2006. Nr. Dnst. : 06.0120. : SOZA Gemeenschappelijke regeling Sociale Diensten gemeenten Leiden en Leiderdorp. Leiden, 17 oktober 2006. Samenwerking tussen sociale diensten van gemeenten is een onderwerp dat de laatste jaren hoog op gemeentelijke agenda’s staat. Prestatieverbetering, beperking van risico’s op het gebied van kwaliteit, continuïteit van de dienstverlening en het efficiënter werken door één uitvoeringsorganisatie zijn daarvoor belangrijke redenen. De invoering van de Wet werk en bijstand (WWB) per 1 januari 2004, waarbij de gemeente zelf, ook financieel, verantwoordelijk is voor de uitvoering van die wet, versterkt die behoefte nog eens. Momenteel worden er in Nederland bij een groot aantal gemeenten concrete stappen gezet om tot samenwerking te komen. De gemeente Leiden streeft ook in algemene zin naar meer samenwerking met regiogemeenten, mede omdat veel onderwerpen om een regionale aanpak vragen. De Tijdelijke stimuleringsregeling samenwerkingsverband Algemene Bijstandswet (voorloper van de WWB) biedt gemeenten de mogelijkheid een financiële tegemoetkoming te ontvangen voor de eenmalige kosten die verband houden met het tot stand brengen van een samenwerkingsverband voor de uitvoering van de Wet werk en bijstand. De gemeenten Leiden en Leiderdorp hebben in dit kader in totaal € 195.000 subsidie ontvangen. De subsidie is gebruikt ter dekking van de voor dit project gemaakte kosten, waaronder het inzetten van een projectleider. Om de subsidie te mogen behouden geldt een resultaatsverplichting. Uiterlijk 31 december 2006 moet de gemeenschappelijke regeling een feit zijn. Met het aangaan van de regeling en de inwerkingtreding daarvan per 1januari 2007 wordt aan deze verplichting voldaan. Bij besluit van 23 november 2004 hebben wij ingestemd met het realiseren van samenwerking tussen de diensten sociale zaken van de gemeenten Leiden en Leiderdorp. Op mei 2005 is vervolgens door ons ingestemd met de voorgestelde juridische vorm van samenwerken en met het stappenplan om tot realisatie van de samenwerking over te gaan. Het nu voorliggende besluit strekt tot effectuering van de samenwerking tussen de sociale diensten, op basis van een lichte juridische samenwerkingsvorm op basis van de Wet gemeenschappelijke regeling (Wgr), een gemeenschappelijk orgaan, alsmede één uitvoeringsorganisatie, te weten die van de gemeente Leiden, waarin personeel uit de Leiderdorpse organisatie participeert. De samenwerking is gestalte gegeven in de nu voorliggende gemeenschappelijke regeling waarbij een gemeenschappelijk orgaan wordt opgericht, dat wordt gevormd door de portefeuillehouders van de deelnemende gemeenten. Dit impliceert dat binnen de formele structuur van het samenwerkingsverband de betrokken wethouders van beide gemeenten op regelmatige basis met elkaar overleggen. Het samenwerkingsverband heeft ten doel het afstemmen van het door de gemeenten vastgestelde beleid terzake van de uitvoering van de sociale regelingen die door de gemeenten worden uitgevoerd en het bevorderen van de kwaliteit en continuïteit van de dienstverlening. Daarbij zijn de gemeentelijke vertegenwoordigers gebonden aan de beleidskaders zoals deze door de raden zijn gesteld. Uitdrukkelijk is in de regeling de bepaling opgenomen (artikel 7) dat de beleidsbepalende bevoegdheden toebehoren aan de afzonderlijke gemeenteraden respectievelijk colleges van burgmeester en wethouders, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft. Naast de gemeenschappelijke regeling krijgt de samenwerking praktische invulling door middel van een door de gemeenten aan te gane dienstverleningsovereenkomst, welke u in de bijlagen aantreft. In de Dienstverleningsovereenkomst zijn de afspraken tussen de betrokken gemeenten neergelegd, waarbij acht is geslagen op de gebruikelijke calamiteitenbepalingen (aansprakelijkheid, overmacht, ontbinding). Uitgangspunt van de samenwerking is deze neer te leggen in meerjarige dienstverleningsovereenkomsten. Voor het eerste jaar is, in afwijking hiervan, een eenjarige dienstverleningsovereenkomst tot stand gekomen, in afwachting van de uitkomsten van een benchmarkonderzoek. De verantwoordelijkheid voor de inrichting en de werkzaamheden van de uitvoeringsorganisatie, ligt volledig bij de gemeente Leiden. Voor de uitvoering van de WWB zullen de werknemers van de afdeling sociale zaken van Leiderdorp gedetacheerd worden bij de dienst Sociale zaken en werkgelegenheid van de gemeente Leiden. Zij komen daarmee onder Leidse aansturing, maar blijven formeel in dienst van de gemeente Leiderdorp. Deze detachering geldt voor de duur van maximaal een jaar. Gedurende dat jaar hebben de medewerkers van Leiderdorp binnen de gemeente Leiden de status van interne kandidaat. Wanneer medewerkers van de gemeente Leiderdorp in dat jaar niet in dienst treden bij de gemeente Leiden kunnen zij terugkeren naar de gemeente Leiderdorp, waar zij een herplaatsingstatus krijgen. Voor de kosten die de uitvoeringsorganisatie maakt voor het uitvoeren van de Wet werk en bijstand en aanverwante regelingen voor de klanten uit Leiderdorp, wordt aan de gemeente Leiderdorp in 2007 een bedrag in rekening gebracht van € 650.000. Vanaf 2008 zal aan de hand van een benchmark studie naar de uitvoeringskosten van vergelijkbare samenwerkingverbanden, bekeken worden of het in rekening gebrachte bedrag moet worden aangepast. De kosten voor dit benchmarkonderzoek zullen door beide gemeenten worden gedeeld. De medezeggenschapsorganen van de beide gemeenten is overeenkomstig de Wet op de ondernemingsraden om advies gevraagd. Van geen van de medezeggenschapsorganen is een negatief advies verkregen. Op grond van artikel 1, tweede lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen behoeft een gemeenschappelijke regeling die tussen colleges van burgemeester en wethouders wordt aangegaan toestemming van de betreffende gemeenteraden. Deze toestemming kan slechts onthouden worden wegens strijd met de wet of het algemeen belang. Naar ons oordeel is van beide geen sprake. Na verkregen toestemming kan de gemeenschappelijke regeling worden aangegaan. Wij stellen uw Raad voor het hierna in ontwerp afgedrukte besluit te nemen. Burgemeester en Wethouders van Leiden, de Secretaris, de Burgemeester, P.I.M. v.d. WIJNGAART. H.J.J. LENFERINK. De Raad van de gemeente Leiden; Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders (raadsvoorstel nummer 06.0120 van 2006), mede gezien het advies van de commissies. B E S L U I T: Burgemeester en Wethouders toestemming als bedoeld in artikel 1, tweede lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen te verlenen voor het aangaan van de Gemeenschappelijke Regeling sociale diensten gemeenten Leiden en Leiderdorp, 2006. Gedaan ter openbare vergadering van 7 december 2006 de Griffier, de Voorzitter, BW061174 Dit raadsvoorstel is ongewijzigd vastgesteld in de