Samenvatting rapport `Winst door verbinden`

advertisement
[Samenvatting rapport ‘Winst door verbinden werk, activering en maatschappelijke
ondersteuning]
Winst door verbinden
Werk, activering en maatschappelijke ondersteuning
Gemeenten zijn in toenemende mate verantwoordelijk voor het regelen van zorg en
ondersteuning voor kwetsbare burgers. De decentralisatie van extramurale
begeleiding, jeugdzorg en de verantwoordelijkheid voor mensen met een
arbeidsbeperking staan voor de deur. Radar deed verkennend onderzoek naar alle
regelingen die inmiddels naast elkaar bestaan voor activering, werk en
maatschappelijke ondersteuning. Het maken van verbindingen kan kansen bieden
voor gemeenten en burgers. Het zorgt voor een betere ondersteuning van mensen bij
het meedoen in de samenleving.
Gemeenten hebben op dit moment al de taak om mensen te ondersteunen bij het begeleiden
naar werk, zowel naar regulier werk als naar een beschutte arbeidsplek in de sociale
werkvoorziening. Als dit niet lukt, moeten gemeenten een uitkering Wet werk en bijstand
(Wwb) verstrekken aan mensen. En gemeenten moeten kwetsbare mensen ondersteunen,
zodat zij zich kunnen redden in de samenleving, dit volgens de Wet maatschappelijke
ondersteuning (Wmo).
Met de nieuwe kabinetsplannen komen er nog een aantal taken bij: de begeleiding naar werk
voor mensen met een Wajong uitkering (participatiewet), de begeleiding van mensen met
een matige tot ernstige beperking (extramurale begeleiding) en de organisatie van de
ondersteuning aan kinderen en ouders met veel problemen (jeugdzorg). Al met al worden
gemeenten dan verantwoordelijk voor de lokale maatschappelijke ondersteuning aan
mensen in het leefdomein van werk, inkomen, zorg en opvoeding.
Met deze ontwikkelingen ontstaan kansen voor burgers en voor gemeenten. Een van die
kansen is om op het terrein van maatschappelijke ondersteuning, activering en werk betere
verbindingen te maken. Burgers krijgen zo meer keuzes en betere ondersteuning bij
participatie. Door een betere samenwerking en ontschotting van voorzieningen en aanbod,
kan efficiënter en goedkoper gewerkt worden.
Radar heeft een verkenning gemaakt, dit in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid (SZW) en het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS).
Achtergrond
Zowel op het gebied van werk en inkomen als op het gebied van maatschappelijke
ondersteuning en extramurale begeleiding is er een woud aan regels en zijn veel instellingen
en aanbieders actief. Nadelig effect is dat er een versnippering in het aanbod is, dat niet
altijd goed aansluit bij de werkelijke vragen en behoeften van burgers. Daarnaast zien we dat
mensen van verschillende regelingen tegelijkertijd gebruik kunnen maken. Zo hebben
mensen die gebruik maken van dagbesteding ook vaak een Wajong of Wwb uitkering of
maken ze ook gebruik van een Wmo voorziening. Met de komende decentralisaties en de
bijkomende bezuinigingen voelen gemeenten de urgentie om meer dwarsverbanden te gaan
leggen tussen enerzijds werk en inkomen en anderzijds welzijn en zorg. Door verbindingen
te leggen tussen werk, inkomen, welzijn en zorg kan participatie van mensen effectiever
worden bevorderd. Dat vraagt om een andere visie op het sociale domein en een sterkere
regierol van de gemeente om partijen bij elkaar te brengen en het aanbod beter op elkaar af
te stemmen.
1
Andere rol overheid vraagt om cultuuromslag
In de nieuwe visie van gemeenten met een integrale aanpak op werk, activering en
maatschappelijke ondersteuning, wordt een appel gedaan op een grotere zelfredzaamheid
en samen-redzaamheid van burgers.
Met de Kanteling in de Wmo is een andere weg ingeslagen, door beter aan te sluiten bij de
werkelijke vragen en behoeften van burgers in plaats van uit te gaan van het bestaande
aanbod. Er wordt meer beroep gedaan op de eigen kracht van burgers en de inzet van het
sociale persoonlijke netwerk en het netwerk in de wijk.
