ziekte van Parkinson

advertisement
ziekte van Parkinson
informatie voor patiënten
Wat is de ziekte van Parkinson?
De ziekte van Parkinson is een van de meest voorkomende ziekten van het
zenuwstelsel en treft zowel mannen als vrouwen.
De ziekte is het gevolg van het toenemend afsterven van de zenuwcellen die de
spierbewegingen regelen. Daartoe produceren ze dopamine, een scheikundige
stof die nodig is om prikkels door te geven van de ene naar de andere hersencel
(neurotransmitter). Dopamine speelt een essentiële rol bij het vlotte verloop van
alle spierbewegingen.
Bij parkinsonpatiënten bemoeilijkt het tekort aan dopamine de aansturing van de
spieren en de controle over de bewegingen. Het bewegingsapparaat zelf is niet
aangetast.
Hoe ontstaat de ziekte?
De oorzaak van het toegenomen celverlies is nog ongekend. Waarschijnlijk is het
een combinatie van factoren, zoals erfelijke achtergrond en schadelijke
omgevingselementen.
Ongeveer 15% van de parkinsonpatiënten hebben een of meerdere familieleden
met de ziekte. De kans om de ziekte te krijgen, is ongeveer drie keer groter bij
personen die een ouder met de aandoening hebben.
De ziekte van Parkinson komt ook vaker voor in sterk geïndustrialiseerde
gebieden. België telt ongeveer 30 000 patiënten.
De meeste patiënten vertonen de eerste tekenen van de ziekte tussen de 50 en
70 jaar, maar soms beginnen de symptomen vroeger. Hoewel de ziekte van
Parkinson meestal langzaam verergert, stabiliseert de aandoening soms
gedurende enkele jaren.
Symptomen van de ziekte
De ziekte van Parkinson uit zich op verschillende wijzen. De drie meest
kenmerkende verschijnselen - beven, stijfheid en trager bewegen - zijn niet
noodzakelijk tegelijkertijd aanwezig.
•
Beven
Traag en ritmisch beven, vooral van de handen, is het meest opvallende kenmerk
van de ziekte van Parkinson. In de beginfase komt het beven meestal voor aan
één zijde van het lichaam, bijvoorbeeld aan één been of één arm.
De patiënt kan het beven niet onderdrukken. Het is een spontane reactie, vooral
als het lichaam in rust is (rusttremor). Valt de patiënt in slaap, dan houdt het beven
op. Een derde van de parkinsonpatiënten beeft nooit.
•
Stijve spieren
Aanvankelijk beperkt de stijfheid zich tot de spieren van de ledematen. De armen
zijn stijf en voelen zwaar aan. Deze spierstijfheid wordt ervaren als zwakte van de
spieren. Later voelen ook andere spieren van het lichaam stijver aan.
Elke beweging moet bewust worden uitgevoerd en kost meer moeite, aangezien
de patiënt telkens weer die stijfheid moet overwinnen. Handelingen zoals uit bed
komen, voeten vegen, kleren aantrekken en dichtknopen, kosten veel moeite.
Omdat de spieren als het ware voortdurend aangespannen zijn, kunnen ze zich,
wanneer dat voor bepaalde handelingen nodig is, moeilijk ontspannen.
Onderzoek toont een verhoogde, schokkende weerstand bij passieve
bewegingen in de pols of in de elleboog (het tandradfenomeen).
•
Trager bewegen
Bewegingen verlopen trager dan normaal (bradykinesie). De patiënt heeft moeite
met kleine en fijne handelingen zoals knopen en veters vast- of losmaken, een
brief schrijven, enz. Bij het schrijven worden de letters steeds kleiner (micrografie)
en soms kriebelig of zelfs onleesbaar.
•
Moeilijker bewegen
Onbedoelde aarzelingen, blokkeringen of verstarring tijdens een beweging
(akinesie of freezing) vormen een probleem voor de parkinsonpatiënt. Soms lijkt
het alsof de patiënt in een stoel vast zit of zijn voeten aan de grond kleven. In
beweging komen, stappen of stoppen, wordt moeilijk. Bewegingen vloeiend in
elkaar laten lopen, is niet meer vanzelfsprekend en ook de beweging stoppen,
kan problemen geven (propulsie).
•
Andere lichaamshouding
De patiënt houdt zijn bovenlichaam naar voren gebogen en laat zijn armen strak
langs het lichaam hangen, de elleboog en de pols een beetje gekromd. Door
deze ongewilde, onnatuurlijke houding klagen sommige patiënten over een stijve
nek, pijn in de schouders, de rug en de bovenarmen.
Parkinsonpatiënten bewegen traag en zetten korte en schuifelende stappen. De
armen bewegen niet mee en het lijkt wel alsof er lood in de schoenen zit. ‘s
Nachts kan de patiënt last hebben van spierkrampen in de kuiten.
