Ledenbrief Directie Primair Onderwijs November 2002 Jaargang 3, nr9 Info Redactie: Kees Mos, Rob de Koning, Frans Langeveld, Lilian Schouten ______________________________________________________________________________ schrappen van ID-banen, afschaffen van OALT en daarmee ook de taalondersteuning (dit is ondertussen 1. Nieuwe bewindslieden voor korte controversieel verklaard), tijd? groepsverkleining in de bovenbouw Na vier jaar hebben Hermans en zonder daarvoor extra middelen Adelmund het stokje overgedragen aan de beschikbaar te stellen, een voorstel voor bewindslieden Van der Hoeven en Nijs. loonruimte die onder het niveau van de Op 22 juli jl. is Maria van der Hoeven inflatie ligt Al met al zeer teleurstellend. (CDA) begonnen als minister van De AOb heeft daarom Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en - alléén en samen met andere Annette Nijs (VVD) als staatssecretaris onderwijsorganisaties – besloten een voor onderwijs. De portefeuilleverdeling is groot aantal acties te organiseren om de als volgt: Maria van der Hoeven is belast noodzaak van extra investeringen in het met de sectoren basisonderwijs, onderwijs onder de aandacht van de voortgezet onderwijs en politiek te brengen. Kort voor Prinsjesdag wetenschapsbeleid met onder meer de zijn de kaarten “De scholen zijn begonnen, aspecten: arbeidsvoorwaardenbeleid, maar wie investeert in onze kinderen?” lerarenbeleid / onderwijsarbeidsaangeboden aan de minister. Op 9 en 11 martkbeleid en speciaal onderwijs. september vonden er twee regionale Annette Nijs is belast met de sectoren bijeenkomsten plaats voor het behoud beroepsonderwijs en van ID-banen in het onderwijs en op 10, volwasseneneducatie, hoger 11 en 12 september AObberoepsonderwijs en wetenschappelijk ledenbijeenkomsten. Op 18 september onderwijs met onder meer de heeft een aantal scholen gehoor gegeven beroepskolom en studiefinanciering. aan de oproep een landelijke Inmiddels is het kabinet gevallen en zijn werkonderbreking van een uur te houden. de nieuwe bewindslieden alweer Maar ….hoe gaat het nu verder met de demissionair. Op dit moment is niet geplande activiteiten rond de actie acties duidelijk welke taken zij de komende tijd nu het kabinet is gevallen? Nu het duidelijk blijven uitoefenen, welke beleidsvraagis dat er in januari verkiezingen voor de stukken cq wetsvoorstellen controversieel Tweede kamer plaats zullen vinden is het worden verklaard en of de beide van belang nog eens de aandacht te bewindslieden ook na de verkiezingen in vestigingen op acties van de AOb (soms in januari nog een kans maken op deze plek. samenwerking met anderen) de komende tijd organiseert en ondersteunt. De 2. Acties activiteiten rondom OALT, zoals het Begin juli hebben de onderhandelaars van verzamelen van handtekeningen, gaan CDA, LPF en VVD een strategisch gewoon door; ze worden vooralsnog de akkoord gesloten. Dit regeerakkoord was 11e november niet aangeboden. De actie de leidraad voor het nieuwe kabinet. De rondom het Meerjaren Investeringsplan teneur van het regeerakkoord “Werken (MIP)-actie gaat ook door. Dit keer wordt aan vertrouwen – en een kwestie van ouders en/of leerlingen gevraagd een aanpakken” betekende vooral een rem op brandbrief te sturen aan de politieke de uitgaven. De eerste partijen. Deze worden op 11 november bezuinigingsvoorstellen kwamen snel aan de voorzitter van de Vaste voorbij: géén extra investeringen om het Kamercommissie voor onderwijs en lerarentekort te bestrijden; andere Kamerleden overhandigd. Ook de geplande activiteiten rondom het behoud van ID-banen gaan vooralsnog door. Mocht dit onderwerp controversieel worden verklaard dan kan dat van invloed zijn op het actiegebeuren. Op de website van de AOb www.aob.nl wordt u op de hoogte gehouden van de laatste stand van zaken. Balkenende heeft aangegeven dat het demissionaire kabinet toch probeert om de afspraken uit het strategisch akkoord zoveel mogelijk uit te voeren. 