Monthly Economic Update

advertisement
Monthly Economic Update
October 2011
Global Economics
12 oktober 2011
Monthly Economic Update
Recessie ‘Made in Europe’
Groei bbp (%joj)
voorspelling
6
6
4
4
2
2
0
0
-2
-2
-4
-4
Japan
Eurozone
VS
-6
-8
-10
-6
-8
-10
96 98 00 02 04 06 08 10 12
Bron: EcoWin, ING
10-jaars rente (%)
Eurozone voorspelling
Japan
VS
7
6
7
6
5
5
4
4
3
3
2
2
1
1
0
0
00
02
04
06
08
10
12
Bron: EcoWin, ING
Wisselkoersen
voorspelling 60
1.7
1.6
1.5
1.4
1.3
1.2
1.1
1.0
0.9
0.8
80
100
Nu een Griekse schuldherstructurering dichterbij komt en de turbulentie op de
financiële markten aanhoudt, worden de verwachtingen voor een economisch
herstel in de eurozone en ook andere regio’s getemperd. Markten blijven
onrustig, zolang in de eurozone een snelle en adequate beleidsreactie uitblijft.
De begrotingsconsolidatie dwingt centrale banken de monetaire teugels verder
te laten vieren. Ook de VS lijkt dichtbij of bevindt zich al in een recessie.
Europese politici lijken steeds meer te beseffen dat Griekenland insolvabel is en dat een
grotere reductie van de Griekse schuldenlast nodig is dan op de Eurotop van 21 juli werd
voorgesteld. Om de weg hiervoor te effenen wordt onderzocht hoe besmetting kan
worden beperkt door uitbreiding van het Europese noodfonds en, op instigatie van het
IMF, een agressievere herkapitalisatie van banken.
Intussen dreigt de economie van de eurozone in het slop te raken. Voorlopende
indicatoren schetsen een somber beeld van een naderende recessie. De ECB wordt
echter geremd door de recente inflatiestijging en de wisseling van voorzitter. De rente zal
worden verlaagd, maar wellicht niet vóór K1l 2012.
Ondanks de vermoedelijke opluchting in Washington dat de schijnwerpers nu ergens
anders op zijn gericht, wordt de Europese crisis in Amerikaanse enquêtes genoemd als
de voornaamste reden van een laag ondernemersvertrouwen. Gezien de forse invloed
van de crisis in Europa op de buitenlandse vraag, zal de bijdrage van de export aan de
groei van de Amerikaanse groei afnemen.
Op het banenplan van USD 447 mrd van de Amerikaanse regering om de economie uit
het slop te trekken is teleurstellend gereageerd. Het wordt mogelijk slechts voor een deel
door het Congres goedgekeurd. Het stimuleringsstokje komt nu dus in handen van de
Fed. Na een lichte kwantitatieve verruiming (Operatie Twist) in september neemt de hoop
op een agressievere QE3-actie in november toe, maar zelfs dan is de uitkomst onzeker.
120
140
00 02 04 06 08 10 12
EUR/USD
USD/JPY (inv. r.as)
Bron: EcoWin
Mark Cliffe
Global Head of Financial Markets
Research
Rob Carnell
Tim Condon
James Knightley
Chris Turner
Het Britse QE2 kwam een maand eerder dan algemeen verwacht: de BoE breidde het
opkoopprogramma uit met GBP 75 mrd. De teller voor QE1 begon op GBP 75 mrd en
eindigde op GBP 200 mrd. Wij denken dat het totaalbedrag na QE2 dichter bij GBP 500
mrd komt te liggen, omdat QE2 mogelijk niet zo effectief zal blijken als QE1.
Met het oog op de groeiende bezorgdheid in China over de kredietverliezen als gevolg
van de eigen krediet- en vastgoedhausse én de overloopeffecten vanuit de eurozone en
de VS zal de PBC de verkrappingscyclus waarschijnlijk niet voortzetten. Sommigen zien
in het recente einde van de RMB-appreciatie een teken van een ruimer beleid.
De groei in Japan profiteerde van de wederopbouw na de aardbeving, al is deze opleving
mogelijk niet van lange duur. Omdat Japan doorgaans sterk afhankelijk is van de
buitenlandse vraag, lijken de vooruitzichten voor 2012 slecht.
De valutamarkten zijn in ‘crisismodus’. Hertaxatie door beleggers van de mondiale
groeivooruitzichten leidde tot een outperformance van de dollar en underperformance
van de grondstofvaluta´s. Hoewel een EUR/USD van 1,20 een mogelijk scenario is, gaan
wij ervan uit dat een mondiale beleidsreactie in de eerste week van november het
vertrouwen herstelt en de koers van de dollar weer doet dalen.
Peter Vanden Houte
DIT IS EEN VERTALING VAN EEN REEDS OP 6 OKTOBER IN HET ENGELS GEPUBLICEERDE VERSIE
1S
Monthly Economic Update
October 2011
VS
De VS staat niet meer in de
schijnwerpers…
In de afgelopen maand zijn de schijnwerpers verplaatst van de VS naar de eurozone. Dat
wil echter niet zeggen dat in de VS vooruitgang is geboekt bij het oplossen van de eigen
economische en financiële problemen. Het begrotingsbeleid blijft een puinhoop en een
constructieve dialoog over de meest recente voorstellen om de werkgelegenheid te
stimuleren, blijft uit. Het monetaire beleid is op een aantal punten licht bijgesteld, terwijl
de Fed met een nieuw (volgens ons niet overtuigend) verhaal komt om verdere
kwantitatieve verruiming (QE) te rechtvaardigen. En intussen duidt een nieuwe reeks
economische cijfers erop dat de economie weer in een recessie kan zijn beland.
…en zelfs het meest recente
stimuleringsplan lijkt van de
aardbodem te zijn verdwenen
Achteraf lijkt het meest recente banenplan, de ‘American Jobs Act’, een politieke stunt te
zijn geworden, ook al was het in eerste instantie een serieuze poging om de economie te
stimuleren. De voornaamste onderdelen van het USD 447 mrd kostende plan:
 Verlaging van loonbelasting voor werknemers (USD 175 mrd)
 Verlaging van loonbelasting voor werkgevers, vooral kleine bedrijven (USD 70 mrd)
 Subsidies voor aannemen personeel en infrastructurele bestedingen (USD 140 mrd)
 Hervorming van de werkloosheidsverzekering, belastingkorting voor langdurig
werklozen (USD 62 mrd)
Sommige uitgavenposten
halen het misschien…maar
neerwaartse risico’s
overheersen
Ons basisscenario is dat slechts zo’n USD 120 mrd aan niet-gespecificeerde uitgaven /
belastingverlagingen het bij het huidige politieke geharrewar zullen halen. Wij nemen
tevens aan dat de verlaging van de loonbelasting volgens de oorspronkelijke planning
eind dit jaar zal aflopen en dat de belastingverlagingen uit het Bush-tijdperk tot na eind
2012 worden verlengd (of permanent worden). Per saldo ontstaat in 2012 een belastingverzwaring (‘fiscal drag’) van niet minder dan 2,0% omdat andere stimuleringsmaatregelen aflopen. De vooruitzichten voor groei van de economie worden hierdoor
aanzienlijk getemperd. Bovendien is de kans groter dat onze veronderstellingen te
optimistisch dan dat we te negatief zijn.
De hoop is nu gericht op het
monetaire beleid
Nu de vooruitzichten voor het begrotingsbeleid alleen maar als negatief kunnen worden
beoordeeld, is veel hoop gevestigd op verdere monetaire stimulering. Op de laatste
FOMC-vergadering werd tot een in onze ogen bijna zinloze ‘Operatie Twist’ besloten. Dit
was echter slechts bedoeld als noodoplossing in afwachting van een derde ronde van
kwantitatieve verruiming (QE3). Wij zijn nog steeds van mening dat de FOMCvergadering van 2 november hiertoe zal besluiten.
