Schriftlezing: Filippenzen 1:12 – 2:11 Tekst: Filippenzen 1:27-30 Gez. 26a:1,2 (aanvangslied) Ps. 119:39,40 (na wet) Ps. 131:1,2,3 (na schriftlezing) Ps. 84:1,2,5,6 (na preek) Gez. 2:1,2,3,4,5 (na opb. gel. bel.) Gez. 31:1,2,3 (slotzang) Lb. 477:1,2 (na overhandiging) Gehouden te: Balkbrug, 3 juni 2001 (9.30 uur) STEM JE LEVEN AF OP HET EVANGELIE VAN CHRISTUS. Bedenk daarbij: 1. Geloven is teamwork. 2. Je Captain is Christus. Gemeente van onze Here Jezus Christus, broeders en zusters, in het bijzonder jullie die vandaag belijdenis van het geloof doen. Welkom in de wedstrijd van de heiligen in Christus Jezus! Al eeuwen lang roept de gemeente van Christus toe aan nieuwelingen, aan mensen die publiek hun geloof in Christus belijden: “Welkom in de strijd.” Nu lijkt het niet zo aantrekkelijk of bemoedigend, als je in de strijd wordt betrokken. “Welkom in een gevecht.” Dat vinden we vreemd. Maar die strijd is niet in de eerste plaats een oorlog. Hoewel ook dat beeld in de Bijbel gebruikt wordt. De strijd tegen de duivel en de boze geesten in de hemelse gewesten uit een andere brief van Paulus. “Welkom in de strijd!” Dat is vooral: “Welkom in de wedstrijd.” Een beeld ontleend aan de sport. Paulus gebruikt het vaak in zijn brieven. Nu klinkt dit woord veel bemoedigender. Want wie als deelnemer in de wedstrijd begroet wordt is voor die wedstrijd geselecteerd. Hij wordt in het team opgenomen. Jullie, zijn net als wij en alle heiligen, geroepen door God om bij de Here Jezus te horen. Je bent aan Hem gegeven. En nu mag je je gelovig en welbewust voegen in het team van Christus, zijn gemeente. Je kreeg het geloof in Christus van God de Heilige Geest. Via het evangelie van Christus dat aan jullie verkondigd is. Door je ouders allereerst. Door het personeel van school, door de dominee, door anderen. Wij eren op dit Pinksterfeest het werk van God de Heilige Geest in jullie en in heel de gemeente van Christus. Wanneer God zijn Heilige Geest uitstort, dan zullen uw zonen en dochters profeteren. Dat is Gods Woord belijden en spreken. Oude en jonge mensen zullen visioenen zien en dromen krijgen. Beelden, gewekt door de Geest over de grote toekomst. 317550488 1 Ben je nu dan volleerd als gelovige? Ben je vanaf nu een geestelijke professional? Nee, je hebt in je loopbaan als leerling van Christus tot nu toe startersbekwaamheid gekregen. Om een term van vandaag te gebruiken. Met die startersbekwaamheid blijf je je leven lang leerling. Samen met alle heiligen. Je mag je er in trainen je leven af te stemmen op het evangelie van Jezus Christus. Want het geloof is geen theorie, maar leven met Christus. Daarover schrijft Paulus “aan allen in Filippi die God toebehoren in verbondenheid met Christus Jezus, samen met hen die leiding geven aan de gemeente en die haar dienen.” (Fil. 1:1, GNB) Ik vat de boodschap van tekst en preek zo samen: STEM JE LEVEN AF OP HET EVANGELIE VAN CHRISTUS. Bedenk daarbij: Geloven is teamwork. Je Captain is Christus. 1. Geloven is teamwork. Leven is Christus. Voor Paulus wel. Voor de gelovigen in Filippi ook. In elk geval wil de apostel dat met zijn brief stimuleren. “Want voor mij is leven Christus en sterven winst,” schrijft hij. Hij laat dat ook zien aan zijn lezers om het hun aan te bevelen. “Moet u eens goed kijken wat Christus in mij doet en wat Hij in uw midden gedaan heeft en nog doet.” God is in u een goed werk begonnen door Jezus Christus. En u mag er zeker van zijn dat God zijn werk zal voltooien tegen de dag van Christus. De Here Christus heeft zelf het evangelie naar Filippi gebracht. Hij heeft Paulus naar Europa gewenkt. In Filippi, de eerste stad van dat stuk van Macedonië, kreeg het evangelie voet aan wal. Lees het maar na in Handelingen 16. In Filippi komen we mensen tegen als Lydia, de purperverkoopster, die zich met haar huis gewonnen geeft aan de Here