3. Acties betreffende de subsidiebanen De DGPO onderschrijft van harte de protestacties m.b.t. de subsidiebanen. Verlies van deze banen is voor de betrokkenen en de scholen een regelrechte ramp. Er ontstaat door deze voorgenomen maatregelen grote onduidelijkheid en daardoor onzekerheid bij onze collega's over hun directe toekomst. De DGPO hecht bijzonder grote waarde aan de werkzaamheden van de "ID- ers". Verlies van hun inzet in de scholen betekent dat veel activiteiten weer door de leerkrachten en directies moeten worden opgepakt. Dat zal onherroepelijk verhoging van de werkdruk inhouden. De DGPO vindt het onbegrijpelijk dat een dergelijk maatregel genomen wordt in een tijd waarin de overheid praat over het aantrekkelijk maken van het werken in het onderwijs. Wanneer zal er eindelijk sprake zijn van "echte" OOP -ers (onderwijs ondersteunend personeel) in de basisschool? De directiegroep zal er zorg voor dragen dat de verantwoordelijke bewindslieden geconfronteerd worden met het feit dat de ingezette weg verlaten wordt en het werken in het basisonderwijs op deze manier er niet aantrekkelijker op wordt. 4. Onderwijsbegroting Het kabinet komt zijn belofte na door geen grote onderwijsvernieuwingen voor het primair onderwijs in te zetten. Toch bestaat de indruk dat bij het lezen van deze begroting het ministerie wel ambities heeft, maar de middelen niet levert. Sterker nog, de toegezegde middelen zoals voor de klassenverkleining en integraal personeelsbeleid worden onder het mom van beleidsvrijheid ontdaan van voorschriften, maar tegelijkertijd voorzien van nieuwe doelstellingen waarbij voorbij gegaan wordt aan eerdere afspraken. De plannen van het vorige kabinet worden deels herhaald. De invoering van lumpsum moet per 1 augustus 2005 plaatsvinden. Uit onderzoek is gebleken dat invoering van lumpsum extra kosten met zich meebrengt. Hier is in de begroting geen rekening mee gehouden. Functiedifferentiatie is het magische woord om een aantrekkelijk loopbaanperspectief voor leraren te maken, maar zonder middelen verbetert het perspectief voor leraren op hogere functies niet of nauwelijks. De middelen voor intergaal personeelsbeleid uit de CAO onderwijs van 1999 (!) worden geacht ingezet te worden voor extra beloningen voor leraren die bijzondere prestaties hebben geleverd of weken met achterstandsgroepen. Dat personeelsbeleid meer is dan alleen belonen ontgaat de minister blijkbaar. Het ministerie stelt voor een verplichte beginen eindtoets in te voeren voor leerlingen in het PO. Dit zou inzicht geven in de toegevoegde waarde van de school en is als toets te gebruiken voor het verdelen van extra geld voor het bestrijden van achterstanden. De AOb is een grote voorstander van een leerlingvolgsysteem (met toetsing) op schoolniveau om de ontwikkeling van leerlingen te volgen. Toetsen als maat voor bekostiging schiet echter zijn doel voorbij. Daarnaast mag je vraagtekens stellen bij toetsing over zo’n lange periode (vergelijkbaar met de duur van een periode van een begintoets bij entree op een VMBO en een eindtoets bij uitstroom op een ROC.) En de praktische consequentie: elk jaar zo’n 200.000 kleuters op individuele basis toetsen lijkt nauwelijks uitvoerbaar. Voor een schriftelijke Cito-toets zijn kleuters toch nog wat jong. Het meest opvallende hierbij is, is dat de begroting vol staat van de autonomie van de school en de professionaliteit van de leerkracht, maar de minister bij dit onderwerp meteen grijpt naar en toetssystematiek en blijkbaar toch onvoldoende vertrouwen heeft in de autonome school en de professionele leerkracht. Er wordt prioriteit gegeven aan het leren van Nederland Daarom wordt OALT afgeschaft. Het staat er letterlijk! . Nergens wordt de nuance aangebracht dat dit betekent dat dus ook de taalondersteuning voor het leren van Nederlands wordt afgeschaft. De voorzichtige investeringen die vorig jaar werden ingezet, hebben helaas geen vervolg meer gekregen in deze begroting. Een stilstand betekent voor onderwijs achteruitgang, daar waar onderwijs ook volgens het kabinet de vooruitgang zou moeten aanjagen. Hoe gaat het nu met de behandeling van de begroting? Demissionair minister Hoogervorst heeft de Kamer ingelicht over de gevolgen van een eventueel niet tijdig behandeling van de begroting en het Belastingplan in de Tweede kamer. Uitstel of afstel van de maatregelen die zijn aangekondigd in de Miljoenennota de toch al zorgelijke