2
Monthly Economic Update
Fig 1
Budgettair beleid en schuldratio
% bbp
Fig 2
%bbp
5%
80%
4%
70%
3%
60%
2%
50%
1%
40%
0%
30%
-1%
20%
October 2011
Effect van de ‘Operatie Twist’ tot nu toe
%
4
01/09/11
3
22/09/11
30/09/11
2
Budgettaire verruiming (+) en verkrapping (-)
-2%
10%
Schuld in openbare handen
0%
-3%
2000
2002
2004
2006
Bron: ING
2008
2010
2012
1
0
3m Tbill
2Y Tnote
5Y Tnote
10Y Tnote
30Y Tnote
Bron: EcoWin
QE3 komt eraan en zal groter
moeten zijn dan QE2
Met QE2 werd USD 600 mrd aan geld gecreëerd om in Amerikaanse Treasuries te
beleggen. De voordelen van QE zijn, afgezien van enige korte-termijnstimulans voor
aandelen, echter betrekkelijk gering. Een nieuwe ronde van USD 600 mrd zou nog
minder effect hebben. Om enig effect van belang te sorteren, denken wij dat QE3 in de
richting van USD 1.000 mrd moet gaan, terwijl de lijst op te kopen activa breder van aard
moet zijn (bijvoorbeeld ook langerlopende Treasuries en obligaties met hypotheken als
onderpand). Al blijft wel staan wat wij eerder hebben gezegd: het is niet zozeer de rente
die mensen voor hypotheken en andere leningen moeten betalen, het echte probleem is
de mogelijkheid voor mensen met een negatief eigen vermogen en een besmet
kredietverleden, om een hypotheek te nemen of over te sluiten.
Het blijkt erg lastig om QE3 te
rechtvaardigen
Bovendien schiet de rechtvaardiging voor een nieuwe grote ronde kwantitatieve
verruiming ernstig tekort. Na een groot aantal speeches waarin QE als anti-deflatoir
beleid werd gepresenteerd, zien we de Fed nu een onwelkome stijging van de kerninflatie
‘downplayen’. Maar zelfs de inflatie inclusief voedsel- en energieprijzen weigert mee te
werken aan de gehoopte daling in lijn met de lagere olie- en gasprijzen. In plaats daarvan
lijkt de Fed naar believen te kiezen uit de verschillende maatstaven voor de
inflatieverwachtingen om nieuwe argumenten voor QE aan te dragen. De ‘breakeven’inflatie op Amerikaanse 10-jaars geïndexeerde obligaties (TIPS) is één van de
maatstaven die in deze Fed-strategie past. Onlangs omschreef Fed-lid James Bullard de
daling van de 10-jaars ‘breakeven’-inflatie als ‘zorgwekkend’, in navolging van eerder
commentaar van Ben Bernanke over deze maatstaf. Wij betwijfelen zeer of hun
bezorgdheid terecht is. Het geeft wel aan dat de Fed zich in alle mogelijke bochten wringt
om de volgende verruimingsronde door te voeren.
Obligatierente blijft mogelijk
QE3 is dus in aantocht en zal waarschijnlijk van grote omvang zijn. Uiteindelijk zal het
echter niets veranderen aan het economische plaatje van een consumentensector en
overheidssector die voortgaan met schuldenafbouw en een bedrijvensector die beperkt
toegang heeft tot krediet. De Amerikaanse groeivooruitzichten op de middellange en
wellicht lange termijn blijven matig. De rente op 10-jaars Treasuries zal waarschijnlijk
zeer laag blijven, aangezien er weinig kans is dat de beleidsrente op de korte of
middellange termijn wordt verhoogd, de vlucht naar veilige activa aanhoudt en verder zal
worden aangewakkerd door een eventueel Grieks faillissement en de inflatie uitzonderlijk
laag is, hoewel niet zo deflatoir als de Fed beweert.
jarenlang op of dichtbij de
huidige niveaus
3
Monthly Economic Update
Wij verlagen onze prognose
voor de economische groei in
de VS als gevolg van een
zwakke externe omgeving
Fig 3
October 2011
Wat de reële economie betreft, hebben wij deze maand onze groeiprojecties iets verder
naar beneden bijgesteld. Het binnenlandse nieuws, al is dit vrij teleurstellend, laat echter
weinig neerwaarts momentum zien. Het grootste deel van onze bijstellingen komt voort
uit de zwakkere buitenlandse vooruitzichten, met name die van Europa waar een Grieks
faillissement steeds waarschijnlijker wordt.
Inflatieverwachtingen
Fig 4 ECRI voorlopende index (6-mnd geannualiseerd, %)
(%)
(%)
%joj
50
6.0
3.0
5.0
2.0
4.0
ECRI leading index
Recessie
40
30
20
10
1.0
3.0
0
2.0
-10
0.0
-20
TIPS 10jr breakeven rate
1.0
5jr inflatie swap
-1.0
Sep08
Mar09
Consumentenverwachting inflatie over 1 jr (r.as) 0.0
Sep09
Mar10
Sep10
Mar11
Sep11
Bron: EcoWin, Bloomberg
Als op een recessie lijkt,
moeten we het ook zo
noemen
-30
-40
70
73
76
79
82
85
88
91
94
97
00
03
06
09
Bron: EcoWin
Een aantal indicatoren duidt erop dat de VS op dit moment in of aan de rand van een
recessie verkeert. Dit betreft onder meer de wekelijkse uitkomsten van de ECRI
voorlopende index, de ISM-index voor de verwerkende industrie, de woningmarkt, de
werkgelegenheid en de beurs. Zoals wij vorige maand al zeiden, is de VS zo dicht bij een
recessie dat het eigenlijk geen punt van discussie meer is. Wij kunnen net zo goed
erkennen dat de VS zich reeds in een recessie bevindt, wat uiteindelijk slechts een
arbitrair en semantisch onderscheid is. Dit scheelt veel tijd en vergeefse moeite.
Rob Carnell, Londen
Eurozone
Enige hefboomwerking is
nodig in het EFSF…
…om besmetting tegen te
gaan
Nadat de meeste lidstaten de maatregelen hebben goedgekeurd om het mandaat van het
Europese noodfonds (European Financial Stability Facility / EFSF) te versterken, hebben
de financiële markten hun aandacht alweer verlegd naar de stappen die nodig zijn om de
slagkracht van het noodfonds te verhogen. Het lijkt steeds waarschijnlijker dat in de
komende maanden enige vorm van hefboomwerking wordt geïntroduceerd. Een van de
mogelijkheden is om het noodfonds toegang te geven tot ECB-liquiditeit, al zal de Duitse
regering deze optie waarschijnlijk niet accepteren. Een andere optie is geënt op het
Amerikaanse TALF-programma, met een tranche (de ‘first loss tranche’) die het eerste
potentiële verlies op nieuwe perifere obligaties dekt. Dit is een noodzakelijke stap om het
risico te beperken dat door escalatie van de Griekse crisis landen die in liquiditeitsproblemen verkeren maar nog steeds als solvabel worden beschouwd, hetzelfde lot zou
treffen.
4
Monthly Economic Update
Voorwaarden voor
betrokkenheid van private
sector worden mogelijk
gewijzigd…
…wat een grotere
schuldreductie voor
Griekenland betekent
Fig 5
October 2011
Het lijkt erop dat de Europese beleidsmakers geleidelijk het idee accepteren dat
Griekenland insolvabel is. Het Griekse overheidstekort steeg in de eerste acht maanden
van het jaar met 22,2% j-o-j als gevolg van het trage tempo van de bezuinigingen en een
dieper dan verwachte recessie. Hoewel wij van mening zijn dat een gedwongen
schuldherstructurering (die een aanzienlijke afstempeling betekent voor alle
obligatiehouders) op de korte termijn wordt vermeden, zullen de Europese leiders
trachten de voorwaarden voor de betrokkenheid van de private sector te veranderen, wat
op voorhand een grotere schuldreductie voor Griekenland inhoudt. Dit kan worden
beschouwd als een vrijwillige schuldherstructurering. In verband daarmee zullen banken
waarschijnlijk moeten worden geherkapitaliseerd omdat de financieringscondities voor
een aantal banken sterk zijn verslechterd (de CDS-spreads staan nu op een historisch
hoogtepunt). Hoewel deze gang van zaken op de korte termijn tot verdere onrust op de
markten kan leiden, kan het ook hoop bieden dat een verdere herstructurering van de
Griekse schuld gestalte krijgt via kwijtschelding door de officiële crediteuren van
Griekenland (dat blijft ons basisscenario).