Jezus. En de cipier, die met zijn huis tot geloof komt in Christus en op de naam van de Here wordt gezet. Christus begon een goed werk in Filippi. En Hij is daarmee doorgegaan tot op het moment dat Paulus zijn brief aan de gemeente schrijft. Dan zit Paulus in de gevangenis, waarschijnlijk in Caesarea. Onder stadhouder Felix of Festus. Weer zo’n vreemde situatie. De apostel in de gevangenis. Is hij dan niet vleugellam? Dient deze gevangenschap wel de voortgang van de evangelieverkondiging? Als mens kun je je afvragen, wat Christus daarmee beoogt. Wellicht hebben de gelovigen uit Filippi en andere steden zich dat ook afgevraagd. Paulus in zijn eigen land gevangen ter wille van het evangelie van Christus. Paulus, zit hij in een hoekje van zijn cel te treuren en te wrokken? Nee, absoluut niet. Hij heeft zich overgegeven aan de Here Jezus Christus. Hij schrijft: “U moet weten, broeders en zusters, dat mijn situatie juist veel heeft bijgedragen tot de verbreiding van het evangelie. Het hele personeel van de gouverneur en alle anderen is het nu duidelijk geworden, dat ik gevangen zit om mijn geloof in Christus. En het merendeel van mijn broeders heeft vertrouwen gekregen in de Heer en uit mijn gevangenschap nog meer moed geput om onbevreesd de boodschap van God te verkondigen.” (Fil. 1:12-14, GNB) Christus is alles voor mij. In Hem is het evangelie niet geboeid. De goede boodschap van Christus kun je niet aan de ketting leggen. Het laat zich niet opsluiten achter gevangenisdeuren, waar een apostel vastgehouden wordt. 317550488 2 Christus is alles voor mij. Leven is voor mij Christus en sterven is winst. Maar Paulus kiest voor het leven, omwille van de gelovigen in Filippi. Want zo wil en kan hij het geloof van de gemeente groter en blijer maken. Voor Paulus is leven Christus. Voor zijn lezers dus ook. Paulus’ leven is afgestemd op Christus, zelfs in zijn gevangenschap. Voor zijn hoorders moet dat ook zo zijn. Daarop spreekt hij hen aan. “Alleen, gedraagt u waardig het evangelie van Christus…” Dat betekent: Het komt er voor u alleen op aan, “dat uw levenswandel in overeenstemming is met het evangelie van Christus.” Bij het evangelie van Christus hoort een passend gedrag, een daarbij passende levensstijl. Dat hebben de christenen van Filippi heel goed begrepen. Want zoiets waren ze gewend. U moet weten: Filippi was een Romeinse kolonie. Daar woonden veel veteranen van het Romeinse leger. Oud-militairen. Ze hadden allemaal het burgerrecht van het Romeinse Rijk met zijn voorrechten en plichten. Ze gedroegen zich ook echt als Romeinse staatsburgers. Daar stonden ze in Filippi op. Paulus en Silas hebben het geweten bij hun eerste bezoek aan deze stad. Lucas vertelt ervan in Handelingen 16. Paulus is er zat van dat die waarzeggende slavin steeds achter hen aan loopt. Hij drijft die boze geest uit. Dan schrijft Lucas: “Toen nu haar eigenaars zagen, dat hun kans op voordeel verdwenen was, grepen zij Paulus en Silas en sleurden hen naar de markt voor de overheid, en toen zij hen bij de hoofdlieden gebracht hadden, zeiden zij: Deze mensen brengen onze stad in rep en roer, daar zij Joden zijn, en zij verkondigen zeden, die wij als Romeinen niet mogen aanvaarden of volgen.” (Hand. 16:19-21) “Wat deze Paulus en Silas verkondigen past niet bij ons, Romeinen.” Je was Romeins staatsburger en je gedroeg je ook zo. Zeker als oudgediende van het Romeinse leger. Daar moet je niet van afwijken. Anders heb je een conflict. “Wel,” zegt Paulus, “het is precies zo, wanneer je Christus als Heer hebt gekregen. Wanneer je door het geloof burger bent geworden van het Rijk van God. Dan ga je je ook gedragen als burger van dat Koninkrijk. Dat kan niet anders en dat mag niet anders. Daar komt het voor u op aan.” Zorg er dus voor dat uw levenswandel in overeenstemming is met het evangelie van Christus. Stem je