raadsvergadering van 7 december 2006 B&W-nr.: 06.1174 d.d. 17-10-2006 Onderwerp Samenwerking Sociale Diensten gemeenten Leiden en Leiderdorp BESLUITEN Behoudens advies van de commissie SWMG 1. De "Gemeenschappelijke Regeling sociale diensten Leiden en Leiderdorp" tekstueel vast te stellen en daarmee het voornemen uit te spreken om deze gemeenschappelijke regeling aan te gaan; 2. de dienstverleningsovereenkomst Werk en Inkomen gemeente Leiden en gemeente Leiderdorp tekstueel vast te stellen; 3. de bijlage "Plan van aanpak personeelsplan Leiden en Leiderdorp” vast te stellen, en daarmee in beginsel in te stemmen met het detacheren van max. 11 medewerkers van de afdeling sociale zaken Leiderdorp bij SOZA Leiden voor de duur van maximaal 1 jaar; 4. de ondernemingsraad de onder 1, 2 en 3 genoemde stukken ter advisering voor te leggen; 5. onder voorbehoud van verkregen advies van de Ondernemingsraad de onder 1, 2 en 3 genoemde stukken ter kennis te brengen van de raad en de raad te verzoeken toestemming te verlenen voor het aangaan van de gemeenschappelijke regeling, genoemd onder 1; 6. onder voorbehoud van het verkrijgen van toestemming van de raad de"Gemeenschappelijke Regeling sociale diensten Leiden en Leiderdorp" alsmede de dienstverleningsovereenkomst Werk en Inkomen gemeente Leiden en gemeente Leiderdorp aan te gaan en de inwerkingtreding te bepalen op 1 januari 2007; 7. de directeur SOZA opdracht te geven om samen met Leiderdorp een benchmark studie te laten uitvoeren door een extern bureau naar de uitvoeringskosten binnen vergelijkbare samenwerkingsverbanden; Samenvatting De afdelingen sociale zaken van de gemeenten Leiden en Leiderdorp gaan per 1 januari 2007 gezamenlijk de Wet Werk en Bijstand en aanverwante regelingen uitvoeren. Prestatieverbetering, beperking van risico’s op het gebied van kwaliteit, continuïteit van de dienstverlening en het efficiënter werken door één uitvoeringsorganisatie zijn daarvoor belangrijke redenen. De invoering van de WWB per 1 januari 2004, waarbij de gemeente zelf, ook financieel, verantwoordelijk is voor de uitvoering van die wet, versterkt die behoefte nog eens. Momenteel worden er in Nederland bij honderden gemeenten concrete stappen gezet om tot samenwerking te komen. Er blijft wel een loket voor klanten in Leiderdorp voor de volgende zaken: - inname van Inkomstenverklaringen; - inname aanvragen bijzondere bijstand niet WWB-ers; - inname aanvragen minimabeleid; - inname aanvragen 65+; - verstrekken informatie. Medewerkers van de uitvoeringsorganisatie zullen gehuisvest worden in Leiden op de locaties die daarvoor op dit moment worden gebuikt. Dat zijn de Oosterkerkstraat (op het kantoor van het CWI) en de Langebrug. Raadsaanbiedingsformulier Rv nr. Opsteller Naam: Dienst: Telefoon: C. Balder SOZA 7478 Verantwoordelijk portef.houder: Jonas Meningsvormend B&W-besluit d.d: 17-10-2006 Besluitvormend Informatief (t.k.n.) Naam Programma + onderdeel: Werk en inkomen Onderwerp: Samenwerking sociale diensten gemeenten Leiden en Leiderdorp Voorgenomen besluit: 1. Toestemming te verlenen aan Burgemeester en Wethouders om de Gemeenschappelijke Regeling sociale diensten Leiden en Leiderdorp per 1 januari 2007 aan te gaan. 2. Kennis te nemen van de dienstverleningsovereenkomst Werk en Inkomen gemeente Leiden en gemeente Leiderdorp. INHOUD Aanleiding: Samenwerking tussen sociale diensten van gemeenten is een onderwerp dat de laatste jaren hoog op gemeentelijke agenda’s staat. Prestatieverbetering, beperking van risico’s op het gebied van kwaliteit en continuïteit van de dienstverlening en het efficiënter werken door een uitvoeringsorganisatie zijn daarvoor belangrijke redenen. De invoering van de WWB per 1 januari 2004, waarbij de gemeente zelf , ook financieel, verantwoordelijk is voor de uitvoering van die wet, versterkt die behoefte nog eens. Momenteel worden er in Nederland bij meer dan 150 gemeenten concrete stappen gezet om tot samenwerking te komen. De gemeente Leiden streeft ook in algemene zin naar meer samenwerking met regiogemeenten, mede omdat veel onderwerpen om een regionale aanpak vragen. De Tijdelijke stimuleringsregeling samenwerkingsverband Abw (voorloper van de WWB) biedt gemeenten de mogelijkheid een financiële tegemoetkoming te ontvangen voor de eenmalige kosten die verband houden met het tot stand brengen van een samenwerkingsverband voor de uitvoering van de WWB. De gemeenten Leiden en Leiderdorp hebben in dit kader in totaal € 195.000 subsidie ontvangen. De subsidie is gebruikt ter dekking van de voor dit project gemaakte kosten, waaronder het inhuren van een projectleider. Om de subsidie te mogen behouden geldt een resultaatsverplichting. Uiterlijk 31 december 2006 moet de Gemeenschappelijke Regeling een feit zijn. Doel: Een uitvoeringsorganisatie voor de Wet Werk en bijstand door de gemeenten Leiden en Leiderdorp ter verbetering van de kwaliteit en continuïteit van de uitvoering en voor een intensiever voorbespreken van mogelijke afstemming van het beleid. Voor de realisatie van een uitvoeringsorganisatie zullen medewerkers van de sociale dienst van de gemeente Leiderdorp bij de afdeling sociale zaken van de gemeente Leiden voor maximaal 1 jaar gedetacheerd worden en vervolgens in dienst treden bij de gemeente Leiden. Indien zijn niet in dienst willen treden kunnen deze medewerkers terugkeren naar de gemeente Leiderdorp, waar zij een herplaatsingstatus krijgen. Voor de afstemming van (nieuw) beleid wordt in een vroegtijdig stadium contact opgenomen met een beleidsmedewerker in Leiderdorp, die tevens fungeert als schakel tussen de Leiderdorpse politiek en de afdeling beleid in Leiden. Op de Leidse afdeling beleid wordt vervolgens het gezamenlijke beleid voorbereid en uitgewerkt, waarna het voorgelegd wordt aan het gemeenschappelijke orgaan. Dat is het overlegorgaan van de twee verantwoordelijke wethouders. In dit overleg worden beleidskaders besproken ten behoeve van de uitvoering (zie artikel 3 GR) voor de uitvoering op basis van het door de gemeenten vastgestelde beleid. Na instemming van beide wethouders worden voorstellen ter besluitvorming voorgelegd aan de Colleges van beide gemeenten en waar nodig, aan de beide Raden. Zoals beschreven in artikel 7 van de GR, blijven de beleidsbepalende bevoegdheden toebehoren aan de afzonderlijke gemeenteraden respectievelijk colleges van burgemeester en wethouders, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft, van de gemeenten. Kader: De Wet Werk en Bijstand. Overwegingen: Dit advies heeft betrekking op de laatste fase van het project, gericht op samenwerking tussen de sociale diensten van de gemeenten Leiden en Leiderdorp. In de eerste fase is door beide gemeenten de intentie uitgesproken te willen samenwerken. Formeel is dat bekrachtigd door het Collegebesluit van 23 november 2004, waarin is ingestemd met het realiseren van