•
Neiging om te vallen
Door hun voorovergebogen houding, hypotensie, tragere reactiesnelheid en
door de voeten minder hoog op te tillen, kunnen parkinsonpatiënten makkelijker
vallen of struikelen over een kleine oneffenheid.
De ziekte van Parkinson tast niet alleen de zenuwbesturing van de spieren aan,
maar ook van de huid en diverse inwendige organen.
•
Vette huid
Door een overmatige productie van huidsmeer kan de huid van het gezicht
opvallend glimmen. Soms heeft de patiënt last van buitensporig zweten, maar
ook verminderde of geen transpiratie is mogelijk.
•
Masker over het gelaat
De gezichtsuitdrukking is strak en toont weinig emoties (pokerface). De oogleden
knipperen weinig en ook de ogen zelf bewegen minder. De handen en de rest
van het lichaam “praten niet mee”. Deze onverschillige uitdrukking geeft de
indruk van emotionele afstandelijkheid (afrosodie).
•
Moeite met slikken en spreken
Door de beperkte beweeglijkheid van de mondspieren, de keel en het middenrif,
spreekt de patiënt op een zachte, vlakke toon. De uitspraak van sommige letters
kan problemen geven en door hun zwakke stem zijn patiënten soms moeilijk
verstaanbaar.
In een verder gevorderd stadium van de ziekte heeft de patiënt vaak klachten
over overmatige speekselvorming of zelfs kwijlen als gevolg van het minder
slikken en een voorovergebogen houding.
•
Minder goed zien
De ziekte van Parkinson kan leiden tot een tragere reactie van de oogspieren die
de ogen laten draaien, waardoor lezen moeilijker kan worden. De patiënt heeft
een wazig zicht of ziet dubbel.
Het vermogen om kleuren te onderscheiden, kan afnemen en door het
verminderd knipperen van de ogen kan de patiënt last hebben van droge ogen. I
•
Problemen met darmen en blaas
Parkinsonpatiënten hebben soms last van trage stoelgang of obstipatie. Ze
moeten vaker plassen, langzamer en in kleinere hoeveelheden.
•
Vermoeidheid en slaapproblemen
Omdat een groot aantal spieren ongewild continu zijn aangespannen, verbruikt
het lichaam onnodig veel energie. De parkinsonpatiënt raakt sneller vermoeid en
voelt zich ook overdag slaperig, zelfs in rust. Anderzijds worden patiënten ’s
nachts vaak wakker, en kunnen ze moeilijk de slaap weer vatten.
•
Psychische klachten
De hoeveelheid klachten en beperkingen (vergeten, trager denken, moeilijk
concentreren, aarzeling bij ruimtelijke oriëntatie) leidt tot angst, onzekerheid en
schaamte. Psychische spanningen kunnen de stress verhogen en zo de
symptomen van de ziekte verergeren.
Het gevoel van eigenwaarde krijgt een flinke deuk. Een algehele malaise en een
tekort aan bepaalde stoffen in de hersenen kunnen depressie veroorzaken.
Op latere leeftijd komt de ziekte van Parkinson vaak voor in combinatie met
dementie.
Diagnosestelling
De eerste tekenen van de ziekte zijn meestal zo klein en onduidelijk dat er in de
beginfase zelden aan de ziekte van Parkinson wordt gedacht. De eerste klachten
situeren zich bovendien dikwijls in één lichaamshelft. De diagnose stellen is
daarom vaak moeilijk en is vooral gebaseerd op de verschijnselen.
Verloop van de ziekte
Het ziektebeeld is opvallend verschillend van vorm, ernst en ontwikkeling.
De ernst van de klachten kan enorm wisselen, zelfs in de loop van één dag. Soms
worden patiënten daarom niet serieus genomen: ze stellen zich aan; het zijn de
zenuwen. Maar dat is zeker niet het geval. De ziekte van Parkinson is niet van
psychologische aard.
De symptomen van de ziekte verdwijnen niet, maar nemen toe door de jaren
heen. Hoewel spontaan herstel onmogelijk is, is de ziekte niet dodelijk. De
gemiddelde levensverwachting van de patiënten is dezelfde als die van personen
die de ziekte niet hebben.
Behandeling van de ziekte
De ziekte van Parkinson is niet te genezen. De behandeling bestaat uit het
bestrijden van de symptomen: medicatie, fysiotherapie, logopedie en/of een
operatie om de conditie en de spierkracht op peil te houden of om afname ervan
te beperken.
•
Medicatie
Afhankelijk van de klachten die de patiënt in zijn dagelijkse leven ervaart, bepaalt
de arts in gezamenlijk overleg of en welke medicatie nodig is. De behandeling
bestaat meestal uit een combinatie van verschillende geneesmiddelen om het
dopamine-gehalte te verhogen. Er zijn geen medicijnen die de natuurlijke
aanmaak van dopamine kunnen herstellen.