gedrag af op de boodschap van Christus. Leef als burgers van Gods Rijk. “Want wij zijn burgers van een rijk in de hemelen, waaruit wij ook de Here Jezus Christus als verlosser verwachten,” schrijft Paulus verderop in de brief, hoofdstuk 3:20. Leven is voor u ook Christus. Hij is uw levensstijl. Hem mag je navolgen. Op Hem stem je je leven af. Hoe dan? Daarover schrijft Paulus meer in hoofdstuk 2. Dat komt straks in het tweede punt van de preek nog even terug. Maar eerst nog even over dat teamwork. Geloven is teamwork. Dat hangt met je gedrag als burgers van het Rijk van Christus heel erg samen. Paulus stemt zijn boodschap en zijn woordkeus duidelijk af op zijn lezers. Op de gemeente aan wie hij zijn brief schrijft. Elke gemeente is weer anders. Dat blijkt ook uit de brieven van Paulus. De brief aan de Filippenzen is een andere brief dan die aan de Romeinen, om maar iets te noemen. Paulus’ motto is: de Joden een Jood, de Grieken een Griek. De veteranen een veteraan en de sporters een sporter, kunnen we aanvullen. Zeker in de keus van woord en beeld. Zo is het ook in deze brief. Paulus gebruikt in de tekstverzen een mix van militaire termen en sporttermen. In Paulus’ tijd lagen de militaire wereld en de sportwereld waarschijnlijk heel wat dichter 317550488 3 bij elkaar dan vandaag. Maar Paulus is er wel goed van op de hoogte en maakt de beelden vruchtbaar voor de verkondiging van het evangelie. Zo’n militaire term zou wel eens kunnen zijn het ‘vaststaan van de gelovigen in één geest.’ Paulus verwacht daar hoe dan ook rapport over te krijgen. Of hij komt het zelf zien. Wanneer hij vrij zou komen. Of hij wil het horen van anderen, wanneer die rapporteren over het leven van de gemeente in Filippi. Hij wil graag over de gemeente van Filippi horen “dat gij vaststaat in één geest, één van ziel medestrijdende voor het geloof aan het evangelie.” Vaststaan, dat is op je post blijven en sterk staan in één geest. Niet deserteren of versagen. Maar echt voor het geloof en voor Christus staan in jouw omgeving. Hoe woelig die omgeving ook kan zijn. Maar dat kun je als gelovige niet in je eentje. Dat kun je alleen samen met alle gelovigen, met heel de gemeente. Samen vaststaan in één geest. En dan samen strijden voor het geloof aan het evangelie. Voor de trouw aan het evangelie. Hier gebruikt Paulus een sportterm. Samen strijden. Daar zit het woord atleet in. Geloven is een atletische bezigheid. Geloven is geestelijke atletiek, zou je kunnen zeggen. Iedereen weet hoeveel training er nodig is om een goede atleet te worden en op topniveau te presteren. Nu is atletiek een individuele sport. In Paulus dagen waren er eigenlijk alleen individuele sporten. Worstelen, zwaardvechten, boksen en vooral ook hardlopen in de renbaan. Teamsport kende men nog niet. Maar Paulus zegt: geloven is teamwork. Christelijke levenswandel is teamwork. Want Gods Koninkrijk is een samenleving van burgers. En Christus’ gemeente een gemeenschap van heiligen. Een gemeenschap van mensen die God toebehoren in verbondenheid met Jezus Christus; die samen delen in het heil en de Geest van Christus. Samen strijden vóór het geloof aan het evangelie. Samen gaan vóór trouw aan het evangelie van Christus. Samen met je broeders en zusters aan de wedstrijd deelnemen en gaan voor goud. Want alleen red je het zeker niet. En zonder de Heilige Geest red je het al helemaal niet. Dan is de finish zeker een onbereikbaar ideaal. Op één aspect wil ik op dit moment nog wijzen. Paulus spreekt over het eensgezind samen strijden vóór het geloof aan het evangelie. Vóór de trouw aan de boodschap van Christus. Met nadruk op vóór. Je wedstrijd als gelovigen samen gaat dus niet in de eerste plaats tégen anderen. Maar vóór het geloof. Voor de boodschap van Christus in de wereld, in de gemeente en in je eigen leven. Je bent als gelovige niet zozeer