samenwerking tussen de diensten sociale zaken van de gemeenten Leiden en Leiderdorp. In het Collegebesluit van 11 mei 2005 is vervolgens ingestemd met de voorgestelde juridische vorm van samenwerken en met het stappenplan om tot realisatie van de samenwerking over te gaan. Beide voorgaande Collegebesluiten zijn ter kennisname aan de Raad gestuurd. Procedure: Na verleende toestemming van de Raden van beide gemeenten zullen de Colleges van Leiden en Leiderdorp de Gemeenschappelijke Regeling aangaan met ingang van 1 januari 2007. Financiën: De gemeente Leiden brengt jaarlijks een bedrag voor de uitvoering van de WWB door de uitvoeringsorganisatie bij de gemeente Leiderdorp in rekening. Bijgevoegde informatie: Gemeenschappelijke Regeling sociale diensten gemeenten Leiden en Leiderdorp, 2006 Dienstverleningsovereenkomst Werk en Inkomen gemeente Leiden en gemeente Leiderdorp OVERIGEN Communicatie: Alle betrokkenen bij dit besluit zullen over het besluit en de gevolgen ervan worden geïnformeerd. Door de communicatieafdelingen van beide gemeenten wordt gestreefd naar het tijdig informeren van alle betrokkenen ten behoeve van de implementatie van de samenwerking. Evaluatie: Na verloop van ongeveer een jaar zullen de ervaringen die zijn opgedaan met de samenwerking tussen de beide sociale diensten worden geëvalueerd. In te vullen door de griffie: Raadsbesluit Onderwerp: De raad van de gemeente Leiden, Besluit: 1. 2. 3. 4. Gedaan in de openbare raadsvergadering van …… Raadsvoorstelnr. Voorzitter raad, griffier, Advies van de commissie …… Het besluit van de raad is: is: Ongewijzigd aanvaard Hamerstuk Gewijzigd aanvaard Hamerstuk met stemVerworpen verklaring van de fracties van Kort bespreekpunt Uitgebreide discussie Aanvaarde moties/amendementen: Dienstverleningsovereenkomst Werk en Inkomen gemeente Leiden en gemeente Leiderdorp behorende bij de Gemeenschappelijke Regeling sociale diensten gemeenten Leiden en Leiderdorp, 2006 (28 september 2006) Dienstverleningsovereenkomst Werk en Inkomen gemeente Leiden en gemeente Leiderdorp Ondergetekenden: De gemeente LEIDERDORP, opdrachtgever, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de burgemeester, handelende ter uitvoering van het besluit van burgemeester en wethouders d.d. en de gemeente LEIDEN, opdrachtnemer, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de burgemeester, handelende ter uitvoering van het besluit van burgemeester en wethouders d.d. Gelet op: - het bepaalde in artikel 5 van de Gemeenschappelijke Regeling sociale diensten gemeenten Leiden en Leiderdorp. Overwegende dat: - dat de gemeente LEIDEN en de gemeente LEIDERDORP willen samenwerken op het terrein van sociale zaken. - dat de gemeente LEIDEN en de gemeente LEIDERDORP via deze samenwerking gemeenschappelijke doelstellingen willen realiseren, namelijk 1. reduceren van de kwetsbaarheid c.q. versterken van de eigen organisatie; 2. verhogen van de efficiency en effectiviteit van met name meer specialistische taken; 3. verhogen van de output- en proceskwaliteit 4. versterken van de kwaliteit van de dienstverlening; 5. versterken van de potentie van de organisaties om in te spelen op toekomstige ontwikkelingen (werk boven inkomen, deregulering, CWI, inhoud geven aan regionaal arbeidsmarktbeleid, versterken van de regiefunctie) 6. verminderen van de kosten; 7. verkrijgen van een flexibele en gevarieerde personeelsinzet. Komen het volgende overeen: Artikel 1. De dienstverlening 1. Per 1 januari 2007 zal de gemeente LEIDERDORP de in deze overeenkomst genoemde werkzaamheden en dienstverlening door de gemeente LEIDEN laten verzorgen, waarbij de gemeente LEIDEN de uitvoering van alle voorkomende werkzaamheden en de dienstverlening op uitvoering van bepaalde taken op zich zal nemen in het kader van de Wet werk en bijstand (WWB), het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), de regeling scholing en activering ingevolge de Wet inschakeling werkzoekenden (WIW), de Wet sociale werkvoorziening (WSW), de Regeling instroom en doorstroombanen (ID), de Wet inburgering nieuwkomers (WIN), de Regeling opvang asielzoekers (ROA), de schuldhulpverlening, de sociale recherche, dan wel enige andere in de toekomst voor deze wetten en regelingen eventueel in de plaats komende regelingen. 2. De gemeente LEIDEN draagt zorg voor het uitkeringensysteem en uitkeringsadministratie, waaronder het applicatiebeheer van dit systeem. De gemeente LEIDEN verschaft de gemeente LEIDERDORP tijdig alle benodigde gegevens om zorg te kunnen dragen voor een adequate en functionele aansluiting van de gemeentelijke bestanden op het uitkeringensysteem. 3. Ten behoeve van de uitvoering van deze overeenkomst wordt het dynamische archief van LEIDERDORP overgebracht naar het pand van Sociale Zaken van de gemeente LEIDEN. 4. De gemeente LEIDEN zal met betrekking tot de door haar ingevolge deze overeenkomst te verrichten werkzaamheden, tijdig die informatie aan de gemeente LEIDERDORP leveren die de gemeente LEIDERDORP nodig heeft om te voldoen aan haar planning en control cyclus en aan haar wettelijke verplichting(en) waaronder een verantwoordingsverslag ten aanzien van de uitvoering van de door de gemeente Leiderdorp verstrekte sociale voorzieningen. De aanlevering van de informatie dient te geschieden conform de bijlage “dienstverleningsafspraken planning & control”. 5. In een apart communicatieplan worden over communicatie aspecten nadere afspraken uitgewerkt 6. De Gemeente Leiden draagt zorg voor de behandeling van klacht en conform de Leidse klachtenregeling, voor zover dit betreft de Leidse uitvoeringsorganisatie betreft. Artikel 2. 1. De gemeente LEIDERDORP draagt er zorg voor dat alle bevoegdheden die in het kader van de uit te voeren wetten en regelingen opgedragen zijn aan Burgemeester en Wethouders of aan de Burgemeester, met uitzondering van de bevoegdheid te beslissen op bezwaarschriften, worden gemandateerd, dan wel bij machtiging worden verleend, aan de directeur van de dienst Sociale zaken en arbeidsmarktbeleid, een en ander met inachtneming van het bepaalde in de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht. In het werkproces van de gemeente Leiderdorp zal worden opgenomen dat als het advies van de bezwaarschriftencommissie aan het College, inzake een bezwaarschrift in het kader van de uitvoering van deze overeenkomst, ongegrond of niet ontvankelijk wordt verklaard, het bezwaarschrift rechtstreeks wordt doorgeleid naar het College, zonder ambtelijk advies. 2. De gemeente LEIDERDORP draagt zorg voor de inrichting van een lokaal loket. De bemensing van dit loket maakt deel uit van deze dienstverleningsovereenkomst. Het lokale loket in LEIDERDORP sluit aan bij de uitkeringenadministratie van de gemeente LEIDEN. In een aparte overeenkomst worden afspraken vastgelegd over het gebruik van gegevens uit het GBA van LEIDERDORP door de gemeente LEIDEN ten behoeve van de werkzaamheden. 