Structuur projectorganisaties oorzaak van problemen? (2) Edwin Steffens, Robbert Karreman Wat is de ideale inrichting van de projectorganisatie om problemen te voorkomen? Deel twee van een drietal artikelen die gebaseerd zijn op onderzoek van de auteurs aan de Universiteit van Nijmegen. Dit onderzoek concentreert zich op de actoren opdrachtgever, technische adviseur en installateur. Vraagstelling van het onderzoek: Is de structuur van de projectorganisatie een oorzaak van conflicten binnen projecten? Dergelijke conTabel 1. flicten leiden tot het overschrijden van budgetten en planningen. Escalatiegraad Escalatieniveaus volgens Glasl 1 Samenwerking met incidenteel afglijden in spanningen en fricties 3 Geen woorden maar daden Fase I 2 Fase II Polarisatie 4 Zorg voor imago en coalitie 6 Dreigingstrategieën en overheersen 5 Fase III Gezichtsaanval en gezichtsverlies 7 Vernietigen van het sanctiepotentieel van de tegenpartij 9 Totale (zelf-)vernietiging 8 Versplinteren van de tegenpartij Conflicten in bouwprojecten Conflicten zijn eigen aan projecten. Het is van belang hoe men tegen con- flictueuze situaties aankijkt en hoe conflicten effectief kunnen worden gehanteerd. Het op tijd onderkennen van een conflict is niet gemakkelijk. Een conflict is er niet zomaar, maar komt meestal langzaam maar zeker op en wordt pas als ‘conflict’ ervaren wanneer het tegen het ‘kookpunt’ aan- hangt. Conflicten kunnen positieve en negatieve invloeden hebben. Uit verschillende studies blijkt dat een beperkte mate van conflict de creativiteit in groepen verhoogt. Overigens hangt dit mede af van de inhoud van het conflict en de wijze waarop er mee wordt omgegaan. Oorzaken van conflicten Oorzaken van conflicten worden ook wel antecedente condities genoemd. Antecedente condities zijn eigenlijk basiscondities van conflicten zoals organisatie-, relatie-, en persoonskenmerken. Binnen het onderzoek spelen alleen de organisatie- en relatiekenmerken een grote rol. Organisatie- kenmerken als oorzaak van conflicten lijken samen te hangen met de struc- tuur van de organisatie. De volgende basiscondities zitten in het onderzoek: • Hiërarchische niveaus; • Concentratie van specialismen; ing. Robbert Karreman, drs. Edwin Steffens, K & R Consultants, Deventer 23 • Taken verantwoordelijkheden en bevoegdheden; • Onderlinge afhankelijkheid tussen actoren. augustus/september 2008 Escalatieniveaus van conflicten Conflicten kunnen verschillende escalatieni- veaus hebben. Dit wordt ook wel de fase van het conflict genoemd. Glasl [2] heeft negen escalatie- graden beschreven, gebaseerd op eigen actieon- In het eerste artikel [1] is vooral ingegaan op de verschillende bouw- organisatiemodellen. In dat artikel gaven wij aan dat het traditionele model bij uitstek geschikt is in situaties die niet complex zijn en waarbij de te prefereren technische oplossing voor de hand ligt. Voor de toepas- sing van het bouwteammodel geldt eigenlijk dezelfde beoordeling op de derzoeken van dertig conflictsituaties en analyse kenmerken van bouworganisatiemodellen. satieadviseurs. Deze negen escalatiegraden zijn het inschakelen van een technisch advies. Door een afname van transpa- van tachtig praktijksituaties van andere organiin drie hoofdfasen onderverdeeld, zie tabel 1, Voor elke fase is een specifieke conflictbemiddeling aan te wijzen. Fase I: gespreksfacilitatie (een goed gesprek). Aanleiding om dit model toe te passen is vaak een kostenreductie voor rantie in verantwoordelijkheden nemen de faalkosten toe. Het vernieuw- de bouwteam model (samenwerkingsmodel) wordt op de bouworganisatie kenmerken positief beoordeeld. De faalkosten zijn er niet als gevolg van de ontwerp- en