
–
Teletekst
Het beursklimaat (2)

Het beursklimaat wordt
o.a. door indexcijfers
weergegeven.

Belangrijkste graadmeter
is de AEX-index

De AEX-index bestaat uit
het gewogen gemiddelde
van de 25 meest
verhandelde fondsen
http://www.behr.nl/Beurs/a
ex.html

De Midkap-index bestaat
25 ondernemingen uit het
middensegment (AMX)

Smallcap: AScX
http://www.behr.nl/Beurs/a
exnext.html
Kandidaat aex-index
Kandidaat midkap-
Kandidaat smallcap-
Top 15 overige
fondsen
index fondsen
index fondsen
fondsen
1:
ING
89913
26:
Nutreco
2829
51:
Sligro
359
76:
Gamma
51
2:
RD Shell-A
81115
27:
SNS Reaal
2216
52:
Hunter Dougl. *
356
77:
Fornix BioSc
38
3:
Unilever
55181
28:
Vopak
2084
53:
Vastned Off
335
78:
Spyker Cars
31
4:
Arcelor Mittal
54192
29:
USG People
2083
54:
Exact Holding
315
79:
Kendrion
22
5:
Philips
41363
30:
Aalberts
1765
55:
vd Moolen
300
80:
Sopheon
22
6:
KPN
33544
31:
AMG
1759
56:
Grontmij
277
81:
BE Semicond.
21
7:
AEGON
28198
32:
CSM/C
1744
57:
Nieuwe Steen Inv
253
82:
Pan-Europ Hotel
21
8:
Akzo
23427
33:
Imtech
1671
58:
Unit 4
224
83:
RSDB
19
9:
ASM Litho
22932
34:
Smit
1575
59:
Kardan
200
84:
Nedap
15
10:
Unibail **
20297
35:
ASM Int.
1554
60:
Telegraaf
182
85:
ICT
13
11:
Ahold
17466
36:
OCÉ
1351
61:
Super de Boer
150
86:
CVG
12
12:
Heineken
16370
37:
Crucell
1184
62:
Liberty Acq ***
147
87:
C/Tac
12
13:
TNT
13894
38:
Eurocomm Prop
1063
63:
TKH Group
146
88:
Neways
11
14:
DSM
13657
39:
Vastned Retail
880
64:
InnoConcepts
142
89:
Punch Graphix
11
15:
Air France-KLM **
11826
40:
Draka
866
65:
Ballast Nedam
138
90:
Samas Groep
10
16:
Reed Elsevier
10351
41:
OPG
803
66:
Brunel
137
17:
TomTom
8920
42:
Wavin
716
67:
Beter Bed
133
18:
Wolters Kluwer
7278
43:
Logica
675
68:
Eriks
133
19:
SBM Offshore
7128
44:
BinckBank
666
69:
Accell Group
108
20:
Fugro
6598
45:
Heijmans
659
70:
Pharming
107
21:
Randstad
6429
46:
Wessanen
656
71:
Homburg Inv
106
22:
Corio
5521
47:
Arcadis
578
72:
Macintosh
95
23:
Boskalis
3190
48:
KTC
499
73:
Qurius
85
24:
Wereldhave
3045
49:
Ordina
490
74:
Kas-Bank
71
25:
BAM Groep
2832
50:
ProLogis Eur.Prop
487
75:
Antonov
65
Het beursklimaat (3.2)

Overige indices
–
FTSE Eurotop 100
–
DAX
–
Dow Jones
–
Nasdaq
–
Nikkei
–
Etc…….
Bekijk enkele beurssites
Opties en futures

Optie: recht of verkoop tegen bepaalde prijs (call of
Put)

Future: plicht tot koop of verkoop van onderliggende
waarde (ook op indexen)

(Initial) margin: aanbetaling onderliggende waarde
(soms 10%)

Fysieke levering: werkelijke levering

Cash settlement= afrekenen in geld
Technische analyse:
"het analyseren van koers- en omzetgegevens met het doel een verwachting
uit te spreken over de toekomstige koersontwikkeling".
- Patronen ontdekken
- concentreert zich puur op de koers- en
omzetontwikkeling uit het verleden.
- zoekt niet naar de oorzaken of verklaringen.
Probeert o.a. de volgende vragen te beantwoorden :
· Is de markt omhoog (hausse) of omlaag (baisse) gericht ?
· Is er een trendomkeer v.d. markt op handen ? (weerstand)
· Wijzen de technische indicatoren in dezelfde richting ?
Technische analyse is een instrument voor de korte termijn.
De steun- en weerstandniveau's resulteren in de zgn. 'self- fulfilling
prophesy'.
Fundamentele analyse:
Kijkt naar:

macro- economische,

bedrijfseconomische

politieke

sociale factoren
Nadeel:- meestal slechts beschikbaar op maand- of
kwartaalbasis
- cijfers zijn subjectief of moeilijk achterhaalbaar.
© Noordhoff
Optie...
(bestaande aandelen)
call-optie: recht op koop
Warrant...
(nieuwe aandelen)
recht op koop
Intrinsieke waarde
put-optie: recht op verkoop
call-optie:
IWW = n (BWA – UOP)
put-optie:
IWO = n (VOP – BWA)
Verwachtingswaarde
9.3
VWO = BWO – IWO
© Noordhoff
Beleggingskengetallen
Dividendgericht
9.5
Rendement
Dividend
Beurswaarde
Pay-out ratio
Dividend
Winst
© Noordhoff
Beleggingskengetallen
Koersgericht
9.6
Koers/winstverhouding
Beurswaarde
Winst
Koers/cashflowverhouding
Beurswaarde
Cashflow
Koers/intrinsiekewaardeverhouding
Beurswaarde
Intrinsieke waarde
Download