3. Infrastructurele voorzieningen in de gemeente LEIDERDORP, noodzakelijk voor de in lid 1 genoemde dienstverlening, zoals pc’s en netwerkverbindingen, worden door en voor rekening van de gemeente LEIDERDORP verzorgd. Artikel 3. Wederzijdse informatieplicht en periodiek overleg. 1. Beide partijen informeren elkaar ambtelijk over en weer ten behoeve van de totstandkoming van een beleidsplan en dragen in dat kader zorg voor overleg van het gemeenschappelijk orgaan. 2. Partijen hebben minimaal eenmaal per kwartaal ambtelijk overleg over het beleidsplan en de uitvoering daarvan, alsmede over uitvoering van de dienstverleningsovereenkom st, 3. Voorts treden partijen ten minste eenmaal per jaar ambtelijk en bestuurlijk in overleg om te bezien of er een noodzaak is tot aanpassing van de dienstverleningsovereenkomst (evaluatie). Artikel 4. Kwaliteitseisen De kwaliteitseisen van de door de uitvoeringsorganisatie geleverde producten en diensten gelden gelijkelijk voor partijen, liggen verankerd in werkprocessen en voldoen aan de eisen zoals verwoord in het Leidse controleprotocol voor de accountantscontrole. Partijen kunnen hierover aanvullende afspraken maken. Artikel 5. Kosten uitvoering 1. Het door de gemeente LEIDERDORP voor de dienstverlening verschuldigde bedrag bestaat in 2007 uit een bijdrage in de kosten ad € 650.000 ex BTW. 2. De gemeente LEIDERDORP factureert gedurende de detachering van LEIDERDORPSE ambtenaren bij de gemeente LEIDEN de betaalde loonkosten, inclusief sociale lasten aan de gemeente LEIDEN welke facturen door gemeente LEIDEN aan de gemeente LEIDERDORP worden voldaan. Ten laste van de gemeente LEIDERDORP blijven de kosten welke voortvloeien uit de in artikel 5, van het als bijlage bij de GR beschreven personeelplan genoemde kosten, zijnde de verplichtingen die voorafgaand aan de detachering door de gemeente LEIDERDORP met gedetacheerde medewerkers zijn aangegaan. 3. De kosten worden in twaalf gelijke termijnen betaald aan de hand van de door de gemeente LEIDEN op de eerste van de maand aan de gemeente LEIDERDORP aangeleverde facturen. Partijen zijn gerechtigd over en weer tot verrekening over te gaan. Artikel 6. Overige afspraken 1. Partijen achten zich jegens elkaar verbonden om te komen tot meerjarige dienstverleningsovereenkomsten, waarvoor deze overeenkomst als groeimodel wordt beschouwd. 2. Om partijen informatie te verschaffen welke door partijen mede relevant wor dt geacht ter voorbereiding van een meerjarige dienstverleningsovereenkomst, vindt voor 1 maart 2007 in opdracht van partijen een benchmark naar (de kosten van) de uitvoering plaats door een door partijen aan te wijzen onafhankelijk bureau. De inhoud van de benchmark wordt door partijen nader overeengekomen. De kosten voor de onafhankelijke benchmark worden voor 50% door de gemeente LEIDEN en 50% door de gemeente LEIDERDORP gedragen. Artikel 7. Geschillen 1. Geschillen, betreffende de kwaliteit van de uitvoering, daaronder mede begrepen die welke slechts door een van de deelnemende gemeenten als zodanig worden beschouwd en die ontstaan naar aanleiding van deze overeenkomst, zullen met uitsluiting van de gewone rechter op verzoek van een van de deelnemende gemeenten worden beslecht middels door beide partijen gezamenlijk te benoemen adviseurs of, bij het ontbreken van overeenstemming daarover binnen vier weken, door de door de partijen aangewezen derde te benoemen adviseurs. 2. Iedere gemeente neemt het honorarium van de door haar aangewezen scheidspersoon, voor haar rekening. De overige kosten van het advies worden door partijen gelijkelijk gedragen. 3. Onverminderd het bepaalde in artikel 7.2 is de gemeente die toerekenbaar tekort schiet in de nakoming van haar verplichtingen tegenover de andere gemeente aansprakelijk voor vergoeding van de door haar geleden c.q. te lijden schade. 4. De in artikel 7.3 bedoelde aansprakelijkheid voor schade wegens toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de regeling zal op jaarbasis in geen geval meer bedragen dan de netto aan de gemeente LEIDEN toekomende maximale jaarvergoeding. Artikel 8. Overmacht 1. De tekortschietende gemeente stelt de andere gemeente onverwijld op de hoogte van de ontstane overmachtsituatie. Indien één van de deelnemende gemeenten gedurende een periode van meer dan 10 werkdagen ten gevolge van overmacht niet kan nakomen c.q. tekort schiet in haar verplichtingen op grond van deze overeenkomst, heeft de andere gemeente het recht na overleg met onmiddellijke ingang maatregelen te treffen in verband met de continuïteit. 2. Indien een gemeente van het recht zoals bedoeld in artikel 8.1 gebruik maakt, zullen de aantoonbare meerkosten die daaruit voortvloeien, verrekend worden met de in rekening gebrachte vergoeding. Indien de gemaakte kosten uitstijgen boven de vergoeding worden deze gelijkelijk door de gemeenten gedragen. Artikel 9. Wet bescherming persoonsgegevens Voor alle werkzaamheden en het treffen van infrastructurele voorzieningen geldt dat deze voldoen aan de wettelijke eisen en in het bijzonder de Wet bescherming persoonsgegevens en de daaruit voortvloeiende voorschriften. Artikel 10. Onvoorziene omstandigheden Indien binnen het kader van deze overeenkomst zich omstandigheden voordoe n waarin deze overeenkomst niet voorziet, treden deelnemende gemeenten met elkaar in overleg en komen zij tot een oplossing. Artikel 11. Ingangsdatum en duur en beëindiging van de overeenkomst 1. De overeenkomst gaat in op de datum dat de Gemeenschappelijke Regeling in werking treedt. zijnde 1 januari 2007 2. De overeenkomst wordt aangegaan voor 1 jaar. 3. Deze overeenkomst kan worden gewijzigd of aangevuld bij eensluidend besluit van de deelnemende gemeenten in een aanvullingsregeling. 4. De overeenkomst eindigt indien één van de in deze overeenkomst genoemde gemeenten uit de Gemeenschappelijke regeling sociale diensten gemeenten LEIDEN en LEIDERDORP treedt dan wel als de Gemeenschappelijke regeling sociale diensten gemeenten LEIDEN en LEIDERDORP wordt opgeheven. Artikel 12 Voor zover niet anders geregeld is het gestelde in het Burgerlijk Wetboek van toepassing op deze overeenkomst. Artikel 13. Citeertitel Deze overeenkomst kan worden aangehaald als “Dienstverleningsovereenkomst Werk en Inkomen LEIDEN en LEIDERDORP”. Aldus in drievoud opgemaakt en ondertekend, Datum, Datum, Burgemeester Burgemeester gemeente gemeente Gemeenschappelijke Regeling sociale diensten gemeenten Leiden en Leiderdorp, 2006 (28 september 2006) De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Leiden en Leiderdorp, handelend met toestemming van de respectieve gemeenteraden ingevolge de raadsbesluiten nummer .. d.d. ….en nummer … d.d. …; Overwegende; Dat de gemeenten Leiden en Leiderdorp met de samenwerking ten doel hebben het reduceren van de kwetsbaarheid van de eigen organisatie, het