Oorlog en vrede Hfst.1 Oorzaken van politieke onrust: Veelvolkerenstaten (Rusland, Turkije, Oostenrijk-Hongarije); - Volken willen eigen land. - Kleinere staten willen land van de grote landen. - Rusland had warme havens aan de Zwarte Zee nodig. - Modern-Imperialisme: eind 18de eeuw Industriële Revolutie; afzetgebieden en grondstoffen nodig. Hiervoor werden koloniën gesticht, en ontstond een strijd om de koloniën. - Landen maken grote legers. - Coalities zorgden voor machtsevenwicht, maar als er een oorlog kwam, zou die groot zijn. 1870: Pruisen valt Frankrijk aan. 1871: Pruisen wint, vrede wordt getekend in Versailles. Hierbij verliest Frankrijk, ElzasLotharingen. Andere Duitse staten sluiten zich bij Pruisen aan, en vormen het Deutsche Reich. 1882: Triple Alliantie: Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Italië 1894: Frankrijk sluit verbond met Rusland, in 1907 sluit Engeland zich hier ook bij aan (Triple Entente, geallieerden) 1914: op dezelfde dag 2 aanslagen op kroonprins Franz-Ferdinand van Oostenrijk-Hongarije. De 1ste bomaanslag mislukt (alleen adjudant gewond), de 2de aanslag (Princip) slaagt: Franz-Ferdinand en zijn vrouw werden vermoord. Oostenrijk-Hongarije zoekt hulp bij Duitsland, en valt Servië aan. Duitsland valt Rusland (bondgenoot van Servië) en Frankrijk (bondgenoot van Rusland) aan. Nacht 4 op 5 augustus; Duitsland valt via België Frankrijk aan (Von Schlieffen plan). België krijgt hulp van Engeland. Duitsland dringt Russen terug uit Oost-Pruisen. 1915: Russen worden verder teruggedrongen; nu helpt Oostenrijk-Hongarije ook mee. Turkije sluit zich aan bij de Centralen (Triple Alliantie). Doordat Duitse troepen naar het oosten gingen, was Duistland in het westen verslapt; de Franse leger-commandant Jofre start een tegenoffensief bij de Marne (Noord-Frankrijk) en de IJzer (Zuidwest-Vlaanderen). De geallieerden beloven in mei Italiaans sprekende gebieden in Oostenrijk-Hongarije aan Italië (Zuid-Tirol, Istrië, Triëst); hiervoor valt Italië, Oostenrijk-Hongarije aan. 1916: Slag bij Verdun (Duitsland valt 6 maanden aan); Slag bij de Somme (Engeland valt 4 maanden aan). Engeland blokkeert Duitse havens; Duitsers vallen Engelse schepen aan en omsingelen met onderzeeërs de Britse eilanden. Als de Duitsers een Engels schip met Amerikaanse burgers en munitie torpedeert, waarschuwt de VS hen krachtig, en verminderen ze de aanvallen met onderzeeërs. Geallieerden stoken Arabische staten op tegen Turkije, hen werd een gebied in het MiddenOosten beloofd, maar dat hadden Engeland en Frankrijk al in het geheim verdeeld. De Arabieren vallen Turkije aan. 1917: Russische revolutie: Nicolaas II wordt afgezet; door de chaos kon Duitsland nog meer gebied veroveren; door de Duitsers bezette staten verklaren zich onafhankelijk van Rusland. Duitsland kondigt onbeperkte duikboten oorlog af; ook Amerikaanse schepen werden aangevallen. De VS doen nu ook mee in de oorlog. 1918: vrede van Brest-Litovsk wordt gesloten door Lenin, delen van West-Rusland werden onafhankelijk verklaard, Rusland trekt zich terug uit de oorlog. Keizer Wilhelm II trekt zich treed af, Duitsland geeft zich in november over. Historisch overzicht van de 20e eeuw. Hoofdstuk 1 : Het gewelddadig begin van een nieuwe eeuw Par. 1 : De vele uitvindingen rond de eeuwisseling zorgde voor de Industriele Revolutie (IR). Dit leidde tot streven naar rijkdom en vernieuwing. Hierdoor ontstonden weer vele nieuwe industrieen , waaronder chemische en electronische industrie. De industrialisatie zorgde voor een hoger productie >De arbeidsomstandigheden werden beter maar er bleef armoede bestaan >Gezondheid verbeterde, genezing van ziektes >Sterftecijfer daalde, en geboortecyfer steeg De snelle vooruitgang leidde tot optimisme. Toch waren er twijfels over de gevolgen >Vervuiling en veel arbeidsuren. Fin-de-siècle = mengeling van gevoelens over de IR Par. 2 : Er veranderde in de IR - nieuwe elite bankiers en industrien - nieuwe middenklasse > lagere : lager kantoorpersoneel hogere : technisch personeel, profesoren en artsen - Fabrieksarbeider 19e eeuw > arbeidsbewegingen > grote bewegingen die door stakingen en onderhandelen succes hadden - vrouw met beroep Par. 3. Slechte fabrieksomstandigheden > stemmen liberaal > parlementaire democratie leek de beste bestuursvorm Rond de eeuwwisseling > liberalisme bleek niet te kloppen > socialisten kwamen voor arbeiders op > revolutie waar proletariaat dictatuur vormt Einde 19e twijfelde de mensen : wel of geen revolutie Marx : je verenigen met alle arbeiders maar niet met eigen staat Arbeiders <> nationalistisch Industrialisatie > Politiek en social spanningen Regering probeerde dat te beinvloeden maar dan veranderde nationalisme snel in racisme Nationalisme speelde een belangrijke rol op jet imperialisme, men wou meer kolonies. Ze dachten tot deze econmisch voordeel zouden geven. Imperialisme veroorzaakt WOI Par 4. Spanningen tussen de grote mogendheden : 19e eeuw, na Napoleon vrij rustig Congres van wenen (1814-1815) : 5 landen : Pruisen, Groot Brittanie, Rusland, Frankrijk, Oostenrijk-hongarije spreken af voortaan gezamelijke inzet voor vrede Eind 19e eeuw meer spanningen: Concurrentie & veranderde machtsverhouding (Duitsland sterker&meer macht) Dutsland wapenwedloop. Later ook Engeland andere landen Zoeken bondgenoten Ontstane angst > Duistland, Oostenrijk-Hongarije, Italie (Triple Alliantie) > Frankrijk, Engeland, Rusland (Triple entente) Verhoudingen ingewikkelder door balkan : Turkse rijk kwam tot val > Landen werden onafhankelijk > Ontstaan kleine slavische staten > beweging tegen die de staten bevrijde > werd gesteund door rusland > Oostenrijk Hongarije werkte tegen Par 5. WOI loopgraven en slachtingen Situatie balkan > oorzaak oorlog die Europa nog nooit had gekend > voorval dat de druppel was, was de moord op Franz Ferdinand (Kroonprins Oostenrijk Hongarije) door een BosnischServische scholier 28 juli 1914 : Oostenrijk-hongarije verklaart oorlog aan Servie : Duitsland, Oostenrijk-Hongarije (Geallieerden Rusland, Frankrijk, Engeland Centralen) Ondanks triple-alliantie Italie bij geallieerden . Centralen steun van Turkse rijk, Roemenie, Bulgarije Geallieerden konden duitsland niet verslaan en gingen loopgraven maken 1917 : Geallieerden verliezen > Rusland word vervangen door VS 1918 : Centralen hebben verloren Par 6. 28 juni 1919 > Verdrag van Versailles getekent Januari 1918 : Wilson had vier punten voor verdrag ontwikkeld - rechtvaardig - bewapeningsniveau omlaag - Volkenbond voor handhaving vrede - Alle landen democraties - Nieuwe landgrenzen Duitsland schuldig aan oorlog en moest een gigantisch bedrag betalen Elzas-Hotheringen teruggegeven, kolonieen afstaan en leger inkrimpen Duitsland kreeg alleen eidresultaat van verdrag, Duitser noemen het dictaat ipv Verdrag - Servie, Montenegro, Dalmatie, Bosnie-Hercegovina, Slvenie > Joegoslavie - Oostenrijk gescheiden van hongarije - Tsjechoslovakijke nieuwe staat - Polen, Estland, Letland, Litouwen, Finland > Zelfstandig Volkenbond : - Invloed beperkt - Verliezers mochten geen lid worden - Isolationisme (Afzijdig van internationale politiek) Totalitaire dictatuur of democratie? Hfst. 1 Welke omstandigheden hebben de opkomst van communisme en fascisme bevorderd? Rusland was in 1914 onderontwikkeld: Vooral agrarisch, met arme boeren. Arme en rechteloze arbeiders in opkomende industrie. Politiek: Tsaren absolute macht, die zij behielden door onderdrukking. - Russische parlement (de Doema) had niks te vertellen. Februari 1917: opstand, tsaar Nicolaas II trad in maart af. Voorlopige regering (onder leiding van Kerenski) wou van Rusland een parlementaire democratie maken, maar op 24 oktober 1917 greep de communistische beweging onder leiding van Lenin de macht. Communisme: - De leer van Marx; hij vond dat alle ellende werd veroorzaakt door het kapitalisme. Om gelijkheid te krijgen moest er een revolutie van arme arbeiders komen waarin de rijken hun rijkdom afstonden, zodat alles eerlijk verdeeld kon worden. Omdat in het westen de meeste arbeiders waren, zou daar als eerste een revolutie ontstaan. Lenin (leider van de Bolsjewieken) wou niet wachten tot Rusland (agrarisch), geïndustrialiseerd was, maar meteen een revolutie beginnen. Doordat in november bleek dat slechts 25% van de bevolking de Bolsjewieken steunde, stond Lenin geen democratische verkiezingen toe (hij wou met de Bolsjewieken totale macht). 