4. Heeft u informatie over de concentratie-kampen in Duitsland en Oost-Europa? Wil men meer weten over de lotgevallen van Nederlanders in Duitse concentratiekampen, dan komen de volgende soorten bronnen voor onderzoek in aanmerking: • op schrift gestelde herinneringen van gevangenen; soms in boekvorm • getuigenissen van de geallieerden, die een concentratiekamp bevrijdden en van de situatie zoals ze die aantroffen, verslag hebben gedaan • getuigenverklaringen in processen tegen de leiders en bewakers van de concentratiekampen. Dit soort bronnen is slechts in beperkte mate bij het Nationaal Archief aanwezig; hiervoor kan de onderzoeker beter terecht bij het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) in Amsterdam (zie ook het antwoord op vraag 2). Toch heeft ook het Nationaal Archief wel enkele archieven op dit gebied (zie verderop ‘Archieven’, rubriek A). Over de (voorbereiding van) de opvang bij terugkeer van oorlogsslachtoffers, waartoe de gerepatrieerde overlevenden uit de concentratiekampen natuurlijk ook behoren, is bij het Nationaal Archief overvloedig bronnenmateriaal voorhanden. Ook zijn er naamlijsten (die lang niet altijd volledig zijn) van gevangenen, overlevenden en overledenen in de archieven te vinden (zie ‘Archieven’, rubriek B). Dit overzicht wordt besloten met een literatuurlijst. Egodocumenten komen hierin niet voor, die zijn te talrijk om op te nemen. Duitse concentratiekampen buiten Nederland Tijdens de Tweede Wereldoorlog (maar in Duitsland zelf al veel eerder) werden tegenstanders van het nationaal-socialisme en ongewenst geachte personen in Duitse concentratiekampen gevangen gezet. Tot die ongewenst geachte personen behoorden onder anderen joden, zigeuners, communisten, socialisten en homoseksuelen. De eigenlijke bedoeling van het regime was dat geen van de gevangenen de kampen ooit levend zou verlaten. Zij die niet tot zware arbeid in staat waren, werden vaak onmiddellijk gedood en vele anderen overkwam dat nadat ze eerst volledig als arbeidskrachten waren uitgebuit. ‘Vernichtung durch Arbeit’, werd dat laatste genoemd. Stierven de kampbewoners niet door onmiddellijke doding of door zware arbeid, dan gebeurde dat wel ten gevolge van de honger of van besmettelijke ziektes. Alle concentratiekampen stonden onder het gezag van de SS (Schutzstaffeln). De SS was de militaire elite van de Duitse Nationaal-Socialistische Arbeiders Partij (NSDAP). Haar leden werden getraind in het martelen, mishandelen en executeren van gevangenen en vormden zo de zogenoemde ‘Totenkopfverbande’. Er waren 22 officiële concentratiekampen in Duitsland en Oost-Europa, met 1202 ‘Aussenlagern/Aussenkommando’s’. De bekendste waren: • Auschwitz • Bergen-Belsen • Buchenwald • Dachau (hier zaten veel verzetsstrijders met religieuze achtergrond) • Flossenburg • Lublin-Majdanek • Mauthausen • Natzweiler (Nacht und Nebel) • Neuengamme • Ravensbrück (aanvankelijk een kamp voor vrouwen) • Sachsenhausen • Stutthof • Theresienstadt. Vernietigingskampen Adolf Hitler liep al sinds de jaren 20 van de vorige eeuw met plannen rond om ‘de joden’ uit te roeien. Sinds hij half Europa onder de voet had gelopen en met name Polen had bezet, werd over mogelijkheden om die vernietiging (de ‘Endlösung’) daadwerkelijk te realiseren, nagedacht. In of vlakbij bezet Polen zouden vernietigingskampen worden gevestigd (zie het lijstje hieronder). In Polen woonde van alle bezette gebieden immers het grootste aantal joden, waardoor het probleem van het transport sterk werd vereenvoudigd. De afgelegen ligging van de daartoe bestemde gebieden zou bovendien ontdekking van hetgeen daar bedreven werd, onwaarschijnlijk maken. Aanvankelijk werden, met name in de Sovjet-Unie en Litauen, joden, maar ook andere `vijanden van de staat’, doodgeschoten of in vergassingsauto’s vermoord. In december 1940 werd te Chelmno