Europese bankensector opnieuw onder druk
300
Fig 6 Economische stemmingsindicator (100 = L/T
gemid.)
120
115
250
110
105
200
100
95
150
90
85
100
80
CDS European
Senior Bank Debt
50
70
Jan-07
0
Jan-05
75
Jan-06
Jan-07
Jan-08
Bron: Reuters
Vertrouwensindicatoren
zakken verder…
…wat duidt op een hapering
in het herstel
Groeiprojectie voor 2012
opnieuw lager, met
neerwaartse risico’s
Jan-09
Jan-10
Jan-08
Duitsland
Jan-11
Jan-09
Jan-10
Frankrijk
Jan-11
Italië
Spanje
Bron: Datastream
De aanhoudende financiële crisis in Europa heeft het herstel tot staan gebracht. De
stemmingsindicator van de Europese Commissie is in september voor de zevende
maand op rij gedaald. De grootste daling vond plaats in Italië en kwam voort uit vrees dat
de Italiaanse economie er niet in slaagt uit de schuldenlast te groeien. Hoewel de Duitse
economie nog steeds robuuster lijkt (de werkloosheid is in september feitelijk gedaald tot
het laagste niveau sinds 1990), zijn de toekomstgerichte indicatoren in de afgelopen
maanden fors verslechterd. Voor de eurozone als geheel zijn de productieverwachtingen
in de verwerkende sector gedaald tot het laagste niveau sinds januari 2010. Tegelijkertijd
zijn de wervingsplannen in zowel de dienstverlening als de industrie sterk afgenomen,
hetgeen erop duidt dat werkgelegenheidsgroei minder zal bijdragen aan het stimuleren
van de consumptie. Het consumentenvertrouwen is in de zomermaanden drastisch
teruggelopen. De bbp-groei in de EU-17 is in het derde kwartaal waarschijnlijk tot
stilstand gekomen. Zolang de Europese leiders geen overeenstemming bereiken, zal in
het vierde kwartaal of zelfs in het eerste kwartaal van volgend jaar nog geen sprake zijn
van verbetering, zelfs niet als het sentiment op de financiële markten enigszins verbetert.
Hoewel de lagere olieprijzen en de relatief goede financiële positie van zowel
huishoudens als bedrijven in de kernlanden mogelijk nog enig tegenwicht zullen bieden,
lijkt een recessie thans vrijwel onafwendbaar. Wij hebben onze bbp-groeiprognose
opnieuw verlaagd tot slechts 0,5% in 2012, na 1,5% in 2011. En zelfs dan is het risico
voor de prognose neerwaarts gericht.
5
Monthly Economic Update
De inflatie stijgt
onverwacht…
…maar uiteindelijk zal de
rente mogelijk worden
verlaagd
October 2011
Het inflatiecijfer over september kwam als een schok: de HICP-inflatie steeg tot 3%.
Hoewel enkele bijzondere factoren (zoals een verandering van de seizoencorrectie in
Italië) het cijfer tijdelijk hoger hebben doen uitkomen, zal het tot het eerste kwartaal van
volgend jaar duren voordat de inflatie ook maar in de buurt komt van de ECB-doelstelling.
Dit brengt de centrale bank in een lastig parket. Hoewel de zwakke economie en de
problemen in de bankensector een verlaging rechtvaardigen, maakt het huidige
inflatiecijfer het lastig voor de ECB om snel te handelen. Toch zijn alle maatstaven voor
de prijsverwachtingen al een paar maanden aan het dalen. Wij denken dat de ECB zich
in eerste instantie zal beperken tot het verlenen van extra liquiditeitssteun aan de
bankensector en zeer waarschijnlijk in het eerste kwartaal van volgend jaar zal overgaan
tot een renteverlaging van 50 basispunten. Bovendien denken wij dat de rente ten minste
tot 2013 zeer laag blijft. Hoewel dit nauwelijks bijdraagt aan een significante stijging van
de obligatierente over de prognosehorizon, ligt ook de rente op Duitse Bunds op een laag
niveau onder invloed van de aanhoudende ‘vlucht naar kwaliteit’. Bij een meer
vastberaden optreden van de Europese leiders om de crisis op te lossen, zouden
beleggers de ‘veilige havens’ echter kunnen verlaten. In dat geval zou de kapitaalstroom
richting Bunds wel eens kunnen omslaan.
Peter Vanden Houte, Brussel
Verenigd Koninkrijk
De BoE had duidelijke
signalen afgegeven van een
op handen zijnde verdere
kwantitatieve verruiming
Uit de notulen van de septembervergadering van het Monetary Policy Committee (MPC)
van de Bank of England (BoE) kon worden opgemaakt dat naast Adam Posen ook
andere leden van het MPC voor een verdere kwantitatieve verruiming zouden stemmen
als de Britse economische cijfers niet zouden verbeteren. De cijfers die afgelopen maand
bekend werden gemaakt, weken niet echt af van de recente trend. Omdat niets erop
wees dat de situatie vanzelf zou veranderen, zal de stemming tijdens het MPC-overleg
van oktober waarschijnlijk heel spannend zijn geweest.
Dit zal vrijwel zeker gebeuren
in november …
… waarbij de BoE het
inflatierapport zal gebruiken
om nieuwe stappen te
rechtvaardigen door middel
van nieuwe economische
prognoses
De BoE vindt kwantitatieve
verruiming een zeer effectief
instrument
Uiteindelijk waren er tijdens de laatste vergadering echter duidelijk genoeg leden die de
mening van Posen deelden. De Asset Purchase Facility is voor de komende drie
maanden uitgebreid naar £75 mrd. Duidelijk was dat er meer stimulansen noodzakelijk
waren gegeven de verslechterende binnenlandse en wereldwijde groei, terwijl een
serieuze overeenkomst over een oplossing voor de schuldencrisis in de eurozone
waarschijnlijk nog minstens een maand op zich zal laten wachten. De enige echte vraag
betrof de timing. Het novemberoverleg van het MPC zal plaatsvinden tegen de
achtergrond van nieuwe economische prognoses van de BoE en de publicatie van het
inflatierapport en de persconferentie van de centrale bank. Dit zal de gouverneur van de
BoE de gelegenheid bieden om een toelichting te geven op de in oktober genomen stap.
Als tot november was gewacht, had men misschien iets meer waar voor zijn geld
gekregen, doordat een uitbreiding van de Britse kwantitatieve verruiming dan zou
samenvallen met de G-20 top in Cannes en de waarschijnlijke uitbreiding van de
kwantitatieve verruiming in de Verenigde Staten.
De BoE schat dat het bedrag van £ 200 mrd dat tot dusver aan obligaties in ingekocht,
het BBP een impuls van 1,5-2% heeft gegeven bij een inflatietoename van 0,75-1,5% in
vergelijking met wat er zou zijn gebeurd als er niets was gedaan. Het voorspellingsmodel
van de Britse centrale bank gaat er vanuit dat een verlaging van de officiële rente met
100 basispunten na 18-24 maanden zorgt voor een toename van de CPI-inflatie met
ongeveer 0,5 procentpunt. Volgens het kwartaalbulletin van de Britse centrale bank “geeft
dit dan ook aan dat het effect van de eerste kwantitatieve verruiming vergelijkbaar was
met dat van een verlaging van de officiële rente met 150-300 basispunten." Als we
6
Monthly Economic Update
October 2011
uitgaan van een lineair effect zou een uitbreiding van het obligatie-inkoopprogramma met
£ 75 mrd dus ongeveer overeenkomen met een renteverlaging van 50-100 basispunten.
