1 MC. 1,14-15 (Le: Mc. 1,1-13) [Assen-M, 17 jan. 2016] Gemeente van Jezus Christus, [dia 1: Herman Finkers] Herman Finkers heeft heel wat los gemaakt. Zijn conference op oudejaarsavond wordt van commentaar voorzien. Die wordt in de krant en op t.v. besproken. Want hij durfde de vinger te leggen bij een groeiende mening in onchristelijk Nederland, nl.: ‘dat religie slecht is. De wereld is beter af zonder godsdienst. Na Parijs kan geen weldenkend mens nog aan geloof doen’. Herman Finkers stelde het antireligieuze sentiment in Nederland aan de kaak. Hij erkende “godsdienstwaanzinnig” te zijn. “Ik ben een religieus mens”. “Ik doe aan katholicisme”. Hoe is dat bij u en bij jou? Hoe stel jij je op in een land, waarin godsdienst als achterhaald wordt beschouwd … waarin geloven iets zou zijn voor mensen die niet goed bij hun hoofd zijn? ** [dia 2: Mc. 1,14] Marcus lijkt heel zakelijk te schrijven: “Nadat Johannes was gevangen genomen, ging Jezus naar Galilea”. Wanneer zijn voorloper wordt gearresteerd, steekt Jezus geen vinger uit. Misschien wel een jaar lang hebben ze samen gewerkt in Israël. Ieder op de eigen plek en de eigen manier. Johannes de Doper en Jezus. Maar de arrestatie van zijn neef lijkt Jezus koud te laten. Hij wijkt uit naar het noorden van het land, naar Galilea. 2 Is dit allemaal niet wat raar?? Nee, want een paar dingen zijn van belang. Zo is Marcus een schrijver die vaart in zijn vertelling houdt. Waar de andere evangelisten een aanloop nemen, haalt Marcus de hoofdpersoon –Jezus- snel voor voren. Zo ineens staat Jezus in een rij mensen te wachten om gedoopt te worden. Zo ineens is hij in de woestijn, waar hij veertig dagen is. Zo ineens wijkt hij uit naar Galilea. Marcus houdt graag de snelheid in wat hij opschrijft. Verder is van belang dat de arrestatie van Johannes Góds bedoeling is. Jezus steekt geen vinger uit, want het is Gods wil dat Johannes niet meer kan werken. Dat zijn mond wordt gesnoerd. Marcus tekent in een paar woorden een omslagpunt. De taak van Johannes zit er op. De voorloper stopt. Voor Jezus het signaal om zelfstandig verder te gaan. De Sterkere treedt als enige naar voren. En kiest als werkgebied Galilea. Eigenlijk best raar. Want de mensen stromen toe naar de rivier de Jordaan … naar Johannes en naar Jezus. Vanuit Jeruzalem en Judea … zeg maar wat bij ons Amsterdam is … en heel de Randstad … De westerlingen trekken naar de IJssel toe … naar Zutphen, Deventer, Zwolle, Kampen … 3 en Jezus gaat aan de slag in Loppersum-Westeremden. Twee dorpjes in het noorden van Nederland. Waarschijnlijk maakt Jezus de beweging naar Galilea om een te vroege confrontatie met de Joodse leiders te voorkomen. Johannes was gearresteerd. Grote kans dat Jezus de volgende was. Maar zo laat is het nog niet op Gods klok. Jezus zal op zijn tijd de weg naar Jeruzalem inslaan. Om op Gods tijd gearresteerd te worden en te sterven. (*) [dia 3: God zet in de geschiedenis een volgende stap] Toch is er een bepaald tijdstip aangebroken. “De tijd is gekomen”, zegt Jezus. Er is een omslagpunt bereikt. God zet in de geschiedenis een volgende stap. Wat de profeten al eeuwenlang hebben aangekondigd … Wat de grote verwachting in Israël was … Wat Johannes de Doper heeft benadrukt … is werkelijkheid geworden. In Jezus van Nazareth is Gods Zoon de wereld binnen gekomen. Die tijd is aangebroken. Johannes doet een stap terug, noodgedwongen. Jezus treedt nu alleen op de voorgrond. Zijn boodschap is het waar alles om draait. Jezus brengt Gods Goede Nieuws. ** [dia 4: evangelie = goed nieuws] “Goed nieuws”. In de grondtekst staat: ‘evangelie’. 