Beroepsproduct Deelopdracht Economie Financiële problemen bij poppodia in Nederland Tamara Lejic 2074137 Marieke Prinssen 2071436 Jovana Djurdjevic 2066410 Luuk de Graauw 2072619 Klas 48BK1BV Bestuurskunde / Overheidsmanagement Propedeusejaar ‘s Hertogenbosch 10-10-2013 Tutor: Wim Dankers Inhoudsopgave Inleiding: .................................................................................................................................................. 3 Hoofdstuk 1: Maatschappelijk probleem & organisaties ........................................................................ 4 Hoofdstuk 2: Grolsch & W2 ..................................................................................................................... 6 2.1: Verdieping Grolsch ....................................................................................................................... 6 2.2: Verdieping W2 .............................................................................................................................. 7 Hoofdstuk 3: Overheidsingrijpen ............................................................................................................ 8 Bronnenlijst: ............................................................................................................................................ 9 2 Inleiding: Financiële problemen bij poppodia in Nederland Wij hebben voor dit probleem gekozen, omdat wij geïnteresseerd zijn in muziek. Ook hebben we voor de opdracht al wat informatie opgedaan en daaruit bleek dat er veel informatie over het onderwerp is te vinden. De financiële problemen in de sector van de popmuziek zijn groot Als men problemen gaat oplossen, wordt niet meteen aan de sector van de popmuziek gedacht. Dit probleem wordt meestal achtergesteld en daar willen wij iets aan veranderen. In deze deelopdracht gaan we als eerste naar de organisaties kijken die betrokken zijn bij ons probleem. Het betreft zowel commerciële bedrijven als non-profit, overheden op nationaal en internationaal niveau en de verdieping daarop. Daarmee bedoelen we dat we ook naar de inkomsten gaan kijken van deze organisaties en de belangrijkste producten die ze voortbrengen en aanbieden op de markt. Vervolgens gaan we ons verdiepen in een commercieel bedrijf. Hiervoor hebben we gekozen voor Grolsch. Hierna bespreken we een non-profit organisatie: we hebben gekozen voor een poppodium, W2. Tenslotte bekijken we welke redenen de overheid heeft om in te grijpen zowel in het algemeen als bij ons maatschappelijk probleem, de economische instrumenten die de overheid daarbij gebruikt en welke maatregelen de overheid inzet om marktfalen te corrigeren. 3 Hoofdstuk 1: Maatschappelijk probleem & organisaties Ons maatschappelijk probleem is: financiële problemen bij poppodia in Nederland. De kern van ons probleem is dat er minder subsidies worden gegeven aan poppodia, waardoor ze dus in financiële problemen terechtkomen. Dit is een probleem, omdat de consequenties zowel de poppodia raken als de artiesten en de bezoekers. Het probleem vergroot de kans op werkloosheid voor de vaste werknemers die de poppodia in dienst hebben, maar ook voor de artiesten die optreden. De artiesten raken ook hun werk kwijt. Daarnaast zorgt het probleem ervoor dat de muzikanten geen ervaring meer kunnen op doen door op te treden op een poppodium. Om toch de omzet te halen, gaan poppodia bijvoorbeeld de kaartjes duurder maken, waardoor de bezoekers er ook de dupe van worden. Het raakt dus verschillende groepen in de Nederlandse samenleving. Commercieel Non-profit Overheden Nationaal Internationaal 1,2 5 4.1 6 Niet nationaal (gemeentelijk) 3 4.2 1. Leveranciers van drank, bijvoorbeeld Grolsch. Het product dat Grolsch voortbrengt is bier. Ze brengen verschillende soorten bier voort. 