het eerste vernietigingscentrum in gebruik genomen. Ook hier werkte men nog met vergassingsauto’s. In de overige vernietigingskampen werden speciale gaskamers gebouwd, waar grote aantallen joden tegelijk gedood konden worden. Het waren: • Chelmno-Kulm • Belzec • Sobibor • Treblinka. • Auschwitz-Birkenau • Lublin Majdanek. De laatste twee waren zowel ‘gewone’ concentratiekampen als vernietigingskampen. De meeste uit Nederland gedeporteerde joden zijn in Auschwitz en Sobibor om het leven gebracht. Via het ‘Polizeiliches Judendurchgangslager Westerbork’ werden ze per trein, opeengepakt in veewagons, naar deze bestemmingen vervoerd (zie voor Westerbork bij het antwoord op vraag 5). In Mauthausen, Natzweiler, Neuengamme, Ravensbrück, Sachsenhausen en Stutthof waren overigens ook gaskamers. Andere soorten kampen Naast de concentratiekampen bestonden er ook doorgangskampen, ‘Arbeitslager’, ‘Arbeitserziehungslager’ (strafkampen voor arbeiders die van onwilligheid hadden blijk gegeven of daarvan beschuldigd werden), en andere soorten kampen. Ook deze kampen stonden onder het gezag van de SS. In het algemeen was de situatie er even mensonterend als in de officiële concentratiekampen. Repatriëring van overlevenden De regering in Londen was ervan op de hoogte dat een aantal Nederlandse verzetslieden en een groot deel van de joodse bevolking, nadat ze waren opgepakt, naar concentratiekampen waren vervoerd. Van de gruwelijke omstandigheden in die kampen drongen slechts heel af en toe geruchten door naar de buitenwereld, reden waarom de overheid niet, als dat al mogelijk was geweest, handelend optrad. De Londense regering stelde in mei 1943 op voorstel van J. van den Tempel, minister van Sociale Zaken, een interdepartementale commissie in om de terugkeer van (concentratiekamp-)gevangenen en tewerkgestelden na de oorlog voor te bereiden (de ‘Commissie-Hondelink’). Op basis van een tussentijdse aanbeveling van deze commissie werd vervolgens op 15 oktober 1943 een ‘Regerings-commissariaat voor de Repatriëring’ ingesteld onder leiding van regeringscommissaris G.F. Ferwerda. Van meet af aan was er verschil van inzicht tussen minister Van den Tempel en de Commissie-Hondelink, met name over de vraag of de repatriëring een burgerlijke dan wel militaire verantwoordelijkheid was. Mede als gevolg hiervan verliep de repatriëring en eerste opvang van Nederlandse oorlogsslachtoffers uit de concentratiekampen bepaald niet vlekkeloos. Dat had ook te maken met het volgende. Regeringscommissaris Ferwerda zou er voor zorgen dat een aantal ‘repatriëringsofficieren’ naar het bevrijde deel van Duitsland zou worden gestuurd. Die officieren zouden van daaruit de terugkeer voorbereiden. Duitsland werd echter door geallieerde legers bevrijd en daarna bezet gehouden. Ferwerda’s repatriëringsofficieren waren geen militairen, terwijl het ‘Supreme Headquarters Allied Expeditionary Forces’ (SHAEF), het geallieerde hoofdkwartier, uitsluitend zaken wilde doen met militaire autoriteiten. De repatriëringsofficieren waren bovendien ongewapend en konden dan ook niet met de geallieerde voorhoede meetrekken. In april 1945 werden de eerste Duitse concentratiekampen bevrijd. De opvang Het gevolg van de gebrekkige samenwerking tussen Ferwerda’s officieren en het geallieerde opperbevel was derhalve dat er geen Nederlandse hulpverleners klaar stonden om de nog in leven zijnde gevangen landgenoten te repatriëren. Er arriveerden bovendien wel teams van het Franse en Belgische Rode Kruis, maar niet van het Nederlandse. Ook waren de Nederlanders ondervertegenwoordigd in het personeelsbestand van de UNRRA (United Nations Relief and Rehabilitation Administration). Nederlandse kampbewoners werden daardoor in een laat stadium door het Britse en Amerikaanse leger gerepatrieerd. Het Militair Gezag heeft hun terugkomst naar Nederland bovendien