De tweede kwantitatieve
verruiming door de Federal
Reserve was minder effectief
dan de eerste, waardoor de
tweede verruiming door de
BoE wel eens agressiever
zou kunnen worden
De BoE is zo voorzichtig geweest om erop te wijzen dat dat het effect was op dat
moment. Deze keer zou dat heel anders kunnen uitpakken. Functionarissen van de
Federal Reserve hebben ook aangegeven dat zij weliswaar de indruk hebben dat de
tweede kwantitatieve verruiming minder effectief is geweest dan de eerste, maar dat dit
niet betekent dat deze zinloos is geweest. De gouverneur van de Federal Reserve, Sarah
Raskin, heeft bijvoorbeeld gesteld dat dit de volgende keer agressievere maatregelen
rechtvaardigt. Wij denken dat de BoE een vergelijkbare mening aanhangt en gaan
daarom uit van een verdere kwantitatieve verruiming van in totaal £ 300 miljard (inclusief
de meest recente uitbreiding van £ 75 mrd) in de komende 12 maanden, waardoor het
totale bedrag dat is uitgegeven aan de inkoop van obligaties, uitkomt op een half biljoen
pond.
Ook is er mogelijk een
‘kredietversoepeling’ op
komst
De groei in het Verenigd Koninkrijk zou echter pas echt een duw in de rug krijgen als het
bedrijfsleven weer geld gaat uitgeven - de investeringen zijn nog niet aangetrokken sinds
de instorting in 2008/09. Nieuwe overheidsinitiatieven om geld in kleine en middelgrote
bedrijven te stoppen kunnen dan ook een belangrijke impuls geven aan de groeivooruitzichten. De details zijn op dit moment nog onduidelijk, maar een zogenaamde
'kredietversoepeling’ voor dit segment zou gunstig kunnen zijn voor zowel de
investerings- als de werkgelegenheidsvooruitzichten, terwijl een monetaire stimulans van
de kant van de BoE steun biedt aan het vertrouwen en de vermogensprijzen in meer
algemene zin.
Fig 7
Vermogensprijzen & kwantitatieve verruiming
Fig 8
Investeringen & BBP (index)
Piek = 100
120
juli 2007=100
105
105
100
100
95
95
90
90
110
9 maart: begin QE
100
90
80
70
60
85
50
Huizenprijzen
40
Commercieel vastgoed
30
FTSE All share
80
BBB-rated yield spread (invers)
20
04
05
06
07
08
09
10
Bron: Ecowin
11
85
BBP
Investeringsvolume
80
75
Jan- Jul- Jan- Jul- Jan- Jul- Jan- Jul- Jan- Jul- Jan06 06 07 07 08 08 09 09 10 10 11
75
Bron: Ecowin
James Knightley, Londen
China
Wij denken dat de PBOC
voorlopig niets zal doen…
Wij hebben onze prognose met betrekking tot renteverhogingen door de Chinese centrale
bank (PBOC) teruggeschroefd in verband met de turbulentie op de wereldwijde financiële
markten. In geval van een dergelijke onrust probeert de PBOC te voorkomen dat deze
overslaat naar China. Dit houdt over het algemeen in dat beleidsaanpassingen worden
opgeschort. Wij verwachten nu dat de PBOC langere tijd pas op de plaats zal maken,
terwijl wij eerder nog uitgingen van één verdere verhoging van de beleidsrente dit jaar.
Mocht de situatie verslechteren, dan zal de PBOC volgens ons het beleid aanzienlijk
versoepelen, evenals in 2008, toen de instorting van de markt paniek veroorzaakte en de
7
Monthly Economic Update
October 2011
wereldhandel vastliep, wat leidde tot een ongekende daling van de Chinese export. De
PBOC ging in september 2008 over tot versoepeling en in november van dat jaar keurde
de Nationale Vergadering een pakket voor budgettaire stimulering goed. Het was niet
geheel toevallig dat dit samenviel met het moment waarop de samengestelde index van
de beurs van Shanghai een dieptepunt bereikte (waarna deze in de daaropvolgende acht
maanden 60% steeg).
De PBOC heeft ruimte voor
versoepeling
Wij denken dat de PBOC ondanks de sterke monetaire verruiming in 2009-10 ruimte
heeft voor verdere versoepeling, ook al is dit volgens ons het laatste waartoe de PBOC
wil overgaan. De kredietverlening door banken nam in 2010 toe tot 122% van het BBP,
vergeleken met 96% in 2008 (figuur 9) en de autoriteiten worden nu volledig in beslag
genomen door het verhelpen van de naweeën hiervan. De kosten hiervan zouden
toenemen in het geval van een sterke economische vertraging. Wij denken daarom dat
de centrale bank een eventuele negatieve schok (die hopelijk kleiner is dan in 2008) zal
financieren en weer zal overgaan tot verkrapping wanneer de turbulentie afneemt.
Kredietstress treft MKB…
Alsof een monetaire verkrapping en het inperken van de excessen als gevolg van de
krediethausse - oververhitting van de vastgoedmarkt en het aantrekken van te grote
leningen door lokale overheden zijn hiervan de meest uitgesproken voorbeelden - nog
niet genoeg waren, worden de beleidsmakers nu ook geconfronteerd met dreigende
kredietstress bij kleine en middelgrote bedrijven. Het probleem lijkt zich te concentreren
in Wenzhou, een welvarende stad in de provincie Zhejiang die wel wordt gezien als de
wieg van de Chinese private sector, maar de angst bestaat dat Wenzhou slechts het
topje van de ijsberg is.
…en vrees voor harde
landing steekt weer de kop
op
Besmetting breidt zich uit
naar China…
…en CNY NDFs
verdisconteren depreciatie
Wij denken dat die angst overdreven is. Vrijwel elke poging om de krediethausse te
beteugelen zou pijn hebben veroorzaakt. Op dit moment lijkt die pijn geen
macroprobleem te zijn (afgezien van berichten in de pers en soms sensationele
anekdotes over de problemen van individuele ondernemingen ontbreekt het aan
systematisch bewijs). De autoriteiten hebben geprobeerd Wenzhou te helpen door een
maximum te stellen aan de rente op leningen door niet bancaire kredietverschaffers.
Zoals verwacht kon worden, wordt er nu geroepen dat de autoriteiten ‘iets moeten doen‘
aan de beperkte beschikbaarheid van liquiditeiten. Hoewel de kredietstress binnen het
MKB volgens ons niet zal uitgroeien tot een macroprobleem, heeft deze wel bijgedragen
aan de hernieuwde angst voor een harde landing.
Eind september stond de USD/CNY 0,5% - het als limiet gestelde percentage - onder het
referentietarief van de PBOC (figuur 10). Wij leiden hieruit af dat de stormloop op
Amerikaanse dollars als gevolg van de publicatie van de verklaring van het FOMC van
september China in zijn greep heeft gekregen. De laatste keer dat dit gebeurde, was
tijdens de Lehman-paniek in september 2008. De autoriteiten koppelden de CNY toen
opnieuw aan de USD en dit zouden zij volgens weer doen, mocht de turbulentie de groei
gaan bedreigen. De besmetting trof de offshore markt voor CNY NDF’s en CNH de week
voordat deze onshore toesloeg en eind september verdisconteerde de NDF markt een
depreciatie van 0,8% gedurende de daaropvolgende 12 maanden. Wij denken dat dit een
overdreven reactie is geweest. Wij gebruiken echter al enige maanden CNY NDF’s voor
onze prognoses. Onshore zijn de termijnkoersen stabieler gebleven; wij hebben deze
koersen gebruikt voor de prognoses voor deze maand.
8
Monthly Economic Update
Fig 9
Volume uitstaande bankleningen
Fig 10
October 2011
CNY per USD
6.70
% of bbp
140
120
6.70
6.65
Spot
6.65
6.60
PBOC referentiekoers
6.60
100
6.55
6.55
6.50
6.50
6.45
6.45
6.40
6.40
80
60
40
20
0
6.35
00
01
02
03
04
05
06
07
08
09
10
11E
N.B.:De schatting voor 2011 is gebaseerd op een gemiddelde nominale BBPgroei van 14,6% voor 2000-10 en een terugkeer van de kredietgroei naar het
gemiddelde voor 2000-08: 14,0%.