situatie verder verslechterd. Het is daarom volgens Hoogervorst wenselijk de plenaire behandeling en de stemming van het voorstel in de Tweede kamer conform het eerder vastgestelde tijdsschema van 11 tot en met 14 november te laten plaatsvinden. Naar verwachting gaat de behandeling over de begroting gewoon door. 5. WSNS+, een project voor ons allen Weer samen Naar School staat voor onderwijs dat aansluit bij de mogelijkheden en behoeften van kinderen. WSNS+ richt zich op het proces van ontwikkeling van die zorg op maat in de klas, in scholen en in samenwerkingsverbanden in het basisonderwijs. De laatste maanden hebben in het teken gestaan van de ontwikkeling en invulling van verschillende deelprojecten binnen het project WSNS+. De komende twee jaar wil de stuurgroep, waarvan Rob de Koning voorzitter is, Weer Samen Naar School met veel inzet ondersteunen en verder vorm geven. Het project WSNS+ heeft tot doel scholen en samenwerkingsverbanden te stimuleren tot een opzetten en instandhouden van een goede leerlingenzorg. De Stuurgroep kiest voor een directe benadering van leraren. Wij weten dat het de leraren zijn die dagelijks met enthousiasme en verwondering werken met een grote diversiteit aan leerlingen. In die diversiteit aan leerlingen kan je ieder moment een leerling tegenkomen die zo anders reageert, dat je eigen mogelijkheden onvoldoende zijn om deze leerling verder te helpen. Op dat moment moet je bij je collega’s die steun kunnen vinden om met elkaar tot een oplossing te komen. Het klinkt eenvoudig en vanzelfsprekend, maar het vraagt van het schoolteam een gezamenlijke visie en aanpak. WSNS+ heeft ook op zich genomen om de structuur van en besluitvorming in samenwerkingsverbanden te verbeteren. Dat is geen doel op zich; onze onderwijswereld is zeer goed in het denken en discussiëren over structuren, posities en verantwoordelijkheden. Daar wordt geen leraar en geen kind wijzer van, in tegendeel het eigenlijke werk wordt er door belemmerd. De Stuurgroep wil samenwerkingsverbanden in de komende periode zo ondersteunen dat zij in staat zijn om het directe zorgproces centraal te kunnen stellen, zonder bureaucratische rompslomp. Het schoolteam (dat zijn leraren, onderwijsassistenten en ieder ander die met kinderen wil werken) kan met elkaar de competenties ontwikkelen die nodig zijn om alle leerlingen verantwoord te kunnen helpen. WSNS+ organiseert hiertoe de ondersteuning. Een bijzondere plaats heeft hierbij de speciale school voor basisonderwijs. Deze zorgvoorziening moet gedragen worden door het hele samenwerkingsverband als het orthopedagogisch-didactisch centrum, flexibel van inzet en deskundigheid. WSNS+ is ontstaan uit de zorg om de wachtlijsten voor het speciaal basis onderwijs. Wij hopen over twee jaar te kunnen zeggen: niet het tellen van leerlingen is belangrijk, maar de zekerheid dat iedere leerling telt. Op 21, 22 en 23 januari 2003 organiseert de stuurgroep WSNS+ een driedaagse conferentie in congrescentrum De Werelt in Lunteren om dat ontwikkelingstraject in scholen en samenwerkingsverbanden vaart te geven. Nadere informatie en wijze van inschrijving volgen. 6. Toerusten = Uitrusten Onder de titel “Toerusten = Uitrusten. Werk en werkende in het onderwijs“ heeft de Onderwijsraad in augustus een advies uitgebracht aan de minister van Onderwijs. De raad heeft op verzoek van de minister van Onderwijs de oorzaken van en oplossingen voor werkdruk in het onderwijs in kaart gebracht. Volgens de Raad zijn er verschillende oorzaken van werkdruk. Met name de interactie tussen werk en werkende speelt volgens de onderwijsraad een belangrijke rol. Daarnaast zijn ook externe factoren van belang. Een aanpak van werkdruk zal op alle soorten oorzaken samen gericht moeten zijn. De raad stelt daarom ook een samenhangend pakket van oplossingen voor, gericht op personeels- en teamontwikkeling, onderwijs- en organisatieontwikkeling en onderwijsbeleid. Voor een deel gaat het om bekende en al toegepaste maatregelen, voor een deel ook om opties die gewoonlijk niet besproken worden en die de raad toch uitdrukkelijk onder de aandacht wil brengen. Volgens de raad moet de discussie onder meer geopend worden