uitvoeringsverantwoordelijkheid die bij één partij Fase II: procesbegeleiding, onderhandeling, ligt. Het model is bij uitstek geschikt in complexe situaties waarbij de Fase III: specialistische mediation, arbitrage, de juiste technische oplossing en hieraan gekoppeld het benodigde bud- probleemoplossing, mediation. mogelijke installatieconcepten divers zijn waardoor het voorspellen van machtsingreep of autoriteitsbeslissing. get moeilijk vooraf is te voorspellen. Om conflicten in het veldonderzoek [3] meetbaar Het meetbaar maken van conflicten Basiscondities van conflicten te maken, wordt het begrip conflict specifiek binnen de 3 modellen voor bouwprojecten geoperationaliseerd. De eer- condities herkenbaar zijn binnen projectorgani- ste indicator waar naar gekeken wordt is het Het is nu interessant om te kijken welke basis- saties. Aan de hand van deze toelichting kan, soort conflict. De eerste variabele die daarbij nadat de projectorganisatiestructuur is beschre- taakconflicten kunnen worden onderscheiden in kader) worden bepaald in hoeverre deze basis- wordt herkend is het aantal taakconflicten. Deze twee soorten, namelijk taakconflicten over ven (zie het eerste artikel, samenvatting in condities aanwezig zijn binnen de verschillende (schaarste van)middelen en taakconflicten over projectorganisatiemodellen. naar wordt gekeken is de impact van het conflict deze beoordeling. doelen en strategie. De tweede variabele waar of de conflicten. Deze impact kan op meerdere In tabel 2 wordt een samenvatting gegeven van manieren worden bepaald. In de eerste plaats Variabelen van organisatiestructuur II of III) het conflict zich bevindt. Naast de fase tuur van invloed kan zijn op het ontstaan van wordt beoordeeld in welke escalatiehoofdfase (I, waarin het conflict zich bevindt, kan de duur van een conflict ook een indicatie geven van de impact van het conflict. Een volgende indicator van het conflict is de wijze waarop het conflict is opgelost. De voorzichtige conclusie die uit dit vooronder- Nu duidelijk is geworden dat organisatiestrucconflicten, is het belangrijk om de variabelen van organisatiestructuur te bepalen. Op basis van deze variabelen kunnen de drie projectorganisatiemodellen worden beoordeeld. De definitie van organisatiestructuur is: zoek kan worden getrokken is dat de structuur De indeling van te verrichten werkzaamheden in op de problemen binnen een project. De doelstel- bevoegdheden. van een projectorganisatie van invloed kan zijn ling van het onderzoek is een bijdrage leveren aan het verminderen van de conflicten binnen functies en taken, verantwoordelijkheden en De hoofdvariabele is arbeidsverdeling. Comple- grote complexe bouwprojecten door een analyse mentair aan deze variabele is de variabele be- tiestructuur op conflicten tijdens de uitvoering singsbevoegdheid heeft te maken met de vastge- te geven van het effect van de projectorganisa- van het bouwproject. slissingsbevoegdheid. De toegewezen beslis- stelde bevoegdheden en de betrekkingen waarin Tabel 2. Aspecten van basiscondities Traditionele projectorganisatie Bouwteam Samenwerkingsmodel Concentratie van specialismen Hoog Hoog Laag Hiërarchische niveaus Taken, bevoegdheden Onderlinge afhankelijkheid tussen actoren 24 Sterk aanwezig Duidelijk Laag Sterk aanwezig Onduidelijk Laag Beperkt aanwezig Duidelijk Hoog augustus/september 2008 verdelen van taken over verschillende functies en afdelingen zorgt ervoor dat er coördinatie tus- sen de onderling samenhangende werkzaamhe- den moet worden gebracht. Hiervoor dienen in de organisatiestructuur voorzieningen te worden ingebouwd. In dit verband worden verschillende typen interdependenties onderscheiden (Keuning & Eppink, 2004). Gepoolde interdepen- Figuur 1. Samenhang tussen interdependenties en bepalende factoren de actoren tot elkaar staan bij de uitvoering van hun taken, in veel managementliteratuur wordt dit regelcapaciteit genoemd. Elke vorm van arbeidsdeling, aangevuld met beslissingsbe- voegdheid is een breuk in het grote geheel. In figuur 2 worden nu de verschillende aspecten Arbeidsverdeling is het indelen van de taken die voortvloeien uit de processen binnen een organi- satie. Regelen is het ingrijpen in een proces in geval van afwijking, waardoor de output van het van minimale en maximale arbeidsdeling weergegeven die hiervoor in het kort zijn besproken. Hierna worden de drie modellen vergeleken met de aspecten van maximaal en minimaal mogelijke arbeidsdeling. die eraan zijn gesteld. Regelcapaciteit is het ver- Beoordeling van de modellen op arbeidsdeling mogen om in te grijpen, regelnoodzaak verwijst naar de mate waarin er een beroep wordt gedaan Model 1: traditionele model op dit vermogen. ke hiërarchische organisatiestructuur. Boven- ne en externe regelcapaciteit. Bij externe regel- Onder de opdrachtgever wordt de installatiead- capaciteit vindt de ingreep buiten het taakdo- mein plaats. Bij interne regelcapaciteit vindt het ingrijpen plaats binnen het eigen taakdomein. &Bouwkostenkunde Huisvestingseconomie hang. Dit is in figuur 1 weergegeven. proces blijft voldoen aan de wensen of normen Regelcapaciteit kan worden uitgedrukt in inter- en minimaal mogelijke Tussen de drie interdependenties en een aantal dit dus geen variabele, maar een gevolg van ingevuld. arbeidsdeling Voor reciproke ook ‘wederkerige’.) bepalende factoren bestaat een zekere samen- arbeidsdeling die op correcte wijze dient te zijn Aspecten van maximaal interdependentie (voor interdependentie kan ook ‘onderlinge afhankelijkheid’ worden gelezen. Coördinatievoorzieningen worden dan geïntro- duceerd om deze breuk te herstellen. In feite is Figuur 2. dentie, seriële interdependentie en reciproke De traditionele projectorganisatie heeft een ster- aan in de hiërarchie staat de opdrachtgever. viseur geplaatst, daaronder weer de installateur. Er is sprake van maximale arbeidsdeling. Door het functionaliseren worden taken en verant- Bij het vergaand opdelen van taken, dat wat bij woordelijkheden gesplitst. Een organisatiestruc- hebben de taken nauwelijks tot geen regelcapa- vaardigheid en flexibiliteit van de organisatie. klassiek ingerichte organisaties het geval is, citeit. In deze organisaties is er sprake van externe regelcapaciteit en regelnoodzaak. Het tuur bij maximale arbeidsdeling beperkt de slagDaar is in het traditionele model dan ook sprake van. In het traditionele model is de regelcapaci- 25 teit extern. De uitvoerende partij (installateur) heeft nauwelijks tot geen bevoegdheden. Tussen de opdrachtgever, installatieadviseur en instal- lateur is er sprake van seriële interdependentie. lende actoren is daarmee niet gewaarborgd. Tussen de opdrachtgever, installatieadviseur en installateur is er sprake van seriële interdependentie. De output van één actor is de input van De output van één actor is de input van de ande- de andere actor. De output van de installatiead- hoge eisen gesteld aan deze output op het gebied traditionele model. Dat betekent dat de input re actor. Binnen complexe projecten worden van volledigheid en juistheid, immers de output van één actor levert de input voor de volgende en dient derhalve correct te worden opgesteld. Er is in dit model dus geen sprake van wederkerig- viseur is alleen minder ver uitgewerkt dan in het voor de installateur minder duidelijk is vastgelegd. Dat kan prima functioneren, echter de