Nov-10
6.35
Jan-11
Mar-11
May-11
Jul-11
Sep-11
Bron: Bloomberg, CEIC, ING Bank
Bron: Bloomberg, CEIC ING Bank
Tim Condon, Singapore
Japan
Opnieuw een moeilijke
maand voor
groeibeleggingen.
Ondanks de somberheid
verwachten wij een sterke
economische groei in het
derde kwartaal.
Japan wordt nog steeds geteisterd door negatieve schokken vanuit Europa en de VS, die
bijdragen aan een sterke risicoaversie bij beleggers en de wereldwijde
groeiverwachtingen drukken. De Japanse aandelenkoersen daalden in september 3%, na
een daling van bijna 10% in augustus. Japanse beleggers bleven de buitenlandse
obligatiemarkten mijden, terwijl de buitenlandse beleggers op grote schaal Japanse
staatsobligaties en in yens luidende geldmarktinstrumenten kochten. De rente op 10jarige Japanse staatsleningen heeft zich in de afgelopen weken rond een dieptepunt van
1% bewogen. Intussen is de yen sinds 7 september 8% in waarde gestegen ten opzichte
van de valuta's van de G-10 landen, waaronder de VS, evenals ten opzichte van de
Aziatische valuta’s (exclusief China). Volgens onze berekeningen bereikte de door de
Japanse centrale bank gehanteerde maatstaf voor de effectieve valutakoers in
september in nominale termen een recordniveau, terwijl het reële effectieve tarief - na
een stijging van 30% sinds juni 2008 - de hoogste stand in acht jaar bereikte.
De economische groei is in Japan de afgelopen tijd iets sterker geweest dan in de VS of
Europa, doordat Japan bezig is zich te herstellen van de verwoestende aardbeving en
tsunami. De neerwaartse bijstelling van de BBP-groei in het tweede kwartaal, waarvan
een door het ministerie van financiën gepubliceerde inventarisatie van de jaarrekeningen
van bedrijven al een voorbode was, viel minder groot uit dan gevreesd. Bovendien wijzen
export- en voorraadcijfers op een zeer sterke groei in het derde kwartaal - wij gaan uit
van 1,3%, waardoor onze prognose voor het gehele kalenderjaar nu uitkomt op -0,3%
(was -1,1%).
9
Monthly Economic Update
Fig 11
Yen loopt in september op naar recordniveau
300
Fig 12
October 2011
Japan belegt minder in buitenlandse obligaties
20
Nominaal effectieve koers yen
250
Reëel effectieve koers yen
gemid. + 1 st.dev
15
Prijzen Japan vs. handelspartners
200
5-jaars gemid.
10
Normale
bandbreedte
in afgelopen
jaren
150
5
100
gemid. - 1 st.dev
0
50
0
70 73 76 79 82 85 88 91 94 97 00 03 06 09
-5
Apr May Jun
Start
2011 tot op heden
Jul
Aug Sep Oct Nov Dec Jan Feb Mar
End
Index 2005=100
JPY biljoen; Cumulatieve netto vermogensstromen tijdens het fiscale jaar
Bron: BoJ
Bron: MinFin
Actuele cijfers wijzen op een tragere groei en vooral op een zwakkere ontwikkeling van
de nieuwe exportorders. Sectorprognoses duiden op een daling van de productie in
september en volgens het Tankan-rapport verwachten bedrijven in de periode oktober –
maart een zwakkere conjunctuur. Andere cijfers (detailhandel, werkgelegenheidsgroei)
wijzen op een afname van het groeimomentum in de periode tot en met augustus. Een
belangrijke vraag is of de Japanse economie in het eerste halfjaar van 2012 pas op de
plaats zal maken of weer duidelijk gaat krimpen. Gezien de recente gebeurtenissen lijkt
een krachtige groei steeds onwaarschijnlijker. De overheidsuitgaven aan wederopbouw
zullen steun bieden aan de groei in het algemeen, maar van de netto export en de
consumptieve bestedingen gaat een negatief effect uit. De kracht van de
bedrijfsinvesteringen is in deze periode cruciaal. Volgens het Tankan-rapport zijn in het
tweede en derde kwartaal veel investeringen uitgesteld in verband met de grote
onzekerheid na de aardbeving en de negatieve gevolgen hiervan voor de bedrijfswinsten.
Ondernemingen willen deze uitgestelde investeringen voor een groot deel alsnog
uitvoeren in het vierde kwartaal van 2011 en het tweede kwartaal van 2012. Het is echter
onwaarschijnlijk dat bedrijven deze plannen ten uitvoer zullen brengen als de externe
vraag verder afzwakt en er angst ontstaat voor een toename van de overcapaciteit.
Voor de gepubliceerde cijfers voor augustus heeft de overheid de berekeningsgrondslag
voor de CPI veranderd en de historische prijsschattingen verlaagd. De samenstelling van
het CPI-mandje is aangepast, de weging van de hierin opgenomen goederen en diensten
is gewijzigd om de voorkeur voor hightech-goederen te weerspiegelen en de
referentieperiode is gewijzigd van 2005 naar 2010. De aanpassing van de historische
schattingen heeft geresulteerd in een neerwaartse aanpassing van onze
inflatieprognoses voor 2011.
Lindsay Coburn, Onafhankelijk adviseur ING
10
Monthly Economic Update
October 2011
Valutamarkten
Valuta's van grondstoffenproducerende en opkomende
landen zijn het zwaarst
getroffen nu beleggers de
wereldwijde groeivooruitzichten anders waarderen
De komende vier weken is er
gelegenheid voor een
wereldwijde reactie op de
crisis
De beide keren dat de USDindex sinds 2008 uitbrak
boven dit 200-daags
voortschrijdende
gemiddelde, volgde er een 35 maanden durende rally van
12-15%
Gezien de geluiden uit Tokio
denken wij dat een eventuele
verdere verzwakking van de
USD/JPY naar 75 opnieuw
aanleiding zal geven tot
interventie door middel van
de verkoop van yens, zoals
begin augustus
De valutamarkten verkeren in een crisisstemming. Hierdoor is de dollar in waarde
gestegen ten opzichte van de meeste andere valuta's, met uitzondering van veilige
havens zoals de JPY en CHF. De valuta's van grondstoffenproducerende en opkomende
landen zijn het zwaarst getroffen doordat beleggers de wereldwijde groeivooruitzichten
anders zijn gaan waarderen.
De meest opvallende ontwikkeling in de afgelopen maand was de directe impact van de
crisis in de eurozone op de VS. De tegenzin van Amerikaanse beleggers om geld te
lenen aan Europese banken heeft geleid tot een opmerkelijke afbouw van Europese
schuldposities in de VS. In de praktijk betekent dit waarschijnlijk dat de Amerikaanse
kredietportefeuilles krimpen terwijl de Amerikaanse autoriteiten juist proberen de
kredietgroei te stimuleren. Het is dan ook geen wonder dat de Amerikaanse minister van
financiën, Tim Geithner, aanwezig was bij het in september in Polen gehouden overleg
van de ministers van financiën uit de eurozone in een poging om een oplossing voor de
crisis te versnellen.
Hoe die oplossing eruit gaat zien, moeten we nog afwachten. Wat we wel weten, is dat in
de komende vier weken de gelegenheid aanwezig is voor een wereldwijde reactie.
Staatshoofden van de G-20 landen komen op 3 en 4 november bijeen in het Franse
Cannes. Deze bijeenkomst volgt direct op de vergadering van het FOMC van
2 november, waarbij de Fed volgens ons serieus een volgende ronde van kwantitatieve
verruiming zal overwegen. Wij denken dat de beleidsmakers genoeg zullen doen om het
marktsentiment stabiliseren - en dat een nieuwe verruimingsronde de dollar tot eind 2012
over de gehele linie onder druk zal houden.