verhogen van de efficiency en het verhogen van de output- en proceskwaliteit; Dat met het oog op de behartiging van het belang, genoemd in artikel 3 van deze regeling, wenselijk is dat de gemeenten Leiden en Leiderdorp in samenwerking de uitvoering van bepaalde taken in het kader van de Wet werk en bijstand (WWB), het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (Bbz), de wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), de regeling scholing en activering ingevolge de Wet inschakeling werkzoekenden (WIW), de Wet sociale werkvoorziening (WSW), de Regeling instroom en doorstroombanen (ID), de uitvoering van de Wet inburgering nieuwkomers (WIN), de Regeling opvang asielzoekers (ROA), de schuldhulpverlening, de sociale recherche, dan wel enige andere in de toekomst voor deze wetten en regelingen eventueel in de plaats komende regelingen, vorm geven; Dat zij ten behoeve van de samenwerking een gemeenschappelijk orgaan wensen in te stellen; Dat de uitvoering van de betreffende wetten en regelingen zal geschieden door de Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid aangevuld met de door Leiderdorp ingebrachte medewerkers; Dat het periodiek door de twee gemeenten vast te stellen (meerjaren)beleidsplan bepalend is voor de te verrichten activiteiten en het takenpakket in het kader van deze samenwerking. Gelet op het bepaalde in de Wet gemeenschappelijke regelingen; B E S L U I T E N: De hiernavolgende Gemeenschappelijke regeling “Samenwerkingsverband sociale diensten Leiden en Leiderdorp, verder te noemen het Samenwerkingsverband” voor onbepaalde tijd aan te gaan. I. Begripsbepalingen Artikel 1 In deze gemeenschappelijke regeling wordt verstaan onder: a. Het Samenwerkingsverband sociale diensten Leiden Leiderdorp: het gemeenschappelijk orgaan; b. Een deelnemende gemeente: aan deze regeling deelnemende gemeente; c. Gedeputeerde Staten: Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland; d. WWB: Wet werk en bijstand; e. IOAW: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers; f. IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen; g. WIN: Wet inburgering nieuwkomers; h. Oudkomersregeling; i. WSW: Wet sociale werkvoorziening; j. ID: Regeling instroom en doorstroombanen; k. ROA: Regeling opvang asielzoekers; l. WIW: Wet inschakeling werkzoekenden; m. Bbz: het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004; n. Uitvoeringsorganisatie: de Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid aangevuld met de door Leiderdorp ingebrachte medewerkers. II. Het gemeenschappelijk orgaan Artikel 2 1. Door de aan deze regeling deelnemende gemeenten wordt een gemeenschappelijk orgaan ingesteld. 2. Het gemeenschappelijk orgaan bestaat uit het algemeen bestuur zijnde de door de deelnemende colleges van burgemeester en wethouders aangewezen wethouder van de deelnemende gemeenten. Voorzitter is de wethouder van de gemeente Leiden. 3. Het algemeen bestuur vergadert jaarlijks ten minste 2 maal. III. Doel, belangen en bevoegdheden Artikel 3 1. Het samenwerkingsverband heeft ten doel het afstemmen van het door de gemeenten vastgestelde beleid terzake van de uitvoering van de in artikel 6 van deze regeling genoemde wet en regelgeving en het bevorderen van de kwaliteit en continuïteit van de dienstverlening. 2. Het gemeenschappelijk belang betreft de uitvoering van de primaire en secundaire processen van de in artikel 1, onder d tot en met m, genoemde regelingen. Artikel 4 In het kader van het in artikel 3 genoemd belang komen aan het samenwerkingsverband de volgende bevoegdheden toe: a. Het geven van kaders voor de uitvoering van de in artikel 6 van deze regeling genoemde wet en regelgeving; b. Het plegen van overleg met de deelnemende gemeenten en met andere overheden, instanties en personen. IV. Dienstverleningsovereenkomst Artikel 5 Ter uitvoering van het in artikel 3 opgenomen doel van de regeling zal een meerjarige dienstverleningsovereenkomst worden afgesloten tussen de gemeente Leiden als dienstverlenende gemeente en de gemeente Leiderdorp als afnemende gemeente. Voor het eerste jaar zal een dienstverleningsovereenkomst van één jaar worden gesloten. V. Taak Artikel 6 1. Het gemeenschappelijk orgaan heeft tot taak het namens de deelnemende gemeenten geven van kaders voor de uitvoeringsorganisatie ter uitvoering van de volgende regelingen: - Wet werk en bijstand; - Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers; - Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen; - Wet inburgering nieuwkomers; - Wet sociale werkvoorziening; - Regeling instroom en doorstroombanen; - Regeling opvang asielzoekers; - Wet inschakeling werkzoekenden; - Wet Kinderopvang; - Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004; - Wet op de lijkbezorging; - oudkomersregeling. 2. Onder uitvoeren wordt in ieder geval begrepen: a. Het behandelen van aanvragen op basis van wetten en regelingen als genoemd in het eerste lid; b. Het op grond van een te formuleren intern controleplan uitvoeren van (interne)controles en rapportage op de uitvoering; c. Op het terrein van vluchtelingen het verzorgen van o.a. huisvesting aan vluchtelingen ten einde te kunnen voldoen aan de gemeentelijke taakstelling; d. De volledige administratieve verwerking van de regelingen zoals genoemd in het eerste lid, alsmede het applicatiebeheer in verband met deze verwerking; e. Alle werkzaamheden voor bezwaar en beroep inzake de regelingen zoals genoemd in het eerste lid; f. Alle werkzaamheden inzake terugvordering en verhaal op grond van genoemde wetten, inclusief besluitvorming en administratieve afwikkeling daarvan; g. Alle werkzaamheden inzake planning en control, accountantscontrole, interne controle en andere financiële zaken op grond van genoemde wetten, inclusief besluitvorming en administratieve afwikkeling daarvan; h. Alle uitvoering van algemene maatregelen van bestuur, uitvoeringsregelingen, vastgesteld op basis van regelgeving zoals genoemd in het eerste lid; i. Alle werkzaamheden inzake periodieke management- en financiële rapportages en rapportages ten behoeve van het Ministerie; j. Alle werkzaamheden inzake beleid(regels en ontwikkelingen), verordeningen en contracten met derden die voortkomen uit de in het eerste lid genoemde wetten en regelingen; k. Alle werkzaamheden inzake sociale kredietverlening en schuldhulpverlening voor zover dat nu ook al gebeurt, te weten voor WWB klanten; l. Alle werkzaamheden in het kader van voorlichting en communicatie aan partners; m. Alle werkzaamheden inzake de leiding en aansturing van het loket in Leiderdorp voor inwoners van Leiderdorp inzake: - inname van Inkomstenverklaringen; - inname aanvragen bijzondere bijstand niet WWB-ers < 65jaar; - inname aanvragen minimabeleid; - inname WWB-aanvragen 65+; - verstrekken informatie over de in art.6, in het eerste lid genoemde wetten en regelingen. VI. Beleid Artikel 7 De beleidsbepalende bevoegdheden behoren toe aan de afzonderlijke gemeenteraden respectievelijk colleges van burgemeester en wethouders, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft, van de gemeenten. VII. Verantwoording, inlichtingen en ontslagbevoegdheid Artikel 8 1. Ten aanzien van het ontslag van de leden van het algemeen bestuur zijn de bepalingen uit de gemeentewet over het ontslag van wethouders zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing met dien verstande dat daar waar gesproken wordt over de gemeenteraad moet worden gelezen: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente die het betreffende bestuurslid heeft aangewezen. 