neemt men aan dat het gaat om een zwart gat is met een normale ster als begeleider. Het zwarte gat verliest de materie die zich eerst in een schijf rond het gat had verzameld. Daarna valt de materie het zwarte gat binnen waarbij een deel met zeer grote kracht in smalle bundels (jets) langs de polen wordt weggeblazen. Door de geometrie lijkt het alsof daarbij snelheden worden bereikt die groter zijn dan het licht. Met de MERLIN zijn de jets in een grotere detaillering waargenomen dan ooit tevoren. (Bron: Informatieblad de Koepel) I-iELP! - Ik VfRtJ/i,'NIr! ~ door Jimmy Reek Oceanen op Europa De tweede maan van Jupiter, Europa, heeft een ijskorst van zo'n 150 km dik met daaronder een kern van gesteente. Het oppervlak vertoont weinig kraters. Dit gebrek aan kraters en de talloze breuklijnen wijzen op een relatief jong oppervlak vergeleken met dat van de manen Ganymedes en Callisto. Door gravitatieverstoringen van de manen 10 en Ganymedes is de baan van Europa niet zuiver cirkelvormig: de excentriciteit is klein , maar net niet nul. Daardoor is er een geringe getijdenbeweging: het binnenste van de satelliet wordt verwarmd. Sommige onderzoekers den ken dat er zich diep in de ijsmantel een vloeibare oceaan dan wei een plastische ijslaag bevindt. Aan het oppervlak zijn sporen te vinden van opwellingen van warm ijs die de oude structuren aantasten. Mogelijk is ook de rotatie van de satelliet in het verleden niet synchroon geweest met de omloop. Ais dat zo was, gaf dat eveneens aanleiding tot getijden die warmte opwekten. (Bron: Informatieblad de Koepel) * Zwarte gaten Zwarte gaten kennen we waarschijnlijk allemaal. Ondanks dat dit verschijnsel nog steeds als theorie wordt beschouwd, worden er wei steeds meer plaatsen ontdekt, waar zich zwarte gaten bevinden. Zo hebben astronomen van de Universiteit van Manchester met medewerking van collegas uit Nederland met de MERLIN radiointerferometer opnamen gemaakt van de microquasar GRS1915 in het sterrenbeeld de Arend. Dit sterrenbeeld bevindt zich zo'n 40.000 Ij. bij ons vandaan, aan de andere kant van het Melkwegcentrum. In het woord interferometer, zit het woord interferentie, dat wil zeggen dat twee of meer (Iicht)golven samenwerken, zodat uitdoving (een top en een dal van een golf) en versterking (twee toppen) van de golven, kan optreden . Met de interferometer kan men dus twee afzonderlijke lichtbundels van dezelfde bron met elkaarlaten interfereren. De MERLIN interferometer omvat een aantal radiotelescopen in Groot-Brittannie. Op grond van de rontgeneigenschappen Un;vecsum 2-1998 Hubble ziet alles De hemelachtergrond tussen de stelsels in het Hubble Deep Field-gebied, een klein gebiedje in de Grote Beer waarvan in 1995 opnamen werden gemaakt met een extreem lange belichting, is onlangs nauwkeurig onderzocht. Ais er daar nog grote, maar vrijwel niet zichtbare sterrenstelsels zouden zijn, zou de helderheid van die achtergrond op een duidelijke manier moeten varieren. Men yond slechts een geringe veranderlijkheid, te weinig om het bestaan van grotere stelsels aannemelijk te maken. Volgens de onderzoekers heeft men nu dus een idee over bijna al het zichtbare licht uit het zichtbare heelal. Men gaat er daarbij van uit dat het kleine gebiedje aan de hemel dat nu is waargenomen representatief is voor de hele hemel. De in 1999 te installeren Advanced Camera for Surveys zal de helderheid van de hemelachtergrond nog nauwkeuriger kunnen meten. (Bron: Informatieblad de Koepel) Marsmeteoriet bevat aards organisch materiaal Dachten ze bewijs voor leven op de planeet Mars te hebben, wordt dat na onderzoek ook weer de grond in geboord . Onderzoekers van de University of Arizona en van het Scripts Institute of Oceanography komen tot de conclusie dat het organische materiaal dat aanwezig was op de Antarctische Marsmeteoriet ALH84001 afkomstig is van de Aarde en niet van Mars! Ze hebben de koolstofverbindingen onderzocht op de hoeveelheid koolstofisotopen C-13 (zwaar stabiel koolstof) en C-14 (radioactief koolstof) die in geringe hoeveelheden naast gewoon koolstof (C-12) voorkomen . In augustus 1996 meldden andere onderzoekers dat C-13 ongebruikelijk veel voorkwam. Het recente onderzoek toont aan dat de hoeveelheid koolstof, carbonaten en organische verbindingen, exact overeenkomen met aards materiaal. Radioactief C-14 wordt door kosmische straling gevormd uit stikstof in de atmosfeer en ook opgenomen in levend materiaal. Maar een deel kan door langzame neutronen in de ruimte (en dus ook op het Marsoppervlak) in het gesteente worden gevormd. Men heeft echter geen neutronenbron in de steen gevonden. De hoeveelheid C~14 in de meteoriet wijst op een leeftijd tussen ,11.000 en 5200 jaar. Dat is dus van na de inslag op aarde. Blijkbaar is het organische materiaal dus gewoon: van de aarde afkomstig. (Bron: Informatieblad de Koepel