Als wij het vermogen van de beleidsmakers om tot een oplossing te komen verkeerd
beoordelen, zal de USD uiteraard blijven stijgen ten opzichte van de meeste valuta's. Een
belangrijke maatstaf voor de onderliggende trend van de dollar is hoe deze zich
ontwikkelt ten opzichte van het 200-daags voortschrijdend gemiddelde. De beide keren
dat de USD-index sinds 2008 uitbrak boven dit gemiddelde, volgde er een 3-5 maanden
durende rally van 12-15%. Nu de USD-index begin september weer boven dit
gemiddelde is uitgebroken, zal waarschijnlijk moeten worden aangetoond waarom de
EUR/USD voor het eind van het jaar niet naar 1,20 zou hoeven dalen. Wij denken dat de
beleidsmakers in november zullen reageren, vooral omdat zij het vertrouwen zo sterk
kunnen beïnvloeden, en dat het scenario van 1,20 kan worden vermeden.
Een nieuwe ronde van kwantitatieve verruiming zal er waarschijnlijk voor zorgen dat de
USD/JPY over de gehele linie onder druk blijft. Gezien de geluiden uit Tokio denken wij
dat een eventuele verdere verzwakking van de USD/JPY naar 75 opnieuw aanleiding zal
geven tot interventie door middel van de verkoop van yens, zoals begin augustus, toen
de Japanse centrale bank op één dag maar liefst JPY 4,5 biljoen verkocht. De omvang
hiervan doet ons denken aan de periode 2003-2004, toen de Japanse autoriteiten valutainterventie toepasten om een breedgedragen daling van de dollar te bestrijden. Dit
voorkwam uiteindelijk niet dat de USD/JPY naar een nieuw dieptepunt zakte en is de
reden waarom wij verwachten dat de USD/JPY begin 2012 wel eens een dieptepunt van
70 zou kunnen bereiken.
11
Monthly Economic Update
Fig 13
Rally USD Index in crisistijd
Fig 14
120
120
110
Mondiale
financiele
crisis
Homeland
Investment
Act (HIA)
100
Europese
schuldencrisis
110
100
October 2011
Omvangrijke valuta-interventies in USD/JPY
8000
160
150
BoJ koopt
USD
140
6000
4000
130
120
90
90
80
80
2000
110
0
100
90
70
70
02
03
04
USD Index
Bron: EcoWin, ING
05
06
07
08
09
10
11
200-daags voortschrijdend gemiddelde
-2000
BoJ verkoopt
USD
80
-4000
70
90
92
94
96
98
00
02
04
06
Japanse FX interventie in JPY mrd (r.as)
08
10
USD/JPY
Bron: EcoWin, ING
Chris Turner, Londen
12
Monthly Economic Update
Fig 15
October 2011
ING global forecasts
1Q
United States
GDP (% QoQ, ann)
CPI headline (% YoY)
Federal funds (%, eop)
3-month interest rate (%, eop)
10-year interest rate (%, eop)
Fiscal balance (% of GDP)
Fiscal thrust (% of GDP)
Debt held by public (% of GDP)
Gross public debt/GDP
Eurozone
GDP (% QoQ, ann)
CPI headline (% YoY)
Refi minimum bid rate (%, eop)
3-month interest rate (%, eop)
10-year interest rate (%, eop)
Fiscal balance (% of GDP)
Fiscal thrust (% of GDP)
Gross public debt/GDP
Japan
GDP (% QoQ, ann)
CPI headline (% YoY)
BoJ O/n call rate (%, eop)
3-month interest rate (%, eop)
10-year interest rate (%, eop)
Fiscal balance (% of GDP)
Fiscal thrust (% of GDP)
Gross public debt/GDP
China
GDP (% YoY)
CPI headline (% YoY)
PBOC 1-year dep rate (%,eop)
PBOC 1-year bill auction rate
(%, eop)
5-year T-bond yield (%, eop)
Fiscal balance (% of GDP)
Fiscal thrust (% of GDP)
Gross public debt/GDP
UK
GDP (% QoQ, ann)
CPI headline (% YoY)
BoE official bank rate (%, eop)
3-month interest rate (%, eop)
10-year interest rate (%, eop)
Fiscal balance (% of GDP)
Fiscal thrust (% of GDP)
Gross public debt/GDP
EUR/USD (eop)
USD/JPY (eop)
USD/CNY (eop)
EUR/GBP (eop)
Oil (US$/bbl, pa)
2Q
2010
3Q
4Q
FY
3.9 3.8 2.5 2.3
2.4 1.8 1.1 1.3
0.00 0.00 0.00 0.00
0.29 0.53 0.29 0.30
3.82 3.25 2.51 3.35
Fiscal Year 2010/11
3.0
1.6
1.4 3.7 1.5 1.2
1.1 1.5 1.7 2.0
1.00 1.00 1.00 1.00
0.65 0.80 0.80 1.10
3.10 2.60 2.30 2.96
Fiscal Year 2010/11
9.3 -0.7 4.0 -2.4
-0.9 -0.8 -1.0 -0.3
0.10 0.10 0.10 0.05
0.20 0.20 0.15 0.15
1.35 1.10 0.95 0.92
Fiscal Year 2010/11
1Q
2Q
2011F
3Q 4Q
0.4 1.3 1.7 0.5
2.1 3.5 3.7 3.4
0.00 0.00 0.00 0.00
0.30 0.30 0.30 0.30
3.43 3.16 1.96 1.80
-9.0
Fiscal Year 2011/12
0.9
62.8
94.6
1.7
1.6
3.1 0.6 -0.1 -0.6
2.5 2.7 2.6 2.5
1.00 1.25 1.50 1.50
1.50 1.60 1.70 1.40
3.36 3.10 2.00 2.00
-6.0
Fiscal Year 2011/12
0.3
85.1
FY
1Q
2Q
2012F
3Q
4Q
FY
1Q
2Q
2013F
3Q
4Q
FY
1.5
3.2
2.1 2.6 2.3
2.1
1.8 2.3 1.9 1.9 2.1
2.0
3.0 1.5 1.6
2.7
2.2 2.3 2.3 2.4 2.5
2.4
0.00 0.00 0.00 0.00
0.00 0.50 1.00 1.00
0.40 0.40 0.40 0.40
0.60 0.80 1.00 1.25
1.80 1.90 2.00 2.00
2.10 2.20 2.30 2.40
-8.6
Fiscal Year 2012/13 -7.1
Fiscal Year 2013/14 -4.8
-0.9
-1.9
-2.5
67.9
73.1
76.1
98.9
104.3
107.2
1.5
2.6
0.0 1.0 1.9
1.7
0.5 1.6 1.5 1.7 1.7
1.6
1.7 1.6 1.6
1.7
1.7 1.8 1.8 1.8 1.9
1.8
1.00 1.00 1.00 1.00
1.00 1.00 1.00 1.25
1.15 1.15 1.15 1.15
1.25 1.35 1.45 1.55
2.00 2.10 2.20 2.40
2.60 2.70 2.80 2.90
-4.3
Fiscal Year 2012/13 -3.4
Fiscal Year 2013/14 -2.5
-1.5
-1.0
-0.6
87.1
88.5
88.4
4.0 -3.70 -2.10 5.90 4.80 -0.30 2.4 1.7 2.1
2.0
-0.7 -0.5 -0.4 0.2 -0.2 -0.3 -0.3 -0.1 -0.1
0.0
0.05 0.05 0.05 0.05
0.05 0.05 0.05 0.05
0.16 0.15 0.15 0.20
0.20 0.20 0.20 0.20
0.95 1.00 1.14 1.20
1.20 1.20 1.35 1.50
-9.6
Fiscal Year 2011/12 -10.5
Fiscal Year 2012/13
0.9
2.0
117.6
131.7
2.8
-0.1
2.0 2.3 1.4 1.4
0.0 0.0 0.0 0.0
0.05 0.05 0.05 0.05
0.24 0.28 0.32 0.35
1.50 1.50 1.50 1.50
-9.2
Fiscal Year 2013/14
0.3
137
1.9
0.0
-9.2
0.0
140
11.9 10.3 9.6 9.8 10.3 9.7 9.5 9.3 9.0
2.2 2.9 3.5 4.7 3.3 5.1 5.7 6.2 5.0
2.25 2.25 2.25 2.75 2.75 3.00 3.25 3.50 3.50
1.93 2.09 2.09 2.51 2.51 3.20 3.50 3.58 3.45
9.3 9.0 8.7 8.6
8.5
8.7 8.6 8.7 8.8 8.7
8.7
5.5 4.6 4.5 4.4
4.3
4.5 4.0 4.0 4.0 4.0
4.0
3.50 3.50 3.50 3.50 3.50 3.50 3.50 3.50 3.50 3.50 3.50
3.45 3.45 3.45 3.45 3.45 3.45 3.45 3.45 3.45 3.45 3.45