2. Een lid van het algemeen bestuur is verantwoording verschuldigd aan het college van burgemeester en wethouders dat hem heeft benoemd, voor het door hem in dat bestuur gevoerde beleid. 3. Het algemeen bestuur geeft op de in de gemeente gebruikelijke wijze aan de raden van de deelnemende gemeenten desgevraagd alle informatie die voor een juiste beoordeling van het door het bestuur gevoerde beleid nodig is. VIII. Archief Artikel 9 1. Het algemeen bestuur draagt zorg voor de archiefbescheiden van het Samenwerkingsverband. 2. De uitvoeringsorganisatie is belast met de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden, bedoeld in het vorige lid, overeenkomstig door het algemeen bestuur vast te stellen nadere regels. 3. Voor de bewaring van de op grond van artikel 12, lid 1 van de Archiefwet 1995 over te brengen archiefbescheiden wijst het algemeen bestuur een archiefbewaarplaats aan. IX. Geschillen Artikel 10 1. Voordat over een geschil overeenkomstig artikel 28 van de Wet gemeenschappelijke regelingen de beslissing van Gedeputeerde Staten wordt ingeroepen, legt het algemeen bestuur van het samenwerkingsverband het geschil voor aan een geschillencommissie. 2. De geschillencommissie bestaat uit vertegenwoordigers, waarvan er evenveel worden aangewezen als het aantal partners dat bij het geschil betrokken is, alsmede een door deze vertegenwoordigers aangewezen onafhankelijk voorzitter. 3. De geschillencommissie hoort het algemeen bestuur. 4. De geschillencommissie brengt aan het algemeen bestuur advies uit over de mogelijkheden partijen tot overeenstemming te brengen. X. Evaluatie, toe- en uittreding, wijziging en opheffing Artikel 11 1. Het algemeen bestuur geeft periodiek aan de uitvoeringsorganisatie de opdracht het Samenwerkingsverband te evalueren. De uitvoeringsorganisatie rapporteert daarover aan het algemeen bestuur. 2. Toetreding van andere deelnemers is slechts mogelijk nadat de deelnemende gemeenten daarmee unaniem instemmen. 3. Bij toetreding tot het Samenwerkingsverband vindt een financiële verrekening met de toetreder plaats van de extra kosten c.q. lagere voordelen die de overblijvende deelnemers moeten maken c.q. behalen om de samenwerking uit te breiden gedurende een periode van 1 jaar. 4. Ieder der deelnemende gemeenten kan verzoeken om wijziging van deze regeling. Wijziging is slechts mogelijk indien de deelnemende gemeenten unaniem tot de wijziging besluiten. 5. Elke der deelnemende gemeenten kan bij besluit van burgemeester en wethouders, na verkregen toestemming van de betreffende gemeenteraad, beslissen om uit deze regeling te treden. De opzeggingstermijn bedraagt een jaar, met dien verstande dat men slechts kan uittreden met ingang van de eerste dag van een nieuw kalenderjaar. 6. Indien een deelnemende gemeente besluit uit te treden, is de uittredende gemeente, ter vergoeding van de financiële nadelen van de uittreding bij de deelnemende gemeenten, gedurende een periode van 4 jaar een evenredige afbouwende (100%, 75%, 50%, 25%) desintegratiebijdrage verschuldigd. 7. Het bestuur van het Gemeenschappelijk orgaan stelt de hoogte van de verschuldigde desintegratiebijdrage vast die gebaseerd zal zijn op het verschil van de wegvallende bijdragen minus de direct wegvallende kosten. XI. Toezending aan Gedeputeerde Staten Artikel 12 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden draagt zorg voor toezending van deze regeling aan Gedeputeerde Staten, alsmede van alle besluiten tot wijziging of opheffing van deze regeling. XII. Onvoorziene omstandigheden Artikel 13 In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het bevoegde bestuursorgaan van de deelnemende gemeente of gemeenten die het betreft, zoveel mogelijk in overeenstemming met de bepalingen van de Gemeentewet en de Wet gemeenschappelijke regelingen. XIII. Inwerkingtreding en citeertitel Artikel 14 1. Deze regeling is aangegaan voor onbepaalde tijd en treedt in werking op de eerste dag van de eerste maand volgend op die waarin deze regeling door de deelnemende gemeenten is opgenomen in de registers van regelingen zoals bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen en door hen is bekendgemaakt. 2. Deze regeling kan worden aangehaald als “Gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsverband sociale diensten Leiden en Leiderdorp”. Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden in de vergadering d.d. De secretaris, De burgemeester, Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiderdorp in de vergadering d.d. De secretaris, De burgemeester, Bijlage behorend bij de Gemeenschappelijke Regeling sociale diensten gemeenten Leiden en Leiderdorp, 2006 Personeelsplan Samenwerking Leiden - Leiderdorp 01. Inleiding. Het besluit van de gemeente Leiden en Leiderdorp om te komen tot een samenwerking op het terrein van sociale zaken heeft uiteraard gevolgen voor de bedrijfsvoering van één of beide organisaties. Naast de wijziging voor de bedrijfsvoering zijn er uiteraard ook consequenties voor het personeel. Naast de primaire als de secundaire arbeidsvoorwaarden zullen diverse zaken aangaande het personeel onderzocht moeten worden. Hierbij valt te denken aan de vervanging bij ziekte, invullen van vacature’s en niet te vergeten, de formatieberekening. Dit plan dient als uitgangspunt voor het uiteindelijke plaatsingsplan waarin alle zaken betreffende het personeel zijn geregeld. De vertegenwoordiging van het personeel, de ondernemingsraad van Leiderdorp, de ondernemingscommissie van de Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid Leiden en de ondernemingsraad van de gemeente Leiden zijn in een vroegtijdig stadium bij de uitwerking betrokken. Via een gezamenlijke presentatie in 2005 en door het toesturen van documenten die ter besluitvorming zouden worden voorgelegd. Door de leiding van de sociale dienst in Leiderdorp zijn in 2005 en in 2006 met de medewerkers ambitiegesprekken gevoerd, waarbij een overgang naar Leiden het uitgangspunt was. Uiteraard zullen officiële routes voor overleg met OR en GO worden gevolgd. 