over: - professionalisering in brede zin, scholing en carrièrelijnen in relatie tot kleinschalige team- en organisatieontwikkeling; - scheppen van variatie in tijdsbestedingspatronen (flexibilisering van ADV- en vakantieregelingen e.d.) - het harmoniseren van werk- en lesperiodes met wat in andere sectoren van de arbeidsmarkt gebruikelijk is; - individuele en groepsgewijze beloningsdifferentiatie (een zwaarwerktoeslag) voor leraren met achterstands- en risicoleerlingen werken; - meer fundamentele ingrepen in de lerarenopleiding in relatie tot het opbouwen van deskundigheidsvoorzieningen binnen en door de scholen zelf. De minister geeft in haar eerste reactie op dit advies aan geen aanleiding te zien om de normjaartaak van het onderwijspersoneel ter discussie te stellen. Aan het einde van het jaar komt de minister met haar definitieve reactie. Daarin worden ook de uitkomsten van de discussie met de onderwijsorganisaties over dit advies meegenomen. De AOb noemt het naïef om te denken dat werkdruk verminderd kan worden door werktijden uit te smeren over de vakantieperiode. Werkdruk hangt samen met het lesgeven aan leerlingen en de aanwezigheid van de leerlingen. De AOb denkt niet dat het een maatschappelijk haalbare optie is om spreiding aan te brengen in de vakantieperiode. Voor de volledige tekst van het advies Toerusten = uitrusten verwijs ik u naar de website van de onderwijsraad: www.onderwijsraad.nl 7. Subsidieregeling cursus overblijfkrachten 2002 Het overblijven – tussenschoolse opvang – krijgt steeds meer maatschappelijke en politieke aandacht. Niet alleen vanwege knelpunten die in de huidige overblijfsituatie worden gesignaleerd, maar ook als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen. Door de toenemende arbeidsparticipatie van vrouwen (streven van 65% in 2010) neemt de behoefte aan opvang voor kinderen met werkende ouders toe. Daarnaast neemt het aanbod van vrijwilligers – veelal “niet-werkende” moeders – die het overblijven nu begeleiden af. Terwijl een goede tussenschoolse opvang gelegenheid biedt aan kinderen om onder pedagogisch verantwoorde begeleiding te eten die bijdraagt aan de ontwikkeling van kinderen. Deskundige overblijfkrachten zijn hierbij van cruciaal belang. Eind maart heeft de staatssecretaris van volksgezondheid, welzijn en sport (VWS) mede namens de staatssecretarissen van onderwijs en van sociale zaken een brief geschreven naar de Tweede Kamer waarin zij aangeven welke stappen er de komende jaren moeten worden gezet om het overblijven als schakel in de totale keten van een sluitende dagindeling te verbeteren. 8. Q* Primair Q*Primair is een project van de AVS, Concent, Besturenraad, PCSO, VBKO, VBS, VGS, Vos/ABB, de directiegroep van de Onderwijsbonden CNV en de functiegroep directeuren van de AOb Doelstelling: De doestelling van Q* Primair is besturen en scholen in het primair onderwijs ondersteunen bij het implementeren van kwaliteitsbeleid en kwaliteitszorg in de beleidscyclus en de schoolontwikkeling van de school. Hoofdactiviteiten: Het organiseren van landelijke kwaliteitsconferenties. Het geven van voorlichting over kwaliteitszorginstrumenten. Het verzamelen en communiceren van good practices Het volgen van de ontwikkeling in het veld met betrekking tot kwaliteitszorg in het primair onderwijs. Het ontwikkelen en (doen) uitvoeren van aanpakken voor het weer ‘boven water halen’ van scholen die door ‘het kwaliteitsijs zijn gezakt’. Het (doen) uitvoeren van bijeenkomsten van netwerken van bovenschools managers en bestuurders met betrekking tot kwaliteitszorg. Het (doen) ontwikkelen van instrumenten ter versterking van het beleidsvoerend vermogen van bestuurders en scholen met betrekking tot kwaliteitszorg. Het (doen) ontwikkelen van instrumenten en werkwijzen ter versterking van de relatie tussen professionele ontwikkeling en schoolontwikkeling. Strategische keuzes: - kwaliteitszorg is het organiseren van feedback op alle niveaus in het systeem - kwaliteitszorg inpassen in schoolontwikkeling - schoolontwikkeling is gericht op het primaire proces - Q*Primair is een ‘backoffice’ project - versterken van het zelfbewustzijn van scholen ten opzichte van de inspectie - vraaggestuurde ondersteuning via de ‘front offices’ - streven naar synergie en conceptuele afstemming tussen personeelsbeleid, kwaliteitsbeleid, kwaliteit van zorg en versterking van het beleidsvoerend vermogen (landelijk en op bestuurs/schoolniveau). 