Onderwijs voor iedereen op De Bras De Bras. Eén bouwkeet, vijftien leerlingen en twee leerkrachten, waarvan er één directeur is. Dat zijn de kale feiten. Maar het vooruitzicht van een bijzondere interactie en de bevlogenheid en visie die erachter steken, beloven veel goeds. Komend schooljaar heeft de school al meer ruimte nodig. Het aantal aanmeldingen is aanzienlijk toegenomen. De Bras werkt volgens het ethosprincipe en biedt adaptief onderwijs in de meest pure vorm. Directeur Sietske de Spaey: ’’Wij gaan uit van het vragende kind. Leerkrachten zoeken bij de vraag van het kind de geschikte materialen of kinderen worden uitgedaagd zelf een antwoord op hun vraag te vinden. Zo kiezen kinderen een thema. Onlangs was dat voedsel. Vanuit dat thema stellen ze zich een aantal vragen en zoeken daar zelf een antwoord op. Daarbij kunnen ze de hulp vragen van een volwassene of van hun medeleerlingen. Koken was daar ook een onderdeel van, waardoor ze bijvoorbeeld met maten en gewichten aan de gang gingen. Zo proberen we een uitdagende leeromgeving te scheppen waarin kinderen op een voor hen betekenisvolle manier leren. We werken wel toe naar de kerndoelen van het basisonderwijs, maar op een andere manier. Wanneer kinderen zelf keuzes kunnen maken, zijn ze veel intensiever betrokken bij het leerproces. Dat gaat als het ware vanzelf. Ook de ouders zijn enthousiast. We hebben veel meer aanmeldingen dan verwacht, in augustus starten we met twee groepen van dertig kinderen!’’ Vinex De aanwas van nieuwe kinderen bestaat uit verschillende niveaus. Er zijn kinderen die voor het eerst naar de basisschool gaan, maar ook kinderen die al ouder zijn. De Bras ligt in een vinex-wijk, waar veel gezinnen naar toe verhuizen. ’’Daar zitten kinderen bij die al op een reguliere basisschool les hebben gehad. Je ziet zo’n kind binnenkomen en de leerkracht aankijken met een blik van ’zeg het maar’. ’Nee’, roepen wij dan, ’zo werken wij hier niet. Zeg jíj het maar!’ Binnen twee weken draaien deze kinderen mee alsof ze nooit anders hebben gedaan.’’ De nieuwbouwschool wordt in augustus 2005 opgeleverd. Bovenop de basisschool komt een dependance van de hogeschool Inholland. Leerkrachten in opleiding zien hun partner in onderwijs dagelijks door de gangen lopen. De ultieme ’training on the job’. ’’Ik had er zelf wel willen zitten!’’, reageert Naomi Mertens enthousiast op de vraag of ze ooit haar eigen kinderen bij De Bras zou aanmelden. ’’Het concept spreekt mij enorm aan, en het doet recht aan de ontwikkelingswensen van het kind.’’ Mertens is beleidsmedewerker onderwijskundige zaken en identiteit en binnen die functie deels verantwoordelijk voor het concept. ’’Ik hou me bezig met opleiden binnen de school, en zo ben ik er bij betrokken geraakt. De opleiding en de school in één gebouw. Van daaruit zijn we gaan praten met elkaar’’, vertelt Naomi. ’’Eén leeromgeving waar iedereen leert: kinderen, studenten en leerkrachten. Wij vonden het meteen fantastisch.’’ Oefenmateriaal Het idee is even simpel als doeltreffend en kent een hoge mate van interactie. De aankomend leerkrachten hebben hun ’oefenmateriaal’ voor handen. De kinderen krijgen onderwijs volgens de nieuwste onderwijskundige inzichten. ’’We hadden heel veel vragen vanaf het moment dat het idee begon te borrelen’’, aldus Naomi. ’’Wat voor leerkrachten heb je hiervoor nodig? Hoe ziet de opleiding voor nieuwe leerkrachten eruit? Wat kunnen we doen met doorgaande professionalisering? Het hele concept paste. Als je ervan uitgaat dat mensen blijven leren, dan blijft iedereen in deze vorm steeds nieuwe dingen tegenkomen. Dat komt door de voortdurende interactie tussen de groepen. Dit wordt een plek waar iedereen zich blijft ontwikkelen.’’ De samenwerking tussen de SCO Lucas en de hogeschool verloopt goed, al gaat het niet altijd even snel als Mertens hoopt. Door deze manier van leren in De Bras verandert de structuur, de organisatie en het curriculum, zowel voor de kinderen en leerkrachten, als voor de studenten en docenten. Uitgaan van het vraaggerichte kind, betekent voor studenten en docenten dat vanuit de praktijk naar de theorie wordt gekeken, en ook alleen als de vragen ernaar zijn. Een forse ommezwaai. ’’Binnen de visie van Inholland is voor ons veel mogelijk’’, vertelt Naomi. ’’Die kwam ook overeen met de visie van De Bras. Maar de organisatie van dat onderwijs vraagt nogal wat aanpassingen in het onderwijsprogramma, en dat kost tijd. Opleiden in de school is overigens niet nieuw. Bij de SCO Lucas hebben we er ook al wat ervaring mee. Duale trajecten, stagetrajecten, LIO’s, zij-instromers, Professional Development School. Ik denk dat straks vijftig procent van de aankomende leerkrachten nog een traditioneel opleidingstraject doorloopt. De rest wordt werkplekgestuurd opgeleid. Hiermee maken we ook een koppeling tussen onderwijskundig beleid en personeelsbeleid. Met dit soort concepten kunnen we de uitstroom van leerkrachten verminderen. Zo’n plek waar iedereen blijft leren, motiveert.’’ Eisenpakket Van een leerkracht wordt op De Bras veel gevraagd. ’’Denk je maar eens in, om toch alles te kunnen volgen en sturen. Je moet de leerlijnen uitermate goed in je vingers hebben. Je moet zicht hebben op de hele ontwikkeling van het kind tussen groep één en groep acht. Verschillen in ontwikkeling tussen kinderen moet je kunnen herkennen en kunnen beoordelen. Daarnaast moet je over kennis en vaardigheden beschikken voor het inzetten van diverse didactieken. Kinderen leren niet allemaal op dezelfde manier. En ten slotte moet je goed kunnen kijken, observeren, om te kunnen zien wat een kind nodig heeft. Je houding ten opzichte van het kind moet nieuwsgierig zijn. Een fors eisenpakket’’, geeft Naomi toe, om daar lachend aan toe te voegen: ’’Maar een leerkracht is ook niet zomaar iemand.’’ [Annemarie Breeve] Ethos, hoe zat het ook al weer? Een ethosschool onderschrijft het door Luc Stevens geformuleerde pedagogisch concept en ontwikkelt zich binnen de grenzen van de belangrijkste uitgangspunten. Zo leren leerlingen zichzelf kennen als de belangrijkste actor in hun ontwikkeling. De school geeft vorm aan de belangrijkste voorwaarden voor zelfverantwoordelijkheid en zelfregulatie: competentie (laten zien wat je kunt), relatie (uitgedaagd en ondersteund door leraren en medeleerlingen) en autonomie (de kans krijgen het zelf te doen). De leerkrachten bemiddelen in de ontwikkeling door uit te dagen en te ondersteunen (dialoog) en te verschuiven van aanbodgericht naar vraaggericht werken. Binnen de organisatie hebben de volgende scholen ethos als speerpunt van beleid: SBO Merlijn, De Krullevaar, De Schakel, Willemspark, Paschalis, SBO Rozenvoorde en De Bras. Op andere scholen is ook aandacht voor ethos en adaptief onderwijs. Bron: voorpublicatie van een uitgave van de SCO Lucas over ethos en SBO De Rozenvoorde door Rikie van Blijswijk en Merlijn Wentzel.