2. Boekingsbureaus voor artiesten. Boekingsbureaus brengen diensten voort, ze verkopen namelijk optredens van artiesten aan een poppodium. 3. Poppodia: Poppodia zijn non-profit organisaties. Ze zijn niet doelgericht om winst te maken, maar om de markt te voorzien van een bepaalde behoefte. Ze brengen de volgende dienst voort: het verzorgen van een avond vol muziek voor de bezoekers. 4. 1. De rijksoverheid heeft ook een aandeel in de bezuinigingen van poppodia, want ze verdelen de subsidies over de gemeenten. Dit is de dienst van de overheid. 2. De gemeenten verdelen de subsidies onder poppodia. Dit is de dienst die de gemeenten voortbrengen. 5. Brancheorganisaties. Bij poppodia zijn verschillende brancheorganisaties betrokken, zoals de VNPF. ‘Een van de doelen van de VNPF is de collectieve belangen behartigen op het gebied van de poppodia en festivals in Nederland. Ook ontwikkelt ze diensten voor haar leden, hiermee wil ze de prestaties van de leden verbeteren.’1 Ze brengen hiermee dus een dienst voort. 6. Grolsch: ‘Tot dan toe is het bedrijf, dankzij het groeiende succes op de Nederlandse markt, niet echt in het buitenland geïnteresseerd geweest. Inmiddels wordt het Grolsch bier in meer dan 70 landen ter wereld verkocht.’ Ze brengen het product bier dus ook internationaal voort. De inkomsten per organisatie: Commercieel (nationaal): De leveranciers, zoals Grolsch, ontvangen hun inkomsten van de poppodia, omdat ze bier inkopen voor de bezoekers. De poppodia geven Grolsch ook geld voor het leveren van bier. Daarnaast sponsoren deze leveranciers ook diverse evenementen, waaruit ze hun inkomsten kunnen halen. De boekingsbureaus ontvangen hun inkomsten van de poppodia die de artiesten inhuren, dus de optredens betalen. 1 http://www.vnpf.nl/over-vnpf 4 Non-profit (gemeentelijk): De poppodia ontvangen hun inkomsten van de bezoekers die een kaartje kopen voor de optredens die daar gehouden worden en van de subsidie die ze van de gemeenten krijgen. Daarnaast ontvangen ze hun inkomsten ook door de drankomzet die gemaakt wordt. Overheden (nationaal en gemeentelijk): De Rijksoverheid krijgt haar inkomen binnen door de volgende inkomstenbronnen: de directe belastingen, indirecte belastingen, premies volksverzekeringen, premies werknemersverzekeringen en gasbaten. 2De gemeenten ontvangen een deel van de inkomsten uit het Gemeentefonds, een fonds waarin het Rijk jaarlijks een deel van de belastingopbrengst stopt en verdeelt over de gemeenten. Daar vallen de subsidies dus ook onder. Naast inkomsten uit het Gemeentefonds ontvangen de gemeenten doeluitkeringen van het Rijk. Daarnaast mag een gemeente zelf belasting heffen. De onroerendezaakbelasting is de belangrijkste bron van eigen inkomsten. Andere bronnen van inkomsten zijn de toeristenbelasting, de hondenbelasting en de parkeergelden.3 Nationaal non-profit: De brancheorganisaties krijgen hun inkomsten door het lidmaatschap dat leden betalen. De VNPF leden betalen naast de contributie ook SENA afdracht via de VNPF. 4 Internationaal profit: Grolsch ontvangt uit het buitenland ook inkomsten van de consumenten die bier kopen. Niet alleen bij evenementen, maar ook in de winkels. De belangrijkste producten en diensten die aangeboden worden: - Grolsch: het belangrijkste product dat zij aanbiedt is bier. Zowel in Nederland als in het buitenland. - Boekingsbureaus: ze bieden optredens (diensten) van artiesten aan. Niet alleen maar muzikanten, maar bijvoorbeeld ook dj’s en overig entertainment. - Poppodia: deze organisaties bieden een podium voor artiesten, maar ze leveren ook een dienst aan bezoekers: ze