2.85 2.67 2.72 3.58 3.58 3.53 3.53 3.80 3.75
Fiscal Year 2010/11 -1.6
Fiscal Year 2011/12
n/a
28.3
3.75 3.75 3.75 3.75 3.75 3.75 3.75 3.75 3.75 3.75 3.75
-1.6
Fiscal Year 2012/13 -1.5
Fiscal Year 2013/14 -1.5
n/a
n/a
n/a
25.3
22.4
20.0
0.6 4.3 2.5 -2.0
3.4 3.5 3.1 3.4
0.50 0.50 0.50 0.50
0.65 0.70 0.75 0.75
3.93 3.50 2.80 3.40
Fiscal Year 2010/11
1.6 0.4 0.6 0.5
4.1 4.4 4.7 4.6
0.50 0.50 0.50 0.50
0.85 0.85 0.80 0.70
3.60 3.37 2.50 2.20
-9.7
Fiscal Year 2011/12
-1.4
77.0
1.35 1.22 1.36 1.34
93
88
83
81
6.83 6.78 6.69 6.61
0.89 0.82 0.87 0.86
1.42 1.45 1.35 1.40
83
81
75 73
6.55 6.46 6.38 6.38
0.88 0.90 0.87 0.90
80
80
80
86
1.8
3.3
105
118
120 100
0.8
4.4
1.2 1.3 2.4
2.5
1.2 2.6 2.5 2.5 2.7
2.4
3.2 2.1 1.8
1.3
2.1 1.5 2.1 2.3 2.2
2.0
0.50 0.50 0.50 0.50
0.50 0.75 1.00 1.50
0.65 0.60 0.65 0.65
0.90 1.20 1.50 1.80
2.40 2.60 2.70 2.80
3.00 3.20 3.50 3.50
-8.0
Fiscal Year 2012/13 -6.7
Fiscal Year 2013/14 -4.8
-1.8
-1.7
-1.5
82.1
86.2
87.3
1.40 1.43 1.45 1.50
70
70
70
70
6.36 6.35 6.34 6.32
0.88 0.87 0.86 0.85
95
95
95
100
1.47 1.45 1.43 1.40
74
78
82
85
6.28 6.25 6.22 6.19
0.84 0.83 0.81 0.80
105
110
115
115
Source: ING forecasts
13
Monthly Economic Update
October 2011
Research analyst contacts
Developed Markets
London
Title
Telephone
Email
Mark Cliffe
Rob Carnell
James Knightley
Global Head of Financial Markets Research +44 20 7767 6283
Chief International Economist
+44 20 7767 6909
Senior Economist, UK, US, Scandinavia
+44 20 7767 6614
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Chris Turner
Tom Levinson
Head of Foreign Exchange Strategy
Foreign Exchange Strategist
+44 20 7767 1610
+44 20 7767 8057
[email protected]
[email protected]
Principal Economist
Senior Economist, Eurozone
Senior Economist, US
Senior Economist, Netherlands
+31 20 563 4406
+31 20 563 9528
+31 20 563 6167
+31 20 563 9497
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Amsterdam Maarten Leen
Martin van Vliet
Teunis Brosens
Dimitry Fleming
Padhraic Garvey
Jeroen van den Broek
Mark Harmer
Maureen Schuller
Alessandro Giansanti
Job Veenendaal
Roelof-Jan van den Akker
Head of Developed Markets Debt Strategy +31 20 563 8955
Head of Developed Markets Credit Strategy +31 20 563 8959
Head of Developed Markets Credit Research +31 20 563 8964
Senior Credit Strategist
+31 20 563 8941
Senior Rates Strategist
+31 20 563 8801
Quantitative Strategist
+31 20 563 8956
Technical Analyst
+31 20 563 8178
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Brussels
Peter Vanden Houte
Carsten Brzeski
Julien Manceaux
Philippe Ledent
Chief Economist, Belgium, Eurozone
Senior Economist, Germany, Eurozone
Economist, Switzerland
Economist, Belgium
+32 2 547 8009
+32 2 547 8652
+32 2 547 3350
+32 2 547 3161
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Milan
Paolo Pizzoli
Senior Economist, EMU, Italy, Greece
+39 02 89629 3630 [email protected]
Title
Telephone
Emerging Markets
Email
New York
H David Spegel
Gustavo Rangel
Natalia Corfield
Global Head of Emerging Markets Strategy +1 646 424 6464
Chief Economist, Brazil, Argentina, Chile, Peru +1 646 424 6465
Senior Credit Analyst
+1 646 424 6086
[email protected]
[email protected]
[email protected]
London
Simon Quijano-Evans
Courtney Ruesch
Head of Research & Chief Economist, EMEA +44 20 7767 5310
Research Assistant
+44 20 7767 5567
[email protected]
[email protected]
Bulgaria
Elena Ganeva
Economist, Bulgaria, Croatia
+359 2 917 6720
[email protected]
Senior Economist, Czech Republic
+420 2 5747 4432
[email protected]
Czech Rep Vojtech Benda
Hungary
David Nemeth
Senior Economist, Hungary
+36 1 255 5581
[email protected]
Mexico
Debora Luna
Ezequiel Garcia
Economist, Mexico
Economist, Mexico
+52 55 5258 2095
+52 55 5258 2064
[email protected]
[email protected]
Economist, Philippines
+632 479 8855
[email protected]
Chief Economist, CEE
Senior Economist, Poland
Economist, Poland
+48 22 820 4698
+48 22 820 4696
+48 22 820 4608
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Philippines Joey Cuyegkeng
Poland
Mateusz Szczurek
Rafal Benecki
Grzegorz Ogonek
Romania
Nicolaie Alexandru-Chidesciuc Chief Economist, Romania
Vlad Muscalu
Economist, Romania
Ana-Maria Morărescu
Junior Economist, Romania
+40 21 209 1294
+40 21 209 1393
+40 21 209 1290
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Russia
Dmitry Polevoy
Egor Fedorov
Economist, Russia & Kazakhstan
Senior Credit Analyst
+7 495 771 7994
+7 495 755 5480
[email protected]
[email protected]
Head of Research & Chief Economist, Asia
Economist, Asia
+65 6232 6020
+65 6232 6181
[email protected]
[email protected]
Singapore Tim Condon
Prakash Sakpal
Slovakia
Eduard Hagara
Senior Economist, Slovakia
+421 2 5934 6392
[email protected]
Turkey
Sengül Dağdeviren
Muhammet Mercan
Ömer Zeybek
Head of Research & Chief Economist, Turkey
Senior Economist, Turkey
Economist, Turkey
+90 212 329 0752
+90 212 329 0751
+90 212 329 0753
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Ukraine
Alexander Pecherytsyn
Halyna Antonenko
Head of Research, Ukraine
Financial Markets Research Analyst
+38 044 230 3017
+38 044 590 3584
[email protected]
[email protected]
14
Monthly Economic Update
October 2011
Disclosures Appendix
ANALYST CERTIFICATION
The analyst(s) who prepared this report hereby certifies that the views expressed in this report accurately reflect his/her
personal views about the subject securities or issuers and no part of his/her compensation was, is, or will be directly or
indirectly related to the inclusion of specific recommendations or views in this report.