tegenstander. En zeker niet van medegelovigen, andere mensen die Christus even lief hebben als jij. Al denken ze op sommige punten misschien anders dan wij. Je hoeft en je mag je ook niet als tegenstander gedragen. Paulus deed dat ook niet, vertelt hij in dit hoofdstuk. Hij verheugt zich er in dan Christus wordt verkondigd, al is het bij sommigen uit nijd en afgunst tegenover Paulus. Dat laat hij maar zo. Als Christus maar verkondigd wordt. Daar leeft Paulus voor. U hoeft geen tegenstander te zijn. Maar u mag voorstander zijn. Voorvechter in het geloof, samen met het hele team, dat is Christus’ hele gemeente. Samen strijden vóór de trouw aan het evangelie. Dan komt er tegenstand. Dat is helder. Tegenstanders doemen op. Aan de andere kant. Niet in het team van Christus. Dat team gaat samen vóór het woord van de 317550488 4 Captain, Christus. Voor de trouw aan zijn evangelie. Daar stemt het hele team eensgezind zijn leven op af. Geloven is teamwork. Gelovig leven ook. 2. Je Captain is Christus. Stem je leven af op het evangelie van Christus. Bedenk vervolgens: Je Captain is Christus. Er komt reactie. Het evangelie van Christus roept verzet op. Dat kan niet anders. Paulus en Silas hebben het ervaren in Filippi. Toen ze met de boodschap van Christus de zeden van Romeinse burgers van Filippi aantastten, werden ze gearresteerd, gegeseld en zonder enige vorm van proces in de gevangenis gegooid. Niet echt volgens het Romeinse recht. Dat is tekenend voor de situatie. En dan waren Paulus en Silas nog Joden, buitenlanders. Maar als zo’n Romeinse veteraan van heer verandert en zich gelovig schaart onder het vaandel van Christus, dan zullen zijn wapenbroeders hem dat bepaald niet in dank afnemen. Zo iemand stelt zich buiten de groep. Hij pleegt voor het gevoel van de mensen misschien wel verraad. En men gaat zich tegen zo iemand keren. De mensen komen in verzet. Tegenstanders doen zich voor. Maar Paulus bemoedigt zijn lezers. U hoeft zich in geen enkel opzicht door die tegenstanders laten beangstigen. Laat je niet intimideren. In een sportwedstrijd doen tegenstanders dan ook. B.v. een keeper, die probeert met zijn ogen of met zijn houding de nemer van een penalty te beïnvloeden. Hij wil het uit zijn concentratie halen, zodat hij naast of over schiet en de strafschop mist. Maar er is geen reden om je door tegenstanders te laten beangstigen. Zeker niet als je het bekijkt van God uit. Want jij hebt Christus als Captain. Jij mag je tegenstanders van Christus’ kant bekijken. En staande blijven en je blijven concentreren op het geloof aan het evangelie van Christus. Vastberaden op je post blijven en je op de wedstrijd concentreren. Luister naar de Captain. Zie op Hem. Van God uit gezien ligt er in de vastberadenheid van de gelovigen een aanwijzing voor de ondergang van die tegenstanders. En voor de gelovigen zelf een bewijs van hun redding. Want Christus is hun leven. Hij is de Captain, die de ploeg aanvoert en aanvuurt door zijn Heilige Geest. Christus is onze Captain. In de brief aan de Hebreeën worden de christenen aangespoord om de wedstrijd vol te houden. “Daarom dan, laten ook wij, nu wij zulk een grote wolk van getuigen rondom ons hebben, afleggen alle last en de zonde, die ons zo licht in de weg staat, en met volharding de wedloop lopen, die voor ons ligt. Laat ons oog daarbij alleen gericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs…” (Hebr. 12:1,2) Let alleen op Jezus, de Captain. Alleen achter Hem aan zul je het volhouden en de eindstreep halen. Alle ballast dus overboord en de zonde, die ons zo gemakkelijk hindert. Met Christus als Captain is de wedstrijd van de heiligen een gelopen race. Voor wie in Christus is namelijk. Voor wie in Hem gelooft en gaat voor zijn evangelie. Dan zit je in het team van de overwinnaar. Dan hoef je je niet bang te laten maken door je