9. Kwaliteitszorg in het basisonderwijs: de stand van zaken Samenvatting en resultaten nulmeting In het basisonderwijs zijn al veel goede aanzetten tot het werken aan kwaliteitszorg te herkennen. Er zijn ook scholen waar kwaliteitszorg niet of nauwelijks een rol speelt (minder dan 5%) of nog in de kinderschoenen staat. "Oberon", het Utrechtse advies- en onderzoeksbureau voor welzijn en onderwijs heeft in opdracht van Q* Primair een onderzoek verricht naar de stand van zaken op het terrein van kwaliteitszorg in het basisonderwijs. In het onderzoek is gebruik gemaakt van het IST- bestand (Integraal Schooltoezicht) van de Inspectie van het Onderwijs en van een databestand van een nulmeting kwaliteitszorg in het primair onderwijs van de VBKO. Naast deze twee gegevensbestanden zijn reeds ook andere uitgevoerde onderzoeken naar de stand van zaken op het terrein van kwaliteitszorg in het primair onderwijs gebruikt. Uit onderzoek blijkt dat Kwaliteitszorg van scholen zich in elk geval richt op de volgende onderwerpen: Onderwijsleerproces; personeel en output (resultaten) Opvallend is dat veel scholen en besturen geen optimaal gebruik maken van de aanwezige informatie. Vrijwel alle scholen hebben een vorm van leerlingvolgsysteem en een ruime meerderheid van de scholen bespreekt de gegevens uit dit systeem in het team. De gegevens worden echter lang niet door alle scholen gebruikt om streefdoelen te formuleren, om de kwaliteit van de school vast te stellen of om het didactisch handelen van de leerkrachten te verbeteren. Een tweede opvallend punt is een niet optimale onderlinge afstemming. Daarbij gaat het zowel om de afstemming tussen de verschillende onderwerpen van kwaliteitszorg als om de afstemming met andere scholen van hetzelfde bestuur. Wanneer het gebruik van de aanwezige informatie en de onderlinge afstemming verbeterd worden, kan kwaliteitszorg daadwerkelijk leiden tot een efficiëntere aanpak van bestaande zaken. Zoals al vaker gezegd is kwaliteitszorg namelijk niet weer "iets nieuws". De resultaten van het onderzoek bevestigen dat. Voor het volledige verslag verwijs ik u naar de pagina van DGPO op de website van de AOb www.aob.nl 10. Informatieve bijeenkomst over kwaliteitsprojecten in het Primair Onderwijs. Op 9 september is er op initiatief van Q* Primair (waar de DGPO in participeert), een voorlichtingsbijeenkomst in Voorburg gehouden voor medewerkers van de landelijke onderwijsorganisaties. De volgende vijf landelijke projecten kregen daar de nadere aandacht: IPB (Integraal Personeelsbeleid) De NSA (Nederlandse Schoolleiders Academie) Q* Primair WSNS+ en Zij-instromers management. Bovengenoemde projecten worden onder verantwoordelijkheid van de landelijke onderwijsorganisaties ( besturenbonden en schoolleiderorganisaties) uitgevoerd. Het doel van deze bijeenkomst was de medewerkers op de hoogte te stellen van de stand van zaken met betrekking tot de genoemde projecten. De aanwezigen werd gevraagd te reageren op de gepresenteerde projecten en met suggesties, tips en ideeën te komen. 11. Leerlinggebonden Financiering Op 2 september jl. heeft de AOb, samen met andere onderwijsorganisaties, met Maria van der Hoeven gesproken over de voortgang van de wetgeving Leerlinggebonden financiering. Zoals bekend heeft de Eerste Kamer eind april 2002 het wetsvoorstel LGF controversieel verklaard, zodat invoering per 1 augustus 2002 niet kon plaatsvinden. De minister gaf in dat gesprek aan dat zij zo snel als mogelijk dit traject in de Eerste Kamer wil afronden, zodat invoering alsnog kan plaatsvinden met ingang van 1 augustus 2003. Nu zitten we weer in hetzelfde schuitje als april. Het kabinet CDA, VVD en LPF is gevallen en het is de vraag hoe het verdere traject met betrekking tot het wetsvoorstel verloopt. Voor zover nu bekend vindt de behandeling van het wetsvoorstel in de Eerste Kamer plaats op 19 november a.s. Wij houden u op de hoogte. 