verzorgen de muziek. - Brancheorganisaties: ‘Deze organisaties leveren een dienst door zich in te zetten voor professionalisering van de branche en om de branche een gezamenlijke stem te geven.’5Ze komen dus op voor de werknemers die in een bepaalde branche werken. - Rijksoverheid: De Rijksoverheid levert een dienst aan de burgers in Nederland. Ze weegt belangen tegen elkaar af, investeert in de toekomst en treedt op als dat nodig is.6 - Gemeente: De gemeente levert net zoals de Rijksoverheid een dienst. De gemeente zorgt ervoor dat de inkomsten die ze ontvangt van de Rijksoverheid goed verdeeld worden. Daarnaast houdt ze zich bezig met verschillende terreinen, bijvoorbeeld verkeer. Hierdoor probeert men in eigen gemeente de problemen op te lossen. Ze levert hiermee dus een dienst aan haar burgers. Ten slotte voeren gemeentes het landelijke en eigen beleid uit.7 2 http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/overheidsfinancien/inkomsten-en-uitgaven http://www.overheid.nl/zowerktdeoverheid/wievormendeoverheid/degemeente 4 http://vnpf.nl.greenhost.nl/media/files/vnpf-contributie-podia-2013.pdf 5 http://www.ondernemeneninternet.nl/brancheorganisaties.html 6 http://www.anababa.nl/praktisch/organisaties/rijksoverheid 7 http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/gemeenten/taken-gemeente 3 5 Hoofdstuk 2: Grolsch & W2 2.1: Verdieping Grolsch Onze profit-organisatie is Grolsch. Zoals in vraag 1 benoemd, biedt zij als belangrijkste product bier aan. Er is sprake van een heterogene oligopolie, want er zijn enkele bedrijven die concurreren met Grolsch (bijvoorbeeld Heineken). Daarnaast is de toetreding beperkt, omdat er dus enkele concurrenten zijn op de markt. Dit zorgt ervoor dat het best moeilijk kan zijn om op deze markt als beginnende ondernemer actief te zijn. Ook is het een heterogene oligopolie, omdat de koper een verschil aanvaardt tussen bijvoorbeeld Heineken en Grolsch. Wij gaan het vijfkrachten model van Porter bespreken, door elke kracht afzonderlijk te bekijken. De eerste kracht die wij gaan bespreken is interne concurrentie. Een oligopolie heeft een hoge concentratiegraad. Dit betekent dat er niet zoveel concurrentie is op de markt. De interne concurrentie is dus niet heel groot en daarmee de concurrentie-intensiteit ook niet. De tweede kracht is Subsituutproducten. Grolsch heeft met veel substituutgoederen te maken, zoals andere alcoholische dranken van andere merken. De concurrentie-intensiteit is hierbij dus best groot. De derde kracht is de positie van de afnemers van de bedrijfstak. Grolsch heeft niet een hele sterke positie in de markt, omdat er concurrentie is op de markt. Hiermee bedoelen we dat er nog andere A-merken zijn waarmee Grolsch moet concurreren. De concurrentie-intensiteit is hierbij vrij hoog. De vierde kracht is Leveranciers. Doordat de concentratiegraad groot is bij Grolsch en er maar enkele leveranciers zijn, hebben de leveranciers best veel macht. De concurrentie-intensiteit is hierbij groot. De laatste kracht is de mogelijke toetreding. Doordat er bij een oligopolie een beperkte toetreding is, is de toetredingsdrempel niet laag maar ook niet hoog. Ook doordat Grolsch een groot bedrijf is en concurreert met andere grote bedrijven, zal een individuele ondernemer niet snel een eigen bedrijf oprichten op deze markt. De concurrentie-intensiteit is dermate groot, dat individuele ondernemers het niet aan durven om een onderneming op te richten op deze markt. Als we kijken naar de productlevenscyclus, zien we dat Grolsch al een tijd in de rijpheidsfase zit. In het geval van ontwikkelingen, kunnen ze in de stagnatiefase terechtkomen. Dit kan aan de crisis liggen, waardoor mensen minder bier gaan