IMPORTANT DISCLOSURES
Company disclosures are available from the disclosures page on our website at http://research.ing.com.
The remuneration of research analysts is not tied to specific investment banking transactions performed by ING Group
although it is based in part on overall revenues, to which investment banking contribute.
Securities prices: Prices are taken as of the previous day’s close on the home market unless otherwise stated.
Conflicts of interest policy. ING manages conflicts of interest arising as a result of the preparation and publication of research
through its use of internal databases, notifications by the relevant employees and Chinese walls as monitored by ING
Compliance. For further details see our research policies page at http://research.ing.com.
FOREIGN AFFILIATES DISCLOSURES
Each ING legal entity which produces research is a subsidiary, branch or affiliate of ING Bank N.V. See back page for the
addresses and primary securities regulator for each of these entities.
15
Monthly Economic Update
October 2011
AMSTERDAM
BRUSSELS
LONDON
NEW YORK
SINGAPORE
Tel: 31 20 563 9111
Tel: 32 2 547 2111
Tel: 44 20 7767 1000
Tel: 1 646 424 6000
Tel: 65 6535 3688
Bratislava
Tel: 421 2 5934 6111
Geneva
Tel: 41 22 593 8050
Manila
Tel: 63 2 479 8888
Prague
Tel: 420 2 5747 3111
Taipei
Tel: 886 2 2734 7600
Bucharest
Tel: 40 21 222 1600
Hong Kong
Tel: 852 2848 8488
Mexico City
Tel: 52 55 5258 2000
Sao Paulo
Tel: 55 11 4504 6000
Tokyo
Tel: 81 3 5210 0100
Budapest
Tel: 36 1 235 8800
Istanbul
Tel: 90 212 367 7011
Milan
Tel: 39 02 89629 3610
Seoul
Tel: 82 2 317 1800
Warsaw
Tel: 48 22 820 5018
Buenos Aires
Tel: 54 11 4310 4700
Kiev
Tel: 380 44 230 3030
Moscow
Tel: 7 495 755 5400
Shanghai
Tel: 86 21 6841 3355
Dublin
Tel: 353 1 638 4000
Madrid
Tel: 34 91 789 8880
Paris
Tel: 33 1 56 39 32 84
Sofia
Tel: 359 2 917 6400
Research offices: legal entity/address/primary securities regulator
Amsterdam
ING Bank N.V., Foppingadreef 7, Amsterdam, Netherlands, 1102BD. Netherlands Authority for the Financial Markets
Bratislava
ING Bank N.V., pobocka zahranicnej banky, Jesenskeho 4/C, 811 02 Bratislava, Slovak Republic. National Bank of Slovakia
Brussels
ING Belgium S.A./N.V., Avenue Marnix 24, Brussels, Belgium, B-1000. Financial Services and Market Authority (FSMA)
Bucharest
ING Bank N.V. Amsterdam - Bucharest Branch, 11-13 Kiseleff Avenue, 011342, Bucharest 1, Romania. Romanian National Securities
and Exchange Commission, Romanian National Bank
Budapest
ING Bank N.V. Hungary Branch, Dozsa Gyorgy ut 84\B, H - 1068 Budapest, Hungary. Hungarian Financial Supervisory Authority
Istanbul
ING Bank A.S., ING Bank Headquarters, Resitpasa Mahallesi Eski Buyukdere Cad. No: 8, 34467 Sariyer, Istanbul , Turkey. Capital
Markets Board
Kiev
ING Bank Ukraine JSC, 30-a, Spaska Street, Kiev, Ukraine, 04070. Ukrainian Securities and Stock Commission
London
ING Bank N.V. London Branch, 60 London Wall, London EC2M 5TQ, United Kingdom. Authorised by the Dutch Central Bank
Manila
ING Bank N.V. Manila Branch, 20/F Tower One, Ayala Triangle, Ayala Avenue, 1226 Makati City, Philippines. Philippine Securities and
Exchange Commission
Mexico City
ING Grupo Financiero (México) SA de CV, Bosque de Alisos 45-B, Piso 4, Bosques de las Lomas, 05120, Mexico City, Mexico.
Comision Nacional Bancaria y de Valores
Milan
ING Bank N.V. Milano, Via Paleocapa, 5, Milano, Italy, 20121. Commissione Nazionale per le Società e la Borsa
Moscow
ING BANK (EURASIA) ZAO, 36, Krasnoproletarskaya ulitsa, 127473 Moscow, Russia. Federal Financial Markets Service
Mumbai
ING Vysya Bank Limited, Plot C-12, Block-G, 7th Floor, Bandra Kurla Complex, Bandra (E), Mumbai - 400 051, India. Securities and
Exchange Board of India
New York
ING Financial Markets LLC, 1325 Avenue of the Americas, New York, United States,10019. Securities and Exchange Commission
Prague
ING Bank N.V. Prague Branch, Nadrazni 25, 150 00 Prague 5, Czech Republic. Czech National Bank
Singapore
ING Bank N.V. Singapore Branch, 19/F Republic Plaza, 9 Raffles Place, #19-02, Singapore, 048619. Monetary Authority of Singapore
Sofia
ING Bank N.V. Sofia Branch, 49B Bulgaria Blvd, Sofia 1404 Bulgaria. Financial Supervision Commission
Warsaw
ING Bank Slaski S.A, Plac Trzech Krzyzy, 10/14, Warsaw, Poland, 00-499. Polish Financial Supervision Authority
Disclaimer
This report has been prepared on behalf of ING (being for this purpose the wholesale and investment banking business of ING Bank NV and certain of its
subsidiary companies) solely for the information of its clients. ING forms part of ING Group (being for this purpose ING Groep NV and its subsidiary and affiliated
companies). It is not investment advice or an offer or solicitation for the purchase or sale of any financial instrument. While reasonable care has been taken to
ensure that the information contained herein is not untrue or misleading at the time of publication, ING makes no representation that it is accurate or complete. The
information contained herein is subject to change without notice. ING Group and any of its officers, employees, related and discretionary accounts may, to the
extent not disclosed above and to the extent permitted by law, have long or short positions or may otherwise be interested in any transactions or investments
(including derivatives) referred to in this report. In addition, ING Group may provide banking, insurance or asset management services for, or solicit such business
from, any company referred to in this report. Neither ING Group nor any of its officers or employees accepts any liability for any direct or consequential loss arising
from any use of this report or its contents. Copyright and database rights protection exists in this report and it may not be reproduced, distributed or published by
any person for any purpose without the prior express consent of ING. All rights are reserved. Any investments referred to herein may involve significant risk, are
not necessarily available in all jurisdictions, may be illiquid and may not be suitable for all investors. The value of, or income from, any investments referred to
herein may fluctuate and/or be affected by changes in exchange rates. Past performance is not indicative of future results. Investors should make their own
investigations and investment decisions without relying on this report. Only investors with sufficient knowledge and experience in financial matters to evaluate the
merits and risks should consider an investment in any issuer or market discussed herein and other persons should not take any action on the basis of this report.
This report is issued: 1) in the United Kingdom only to persons described in Articles 19, 47 and 49 of the Financial Services and Markets Act 2000 (Financial
Promotion) Order 2005 and is not intended to be distributed, directly or indirectly, to any other class of persons (including private investors); 2) in Italy only to
persons described in Article No. 31 of Consob Regulation No. 11522/98. Clients should contact analysts at, and execute transactions through, an ING entity in
their home jurisdiction unless governing law permits otherwise. ING Bank N.V. London Branch is authorised by the Dutch Central Bank. It is incorporated in the
Netherlands and its London Branch is registered in the UK (number BR000341) at 60 London Wall, London EC2M 5TQ. ING Financial Markets LLC, which is a
member of the NYSE, FINRA and SIPC and part of ING, has accepted responsibility for the distribution of this report in the United States under applicable
requirements. ING Vysya Bank Ltd is responsible for the distribution of this report in India.
FM
Additional information is available on request
16
Download