12. Overgang van personeel van de Rijks Justitiële Inrichtingen naar VSO/ZMOK scholen Er is een akkoord bereikt over de overgang van personeel van de Rijks Justitiële Inrichtingen naar het ZMOK per 1 augustus 2003. Dat betekent dat het personeel van de inrichtingen niet langer meer onder Justitie vallen, maar onder onderwijs. Dit akkoord is als overgangsmaatregel afgesproken op de wet Leerlinggebonden financiering, die in juni controversieel verklaard werd door de Eerste Kamer. Binnen de justitiële inrichtingen wordt vanaf volgend jaar een onderwijsprogramma aangeboden conform het onderwijsprogramma van de ZMOK. De Justitiële inrichting wordt dan een dependance van de nabij gelegen ZMOK-school. Voor algemene vragen kunt u terecht bij ons bestuurslid Rob Brandenburg. Met vragen over uw rechtspositie kunt u naar de afdeling Algemene Juridische Dienstverlening. 13. Aanvullende formatie klassenassistenten schooljaar 2002 – 2003 Om de verzwaring en verdichting van de problematiek in het speciaal onderwijs op te vangen is in de rijksbegroting van 2003 geld vrijgemaakt voor maatregelen in cluster 3 en 4. Een van die maatregelen betreft extra formatie klassenassistenten voor het ZMOK en Langdurige Zieke kinderen in cluster 4. Met de investering wordt de bekostiging in cluster 4 geharmoniseerd. De harmonisatie van bekostiging cluster 4 vormt een onderdeel van het wetsvoorstel ter wijziging van de Wet op de Expertisecentra (WEC), de Wet op het Primair Onderwijs en de Wet op het Voortgezet Onderwijs in verband met de invoering van leerlinggebonden financiering en de vorming van regionale expertisecentra (regeling LGF). Om de periode tot de invoering van het wetsvoorstel te overbruggen wordt aanvullend op de reguliere formatie extra formatie voor klassenassistent toegekend. De scholen die hiervoor in aanmerking komen hebben in augustus automatisch een beschikking ontvangen. 14. Financiële compensatie leraarsfunctie met hoger maximum In overleg met de werknemers- en werkgeversorganisaties is overeengekomen te streven naar een wijziging in hoofdstuk I-R van het RPBO, met terugwerkende kracht tot en met 1 augustus 2001. Met deze wijziging moet voorkomen worden dat bij een benoeming in een hoger gewaardeerde leraarsfunctie een financieel nadeel gaat optreden in het nieuwe carrièrepatroon t.o.v. het carrièrepatroon dat van toepassing was in de voorafgaande leraarsfunctie. Een aantal leraren in bepaalde salarisschalen van LA heeft financieel nadeel ondervonden, in de periode van 1 augustus 2001 tot 1 augustus 2002, bij de overstap naar een LB-schaal. Deze groep komt in aanmerking voor een financiële compensatie. Op 1 augustus 2002 zijn de carrièrepatronen opnieuw verkort, hetgeen wederom van invloed is geweest op de onderlinge verhoudingen van de betreffende carrièrepatronen. Gelet hierop is een onderscheid gemaakt tussen de betrokkenen die in de periode van 1 augustus 2001 tot 1 augustus 2002 is overgestapt en de betrokkene die vanaf 1 augustus 2002 is overgestapt. Aanvullend is daarom overeengekomen om met ingang van 1 augustus 2002 een extra periodiek toe te kennen aan de betrokkene waarbij een financieel nadeel is geconstateerd. De financiering van de extra periodiek komt voor rekening van het bevoegd gezag als de overstap heeft plaatsgevonden door functiedifferentiatie. Als de betrokkene de overstap heeft gemaakt zonder dat er sprake is van functiedifferentiatie dan vallen de kosten van de extra periodieken onder de declaratie voor zover er sprake is van het FRE-verbruik. Uitgangspunt is dat het bestuur uitvoering geeft aan deze regeling indien het bestuur van mening is dat het verzoek van betrokken benadeelde leerkracht gegrond is. Deze regeling is gepubliceerd in de Gele katern nr.21 d.d. 18 september ’02 15. Salarisgarantie voor directeuren bij samenvoegingregeling In SCOP-PO van 4 september jl. kwam de samenvoegingregeling bij fusies in het PO ter sprake. In deze regeling wordt onder meer de salarisgarantie geregeld. In de huidige regeling (geldig bij fusies tot en met 01-08-2002) houdt een directeur recht op zijn huidige salaris (inclusief uitzicht) ook al wordt hij na fusie niet herbenoemd als directeur. Indien de directeur binnen drie jaar na fusie verandert van werkgever, neemt hij de garantie mee. Verandering van werkgever na drie jaar na fusiedatum betekent verlies van de salarisgarantie. OC&W stelt nu voor de regeling op het punt van de salarisgarantie voor directeuren als volgt te wijzigen. De termijn van 3 jaar wordt vervangen door 5 jaar. Daarna vervalt echter de salarisgarantie - ook al blijft de werknemer in dienst bij hetzelfde bevoegd gezag - en krijgt de ex-directeur het salaris behorende bij zijn nieuwe functie (meestal leraar of adjunct in een lagere schaal). 