bewust enige tijd getraineerd omdat het een gelijktijdige toevloed van vele duizenden terugkerenden niet zou kunnen verwerken. Meer dan honderdduizend ex-gevangenen moesten daardoor enige tijd in Belgische en Franse kampen wachten voordat zij naar Nederland konden terugkeren. Over de ervaringen van ex-gevangenen bij hun terugkeer in Nederland is in 2002 een aantal rapporten in boekvorm verschenen van de Stichting Onderzoek Terugkeer en Opvang Oorlogsgetroffenen (SOTO; zie de literatuurlijst). ARCHIEVEN Rubriek A. HET LEVEN VAN GEVANGENEN in de DUITSE CONCENTRATIEKAMPEN • toegang 2.02.14 ; nadere toegang 2.02.18 Kabinet van de Koningin, 1898-1945, dossierarchief Londen, 1940-1945 N.B.: zie naast de hier genoemde inv.nrs. ook de algemene series van het archief. inv.nr. 9108, dossier 150, nr. 12 . Kapitein A. Boelaars: rapport over mijn bezoek aan Sandbostel bij Bremervörde. in inv.nr. 9114, dossier 176, nr. 5. Rapport van het Bureau Inlichtingen over het concentratiekamp voor vrouwen in Ravensbrück, april 1945. • toegang 2.04.80 Ministerie van Binnenlandse Zaken: Bureau Nationale Veiligheid, 1945-1946 inzage van persoonsdossiers alleen mogelijk na schriftelijk verzoek inv.nr. 2675 Getuigenis van een voormalig geïnterneerde in de kampen Buchenwald, Gleina en Sachsenhausen. • toegang 2.05.49 Ministerie van Buitenlandse Zaken: Gezantschap Zwitserland, 1914-1954 inv.nr. 613 Rapport inzake de toestand in het concentratiekamp Theresienstadt, 1943-1945. • toegang 2.05.55 Ministerie van Buitenlandse Zaken: Ambassade in de Bondsrepubliek Duitsland te Bonn, 1945-1954; Nederlandse Militaire Missie bij de Geallieerde Bestuursraad Berlijn, 1945-1955 inv.nr. 263 Stukken betreffende de berichtgeving over concentratiekampen in Rusland, Duitsland en Nederland, 1952. • toegang 2.05.80 Ministerie van Buitenlandse zaken in Londen, 1940-1945 inv.nr. 2436 Stukken betreffende aantekeningen over een rapport van een bezoek van een vertegenwoordiger van het Internationale Rode Kruis aan het concentratiekamp Theresienstadt, 1944-1945. inv.nr. 2437 Stukken betreffende de berichtgeving over Duitse gruweldaden in concentratiekampen, 1944-1945. • toegang 2.09.08 Ministerie van Justitie: Directoraat-Generaal Bijzondere Rechtspleging (DGBR), 1945-1952 (1983) inv.nr. 550 Concentratiekampen 1945-1949. Hierin documentatie betreffende een deel van het proces te Neurenberg, onder meer over medische experimenten in enkele concentratiekampen. inv.nr. 707 Gegevens over Duitse concentratiekampen, met getuigenverklaringen, 1946-1947. inv.nrs. 888–896 Dossiers over concentratiekampen, verzameld ten behoeve van de Bijzondere Rechtspleging. 888 Kamp Dora, 1950 889 890 891 893 894 895 896 897 • Kamp Natzweiler-Stutthof, 1949-1950 Kamp Neckar, 1949 Kamp Neuengamme, 1946-1950 Kamp Ravensbrück, 1950 Kamp Sobibor, 1946-1950 Kamp Wesseling, 1949 Kamp Zwickau, 1950 Kampen algemeen, 1945-1949. toegang 2.09.10 Ministerie van Justitie, 1945-1947: Stukken A.M. van Tuyll van Serooskerken: Verzameling Misstanden Bewaringskampen; Proces te Neurenberg, 1945-1951 inv.nr. 6 Lijst met misdragingen door Neumeier, Fröhlich, Tewes, Raveneth en Albani. Aantallen overledenen in Mauthausen; verdachten voor het Internationaal Militair Tribunaal (IMT) te Neurenberg; medische experimenten. inv.nr. 18 Case I: Rapport van het Bureau Opsporing Oorlogsmisdadigers (BOOM) over medische experimenten op Nederlanders in Neuengamme, Natzweiler, Mauthausen, Buchenwald, Dachau, Ravensbrück en Auschwitz. • toegang 2.09.34.01. Ministerie van Justitie: Commissie tot het Doen van Aangiften van Overlijden van Vermisten, 19491962 inv.nr. 20 Stukken opgemaakt naar aanleiding van verklaringen van het Westerbork-Auschwitz transport van 7 september 1943. inv.nr. 21 Processen-verbaal van verhoor van enkele repatrianten betreffende hun ervaringen in kampen, nov. 1950 – aug. 1952. inv.nrs. 22-26 Stukken betreffende de transporten van Westerbork naar Auschwitz over de periode 19421944. 