02. Formatie. Voor de uitvoering van de werkzaamheden van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg Leiderdorp is uiteraard een formatie nodig. De formatie van de in te vullen functies is afhankelijk van de wijze waarop deze bij de Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid Leiden is ingericht. Uitgangspunt daarbij zijn de huidige omstandigheden en inzichten. Naast de definitieve plaatsing van medewerkers uit Leiderdorp, heeft de uitkomst van deze berekening tevens als basis gediend voor de berekening met betrekking tot de apparaatskosten. De medewerkers van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg Leiderdorp hebben hierbij in alle redelijkheid de keuze waar zij, mede in aanmerking genomen hun vaardigheden en competenties, in de Leidse Sociale Dienst organisatie terecht willen komen. Op dit moment wordt er vanuit gegaan dat alle medewerkers van Leiderdorp SOZA binnen de Leidse organisatie op een passende functie worden geplaatst. Daar waar dit tot problemen leidt, zal dit individueel opgelost moeten worden. Op grond van de huidige gegevens van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg praten we over 9.11 fte, op dit moment bezet door 11 personen. Bij het vervullen van eventuele (toekomstige) vacatures zowel binnen de gemeente Leiden als binnen de Gemeente Leiderdorp, zullen de medewerkers van beide sociale diensten wederzijds aangemerkt worden als interne kandidaten. Deze afspraak geldt voor de duur van de detachering, dus tot uiterlijk 1 januari 2008. 03. Functiebeschrijvingen en waarderingen Gezien de gemaakte afspraken en de omvang van de Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid Leiden is duidelijk dat voor de samenwerking en de plaatsing van de medewerkers Leiderdorp de organisatievorm en functiebeschrijvingen van de Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid Leiden worden toegepast. Afgesproken is dat de medewerkers van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg Leiderdorp in redelijkheid de keuze hebben op welke functie zij in de Leidse organisatie terecht komen. In het bijzonder voor de medewerkers van Leiderdorp kan er sprake zijn van een andere functie-inhoud en/of functiewaardering dan die van nu. Er zal een inventarisatie worden gemaakt van de verschillen in de functies. Aan de hand van deze inventarisatie zal worden uitgewerkt hoe met deze verschillen om te gaan. In het eerste kwartaal van 2006 zijn alle functies binnen Leiderdorp opnieuw beschreven en gewaardeerd. In Leiden heeft de functiebeschrijving en waardering plaatsgevonden volgens een eigen ontwikkeld systeem, genaamd Leidse Integrale Methode van Functiewaardering. Vertaling dient plaats te vinden door middel van een plaatsingsplan, waarbij als uitgangspunt moet gelden, de “mens volgt functie” constructie. 04. Plaatsingsplan In het plaatsingsplan wordt onder andere geregeld de wijze waarop medewerkers werkzaam zullen zijn binnen het samenwerkingsverband. Met betrekking tot de formele plaatsing van de medewerkers zijn de volgende afspraken gemaakt: De medewerkers van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg van Leiderdorp geven voor 1 november 2006 aan of zij wel of geen functie gaan accepteren bij de gemeente Leiden, waarbij ook duidelijk moet zijn in hoeverre er sprake is van verschil in functieniveau en inschaling; Uitgangspunt is dat het huidige salarisniveau van de medewerkers gehandhaafd blijft; Indien de medewerkers niet kiezen voor een functie binnen de gemeente Leiden krijgen deze in Leiderdorp de status van herplaatser en gelden de regels van het sociale statuut van de gemeente Leiderdorp; Wanneer medewerkers aangeven te kiezen voor een functie bij de Dient Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid van de gemeente Leiden, maar uiterlijk 1 juli 2007 terugkomen op die beslissing, behouden zij de herplaatsingstatus in Leiderdorp per 1 januari 2007, met minimaal een aangeboden passende functie. De medewerkers die aangeven wel een functie te kiezen binnen de organisatie van de gemeente Leiden worden via een zogenaamde detacheringconstructie voor de duur van maximaal één jaar geplaatst binnen de gemeente Leiden; Uiterlijk na 1 jaar, te weten 1 januari 2008 of zoveel eerder als mogelijk is, treden zij in vaste dienst van de gemeente Leiden. Dit wil zeggen dat de medewerkers gedurende maximaal één jaar in dienst blijven van de gemeente Leiderdorp met de bijbehorende rechtspositionele regelingen, doch hun werkplek zich niet aan de Statendaalder in Leiderdorp bevindt maar aan de Langebrug te Leiden. Uiteraard zal deze werkplek wijzigen zodra de dienst sociale zaken van Leiden gaat verhuizen naar het bedrijfsverzamelgebouw of een andere locatie in Leiden; Het college van Burgemeester en wethouders zal ten aanzien van de betrokken medewerkers een detacheringbesluit nemen waarbij wordt besloten dat de betrokken medewerker van Leiderdorp zijn werkzaamheden verricht in en onder aansturing van de Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid van de gemeente Leiden met als standplaats Leiden. Daarnaast zal een belangstellingsregistratie worden gehouden en plaatsingsprocedure worden opgesteld, inclusief een procedure voor bezwaar en beroep. Voor de plaatsing van de medewerkers van Leiderdorp zal de plaatsingsprocedure worden gehanteerd, zoals vastgelegd in de Leidraad Organisatieverandering Leiderdorp (LOL) in artikel 2:5. 05. Rechtspositie en aansturing. a. Voor alle medewerkers geldt, dat de huidige rechtspositie van de betreffende gemeente in stand blijft. Men blijft immers in dienst van de huidige organisatie. Uitgangspunt voor de medewerkers van Leiderdorp blijft de Leidraad Organisatieverandering Leiderdorp (LOL). Met betrekking tot een aantal aanverwante praktische zaken zijn de volgende afspraken gemaakt waarbij het uitgangspunt is dat deze gelden voor de duur van de detachering. b. 1. Functioneringsgesprekken worden gevoerd in Leiden onder verantwoordelijkheid van de direct leidinggevende van de dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid; 2. Beoordelingsgesprekken worden vastgesteld door het bevoegde gezag in Leiderdorp, op basis van het functionering- en beoordelingsverslag van de direct leidinggevende van de dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid te Leiden; 3. Indien gewenst en op verzoek kan de medewerker bij functioneringsgesprek worden bijgestaan door een medewerker van de afdeling P&O van Leiderdorp; 4. Verslagen van de functionerings- en beoordelingsgesprekken worden in Leiden vervaardigd; 5. De betreffende stukken worden via de afdeling P&O van Leiden doorgezonden naar de afdeling P&O van Leiderdorp; 6. Alle stukken met betrekking tot personele aangelegenheden worden opgeborgen in het personeelsdossier in Leiderdorp; 7. Opleidingen en te bieden of geboden faciliteiten worden in overleg met P&O Leiderdorp geïndiceerd waarbij de kosten worden doorbelast aan Leiderdorp; 8. In afwijking op artikel 5 lid a geldt dat verplichtingen die