55plussers behouden hun salarisgarantie. Ex-directeuren die hun oude functie elders weer oppakken, zouden een bonus kunnen krijgen. Die bonus is nog niet in detail uitgewerkt. OCW is van mening dat gezien het directeurentekort alles op alles gezet moet worden om (ex-) directeuren weer naar hun oude functie te leiden. Dat dient niet alleen plaats te vinden door positieve prikkels (bonus), maar ook door negatieve, in dit geval demotie na 5 jaar, indien je geen directeur wordt. Indien demotie niet wordt geaccepteerd, vervalt ook de mogelijke bonus. Hoewel er argumenten zijn die de regeling acceptabel zouden kunnen maken (directeuren met ambitie zijn waarschijnlijk binnen 5 jaar al lang weer elders aan het werk, het grootste deel van de betrokkenen valt onder de 55+-werking) is de precedentwerking van dien aard (er is sprake van een reorganisatie (fusie) door de werkgever aangegaan en daarvan dienen werknemers niet de dupe te worden. Zij gaan met rechten en plichten over) dat de AOb niet kan instemmen met de regeling. Uiteraard zal de AOb trachten de bonus toch te realiseren. Tot onze verbazing heeft de AVS voor haar achterban wel ingestemd met deze regeling. Hierdoor dreigt een van de verworvenheden, zoals behoud van rechten voor deze groep directeuren, verloren te gaan. De AOb ziet hierin ook een mogelijk precedent voor verdere aantasting van rechtspositie en zal zich derhalve blijven verzetten tegen dergelijke regelingen. 16. Functiebeschrijving en waardering in het Primair Onderwijs Conform afspraken uit de verlengde Cao onderwijs dient er een functiewaarderingsysteem PO ontwikkeld te worden. Hiervoor is een werkgroep van OC&W, werkgevers en werknemers in het leven geroepen. Het ontwikkelen van een nieuwe Fuwasys PO kost meer tijd dan verwacht. In eerste instanties zijn een aantal OOP functies en managementfuncties opnieuw beschreven en gewaardeerd. Na kritiek van de vakcentrales heeft bureau Alons veldonderzoek gedaan naar met name de functies fysiotherapeut, schoolmaatschappelijk werker, administratief /secretarieel medewerker en management. Dit heeft voor fysiotherapeut en schoolmaatschappelijk medewerker geleid tot nieuwe functiebeschrijvingen. Dat leidt echter niet tot hogere salarisschalen. Ten aanzien van administratief./secretarieel medewerker en management zal nadere toelichting nodig zijn op de mogelijke salarisniveaus bij invoering van fuwasys PO, aangezien er sprake is van een grote variatie. Het eerste concept ‘Kenmerk en scores fuwa PO’ is nu gereed. Aangezien Alons de diverse Fuwa-systemen voor onderwijs meer wil stroomlijnen zal de definitieve versie nog wel even op zich laten wachten. Aan de hand van de definitieve versie zullen de lerarenfuncties (inclusief de normfunctie)opnieuw bekeken worden 17. De positie van lerarenondersteuning in het Vervanginsfonds. Scholen hebben de ruimte nodig voor verandering. Een gedifferentieerder onderwijsproces vraagt ook om meer variatie in het personeelsbeleid Een van de instrumenten hiervoor is functiedifferentiatie. In de laatste CAO Onderwijs zijn afspraken gemaakt over de functiedifferentiatie in het basisonderwijs Zo zijn er nieuwe voorbeeldfuncties gemaakt en gewaardeerd, waaronder de functie van lerarenondersteuner (salarisschaal 7). De lerarenondersteuner voert onder verantwoordelijkheid van een leraar les (ondersteunende) en leerlingbegeleidende taken uit. Hij/zij beschikt over didactische en pedagogische kennis en vaardigheden wen kennis van de lesstof. Het Vervangingsfonds is van mening dat de lerarenondersteuner ten laste van het fonds vervangen moet kunnen worden en tevens dat de lerarenondersteuner voor vervanging kan worden ingezet. Om dit te realiseren is het reglement Vervangingsfonds Primair Onderwijs schooljaar 2002 – 2003 met ingang van 1 augustus 2002 aangepast. De aanvullingen in de teksten van het reglement vindt u in artikel 8 en 23 en in de toelichting van deze artikelen. 