Deze visie in de Wmo krijgt straks ook betekenis voor burgers die nu onder de AWBZ een
voorziening hebben. Zij gaan met de decentralisatie van de extramurale begeleiding onder
de Wmo vallen. De Wmo kent een compensatieplicht voor gemeenten om tegemoet te
komen in de ondersteuningsbehoeften van een burger.
Ook voor het domein van werk en activering geldt dat burgers steeds vaker iets terug
moeten doen voor de uitkering. Met het begrip wederkerigheid wordt gevraagd om een
bijdrage te leveren aan de samenleving en hiermee competenties te verwerven die de
kansen op werk verbeteren.
Meer taken en verantwoordelijkheden op het sociale domein die naar gemeenten over
komen, vraagt om het anders organiseren van de ondersteuning aan burgers. Steeds meer
gemeenten gaan in sociale wijkteams op zoek naar andere mogelijkheden om burgers meer
integraal en sneller te ondersteunen. De gedachte is dat gemeenten, als er een volledig
beeld is van de behoefte van een burger, meer op maat en veelal tegen minder kosten een
aanbod kan doen. Daarvoor is het wel nodig dat er meer zicht is op wat er aan mogelijk
aanbod aanwezig is, over alle levensdomeinen heen. Gemeenten kunnen faciliteren dat
vraag en aanbod elkaar vinden, door meer accent te leggen op wederkerigheid voor mensen
met een uitkering, door het arbeidspotentieel van mensen met een beperking beter te
benutten en door een groter appel te doen op de werkgever en het stimuleren van
maatschappelijk verantwoord ondernemerschap.
Kansen
Er kan winst worden behaald voor burgers en voor gemeenten door een betere combinatie te
maken tussen maatschappelijk ondersteuning, activering en werk. Dat vraagt om een andere
manier van werken, meer gericht op samenwerken, loslaten van oude gewoonten en
activiteiten en uitgaan van de capaciteiten en behoeften van burgers.
Er zijn vijf aanknopingspunten om de combinatie tussen arbeidsparticipatie en
maatschappelijke participatie te maken. Wat zijn de verbindingen en welke winst is er te
behalen?
1. Eerste verbinding: integrale diagnose
Een meer integrale diagnose om burgers beter te ondersteunen en richting dagbesteding en
werk te kunnen begeleiden. Bij een integrale diagnose hoeven burgers minder vaak hun
gegevens te leveren en kunnen zij het complete beeld geven. De aanbieders hoeven minder
intakegesprekken te voeren en hebben meer zicht op de vraag achter de vraag (wat is er
werkelijk nodig). De gemeente kan beter maatwerk bieden. In sommige gevallen met een
inzet van mindere en lichtere voorzieningen omdat er eerder gesignaleerd wordt of dat de
gemeente een andere oplossing kan kiezen dan in de huidige praktijk kan.
Winst: de ondersteuning wordt minder bepaald door het aanbod van de gemeente en meer
door de behoefte van de burgers. De gemeente kan op deze manier beter maatwerk bieden.
2. Tweede verbinding: afstemmen en combineren beschut werken, dagbesteding,
werkprojecten en vergroten uitstroomkansen
2
Het organiseren van kansen op betere dagbesteding, door aanbieders zoals zorginstellingen
en sociale werkvoorziening meer samen te laten werken. Een gecombineerde aanpak van
dagbesteding, beschut werk in de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en diverse andere
werkprojecten voor mensen met beperkingen, biedt voordelen. Gemeenten hebben meer
mogelijkheden om mensen een passend aanbod te doen van activiteiten waar ze aan mee
willen en kunnen doen. Die kunnen dan soms ook dichter in de buurt worden aangeboden en
zijn makkelijker te bereiken. Instellingen in de geestelijke gezondheidszorg, in de
lichamelijke, zintuiglijke en verstandelijke gehandicaptenzorg en ouderenzorg bieden in het
kader van dagbesteding allerlei vormen van kleinschalige activiteiten aan. Dit vaak ook met
een arbeidsmatig karakter. Nu worden die activiteiten apart van elkaar via verschillende
geldstromen georganiseerd. Wanneer gemeenten de diverse vormen van dagbesteding en
begeleiding beter op elkaar afstemmen of combineren, ontstaat er een grotere diversiteit aan
aanbod voor burgers. De vraag wordt gesteld of mensen vanuit verschillende doelgroepen
samen deel kunnen nemen aan activiteiten of dat een scheiding tussen doelgroepen, zoals
nu vaak het geval is, de voorkeur heeft. In het algemeen geldt dat mensen graag met
gelijkgestemden optrekken (doen wat je leuk vindt) in plaats van met gelijk-beperkten. Er
blijft specifieke dagbesteding nodig voor mensen met ernstige beperkingen, die een
specialistische ondersteuning vragen. Een ander aandachtspunt is dat continuïteit van
dagbesteding en ondersteuning belangrijk is, zeker voor mensen die hier van afhankelijk zijn.