4 Wij denken bij ‘evangelie’ waarschijnlijk aan de eerste vier boeken van het Nieuwe Testament. De vier Evangeliën. Maar in de tijd van Jezus en Marcus betekent ‘evangelie’: goed nieuws, blijde boodschap. Een betekenis die wij ook kennen. Maar wat we mogelijk minder beseffen is dit: -en dat is van belang als je beschuldigd wordt van ‘godsdienstwaanzin’-> in het woord ‘evangelie’ zit: waar gebeurd. Historisch echt waar. Dit woord werd vroeger niet zomaar gebruikt., voor al het shownieuws, alle geroddel. Het werd gebruikt bij historisch belangrijke gebeurtenissen: een belangrijke overwinning in een oorlog; een nieuwe keizer die de troon besteeg. Met het woord ‘evangelie’ komt mee: echt gebeurd. Dit is geschiedenis, waar heel veel mensen getuige van zijn geweest. Het christelijk geloof gaat niet terug op iets wat mensen hebben bedacht. Het is geen filosofie of ideologie, waar je vrijblijvend iets van kan vinden. Jezus is niet een fanatieke rabbi geweest, een goeroe voor zoekende mensen, of een gedreven mental-coach. Hij is jouw wereld binnen gekomen: Gods Zoon. Hij heeft in de geschiedenis van de wereld de basis gelegd voor jouw redding. Dat is: Evangelie … Goed Nieuws. (*) [dia 5: want Jezus brengt Gods Goede Nieuws] Uniek nieuws. 5 Want anders dan Johannes de Doper wordt Jezus’ boodschap niet getypeerd door boete en bekering. Jezus brengt het Goede Nieuws van genade. Dat herken je in de volgorde van hoe Marcus Jezus’ woorden samenvat. De volgorde is NIET: -kom tot inkeer en geloof; -en dán is het koninkrijk er. Nee: -het koninkrijk ís er; -van daaruit volgt de oproep tot inkeer en geloof. Jezus zegt niet wat jij allereerst moet doen. Zijn Goede Nieuws is wat hij voor jou doet!! Wat hij in de geschiedenis van de wereld heeft ingebracht, met als kern: zijn dood en opstanding. Daarmee is Jezus niet alleen de boodschapper. De journalist die het nieuws brengt. Hij is het Goede Nieuws zelf. Hij heeft de vergeving van de zonden in handen. Hij legt de basis voor de vergeving. Hij is de garantie van de vergeving. Hij deelt de vergeving uit. (*) [dia 6: cartoon charly hebdo] Dat deze vergeving een kracht is die doorwerkt tot op vandaag, bleek kort geleden. U herinnert zich de cartoon die het blad Charly Hebdo op de cover had staan. Een oude man, met een baard, besmeurd met bloed, een kalasjnikov op de rug. 6 Die oude man was iedere godheid waar mensen in geloven. Hij is de echte schuldige achter al het geweld dat religie veroorzaakt. In reactie hierop kwam in Frankrijk een andere cartoon uit. Nu niet met een agressieve godheid, maar met een potlood dat iets weg gumt. De tekst er bij luidt: “Onze Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen”. (Je herkent het gebed dat Jezus bad voor zijn moordenaars). Ik denk dat dit een mooi voorbeeld is als je leeft van Gods Goede Nieuws. Nieuws dat je in de ruimte zet van Gods genade. Een ruimte die Jezus mogelijk heeft gemaakt. Het nieuws dat christenen brengen is niet: jij bent slecht en zondig. Maar: er is genade en vergeving. ** [dia 7: typering van Jezus’ prediking] Iemand als Petrus heeft dat later goed begrepen. Zo heeft hijzelf de Naam van Jezus Christus verkondigd. Het is de enige Naam waarin er voor zondige mensen redding is. Ik noem Petrus expres. Want Petrus is de stem op de achtergrond, wanneer je Marcus leest. Nou weten we van Marcus niet zo heel veel. Hij is vrij