22. transporten van 15 juli – 24 augustus 1942 23. transporten van 28 augustus – 12 december 1942 (de zogenoemde ‘Cosel’transporten) 24. transporten van 11 januari – 23 februari 1943 (hierin ook het transport van 22 januari van verpleegden en personeel van het ‘Apeldoornse Bos’). 25. transporten van 24 augustus – 16 november 1943 26. transporten van 25 januari – 3 september 1944. inv.nr. 27 Stukken betreffende de transporten van Westerbork naar Sobibor van 2 maart – 20 juli 1943, z.j. inv. nr. 29 Aantekeningen betreffende het transport van Bergen-Belsen naar Sachsenhausen van 4 december 1944 van 175 hoofdzakelijk Nederlandse diamantbewerkers, z.j. inv.nr. 30 Rapporten van het Informatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis betreffende de transporten van Amersfoort naar Neuengamme in 1944 en 1945, 1949. inv.nr. 31 Overzicht van aantallen personen die uit het kamp Bergen-Belsen naar andere kampen zijn overgebracht, z.j. inv.nr. 32 Stukken betreffende de transporten van Theresienstadt naar Auschwitz van 6 sept. 1943 tot 28 okt. 1944, 1951-1952. inv.nr. 33 Rapport van het Informatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis betreffende het transport van Auschwitz naar Dora-Mittelbau op 29 januari 1945, 1951. inv.nr. 35 Rapport van het Informatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis betreffende de transportmogelijkheden in de jaren 1944 en 1945 van uit Nederland naar Auschwitz, Bergen-Belsen en Theresienstadt gedeporteerde joodse gevangenen en het lot van de nog vermisten, die tot de transporten hebben behoord, 1951. inv.nr. 85 Verslag van de United Nations Commission betreffende het Bergen-Belsen proces van 17 sept.-17 nov. 1945, 1947. inv.nr. 86 Uittreksel uit ‘German crimes in Poland I’ van de Central Commission for Investigation of German Crimes in Poland, betreffende de ‘Destruction of the Jews’, z.j. inv.nr. 89 ‘Etude sur le Camp d’Amersfoort et ses déportations de prisonniers politiques et autres en Allemagne’, door het Inlichtingenbureau van het Nederlandse Rode Kruis samengesteld ten behoeve van het onderzoek naar vermiste gedeporteerden, 1950. • toegang 2.09.61 Ministerie van Justitie, Commissies tot Opsporing van Oorlogsmisdadigers (COOM), 1944-1949 raadpleging van stukken alleen mogelijk na indiening van een schriftelijk verzoek inclusief onderzoeksopzet bij het hoofd Onderzoek van het Nationaal Archief. inv.nr. 189 Rapporten inzake Duitse concentratiekampen, 1945. inv.nr. 286 Overzicht van sinds 1-1-1945 verkregen inlichtingen omtrent concentratiekampen in Duitsland en in Nederland, 1945. inv.nrs. 3921; 3923–3949 Dossiers betreffende concentratiekampen buiten Nederland, [rubriek AB], 1945-1949. Nader toegankelijk via de klappers op naam dader, verdachte en getuige (inv.nrs. 3895-3907) en op plaats van misdrijf (inv.nrs. 3890 – 3894). • toegang 2.13.71 Ministerie van Defensie in Londen, 1941-1945 zie naast de hier genoemde inv.nrs. ook de algemene series van dit archief. inv.nr. 1304 Brief van S.I. Troostwijk inzake de deportatie van joden uit Nederland, 1943. inv.nr. 1310 Brief van een vluchteling inzake een ooggetuigeverslag van de behandeling van Nederlanders in Bergen Belsen, met een verzoek tot interventie door de Nederlandse overheid, 1944. inv.nr. 2988 (zie datum 25-10) Gegevens betreffende Nederlanders die in verschillende concentratiekampen gezeten hebben. inv.nr. 2989, VIIU/17, 153 en 212 en inv.nr. 272, nr.1027 Al deze inventarisnummers bevatten stukken betreffende een mislukte ontsnappingspoging door een grote groep Nederlandse gevangenen uit het concentratiekamp Mauthausen. inv.nr. 2994, (datum 14-5) Overzicht van Duitse concentratiekampen, bestemd voor vrouwen, met aanvullende gegevens over deze