tegenstanders. Paulus’ collega Johannes schrijft over die overwinning in zijn eerste brief. “Want al wat uit God geboren is, overwint de wereld; en dit is de overwinning, die de wereld 317550488 5 overwonnen heeft; ons geloof. Wie is het, die de wereld overwint, dan wie gelooft, dat Jezus de Zoon van God is?” (1 Johannes 5:4,5) Wanneer we dit goed tot ons laten doordringen, dan zien we hier straks 6 overwinnaars staan. Zes jonge christenen die geloven. En die met hun geloof de overwinning hebben behaald. Van wie het geloof de wereld overwint. Omdat ze uit God geboren zijn. Kinderen van God door de Here Jezus Christus. Teamgenoten van Captain Christus, de voorganger en leidsman van het geloof, door de Heilige Geest. “Eeuwigheidsleven zal Hij ons geven als wij herboren Hem toe behoren die ons is voorgegaan. Halleluja!” Ik zei zopas: “Met Christus als Captain is de wedstrijd van de heiligen een gelopen race. Voor wie in Christus is namelijk.” Immers Christus is de Overwinnaar. In Hem zijn wij zelfs meer dan overwinnaars, zegt Paulus in Romeinen 8:37. “Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem, die ons heeft liefgehad.” Een gelopen race? Jazeker, de overwinning is zeker. Maar denk nu niet dat die wedstrijd een makkie is of een eitje. Een klusje, dat je gemakkelijk even klaart. Het getuigt van hoogmoed, als je dat denkt en zo redeneert. De tegenstand die je kunt ondervinden, kan je snel uit de droom helpen. Dat is behoorlijk ontnuchterend. Lopen in de renbaan van God kost je al je kracht. Het vraagt je totale inzet, als een echte atleet. Het kost soms letterlijk bloed, zweet en tranen. En dan zijn we geneigd het bijltje erbij neer te gooien. Maar onze Here Jezus Christus heeft ons zelf gewaarschuwd, dat het volgen van Hem ons lijden en vervolging kan opleveren. Dat men je niet meer hoeft en niet meer accepteert omdat je in een ander team bent opgenomen. Het team van Captain Christus. Ook in Filippi hadden de oud-militairen, die onder Christus’ vaandel waren gekomen daar last van, net als Paulus zelf. “Daar moet je niet over piepen,” maakt Paulus zijn lezers duidelijk. “Maar beschouw het als een voorrecht, dat je voor Christus mag lijden.” “U hebt,” zegt hij, “het geloof als geschenk van God gekregen. Maar ook het lijden voor Christus is een geschenk van God. Want aan u is de genade verleend, voor Christus, niet alleen in Hem te geloven, maar ook voor Hem te lijden, in dezelfde strijd, die gij eens van mij hebt gezien en nu van mij hoort.” Let op de woorden “voor Christus”. Waar geloof je voor? Voor Christus toch. Waar leef je voor? Voor Christus, is het niet. Waar ga je voor in de wedstrijd? Voor jouw Captain, voor onze Leidsman Christus, voor zijn evangelie. Zo is het, nietwaar? Voor wie ga je door het vuur? Voor jouw Meester en Here, Jezus Christus. Je mag samen met het hele team, heel de gemeente van Christus, je leven afstemmen op zijn evangelie. Ieder op zijn eigen plaats. Daar komt het voor ons allen alleen op aan. Lees hoofdstuk 2 dan nog maar eens, over hoe je dat dan doet. “Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was, …” Wanneer je in Jezus Christus gelooft ben je geen loser of watje. Maar je hoort bij de champions, de overwinnaars die uitbarsten in gejuich voor hun Heer en Koning. De Captain gaat op de schouders bij de spelers bij wijze van spreken. Van deze Here, Jezus Christus zegt Paulus: “Daarom heeft God Hem ook uitermate verhoogd en Hem de naam boven alle naam geschonken, opdat in de naam van Jezus zich alle knie zou buigen van hen, die in de hemel en die op de aarde en die 317550488 6 onder de aarde zijn, en alle tong zou belijden: Jezus Christus is Here, tot eer van God, de Vader!” Allen moeten openlijk uitroepen: “Jezus Christus is de Heer.” Jullie jawoord straks heeft die klank. Amen. Balkbrug, 1 juni 2001. A.J. Minnema. 317550488 7