1918-1920 burgeroorlog tussen “roden” (aanhangers van Lenin) en “witten” (tegenstanders van Lenin). De witten werden door de geallieerden geholpen (die boos op Rusland waren omdat ze in 1917 ophielden met de oorlog), maar de roden wonnen onder leiding van Trotski. 1921 hongersnood; aanleiding voor Lenin om de “ontkapitalisering” te stoppen. Na revolutie alles onder leiding van staat, grond verdeeld onder kleine boeren, die moesten produceren wat de regering hen opdroeg. Ook was er vrijheid van meningsuiting en drukpers. 1928 Stalin wint machtsstrijd van Trotski. Stalin wil van Sovjet-Unie communistisch bolwerk maken, dat het kapitalistische westen voorbij zou streven door grootschalige industrialisatie. De boeren moesten zorgen voor goedkoop voedsel voor de hele Sovjet-Unie, zodat de industrialisatie betaald kon worden (lage lonen, winstgevende export en geen import nodig). Industrialisatie volgens planeconomie, hiermee werd uitgerekend welke groei mogelijk en wenselijk was om het streven van Stalin te halen. Stalin pakte de grond van de boeren af en dwong de boeren tot collectivisatie (ontstaan van grote boerenbedrijven, waarin verschillende boeren samenwerkten; kolchozen). De grond werd eigendom van de staat, en de boeren produceerden wat de staat wou, tegen een vastgestelde prijs. Ook werden er staatsboerderijen opgericht (sovchozen). Koelakken (boeren met knechten in dienst), en boeren die hun land niet op wouden geven, werden met hun familie naar concentratiekampen in de Oeral gedeporteerd, om daar grondstoffen te delven, kanalen te graven, wegen aan te leggen, etc. Omdat koelakken niet meer wouden zaaien, en hun vee niet meer slachtten, brak er hongersnood uit. In Duitsland werden revoluties door het leger neergeslagen. Sommige hoopten op een revolutie, anderen wouden een sterke leider die het land weer op het juiste spoor zou zetten. De regering van de Republiek van Weimar kon de crisis na 1929 niet bedwingen. Hitler (leider van de fascistische partij NSDAP) kwam in 1933 aan de macht (al in 1922 was Mussolini in Italië aan de macht gekomen). Het fascisme: - Vond democratie een hinderpaal op weg naar een sterke en gezonde natie. - Wou het individueel belang ondergeschikt stellen aan het staatsbelang. - Waren nationalistisch ingesteld. - Hadden een hekel aan het communisme. - Wouden door een groot leger hun land sterk maken, en eventueel uitbreiden. De Duitse variant, het nationaal-socialisme, ging uit van een superieur Germaans ras, dat door de andere rassen moest worden gediend. De Joden moesten van de aarde verdwijnen. In 1933 waren er van de 12 ministers slechts 3 van de NSDAP. Hitler was de leider van de 12 ministers. De in februari 1933 gepleegde brandstichting in de Rijksdag, werd door Hitler verkocht als een communistische aanslag. Zo kon hij de teruglopende aanhang van de NSDAP weer terugkrijgen. Hij haalde president Hindenburg over om de noodtoestand af te kondigen, waarna veel communisten werden gearresteerd. Bang voor het communisme, stemden veel kiezers in maart op de NSDAP (44%). De communistische leden van de Rijksdag mochten hun plaats echter niet innemen, en omdat de andere leden van de Rijksdag bang waren voor het communisme, kon Hitler een wetswijziging doorvoeren, waardoor de regering voor een periode van 4 jaar bijna onbeperkte macht kreeg. Nu werden alle partijen, behalve de NSDAP verboden, kwam er een einde aan de zelfstandige vakbeweging, en werd de media onder Nazi-controle gesteld. Hitler kreeg de bijna 6 miljoen werklozen bijna allemaal aan het werk. Door handelsverdragen probeerde Duitsland voordelig aan grondstoffen en afzetgebieden te komen. De economie kon de veranderingen niet aan, en er dreigde een tekort aan grondstoffen. Minister van economische zaken Schacht waarschuwde Hitler om het rustiger aan te doen, maar werd ontslagen (1937). Minister Göring regelde nu de autarkieplannen van Hitler. Daarom wou Hitler Duitsland onafhankelijk maken van de import, wat veel geld kostte. Om het bankroet van zijn regering wou Hitler een oorlog, die hij toch al wou om zijn land uit te breiden.