interdependentie tussen de adviseur en installa- teur moet dan reciproke zijn, inclusief de bijbe- heid en verwevenheid, maar afhankelijkheid. horende coördinatievoorzieningen, gekoppeld Door het aanbrengen van een hiërarchische Model 2: bouwteammodel In dit model zijn de coördinatievoorzieningen verschil tussen de actoren. Net als binnen het zijn. organisatiestructuur ontstaat er al een positie- traditionele model is deze hiërarchische structuur sterk aanwezig. In de eerste plaatst de opdrachtgever, daaronder de installatieadvi- seur, daaronder weer de installateur. Binnen dit aan een gedeelde verantwoordelijkheid. Maar aan geen van deze voorwaarden wordt voldaan. niet afgestemd op de interdependenties die er Model 3: samenwerkingsmodel In het samenwerkingsmodel is er sprake van een beperkte hiërarchische organisatiestructuur. model is er nog wel sprake van arbeidsdeling, al Hierdoor ontstaat er al een vermindering van nele model. Er is nog steeds geen sprake van eindverantwoordelijke, maar alle partijen dra- is het in iets mindere mate dan bij het traditiogedeelde verantwoordelijkheid. De installateur die toetreedt in het bouwteam neemt de verant- positieverschil tussen de actoren. Er is wel een gen bij in deze verantwoordelijkheid. Binnen dit model is er nog maar beperkt sprake van woordelijkheid voor het ontwerp over van de arbeidsdeling. De adviseur is de intermediair lijkheidsgebied zorgt eigenlijk voor een nog min- volledig verantwoordelijk is voor het ontwerp en installatieadviseur. Dit diffuse verantwoorde- der transparant verantwoordelijkheidsgebied en kan leiden tot verschillende doelen, belangen en visies. Omdat de installateur het ontwerp van de adviseur verder uit moet werken zou je ver- wachten dat de gelijkwaardigheid tussen de tussen de opdrachtgever en de installateur die de uitvoering ervan. De scheiding tussen denken en doen is hiermee weggenomen. De rol van de adviseur is meer die van intermediair tussen opdrachtgever en installateur, door met de opdrachtgever zijn wensen te vertalen in instal- adviseur en installateur dichter bij elkaar komt. latieconcepten en de installateur te helpen met lijkheid van het ontwerp dat de adviseur heeft werp. De adviseur en installateur hebben een grote kloof in gelijkwaardigheid. De adviseur seren van de centrale projectdoelstelling. Echter, doordat de installateur de verantwoorde- opgesteld over neemt, ontstaat er een juist een doet namelijk afstand van zijn ontwerp en de het vertalen van deze concepten naar een ont- gezamenlijke verantwoordelijkheid in het reali- verantwoordelijkheid daarvoor en staat dus ver- In het samenwerkingsmodel is er sprake van model. teit. Verantwoordelijkheden zijn gedeeld, maar der van de installateur dan bij het traditionele beperkte arbeidsdeling en interne regelcapaci- hebben op sommige zaken duidelijke scheiding, In het bouwteammodel is er sprake van gemid- voornamelijk in de verantwoordelijkheid voor ling en externe regelcapaciteit. Verantwoorde- teur verantwoordelijk voor het opstellen van een delde (tussen minimaal en maximaal) arbeidsde- lijkheden zijn niet gedeeld en ook niet altijd even transparant. Actoren hebben in dit model wel meer autonomie, maar het lijkt meer op een schijnbare autonomie, omdat de verantwoordelijkheden niet transparant zijn, kunnen bepaal- de interne regelacties door externe regelacties worden overruled. De autonomie van verschil26 uitvoering van bepaalde taken. Zo is de installa- ontwerp, dat past binnen een taakstellend budget en voldoet aan een programmering. Maar de installateur heeft wel de regelcapaciteit om dit te kunnen realiseren bijvoorbeeld door het kie- zen van materialen, toepassing