18. Najaarsconferentie Primair Onderwijs Onder het motto: Stijg er eens bovenuit: verbeelding brengt je overal organiseren VOS/Abb, Interstudie en de AOb voor de 10 keer de najaarsconferentie Primair Onderwijs. De conferentie vindt plaats op vrijdag 15 en vrijdag 22 november a.s. in de Reehorst te Ede. Dit lustrum conferentie is in een nieuw jasje gegoten. Aan de ene kant kunt u kiezen voor interactieve workshops waarin een miniproject centraal staat. Aan de andere kant kunt u kiezen voor lezingen over actuele onderwerpen, waarbij geen actieve inbreng van de deelnemers wordt verwacht. Uiteraard kunt u afwisselend voor beide vormen kiezen. Alle basisscholen hebben inmiddels de uitnodiging ontvangen.en de aanmeldingen lopen enorm. Vanaf dit jaar vindt de inschrijving digitaal plaats via de website van de najaarsconferentie. Ook voor meer informatie kunt u daar terecht. www.interstudie.nl/njc De Directiegroep van de AOb (DGPO) staat met een informatiestand op de Vakantiedorp “Het grootslag” Proefpolder 4 Bungalow 250 AB 1619 EH Andijk 0228 – 516700, [email protected] najaarsconferentie. Komt u een deze dagen gerust eens bij ons langs. 19. Informeel schoolleiders overleg met het ministerie Op 10 oktober heeft DGPO en andere schoolleidersorganisaties een informeel overleg gehad met het ministerie. De volgende onderwerpen zijn daar onder meer besproken: Project Duobanen. Tot nu toe hebben slechts 8 duo’s zich aangemeld. Het ministerie heeft toegezegd, dat de gereserveerde middelen (50 duo’s) voor dit project, die niet aangesproken worden door deze minimale deelname van 16 personen – ten goede komen aan het management PO. Lumpsum-invoering per 1-8-05 Er zal nog veel vooroverleg en organisatietalent nodig zijn om op alle scholen lumpsum in te voeren. Ook voor kleine scholen moeten risico’s vermeden worden en verarming mag niet ontstaan! Een belangrijke, te vervullen voorwaarde is goede voorlichting te geven aan de schoolleiders/managers. In de eerste fase zal een leeftijds-gecorrigeerd bedrag aan de scholen worden uitgekeerd. Later zullen door meer “vingeroefeningen” de scholen gewend raken aan deze vorm van financiering. De stimuleringsbijdrage “Bestuurlijke Krachtenbundeling” zal inzakken in het lumpsumbedrag. Enkele aangegeven knelpunten zijn: veel directeuren zullen er niet mee om kunnen gaan; de bovenschools werkenden zullen aan “verdeelgedrag gaan lijden”; het opzetten van meerjarenbegrotingen wordt een moeilijker taak. Vraag blijft natuurlijk nog wat de Kamer ervan zegt bij de behandeling van de onderwijsbegroting, die op 12 november gepland staat. 20. Hoe vindt u DGPO op de AOb site. Kiezen voor www.aob.nl Vervolgens kiezen voor De Vereniging, daarna voor groepen en vervolgens voor Directie Groep Primair Onderwijs. Samenstelling bestuur DGPO: Kees Mos (voorzitter), Tijdelijk adres: Sijbe de Jong (penningmeester), Van der Walstrjitte 7b, 9251 RJ Burgum, 0511 – 464137, [email protected] Johan Westerhof (secretaris), Klokbeker 7, 9531 PH Borger, 0599 – 236542 (tevens fax), [email protected] Frens Lemeer Vrerenstraat 2 6215 KB Maastricht 043 - 3437171 [email protected] Rimmie Okma-Middeldorp, G. Grootestraat 19, 7009 MG Doetinchem, 0314 – 326329, [email protected] Tiemen Alink, Groene Velden 18-20, 8211 BA Lelystad 0320 – 215538, [email protected] Piet Uneken, Engelserf 7, 3843 BD Harderwijk, 0341-423863, [email protected] Rob Brandenburg, Johan Frisostraat 59, 6668 CA Randwijk, 0488-491102, [email protected] E-mail-Netwerk Een e-mail netwerk vóór en dóór directieleden. Meldt u aan als belangstellende bij Johan Westerhof. [email protected] Website van de AOb: http://www.aob.nl/ Steunpunt Directies: [email protected] onder vermelding van Steunpunt Directies Redactieadres: Algemene Onderwijsbond t.a.v. Lilian Schouten, Postbus 2875, 3500 GW Utrecht, 030 – 2989249, fax: 030 – 2989882 [email protected]