onbekend. Toch heeft hij waarschijnlijk in Jeruzalem veel meegemaakt rond Jezus. Zijn moeder woonde in de hoofdstad. In haar huis kwamen de christenen na Pinksteren bij elkaar. Waar Petrus ook bij was. 7 Verder weten we dat Marcus met Paulus op zendingsreis is geweest. Hij staat dan bekend onder de naam Johannes Marcus … of alleen Johannes. Marcus is dus in de kring van de apostelen bekend. Al vroeg in de christelijke kerk wordt verteld dat Marcus in zijn Evangelie heeft samen gevat wat Petrus verkondigde. Marcus is het Evangelie volgens Petrus. Het is via Petrus dat Marcus de verkondiging van Jezus kan typeren. Want zo kun je vers 15 omschrijven. Dít is wat Jezus aan het begin van zijn werk naar voren bracht: “het koninkrijk van God is nabij”. Zeker: Marcus gaat verder in zijn boek nog meer vertellen. De boodschap van Jezus zal steeds meer worden ingekleurd, bv. dat hij moet lijden en sterven. Maar op dit omslagpunt, waarbij Johannes de Doper, uit beeld verdwijnt, krijgt de verkondiging van het koninkrijk van God alle nadruk. (*) [dia 8: nl dat jij in Jezus Christus Gods koninkrijk binnen gaat] Maar Johannes de Doper kondigde dit rijk toch ook al aan? Zo weten we uit de andere Evangeliën. Wat is er dan anders met Jezus? Het verschil is dat deze woorden nu uit Jezus’ mond en hart komen. Het accent ligt niet meer op belijdenis van zonden en boete. Het volk hoeft niet meer te wachten. Ze moeten binnen gaan! In Jezus Christus zelf ga je het rijk van God binnen. 8 De nabijheid van het koninkrijk van God is niet in tijd uit te drukken. Dat het er volgende week is, of zo. Nee: het ís er. Je kunt zo naar binnen. Zo dichtbij. Door de Deur die Jezus is. Jezus plaatst je voor de ingang van Gods rijk. Via hem ga je ook naar binnen. (*) Ik moest denken aan de dood van David Bowie. Na een geheim gehouden ziekte van 1,5 jaar. Zijn laatste muziek en zijn laatste clip zitten vol aanwijzingen over zijn komend sterven. Blackstar, heet de cd. Lazarus –een Bijbelse naam- heet het nummer dat nu heel bekend is. Bowie ligt in deze clip op een bed om te sterven. Ik ben zelf geen kenner van deze zanger. Maar ik heb begrepen dat hij worstelde met zijn naderende dood. Hij wilde blijven leven. Wat ik mensen als David Bowie mag vertellen … Wat ik voor Goed Nieuws heb … Wanneer het sterven dichtbij is (menselijk gesproken) … Wanneer je ziek bent … Wanneer psychische moeite je leven stempelt … Maar ook wanneer je gezond en fit bent … De geslaagde zakenman, de goede student, de geliefde juf … Wat ik voor nieuws heb in de hectiek van dit leven … En de spanning in de wereld … 9 het koninkrijk van God is slechts één stap bij jou vandaan. Eén stap … Meer niet. ** [dia 9: dat nieuws vraagt van jou een verandering van leven] Eén stap maar. Een stap die je leven veranderd. Een nieuwe weg. Want Jezus zegt: “kom tot inkeer”. In dit woord “inkeer” zit iets van ‘afkeer’. Jij hebt een hekel aan die dingen waar God ook een hekel aan heeft. Jij ontdekt en erkent de zonde in je leven. “Inkeer” wordt dan ‘koerswijziging’. Je hobbelt niet door op de ingeslagen weg. Je draait je om. Leven in Gods koninkrijk verandert je leven. Daarbij weet jij meer dan wat Marcus in hoofdstuk 1 opschrijft. De mensen wisten op dat moment nog niet van Jezus’ kruis en opstanding. Voor hen lag nog verborgen, wat voor jou open ligt: dat Jezus doopt met de Heilige Geest. Nog meer dan voor het Israël van toen besef je dat Gods koninkrijk daar is, waar Jezus Christus is. Waardoor het Goede