kampen. • toegang 2.14.08 Collectie Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie: serie dubbelen, 1933-1966 inv.nrs. 767-776 Getuigenverklaringen betreffende het verblijf in gevangenis of concentratiekamp, alfabetisch geordend op naam van getuige, 1946-1952. inv.nr. 777 Getuigeverklaring van E.A. Cohen over Auschwitz en Westerbork., z.j. inv.nr. 778 Getuigenverklaring van personen die in verscheidene kampen gezeten hebben, z.j. inv.nr. 779 Getuigenverklaringen over het concentratiekamp Bergen-Belsen, 1945-1946. inv.nr. 780 Lijst van bevrijde Nederlanders uit Buchenwald; diverse rapporten inzake het Volksfront; adressenlijst van oud-Buchenwalders; getuigenverklaringen, 1945. Namenlijst van op transport gestelden naar Lemberg, 25-01-1944, 1944-1945. inv.nr. 781 Concentratiekamp Buchenwald: berichten van comités van verscheidene landen over de illegale voorbereidingen voor een internationale antifascistische samenwerking; rapporten over proefblok voor vlektyphus; stukken handelend over de leiders van het kamp, 1945. inv.nr. 782 Namenlijst van Hollanders, overleden in het buitencommando Halberstadt van het concentratiekamp Buchenwald; verklaring van Willem Helstrijd over concentratiekamp Dachau, 1945. inv.nr. 783. Concentratiekamp Dachau: getuigenverklaringen; transportlijst gevangenen van Dachau naar Kottern; naamlijst van Nederlanders in Dachau; deportatielijst 17 jan. 1945, 1944-1946. inv.nr. 784 Deportatielijsten van concentratiekamp Dachau, 1945. inv.nr. 785 Deportatielijsten van concentratiekamp Dachau; dodenlijsten; rapport van het Nederlandse Rode Kruis, afwikkelingsbureau concentratiekampen, 1945, z.j. inv.nr. 786 Getuigenverklaringen en dodenlijsten van concentratiekamp Neuengamme, 1945. inv.nr. 787 Getuigenverklaringen en dodenlijsten van concentratiekampen Neuengamme en Sandbostel, 1945-1946. inv.nr. 788. Getuigenverklaringen en dodenlijsten van concentratiekamp Ravensbrück, 1945. inv.nr. 789 Getuigenverklaringen; fotokopieën van een Franstalig rapport over concentratiekamp Dora, 1945-1946. Rapporten van de International Tracing Service, 1950. inv.nr. 790 Getuigenverklaringen van concentratiekamp Flossenburg, door de Netherlands Tracing Mission opgemaakt, 1950. inv.nr. 791 Getuigenverklaringen van concentratiekamp Mauthausen en buitenkampen, door de Netherlands Tracing Mission opgemaakt, 1950. inv.nr. 792 Getuigenverklaringen van concentratiekamp Natzweiler, door de Netherlands Tracing Mission opgemaakt, 1946-1950. inv.nr. 793 Getuigenverklaringen van concentratiekamp Theresienstadt, opgenomen door The Jewish Central Information Office, 1945. inv. nr. 1454 Overzicht van documenten van de Neurenberg-processen, met betrekking tot het onderzoek naar de gevangenissen en de concentratiekampen, 1954. • toegang 2.21.286 W. Drees, 1900-1985 Beperkt openbaar archief. Raadpleging alleen na toestemming van mw. dr. J.M. Drees, Brinklaan 9, 9722 BA Groningen (tel. 050 5274525). inv.nr. 538 Stukken betreffende zijn publicatie: Een jaar Buchenwald, 1961. inv.nrs. 800-801 Knipsels en aantekeningen uit boeken, artikelen en radio-uitzendingen betreffende het concentratiekamp Buchenwald, z.j. inv.nrs. 802-804 Circulaires, ingekomen bij mevrouw Drees betreffende het verzenden van pakketten, bestemd voor de gijzelaars in Buchenwald, 1940-1941. 