kopen. De vergroting van de afzet van Grolsch begint ten koste te gaan van de afzet van bijvoorbeeld concurrent Heineken. De rivaliteit tussen die twee is groot. Daarnaast sluit Grolsch een overname/fusie niet uit: ze staan er open voor.8Daarom is hier ook sprake van de rijpheidsfase. Grolsch bepaalt de prijs van het product, door te letten op de enkele concurrentie die in de markt aanwezig is. Daarnaast veranderen ze de prijs van bier, als hun omzet daalt. Het ligt ook aan de ontwikkelingen die zich in de maatschappij voordoen. De prijs wordt boven de kostprijs vastgesteld, om de aanbieders (producenten )te beschermen op de markt. Doordat bier een luxegoed is, dus geen primair goed, kiezen ze ervoor om niet de burger te beschermen. De inkomenselasticiteit verwachten we boven de 1, omdat het hier gaat om een luxegoed. Als het inkomen van de consumenten stijgt, gaan meer mensen bier kopen. De vraag reageert dus sterk op de verandering van het inkomen van de consumenten. 8 http://www.iex.nl/communitycall/80/Koninklijke-Grolsch-NV/detail.aspx 6 2.2: Verdieping W2 De W2 is een voorbeeld van een poppodium. Zoals in vraag 1 besproken, is dit een non-profit organisatie, die een dienst verleent aan de bezoekers van de W2. De meest belangrijke dienst die ze verleent, is het verzorgen van muziek. Bij deze dienst zijn er meerdere aanbieders. Dit komt doordat elke gemeente een eigen poppodium heeft. Er zijn ook gemeentes die meer dan één poppodium hebben, zoals de gemeente Amsterdam. Het gaat hier dus om de marktvorm oligopolie. Bij een oligopolie is er sprake van beperkte concurrentie. Je kunt deze concurrentie bevorderen door middel van het verdelen van de subsidie die de W2 ontvangt van de gemeente. Als een gemeente voortaan alleen subsidie geeft aan W2 per activiteit (dus niet in één keer), dan kunnen andere muzikale plekken ook deel gaan nemen aan de markt, waardoor er concurrentie komt. Zo kan er ook op andere plaatsen live muziek verzorgd worden. Hierbij kan wel het nadeel zijn dat W2 failliet kan gaan, omdat de voorkeur van consumenten op andere muzikale plekken kan vallen. De afnemers, in dit geval de bezoekers, moeten een prijs betalen voor een toegangskaartje. Als ze dan binnen zijn, kunnen ze zelf kiezen of ze geld betalen voor drank of niet. De poppodia bepalen de prijs door te kijken naar de variabele kosten en de constante kosten. Om deze kosten te kunnen dekken, gaan ze de prijzen van de kaartjes bepalen. Daarnaast wordt de prijs boven de kostprijs gesteld, omdat ze niet de bezoekers gaan beschermen, maar juist de kosten die ze maken willen dekken. Ze kiezen er dus voor om de producenten te beschermen. Er is sprake van merit goederen, omdat de overheid subsidies verstrekt aan poppodia. Ze willen het gebruik ervan stimuleren. Wel worden de subsidies die de overheid verstrekt aan poppodia minder, maar het blijft alsnog een merit goed. Tenslotte reageert de vraag elastisch op een prijsverandering van dezelfde dienst. Als de prijs van deze dienst namelijk stijgt (dus de kaartjes duurder worden), dan gaan minder mensen de poppodia bezoeken. De vraagelasticiteit is hierbij -1 of groter. Het gaat namelijk om een luxegoed. 