Nieuws nog meer impact heeft. Het nog indringender is dat jij je leven verandert. (*) 10 Waar gaat het dan vooral om bij deze verandering in je leven? Dat jij inziet dat het leven op aarde wreed is verstoord is door de zonde van de mens. En dat geen mens … hoe frustrerend dat ook is … … dat geen mens controle heeft over zijn leven. Dat jij alleen in Jezus Christus … in zijn koninkrijk … de wreedheid van zonde en van dood aflegt … Dat jij alleen zo geluk en paradijs gaat ervaren. Weet je: dit is voor veel mensen de vinger op de zere plek. Het speelt mee bij hen, die ‘geloven’ achterhaald vinden. Want de zondeval van de mens is dat hij zo arrogant is geworden, dat hij zich boven God plaatst. En uiteindelijk –zeker in onze tijd- ‘God’ als een verzinsel is gaan zien. Godsdienst als waanzin. Jezus zegt: “kom tot inkeer”. Stop met die arrogantie. Mensen ‘scheppen’ geen paradijs. Mensen maken, zonder God, alles alleen nog maar erger. Verander de koers van je leven. Laat je eigenzinnigheid varen. Maak niet je eigen wetten. Verbind je leven met Jezus. Vergeet het dat je controle over je leven hebt en jij je eigen geluk kunt waar maken. Laat het leven in Gods koninkrijk jou gelukkig maken. ** [dia 10: godsdienstwaanzinnig?] Maar ja –roepen velen vandaag-: dan ben jij godsdienstwaanzinnig. Jij bent beter af bent zonder religie. 11 Herman Finkers legt op geheel eigen manier het onzinnige van deze manier van denken bloot. Als iets een gevaar kan zijn –zoals godsdienst-, moet je het dan maar weg doen? Is het dan nutteloos? Zelfs in een theelepeltje schuilt gevaar, zegt de Twentse cabaretier. Want met een theelepeltje kun je een oogbal uit zijn kas wippen. Maar daarom schaf je het theelepeltje toch niet af. Als mensen –in de naam van de godheid- met het geloof aan de haal gaan … Als dat radicaliseert … Dan is daarmee heel het geloof nog geen waanzin. (*) [dia 11: Mc. 1,15: hecht geloof aan dit goede nieuws] Laat je niet wijs maken dat geloven achterhaald is. “Hecht geloof aan het Goede Nieuws”, zegt Jezus. Het Evangelie vraagt om geloof. Nee: dat is niet altijd gemakkelijk. Ook de mensen van toen kregen geen hapklare brokken voor gezet. Gedoopt door Johannes … Aangesproken door Jezus … Maar veel is nog verborgen. Jezus dwingt hen om na te denken. Om een reactie te geven. Om te antwoorden. Hij roept op tot geloof. (*) 12 [dia 12: en een hartelijk deelnemen aan wie Jezus is] Geloof! In hem, die in de rij ging staan met andere mensen om zich door Johannes te laten dopen. Om een boetedoop te ondergaan, die hij niet nodig had. In hem, die in de woestijn zich niet door satan liet verleiden. En rond hem een stukje paradijs op aarde ontstond. In hem, die zijn leven gaf aan het kruis, stierf voor jouw zonden. Die opstond uit de dood. En terug ging naar de hemel. Geloof! In hem, die nu vanuit de hemel heel de wereld leidt. Die er voor jou is … en voor zijn kerk. Door die éne stap te maken. Door je aan Jezus te verbinden. Door niet op afstand van hem te blijven. Maar deelnemer te worden aan wie hij is en wat hij doet. Geloof! Laat je leven gericht zijn op wie Jezus is en wat hij geeft. Leidt je leven onder een open hemel. Laat je door hem meenemen … zijn toekomst tegemoet. (*) God zet stappen in de geschiedenis van deze wereld. Velen in Nederland vinden dat grote onzin. Maar door Jezus Christus zet God steeds weer nieuwe stappen. Hij trekt een spoor door deze wereld. Een spoor dat doorloopt. En waarin Jezus jou wil meenemen. Door zijn Geest. AMEN.