Levodopa (krachtig middel waarvan de dosis heel geleidelijk wordt opgevoerd)
Dopamine-agonisten: Mirapexin®, Permax®, Requip®.
Amantadine: Amantan®.
Selegiline: Eldepryl®
Comt-remmers: (kleuren de urine fel oranje) Comtan®, Tasmar®
Anti-cholinergica: Akineton®, Artane®, Tremblex® en Disipal®
Stavelo® (een combinatie van levodopa en camtan).
Opgelet
Om een zo normaal mogelijk bewegingspatroon te behouden en om
ongewenste effecten te vermijden, is het belangrijk dat de patiënt de
voorgeschreven medicatie correct inneemt: de juiste dosis op het juiste tijdstip.
•
Fysiotherapie
Kine- en ergotherapie helpen de patiënt om zo actief mogelijk te blijven. Ze
hebben immers een positieve invloed op de klachten en voorkomen nieuwe
problemen zoals broze beenderen, obstipatie en hartklachten.
Door aangepaste oefeningen kan de patiënt zich gemakkelijker, zekerder en
vrijer bewegen en leert hij met zijn specifieke mogelijkheden en beperkingen om
te gaan. Zijn zelfvertrouwen groeit.
De fysiotherapeuten hebben specifieke aandacht voor bepaalde dagelijkse
activiteiten zoals in en uit bed komen, opstaan uit een stoel, lopen en zich
omdraaien, huishoudelijke taken enz.
•
Logopedie
De logopedist zorgt voor aangepaste oefeningen en hulpmiddelen bij slik- en
spraakproblemen.
•
Operatie
Soms maakt een operatie deel uit van de behandeling om het beven, de
onvrijwillige bewegingen en de stijfheid te verminderen. De transplantatie van
hersencellen bevindt zich voorlopig nog in een experimentele fase.
Wat kan u zelf doen?
Voor parkinsonpatiënten is het vooral belangrijk om voldoende actief te blijven.
hou uw conditie op peil en zorg ervoor dat u in beweging blijft.
•
Blijf bewegen
Onderhoud uw conditie en spierkracht door voldoende te wandelen, te fietsen,
aan gymnastiek te doen of te zwemmen.
Als stappen moeilijk gaat, concentreer u dan enkel op de eerstvolgende voetstap.
Na een tijdje gaat het weer wat vlotter. Soms helpt het door even een andere
beweging te doen, zoals een paar stappen achteruit of opzij.
Met geduld en doorzettingsvermogen remt u de beperkingen van de
ziekteverschijnselen af.
•
Geniet van de “goede dagen”
Als parkinsonpatiënt verlopen niet alle dagen even vlot. Geniet van de “goede
dagen” en gebruik ze om uw spierkracht te trainen en uw conditie te
onderhouden. Ook een goede nachtrust is zeer belangrijk.
Opgelet
Neem uw medicatie correct in: de juiste dosis op het juiste tijdstip. Moet u een
onderzoek of een ingreep ondergaan, dan bespreekt u dit best tijdig met de
behandelende arts zodat uw medicatie niet onderbroken moet worden.
•
Neem rustig de tijd
Let extra op bij vanzelfsprekende bewegingen zoals tegelijkertijd lopen en praten
(een lichamelijke en een mentale taak) of opstaan uit een stoel met een kop koffie
in de hand (twee lichamelijke taken).
Doe een ding tegelijk. Dat vermindert de kans op een ongelukkige valpartij.
Nuttige telefoonnummers
Hebt u na het lezen van deze brochure nog vragen, aarzel dan niet om contact op
te nemen met uw behandelende geneesheer of de verpleegkundigen van de
eenheid.
Centrum neurologie
t. 056 63 34 20
Neurologen
dr. Paul Bourgeois
dr. Guy Meersman
dr. Dirk Peeters
dr. Patrick Vanderdonckt
dr. Evelien Vancaester
dr. Frederik Vanhee
Verpleegeenheden
campus kennedylaan - Pres. Kennedylaan 4 - 8500 Kortrijk
verpleegeenheid 1 - t. 056 63 11 00
verpleegeenheid 2 - t. 056 63 12 00
vzw az groeninge
zetel: Pres. Kennedylaan 4 | 8500 Kortrijk
t. 056 63 63 63 | f. 056 63 63 69 | www.azgroeninge.be
vu: Jan Deleu, Pres. Kennedylaan 4 | 8500 Kortrijk
doc. 33134 – juli 2016
ziekenhuis internationaal erkend door JCI voor veilige zorg en kwaliteit:
www.azgroeninge.be/kwaliteit
Download