De magische momenten van de wiskunde kennsilink.nl, maart 2010 Het Griekse stripboek Logicomix is een internationale bestseller. Schrijver Apostolos Doxiadis was kort in Nederland om erover te praten. “Weet je wat het is?” vraagt de Griekse schrijver Apostolos Doxiadis retorisch. “Overal ter wereld is wiskunde een ondergeschoven kindje in de opvoeding.” Jonge mensen die hun schooldiploma krijgen uitgereikt, hebben op dat moment kennisgenomen van de grote werken uit de literatuur, de muziek en de cinema. Ze hebben een aantal goed toneelstukken gezien. In het Van Gogh-museum, waar ik vanmiddag was, werd een schoolklas van tienjarigen rondgeleid – wat me deed denken aan de eerste keer dat ik De Aardappeleters in ’t echt zag, man wat was ik ontroerd! – Maar goed, ze kennen dus Shakespeare, Oscar Wilde, de Griekse tragedies, ze begrijpen waar Macbeth over gaat, maar wat de wiskunde betreft, zitten ze nog op het niveau van kinderrijmpjes. Van de grote prestaties van wiskundigen hebben ze nauwelijks enig benul.” Romantische helden Doxiadis is bij een cultpubliek redelijk bekend als filmregisseur en als schrijver. Zijn tweede film, Terirem, werd in 1988 bekroond op het filmfestival in Berlijn. Zijn roman Oom Petros en het vermoeden van Goldbach werd een internationale bestseller. Maar Doxiadis is opgeleid als wiskundige en zet zich in voor een beter begrip van wiskunde. Hij is actief voor Thales and Friends, een non-profitorganisatie die ‘de kloof tussen wiskunde en andere cultuurvormen probeert te overbruggen’. Zijn eerste stripboek Logicomix dat hij samen met computerwetenschapper Christos Papadimitriou schreef en dat is getekend door Alecos Papadatos en Annie Di Donna, gaat over wiskunde en logica. Het is maar liefst 350 pagina’s dik. Maar het is niet in de eerste plaats bedoeld om mensen in het vak geïnteresseerd te krijgen, zegt hij. “Ik wilde gewoon een mooi verhaal vertellen. Ik heb wiskunde, of eigenlijk de wetenschap in het algemeen, altijd als verhaal gezien. Als kind las ik alle klassiekers uit de wereldliteratuur: Camus, Eliot. Nadat ik op veertienjarige leeftijd een bijspijkercursus wiskunde had gehad, realiseerde ik me dat de wetenschap eigenlijk gaat over de spirituele queesten van romantische helden.” Passie spat ervan af Zo moet Logicomix ook worden gelezen, vindt Doxiadis. Wiskunde is in het boek een spannend avontuur met filosoof Bertrand Russell (1872–1970) als tragische held. Het is een meerlagig verhaal, waarin snel wordt gewisseld van tijd en plaats. Zo wordt het verhaal van Russell regelmatig onderbroken door de onderonsjes van Doxiadis en zijn coauteurs, die met elkaar filosoferen over wat logica nou precies is. De vier vrienden wonen bovendien een opvoering bij van de Griekse tragedie Oresteia, om te benadrukken dat de rede alleen niet voldoende is. Kennis van de donkere aspecten van de menselijke natuur, van de ‘onderbuik’ is noodzakelijk om het leven te kunnen doorgronden. Een hagiografie van de logica is Logicomix zeker niet. Integendeel, Doxiadis wijst op het grote aantal briljante logici dat gek is geworden en Russell zelf leert via harde lessen (onder andere twee mislukte huwelijken) dat er andere belangrijke zaken in het leven zijn dan logica. Maar dat wiskunde en logica het leven zoveel onderhoudender maken, wordt de lezer van Logicomix óók goed ingepeperd. De passie van Doxiadis en zijn coauteurs spat ervan af. De Waarheid In de wiskunde draait het om de momenten van De Waarheid (je kunt Doxiadis die twee woorden met hoofdletters horen uitspreken), de magische momenten!” Hij begint driftig te bladeren in zijn boek Logicomix. Op pagina 56 vindt hij wat hij zoekt, een scène waarin Bertrand Russell, een kind nog, na lang zwoegen en veel frustratie de Stelling van Euclides doorgrondt. Het is niet eens zo’n opvallende scène in het boek, en Russells moment van openbaring is vrij conventieel weergegeven: in overdreven perspectief, het hoofd van de jongen gevangen in een ster, ogen zonder pupillen. Maar Doxiadis vindt het een cruciale scène. Dit zijn de momenten waar hij het voor doet, waardoor hij op veertienjarige leeftijd zelfs verslaafd raakte aan de wiskunde, aan de “schoonheid van het wiskundige bewijs”. En dat, terwijl hij daarvóór ontzettend slecht was in wiskunde. “Ik háátte het vak! Ik wilde het laten vallen op school, maar toen kreeg ik goede begeleiding van een natuurkundige en na vijf lessen was ik er een kei in. Mijn begeleider introduceerde me bovendien tot de relativiteitstheorie en de kwantummechanica en dat fascineerde me enorm, als verhalen ook vooral.” “Er heerst een soort taboe rond wiskunde”, zegt Doxiadis. “Een vooroordeel dat luidt dat wiskunde alleen toegankelijk is voor mensen die alles helemaal begrijpen. Maar dat lukt alleen door veel te oefenen. Wat je nodig hebt, is dat je de smaak te pakken krijgt, en dat gebeurt na je eerste magische moment.” Op vijftienjarige leeftijd won Doxiadis een prijs met een monografie over wiskunde. Daarop werd hij uitgenodigd door een hoogleraar aan de Columbia University in New York, die hem onder zijn hoede nam. Dat was middenin de jaren zestig, toen Griekenland nog zuchtte onder een militaire junta en New York een anarchistische chaos was. “Dat was een intense ervaring, en ik moet eerlijk zeggen dat de overgang van een samenleving waar niks mocht, naar een stad waar geen enkel verbod leek te gelden, voor mij wat te veel was. Erg verwarrend, die totale vrijheid.” Na New York ging Doxiadis naar Parijs, waar hij studeerde hij aan de École pratique des hautes études. Terug in Griekenland legde hij zich toe op theater en film. Arrogant doen Logicomix is een enorm succes. In Griekenland, waar strips nauwelijks worden gelezen, zijn er 35.000 exemplaren verkocht. De Engelse vertaling staat op de eerste plaats van de bestseller top tien van ‘paperback graphic books’ in The New York Times. In Nederland is het boek, sinds haar verschijning, afgelopen zomer, inmiddels vier keer herdrukt. Mensen die nog niet dood gevonden zouden willen worden met een stripboek, geven Logicomix aan elkaar cadeau. Doxiadis weet dit enorme succes ook niet precies te verklaren. “Ik kan arrogant doen en zeggen dat het gewoon een goed boek is, maar veel sléchte boeken hebben óók succes en talloze goede boeken doen helemaal niks. Toch is het niet helemaal onverwacht. Tijdens het maken van het boek, wat ons vijf jaar heeft gekost, heb ik mijn momenten van twijfel gehad. Maar toen ik de eerste platen van Alecos zag, wist ik dat het zou aanslaan.”