Winst: meer kansen voor burgers met een beperking en de gemeente kan de financiële
middelen efficiënter inzetten.
3. Derde verbinding: benutten van aanwezige infrastructuur
De werk- en dagactiviteiten vinden vaak plaats in eigen accommodaties van de
zorginstellingen. Deze accommodaties zijn niet altijd in de eigen wijk. Er is veel sprake van
vervoer om mensen naar hun activiteiten te brengen. Het combineren van accommodaties
voor verschillende activiteiten en afstemmen van vervoersvoorzieningen biedt kansen.
Gemeenten krijgen de kans om efficiënter om te gaan met de aanwezige infrastructuur.
Dagbesteding kan dichterbij in de wijk of buurt van een deelnemer aangeboden worden. Er
kan ook gekeken worden of de activiteiten en het vervoer anders, met meer vrijwillige inzet
georganiseerd kan worden. Voor de zorginstellingen en het buurthuiswerk zelf ligt er een
kans locaties beter te benutten door het delen van locaties met diverse instellingen en
meerdere activiteiten aan te bieden. Kortom: de locaties beter benutten, daar ligt een
veranderopgave.
Winst: gemeenten hoeven minder geld te besteden aan vervoer en locatiekosten.
4. Vierde verbinding: mensen met een uitkering inzetten bij maatschappelijke ondersteuning
Door uitkeringsgerechtigden (Wwb of Wajong) tijdelijk in te zetten voor maatschappelijke
ondersteuning, worden activering en maatschappelijke ondersteuning met elkaar verbonden.
De werkzaamheden kunnen daardoor goedkoper worden uitgevoerd. Het biedt mensen met
een uitkering een kans om van betekenis te zijn voor anderen en een bijdrage te leveren aan
de samenleving. Verder biedt het voor uitkeringsgerechtigden kansen om weer ritme te
krijgen, contacten te leggen, werkervaring op te doen en met bijvoorbeeld scholing het
perspectief op betaald werk te vergroten. Gemeenten zijn op zoek naar voldoende leerwerkplekken voor uitkeringsgerechtigden. Op het terrein van zorg en welzijn liggen
mogelijkheden en zijn al ervaringen opgedaan. De kwaliteit van dienstverlening door mensen
met een uitkering is een veel genoemd aandachtspunt. Dat is echter geen reden om
onderdelen niet door uitkeringsgerechtigden uit te laten voeren, maar vooral reden om het op
een zorgvuldige manier te doen. Maatschappelijke ondersteuning is breed. Het gaat om de
leefbaarheid in de wijk te vergroten en kwetsbare burgers te ondersteunen. Er zijn veel taken
te vervullen door uitkeringsgerechtigden, zoals welzijnsactiviteiten (meedraaien in een
buurthuis, computerlessen geven), informatie en advies geven, individuele voorzieningen
(hulp bij boodschappen of klusjes in huis), ondersteunen van professionals. In de praktijk
3
blijkt vaak juist dat bij dit soort taken eigen ervaring kan helpen. Als iemand zelf
ervaringsdeskundige is, wordt ondersteuning makkelijker geaccepteerd.
Winst: meer kansen voor burgers met een beperking en/of een uitkering. De gemeente kan
middelen efficiënter en effectiever inzetten en mogelijk minder geld uitgeven aan
ondersteuning.
5. Vijfde verbinding: contracten maatschappelijke ondersteuning sociaal vormgeven
Aanbieders van activering, werk en ondersteuningsdiensten zijn soms grote werkgevers.