van efficiënte bouwmethoden etc. Omdat binnen dit model nog maar beperkt sprake is van arbeidsdeling en in augustus/september 2008 Aspecten van arbeidsdeling Traditionele projectorganisatie Bouwteam Samenwerkingsmodel Functionaliseren Maximaal Gemiddeld Beperkt Scheiden van voorbereiden, ondersteunen en uitvoeren Interdependenties Regelcapaciteit bij uitvoerende taken Toegewezen regelcapaciteit Differentiatie in regelbereik Tabel 3. Maximaal Serieel Beperkt Extern Maximaal Gemiddeld Serieel Beperkt Extern Gemiddeld Beperkt Reciproke Veel Intern Minimaal elk geval sprake is van gezamenlijke verant- waarbij kan worden opgemerkt dat veel aspec- deld ten opzichte van de dynamische omgeving. tiestructuur waarbij de arbeidsdeling minimaal begin van het ontwerpproces, kunnen bijvoor- kans op taakconflicten als gevolg van de organi- teur en van de adviseur worden toegepast. Dit Door de uitvoering van een empirisch onderzoek het ontwerpteam, om binnen budgettaire kaders deze beweringen daadwerkelijk overeind blijven woordelijkheid, kan slagvaardig worden gehan- Door de toelating van de installateur aan het beeld innovaties en creativiteit van de installakan men vertalen als een interne regelactie van te ontwerpen. Tussen de opdrachtgever, installatieadviseur en installateur is er sprake van reciproque interde- ten positief bijdragen aan een gezonde organisa- is en er sprake is van interne regelcapaciteit. De satiestructuur is daardoor beperkt. in het veld van projecten zal worden bepaald of staan. Dit onderzoek zal worden uitgevoerd door een aantal verschillende projecten te beoordelen op het aantal conflicten dat heeft opgetreden en de impact van deze conflicten. De beschrijving pendentie. De output van één actor is de input van dit veldonderzoek en de conclusies die eraan actoren zijn betrokken bij het ontwerpproces. De en laatste artikel worden opgenomen. maire proces verloopt, de adviseur vertaalt dit Noten van de andere actor, maar ook omgekeerd. Alle opdrachtgever dient aan te geven hoe zijn pri- naar oplossingen en concepten, de installateur maakt hiervan een ontwerp, waarna er weer terugkoppeling plaatsvindt met de adviseur en de opdrachtgever. Vervolgens voert de installa- teur het ontwerp uit in de realisatiefase. verbonden kunnen worden, zullen in het derde 1. Steffens, E. en Karreman, R. ‘Structuur projectorganisaties oorzaak van problemen’. Bouwkostenkunde & Huisvestingseconomie, nr. 3 (september/oktober 2007): 31-34. Coördinatievoorzieningen zijn afgestemd op deze 2. Glasl, F. ‘De dynamiek van de escalatie’. De beoordeling van de drie modellen kan worden 3. Dit veldonderzoek wordt in het derde artikel reciproke interdependenties. weergegeven zoals in tabel 3. De traditionele projectorganisatie lijkt bij de beoordeling van de aspecten van arbeidsdeling veel op een klassieke organisatie inrichting, met M&O, nr. 4 (1981): 278-294. van de reeks beschreven. 4. Keuning, D. en Eppink, D.J. Management & Organisatie. Groningen: 2004. veel schakels, gesplitste verantwoordelijkheid etc. Hierdoor is de kans op taakconflicten erg hoog. Het bouwteammodel heeft bij deze beoor- deling wel een aantal kenmerken waarbij er al minder sprake is van differentiatie in arbeidsdeling en regelcapaciteit. Maar daarnaast heeft deze organisatiestructuur kenmerken van de traditionele projectorganisatie zoals de beperkte regelcapaciteit bij uitvoerende taken en de serië- le interdependenties. Hierdoor hinkt het model op twee gedachten. Ook hierbij kan worden ver- wacht dat de kans op taakconflicten hoog kan zijn. Ten slotte wordt het samenwerkingsmodel beoordeeld op de aspecten van arbeidsdeling, &Bouwkostenkunde Huisvestingseconomie 27