voorafgaand aan de detachering door de gemeente Leiderdorp met gedetacheerde medewerkers zijn aangegaan voor die periode voor rekening blijven van de gemeente Leiderdorp; 9. Diverse bijzondere verlofdagen (gemeente afhankelijk zoals sportdag, afdelingsuitje, gemeente-uitje enzovoort) worden in beeld gebracht waarna hierover afspraken worden gemaakt door het hoofd uitvoering van Leiden en het hoofd van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg van Leiderdorp; 10. Reiskosten, parkeerkosten en/of voorzieningen worden door de afdeling P&O van de gemeente Leiderdorp zelf bepaald en ingevuld, waarbij een afbouwregeling, conform de afbouwregeling toelagen in de bezoldigingsverordening van de gemeente Leiderdorp, in acht zal worden genomen; 11. Zodra vacatures van de Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid intern worden opengesteld, worden medewerkers van de gemeente Leiderdorp aangemerkt als interne kandidaten; 12. Gedurende de looptijd van de detacheringregeling worden medewerkers van SOZA Leiden binnen de gemeente Leiderdorp aangemerkt als interne kandidaat; 13. Zodra een van de medewerkers van Leiderdorp uit dienst treedt zal de vacature- en sollicitatieprocedure zoals deze in de Leiden geldt gevolgd worden, dus onder regie en volgens de procedure van de gemeente Leiden; 14. De nieuwe medewerker komt in dienst van de gemeente Leiden en heeft daarbij ook de rechtspositie zoals die in Leiden geldt; 15. De directe personeelslasten, van de nieuwe medewerker, worden zoals bepaald in de financiële paragraaf van de samenwerkingsovereenkomst doorbelast aan Leiderdorp; 16. Bij ziekte van een medewerker van Leiderdorp, langer dan 6 weken, zal in overleg met de afdeling P&O van Leiderdorp voor vervanging worden gezorgd waarbij de kosten van de vervanging doorbelast worden aan Leiderdorp; 17. Indien bij ontslag van een medewerker van de gemeente Leiderdorp de betreffende vacature niet binnen 6 weken kan worden ingevuld, zal in overleg met de afdeling P&O van Leiderdorp voor vervanging worden gezorgd waarbij de kosten van de vervanging doorbelast worden aan Leiderdorp; 18. De medewerkers van de gemeente Leiderdorp, welke gedetacheerd zijn, worden aangestuurd door het management van de Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid Leiden; 19. Voor alle medewerkers van Leiderdorp gelden de huishoudelijke regels van de gemeente Leiden; 20. Leidraad hierbij is het organisatiemodel van de Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid Leiden; 21. Bij problemen zal het management van de gemeente Leiden overleg plegen met de aangewezen functionaris van de gemeente Leiderdorp. 06. Sociaal Plan In het gehele samenwerkingstraject moet aandacht geschonken worden aan het sociale plan en sociale statuut. De gemeente Leiderdorp heeft een sociaal plan; de gemeente Leiden heeft een sociaal statuut. De gemeente Leiderdorp hanteert momenteel de z.g. “LOL” (Leidraad Organisatieverandering Leiderdorp) met daarbij nadere afspraken in het kader van de reorganisatie 2005/2006 waarvan de laatste is vastgesteld op 5 december 2005. 07. Traject ondernemingsraad en georganiseerd overleg Op grond van artikel 25 van de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) heeft de ondernemingsraad adviesrecht bij alle voorgenomen besluiten van de ondernemer (i.c. de gemeente) die gevolgen kunnen hebben voor het personeel. Het gaat dan onder andere om aangelegenheden als een fusie of een overdracht van (onderdelen) van de organisatie en om een uitbreiding of beëindiging van werkzaamheden. Omdat de medewerkers uit Leiderdorp als interne kandidaat van de gemeente Leiden worden aangemerkt is tevens instemming nodig van de OR op basis van artikel 27 lid 1 onder d. 08. Uitvoerende taken P&O De Dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid Leiden heeft een zelfstandige afdeling P&O. Er moeten afspraken gemaakt worden over de uitvoerende taken binnen de twee gemeenten. Uitgangspunt zou moeten zijn dat beide partijen zelf de uitvoerende taken op zich nemen t.a.v. van het eigen personeel. Met betrekking tot de gezamenlijke activiteiten (eerst inventariseren) worden goede afspraken gemaakt welke worden vastgelegd in het plaatsingsplan. 09. Planning werkgroep De verantwoordelijken voor het betrokken personeel zullen, conform de afspraak die door betrokken wethouders op 29 juni 2006 zijn gemaakt, een start maken met de uitwerking van het personeelsplan waarbij gestreefd wordt om zo spoedig mogelijk de medewerkers duidelijkheid te geven betreffende de personele consequenties van de samenwerking. Omdat het definitieve aantal medewerkers van Leiderdorp dat geplaatst moet worden nog niet bekend is, zal het plaatsingsplan pas in een later stadium geschreven worden. Het plaatsingsplan zal uiterlijk in november 2006 gereed moeten zijn. De definitieve fysieke overgang naar Leiden is gepland per 1 januari 2007. In het plaatsingsplan wordt tevens het eventuele opleidingstraject aangegeven voor de desbetreffende medewerkers. Dienstverleningsafspraak planning & control t.b.v. Leiderdorp September 2006 Maandafsluiting Leiderdorp kent een maandelijkse controle structuur ten behoeve van het MT, daarom wil Leiderdorp graag maandelijks voor de 5e ontvangen: 1. journaalpost voor de verwerking van de uitkeringskosten in Coda 2. uitputting toegekend budget van ministerie en verwachting tot eind van het jaar 3. overzicht aantallen (klanten/aanvragen/in- & uitstroom/trajecten) 4. (korte) analyse op punt 2 en 3 5. indien extra budget benodigd is dit duidelijk aangeven 6. kopie van alle ontvangen beschikkingen 7. aansluiting tussen Soleil en Coda + aansluiting tussenrekeningen VJN/NJN Naast de maandelijkse controle vindt er 2 jaarlijks een tussentijdse rapportage plaats richting B&W en raad, deze rapportages vinden plaats over 4 maanden en 9 maanden. Alle gegevens kan Leiderdorp halen uit de maandelijkse ontvangen stukken. Jaarrekening Uiterlijk 15 februari aanleveren van de volgende stukken: 1. journaalpost te balansen posten + mutaties reserves en voorzieningen + onderbouwing 2. aansluiting tussen Soleil en Coda 3. waardering openstaande debiteuren 4. overzicht werkelijke aantallen (klanten/aanvragen/in- & uitstroom/trajecten) 5. analyse op het jaarresultaat Begroting Uiterlijk 1 april aanleveren van de volgende stukken: 1. begroting voor samenwerkingsverband + verdeling over de diverse regelingen 2. input voor de uitkeringsbegroting Leiderdorp, verwachting van aantallen en beschikkingen 3. gehanteerde index 4. overzicht te verwachten aantallen (klanten/aanvragen/in- & uitstroom/trajecten) 5. analyse op de begroting(swijziging) Overig Aanleveren conform wettelijke verplichting met in achtneming van eventuele doorlooptijd besluitvorming Leiderdorp. 1. Vodu 2. Verantwoordingen richting ministerie inclusief eventuele accountantsverklaring 3. Overige verslaglegging