7 Hoofdstuk 3: Overheidsingrijpen De overheid heeft drie redenen om in te grijpen in de werking van markten: De eerste reden kan zijn allocatie. Dit houdt in dat de producent ervoor moet zorgen dat de prijs van het product/dienst dat aangeboden wordt gebaseerd is op de prijswensen van de consument. Een andere reden is redelijke inkomensverdeling. Wanneer het product dat door de producent wordt aangeboden leidt tot een onredelijke inkomensverdeling, gaat de overheid ingrijpen. De laatste reden is stabilisatie. Dit houdt in dat als er geen sprake is van een gelijkmatige en evenwichtige economische groei, de overheid er voor zorgt dat dit wel tot stand komt. 9 De vorm allocatie is van toepassing, omdat de productiefactoren (arbeid, kapitaal, natuur en ondernemerschap) verspreid zijn per poppodium. Doordat de overheid er voor kiest om de subsidies te verlagen, moet de producent op een andere manier aan zijn inkomsten komen. Hij kan de prijs van de kaarten verhogen, wat er voor zorgt dat het product niet gebaseerd is op de prijswensen van de consument. De overheid heeft verschillende economische instrumenten om in te grijpen. De overheid kan bijvoorbeeld een minimumprijs instellen om poppodia te beschermen. Er kan ook een maximumprijs ingesteld worden om de bezoekers van poppodia te beschermen. De overheid heeft al vaak ingegrepen in de sector van de poppodia met enkele economische instrumenten: subsidies en belastingen. Zoals hierboven besproken is , verdeelt de overheid haar inkomsten over de gemeenten. De overheid bepaalt dus de hoeveelheid subsidies die gegeven wordt aan poppodia. Ons maatschappelijk probleem heeft hier mee te maken, want doordat er nog maar weinig subsidie wordt gegeven aan poppodia, komen ze in financiële problemen terecht. Daarnaast zijn er verschillende ontwikkelingen geweest betreffende het verhogen en verlagen van de btw bij podiumkunsten. In de sector poppodia was de btw van 6% verhoogd naar 19%. Uiteindelijk is de BTW toch weer verlaagd naar 6%. De reden hiervoor was dat het hoge BTW-tarief in combinatie met de subsidieverlaging de poppodia te veel werd. Door de btw-verlaging moet de sector weer meer geld verdienen. 10 De overheid heeft dus al enkele instrumenten gebruikt om in deze sector in te grijpen. De maatregelen die in de praktijk zijn ingesteld om de marktfalen te corrigeren, zijn marktconforme maatregelen. Door subsidies te verstrekken, willen ze het gedrag van mensen en producenten beïnvloeden.11 Ook belasting is een marktconforme maatregel. Door belasting te heffen, verhogen ze de kosten in de sector van de poppodia ( door middel van het marktmechanisme). De belastingverhoging vertaalt zich bijvoorbeeld in de hoogte van de kaartjes. De kaartjes werden duurder door de btw-verhoging. Het gevolg hiervan was dat poppodia minder omzet gingen draaien.1213 Zoals hierboven besproken, is de btw-verhoging nu weer verlaagd. 9 Boek Algemene economische basisprincipes http://3voor12.vpro.nl/nieuws/2012/mei/BTW-verlaging-onzeker.html 11 http://www.encyclo.nl/begrip/marktconforme%20maatregelen 12 http://www.thepostonline.nl/2012/05/30/btw-verlaging-dus-weer-goedkoper-naar-het-theater/ 13 http://3voor12.vpro.nl/nieuws/2012/juni/Grote-podia-verlagen-ticketprijzen-Doornroosje-niet.html 10 8 Bronnenlijst: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. http://www.vnpf.nl/over-vnpf http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/overheidsfinancien/inkomsten-en-uitgaven http://www.overheid.nl/zowerktdeoverheid/wievormendeoverheid/degemeente http://vnpf.nl.greenhost.nl/media/files/vnpf-contributie-podia-2013.pdf http://www.ondernemeneninternet.nl/brancheorganisaties.html http://www.anababa.nl/praktisch/organisaties/rijksoverheid http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/gemeenten/taken-gemeente http://www.iex.nl/communitycall/80/Koninklijke-Grolsch-NV/detail.aspx Boek Algemene economische basisprincipes http://3voor12.vpro.nl/nieuws/2012/mei/BTW-verlaging-onzeker.html http://www.encyclo.nl/begrip/marktconforme%20maatregelen http://www.thepostonline.nl/2012/05/30/btw-verlaging-dus-weer-goedkoper-naar-hettheater/ 13. http://3voor12.vpro.nl/nieuws/2012/juni/Grote-podia-verlagen-ticketprijzen-Doornroosjeniet.html 9