802 van het Nederlandse Roode Kruis 803 van de Vereniging van Indische Verlofgangers 804 van de Nederlandsche Indische Sociale Vrouwen Organisatie (Nisvo) inv.nr. 805 Foto van een briefkaart van C.M.J.F. Goseling aan N. Bonselaar, geschreven in Buchenwald, 1941. inv.nr. 816 ‘Entlassungsschein, bewijs van ontslag uit het concentratiekamp Buchenwald’, 1941. inv.nr. 819 Tekst van een gedicht door W. Drees, gegeven aan H.B. Berghuys in Buchenwald, 5 dec. 1940. inv.nr. 820 Brieven betreffende zijn verblijf in Buchenwald, 1941, 1954-1955. inv.nr. 950. Briefwisseling van Drees met (ex)-geïnterneerden in Buchenwald en St. Michielsgestel, 1940-1966. • toegang 2.22.15 Verzameling gedrukte stukken inv.nr. 1957/5082 Neurenberg documenten. Deel uitmakend van de verzameling onderzoek gevangenissen en concentratiekampen; aanvullende regestenlijst, maart 1957, Amsterdam, 1957. inv.nr.5085 Aanvullende toegang en regestenlijst, maart 1957. Amsterdam: 1957 • toegang 2.22.17 Losse aanwinsten Tweede Wereldoorlog inv.nrs. 1-2 Documentatie over concentratiekampen 1. Nazi hel, (Amsterdam 1945), foto’s bijeengebracht en van bijschriften voorzien door Willem van de Poll. 2. Henri Pieck, Buchenwald. Reproducties naar zijn teekeningen uit het concentratiekamp (Den Haag 1945). Rubriek B. GEGEVENS OVER (DE VOORBEREIDING VAN) MAATREGELEN VOOR DE OPVANG VAN TERUGGEKEERDE EX-GEVANGENEN UIT CONCENTRATIEKAMPEN EN HET OPSTELLEN VAN LIJSTEN VAN OVERLEDEN SLACHTOFFERS • toegang 2.02.14; nadere toegang 2.02.18 Kabinet van de Koningin, 1898-1945, dossierarchief Londen, 1940-1945 N.B.: zie naast het hier genoemde inv.nr. ook de algemene series van dit archief. inv.nr. 9097, dossier 76, nr. 9 Rapport van de Minister van Buitenlandse Zaken nopens het verzoekschrift van R.A. Levisson om voorbereidingen te treffen voor het herstel na de oorlog van het normale leven voor het joodse bevolkingsdeel en voor de repatriëring der eventueel nog in leven zijnde joden. • toegang 2.03.01 Ministerie voor Algemene Oorlogsvoering (AOK) en het kabinet van de minister-president (KMP), 1940-1962 inv.nrs. 5470-5478 Stukken betreffende de repatriëring van Nederlanders 5470 Algemeen 1943-1947 5471 België 1945 5473 Duitsland 1944-1948 5475 Finland 5476 Frankrijk 5478 Sovjet-Unie en de door dit land bezette gebieden 1943-1949. inv.nr. 5482 Stukken betreffende klachten aangaande de Repatriëringsdienst, 1946. • toegang 2.03.02 Regeringsdienst ‘Oog en Oor’, Centraal bureau en afwikkelingsbureau, 1945-1946 inv.nr. 39 Stukken betreffende welzijn, maatschappelijke zorg en sociale verzekeringen van gerepatrieerden, 1945-1946. • toegang 2.04.48.14 Centraal Bureau Verzorging Oorlogsslachtoffers (CBVO), sinds 1947 Rijksdienst voor Maatschappelijke Zorg, 1945-1949 • toegang 2.04.51 Ministerie van Binnenlandse Zaken, afdeling hulpverlening aan oorlogsslachtoffers en evacuatiezaken, 1945-1947 • toegang 2.04.52 Ministerie van Binnenlandse Zaken, afdeling Maatschappelijke Zorg, 1948-1952 • toegang 2.05.48.19 Ministerie van Buitenlandse Zaken: Consulaat Lugano, 1923-1948 inv.nr. 14. Naamlijsten van in Zwitserse opvangcentra verblijvende Nederlandse gevangenen uit Theresienstadt; naamlijsten van in Brussel en Parijs teruggekeerde Nederlands-joodse exgevangenen uit Duitse concentratiekampen. • toegang 2.05.49 Ministerie van Buitenlandse Zaken: Gezantschap Zwitserland, 1914-1954 inv.nr. 713 Stukken betreffende Raden Bagous, Bhimo Jodjana en G. Mehr, overleden in Buchenwald, 1944-1946. inv.nr. 717 Stukken betreffende de vrijlating van Nederlanders uit het concentratiekamp Theresienstadt, 1945-1946. • toegang 2.05.55 Ministerie van Buitenlandse Zaken: Ambassade in de Bondsrepubliek Duitsland te Bonn, 1945-1954; Nederlandse Militaire Missie bij de Geallieerde Bestuursraad Berlijn, 1945-1955 inv.nr. 259 Stukken betreffende de werkzaamheden van de Nederlandse Missie tot Opsporing van Vermiste Personen uit de Bezettingstijd (Netherlands Tracing Mission), 1950. • toegang 2.05.57 Ministerie van Buitenlandse Zaken: Ambassade te Parijs, 1943-1955; Consulaat te Parijs 1945-1954 inv.nr. 1051 Stukken betreffende de repatriëring van Nederlanders uit Frankrijk, 1944-1948. inv.nr. 1328 Correspondentie met het consulaat-generaal te Marseille over de vrijlating en repatriëring van Nederlanders uit concentratiekampen, 1944–1945. inv.nr. 1329 Stukken betreffende de repatriëring en evacuatie van Nederlanders, 