Gemeenten kunnen hen aanspreken om mensen met een uitkering of mensen met een
beperking in dienst te nemen. Het stellen van voorwaarden voor het mogen leveren van
diensten (zoals bij aanbestedingen) wordt ‘social return’ genoemd. Een voorwaarde kan zijn
om een bepaald percentage mensen met een uitkering en arbeidsgehandicapten in dienst te
nemen of werkervaringsbanen en opleidingsplaatsen aan te bieden. Met de komst van
extramurale begeleiding naar gemeenten, komen er nieuwe mogelijkheden voor gemeenten
om te kijken of hier mogelijkheden liggen voor extra arbeidsplaatsen voor mensen met een
beperking en uitkeringsgerechtigden. Ook kunnen gemeenten zorgaanbieders aanspreken
op hun rol als maatschappelijk ondernemer. Gemeenten kunnen hen om die reden vragen
een bijdrage te leveren aan de sociale cohesie en welzijn in de wijk. Verder kunnen
gemeenten investeren in de inzet van ondernemers die willen investeren met de inzet van
mensen met een beperking, de sociale ondernemers.
Winst: meer kansen voor mensen met een beperking en/of een uitkering. De gemeente
besteedt minder geld aan uitkeringen.
Hoe verbinden?
Gemeenten kunnen de verbinding op alle vijf de punten ontwikkelen. Of op een aantal
onderdelen ervan. De vijf genoemde aanknopingspunten voor verbinding staan elk op
zichzelf.
Gemeenten staan voor de opgave om nieuwe taken en verantwoordelijkheden op het sociale
domein voor te bereiden. En dat alles met minder geld. Dat kunnen ze niet alleen, de kennis
en ervaring van burgers en van aanbieders is van belang. Gemeenten voelen de urgentie om
de ondersteuning aan kwetsbare burgers op een andere manier te gaan organiseren. Meer
samenhang aanbrengen en meer integraal werken. Een complexe veranderopgave voor
gemeenten. De verandering betekent veel voor burgers. Bijvoorbeeld voor ouders die
eindelijk hun gehandicapte kind op een vorm van dagbesteding hebben geplaatst waar ze
tevreden over zijn. Of voor een grote zorginstelling die gewend is om zelf voorzieningen in te
richten en nu gedwongen worden om samen te werken en te vernieuwen.
De keuze voor het ontwikkelen van een nieuwe verbinding tussen maatschappelijke
ondersteuning, activering en werk is een besluit van de gemeente, in overleg met gebruikers
en aanbieders. Dat vraagt om daadkracht en om lef, vrijheid geven aan experimenten en
pilots om ervaringen op te doen. Het vraagt ook om investeren in mensen, samenwerking en
ontwikkeling van nieuwe instrumenten.
Wil de gemeente daadwerkelijk nieuwe werkwijzen doorvoeren, dan zal de gemeente ruimte
moeten geven aan burgers en professionals om zelf en met elkaar te kijken wat past en wat
kan. Dat proces moet vooral niet top-down worden afgedwongen. De mogelijkheden moeten
verkend worden en er moet ruimte zijn om te experimenteren. Professional moeten mandaat
hebben en doorzettingskracht.
Gebruikers en huidige aanbieders moeten uitgedaagd worden om vernieuwing in te zetten.
De financiering vanuit verschillende instanties en regelgeving bemoeilijkt het integraal
werken. Het leidt tot versnippering en verkokering. Organisaties handelen vanuit hun eigen
belang van de eigen organisatie en het eigen aanbod, dat vraagt om een omslag in denken
4
en handelen. Het goed regelen van budget, mandaat en bevoegdheden is van groot belang.
In tijden van bezuinigingen en minder geld zijn vaak vernieuwingen mogelijk en kan een
nieuwe beweging tot stand komen. De kunst is de juiste focus te houden voor verandering
richting integraal werken nabij de burger en de burger weer centraal te stellen.

Download het rapport ‘Winst door verbinden werk, activering en maatschappelijke
ondersteuning’.
http://www.gemeenteloket.minszw.nl/binaries/content/assets/Re-integratie/2012-1025/Verkenning-Winst-door-verbinding-def.pdf
[Bron: www.vng.nl]
5
Download