Didactiek 1, toetsopdracht Opvoeder De opvoeder De toetsopdracht voor de rol van opvoeder bestaat uit twee onderdelen: pedagogische visie en de groep. Bij het eerste onderdeel, de pedagogische visie, wordt een start gemaakt met het ontwikkelen van een onderwijsvisie. In de opdracht ligt de focus op de visie van de school. Het doel is om vanuit pedagogische theorievorming de visie van school te analyseren en daarbinnen als docent een positie in te nemen. In didactiek 2 wordt toegewerkt naar een eigen onderwijsvisie. Het tweede onderdeel, de groep, richt zich op het verwerven van inzicht in de sociale structuur van de klas. Leerdoelen: Pedagogische visie De student - Heeft kennis van visies op de pedagogische verantwoordelijkheid van school en leraar - Is in staat zich op basis hiervan een eigen visie op de pedagogische verantwoordelijkheid van school en leraar te vormen en die met argumenten te onderbouwen. - Is in staat de visie van de school in verband te brengen met de eigen visie en die beide te verbinden aan het functioneren als leraar in de praktijk van het onderwijs. De groep De student - beschikt over basiskennis van de ontwikkelingspsychologie in de fase van de puberteit en adolescentie en kan dit koppelen aan de eigen onderwijspraktijk. - Is in staat om groepsvorming in de klas in kaart te brengen en beschikt over een aantal interventies om deze positief te beïnvloeden. Studielast: Inleverdatum: Beoordeling: Gewicht: 12 uur uiterlijk 27 juni 2016 uiterlijk twee werkweken na uiterste inleverdatum 50% van het toetsresultaat voor deeltoets A Deze opdracht sluit aan op de colleges en bijbehorende werkcolleges: Pedagogische taak van de leraar (XXX) Adolescentie psychologie (XXX) Literatuur: Woolfolk, A., Hughes, M., & Walkup, V. (2013). Psychology in Education (2nd Edition). Pearson Education Limited. o Hoofdstuk: Personal, Social and Emotional Development Gielis, P., Konig, A., & Lap, J. (1996) Begeleiden van de groep. EPN Houten. o Hoofdstuk 8: Analyse door een sociogram. Onderwijsraad (2007) Sturen van vernieuwende onderwijspraktijken, Den Haag. Aanbevolen boeken: Micha de Winter, Verbeter de wereld, begin bij de opvoeding (2013) Marcel van Aken, Wim Slot, Psychologie van de adolescentie (2010) Onderbouw -de uitwerking van Dolf de opdrachten met uit de colleges en de aanbevolen Johan Hamstra, Hautvast, Otto detheorie Loor, Pedagogisch vakmanschap in het voortgezet literatuur. Aanvullende suggesties kun je vinden via het blackboard. Citaten en verwijzingen naar onderwijs (2013) bronnen zijn netjes opgenomen volgens de APA (6) richtlijnen of een andere reference style die 1. Opdracht Pedagogische Visie Vraag de pedagogische visie van je eigen school op bij stagebegeleider en/of de betrokken schoolleider (of visie op pedagogisch didactisch handelen, of onderwijsvisie). Bestudeer deze visie en bespreek enkele voor jou opvallende onderdelen met collega’s en leerlingen in de school. Besteed hierbij aandacht aan de formele visie van de school en hoe deze in de praktijk vorm krijgt. De visie van de school vormt de basis voor deze opdracht. a. Beschrijf hoe de formele visie van de school zich verhoudt tot de geleefde visie op school. b. Geef een analyse van de formele en de geleefde visie van de school aan de hand van een vergelijking met de onderwijsvisies die in het college ‘De pedagogische verantwoordelijkheid van de leraar’ aan de orde zijn geweest en die in het advies ‘Sturen van vernieuwende onderwijspraktijken’ van de Onderwijsraad beschreven staan? Ga hierbij zowel in op de pedagogische functie van het onderwijs en als op de opvoedkundige rol van de docent. c. Geef een kritische beoordeling van de formele en geleefde visie van de school op basis van de beschrijving en analyse onder (a) en (b). Laat je kritische beoordeling uitmonden in de beschrijving van je persoonlijke visie op de pedagogische functie van het onderwijs en de opvoedkundige rol van de docent. d. Geef een duidelijk voorbeeld waaruit blijkt wat de consequenties van jouw visie en/of de visie van de school zijn voor jouw eigen handelwijze op school. 2 2. De groep Vriendschappen zijn cruciaal voor een kind emotionele ontwikkeling, niet alleen voor de sociale ontwikkeling, maar ook omdat het leerlingen helpt in stressvolle situaties. Vriendschappen zijn bovendien van invloed op het leerklimaat van de individuele leerling, het algehele gevoel van het kind en de prestatie en motivatie in de les. Inzicht in de sociale structuur van de klas kan je als docent helpen om hier beter op in te spelen. Een sociogram is bedoeld als gereedschap voor het verkrijgen van inzicht in de groepsstructuur. 1 Je kunt voor het maken van een sociogram informatie verzamelen door je leerlingen enkele vragen te stellen, maar je kunt ook een sociogram maken op basis van eigen observaties van leerling-leerling interacties in één van je eigen klassen. Een inleiding in het sociogram vind je op de website: http://wij-leren.nl/sociogram-tips.php, en/of http://www.sometics.com/nl/sociogram voor digitaal een sociogram maken, https://www.youtube.com/watch?v=lCmUFS42fOY, https://www.youtube.com/watch?v=aRS6CzwED_Y a. b. c. d. e. Maak een sociogram (of beschrijf de groepsstructuur) van één van je klassen. Verantwoord hoe je aan de gegevens hiervoor bent gekomen. Geef een analyse van de groepsstructuur van de gekozen klas waarin je ingaat op enkele relevante aspecten, zoals rollen, vriendschapsrelaties, communicatiestructuur, waarden en normen. Wat zijn sterke en zwakke punten van de klas? Beschrijf de dynamiek van de groep/klas op basis, gebruik hierbij Tuckmans stadia van groepsvorming (Forming – Storming – Norming – Performing) en aanvullende literatuur passend bij dit onderwerp. Wat betekent bovenstaande kennis voor je eigen handelen in deze klas? In het geval dat je zelf niet lesgeeft in deze klas: Welk advies kun je geven over handelen door de docent van deze klas? Inleveren Je levert de uitwerking van je opdrachten en bijbehorend materiaal in één document in bij je opleider. - Pedagogische visie van de (stage)school, aangevuld met kort verslag (max 500 wrd) van de bespreking met collega’s en leerlingen in school. Uitwerking opdracht 1 (max 1500 wrd) Uitwerking opdracht 2 (max 1500 wrd) 1 Using Sociograms to Identify Social Status in the Classroom. Brian P. Leung and Jessica Silberling, California School Psychologist, Vol 11, pp 57-61, 2006 3