1944-1946. inv.nr. 1330 Stukken betreffende de repatriëring van Nederlanders die zich in 1945 bevonden of bevonden hadden in de kampen Tröbitz, Allach, Dachau, Wreschen en Lenzig Mauthausen, 1945. inv.nr. 1331 Stukken betreffende de repatriëring van ex-geïnterneerde Nederlanders vanuit het UNRRA-kamp voor Displaced Persons 'Philippeville' te Algiers, met lijsten, 1945. inv.nr. 1332 Stukken betreffende de repatriëring van in het 'Camp Pignerolles' bij Angers aanwezige personen van verschillende nationaliteiten, 1945. inv.nr. 1333 Stukken betreffende het verstrekken van inlichtingen aan het ministerie van Buitenlandse Zaken over de actuele situatie rondom de repatriëring van Nederlanders, met bijlagen inzake de regelgeving in deze, 1945. inv.nr. 1334 Lijst met namen van Nederlanders die op 15 mei 1945 in het kamp Bochum gevangen zaten, 1945. inv.nr. 1335 Lijsten met namen van Nederlanders, ondergebracht in een ziekenhuis te Berlijn, en van Nederlanders die in Duitsland overleden zijn, 1945. inv.nr. 1337 Lijsten van overlevenden uit en gestorvenen in het concentratiekamp Kleingladbach te Vaihingen, 1945. inv.nr. 1338 Stukken betreffende de repatriëring van vreemdelingen en statenlozen naar Nederland, 1945-1946. • toegang 2.05.64 Ministerie van Buitenlandse Zaken: Consulaten Haifa en Jeruzalem, 1934-1954 inv.nrs. 2107-2108 Naamlijsten van Nederlanders die in het concentratiekamp Buchenwald gevangen hebben gezeten (1940-1941) en van in 1944 in Palestina aangekomen Nederlanders vanuit het concentratiekamp Bergen-Belsen. inv.nr. 2092 Stukken betreffende de nalatenschappen van Nederlanders, omgekomen in de concentratiekampen Sobibor, Auschwitz en Westerbork, 1945-1954. • toegang 2.05.80 Ministerie van Buitenlandse zaken in Londen, 1940-1945 inv.nr. 2444 Stukken betreffende het verzamelen van gegevens en het geven van hulp aan Nederlandse joden in Duitse concentratiekampen door de Joodse Coördinatiecommissie te Genève en de Regerings-commissaris Ferwerda te Londen, 1944-1945. inv.nr. 2447 Stukken betreffende de bevrijding van Nederlandse joden uit Duitse concentratiekampen via Zwitserland, Zweden en het kamp van the United Nations Relief and Rehabilitation Administration (UNNRA) te Philippeville, 1945. inv.nr. 2448 Stukken betreffende de instelling en de werkzaamheden van de Joodse Coördinatie Commissie te Brussel, 1945. inv.nrs. 3473–3481 Stukken betreffende organisatie van de repatriëring van Nederlanders uit het buitenland, 1943-1945. inv.nrs. 3483–3502 Stukken betreffen de zogenaamde Commissariaten, instanties in verschillende landen, belast met de zorg voor de repatriëring van Nederlanders, 1943 – 1945. 3483 België, 1944-1945 3484 Curaçao, 1945 3485 Denemarken, 1945 3486 Duitsland, 1945 3487 Frankrijk, 1944-1945 3488 Italië, 1945 3489 Noorwegen, 1945 3490 Oostenrijk, 1945 3491 Palestina, 1944-1945 3492 Polen, 1944-1945 3493 Portugal, 1945 3494 Roemenië , 1945 3495 Sovjet Unie, 1945 3496 Spanje, 1945 3497 Tsjechoslowakije, 1945. 3498 Turkije, 1945 3499 Verenigd Koninkrijk, 1945 3500 Zuid Slavië 3501 Zweden, 1943-1945 3502 Zwitserland, 1944-1945. inv.nr. 3504 Stukken betreffende de vorming van een équipe Polak Daniëls in Zwitserland, bestemd om gedeporteerde Nederlanders in Oost-Europa bij te staan, 1944-1945. • toegang 2.09.08 Ministerie van Justitie: Directoraat-Generaal Bijzondere Rechtspleging (DGBR), 1945-1952(1983) inv.nr. 1278 Repatriëring, 1946-1950. • toegang 2.09.34.01 Ministerie van Justitie: Commissie tot het Doen van Aangiften van Overlijden van Vermisten, 19491962 Het archief bevat dossiers betreffende vermiste personen, 1948-1977, met een alfabetische index. Verder: inv.nr. 18 Aantekeningen betreffende repatrianten uit de kampen Bergen-Belsen, Theresienstadt en Auschwitz, z.j. inv.nr. 28 Opgave door het Informatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis van in de concentratiekampen Westerbork en Buchenwald overleden joodse personen, die op Nederlandse begraafplaatsen ter aarde zijn besteld, september 1946. • toegang 2.09.61 Ministerie van Justitie, Commissies tot Opsporing van Oorlogsmisdadigers (COOM), 1944-1949 raadpleging van stukken alleen mogelijk na indiening van een schriftelijk verzoek inclusief onderzoeksopzet bij het hoofd Onderzoek van het Nationaal Archief. inv.nr. 9 Naamlijsten van op transport naar Theresienstadt gestelde Nederlanders en van Nederlandse personen, bevrijd uit diverse concentratiekampen, samengesteld door de Regeringscommissaris voor Repatriëring te Londen, 1944-1945. • toegang 2.13.25 Militair Gezag, 1943-1947 Hierin: Sectie XIII: Sociaal werk voor oorlogsgetroffenen, p. 228-233 Bureau voor evacuerings-, repatriërings- en verzorgings- oorlogsslachtofferszaken, p. 291-297. Verder: inv.nr. 1285 Stukken betreffende de totstandkoming van verordeningen met betrekking tot repatriëring, 1944-1946. inv.nr. 2745 Instructies voor artsen, werkzaam of ingedeeld bij de Repatriëring, 1944. inv.nr. 2750 Stukken betreffende de behandeling van displaced persons en voormalige politieke gevangenen tijdens hun repatriëring, 1944-1945. inv.nr. 2756 Rapporten, onder meer over repatriëring van Nederlanders, 1945. • toegang 2.13.71 Ministerie van Defensie in Londen, 1941-1945 Zie hierin ook het archief van generaal-majoor A.Q.H. Dijxhoorn als gedelegeerde bij de Combined Chiefs of Staff, 1942-1943, 1945, rubriek ‘Documentatie’, p. I: 202-204. Hierin staten van overledenen en vrijgelatenen uit een groot aantal concentratiekampen, opgesteld in 1945. Verder: inv.nr. 1314 Stukken betreffende de organisatie in Zwitserland van een Équipe de secours aux déportés Néerlandais en Europe Centrale, 1944-1945. • toegang 2.14.08 Collectie Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie: serie dubbelen 1933-1966 inv.nrs. 767-794. • toegang 2.15.43 Regeringscommissaris voor de Repatriëring, 1943-1945 Afdeling Repatriëring en opsporing, 1943-1952 Missie tot opsporing van vermiste personen uit de bezettingstijd, 1947-1952 Missie Polak Daniëls/Boon, 1943-1945 Stukken betreffende repatriëring van de Missies Bern, Parijs, Praag, Zweden, Wenen en Brussel, 1945-1948 Opvangcentra Nieuwe Schans/Hoogezand, Eindhoven en Enschede/Glanerbrug, 1945-1948 ‘Commissie-Hondelink’, 1943-1944 Repatrieerings-Commissie (Commissie-Ferwerda) Missie Willems, 1945-1949. LITERATUUR • • • • • • • • • • • • • Auschwitz-rapport Dl. 1: Het dodenboek van Auschwitz Dl. 2: De deportatietransporten van 15 juli 1942 tot en met 24 augustus 1942 Dl. 3: De deportatietransporten in de zogenoemde Cosel-periode (28 augustus tot en met 12 december 1942) Dl. 4: De deportatietransporten in 1943 Dl. 5: De deportatietransporten in 1944 Dl. 6: De afvoertransporten uit Auschwitz en omgeving naar het Noorden en het Westen en de grote evacuatietransporten Uitgegeven door Het Nederlandse Rode Kruis ( 's-Gravenhage 1947-1952). Sobibor Uitgegeven door Nederlandse Rode Kruis ( 's-Gravenhage 1947). Jules Sillevis, Vernietigingskamp Sobibor: de transportlijsten (Amsterdam 2001). Alfabetische lijst, per transport, met de namen van alle 34.000 Nederlandse joden die in 1943 vanuit Westerbork naar het vernietigingskamp Sobibor zijn gevoerd. André Beening, ‘Machtsstrijd en Machteloosheid. De rol van de Nederlandse overheid bij de repatriëring vanuit West-Europa naar Nederland’, in: Conny Kristel (red.)., Binnenskamers: terugkeer en opvang na de Tweede Wereldoorlog: besluitvorming (Amsterdam 2002). J.M.L. van Bockxmeer, P.C.A. Lamboo, H.A.J. van Schie, Archieven Joodse oorlogsgetroffenen. Overzicht van archieven met gegevens over roof, recuperatie, rechtsherstel en schadevergoeding van vermogens van Joden in Nederland in de periode 1940-1987, vervaardigd in opdracht van de Commissie van Onderzoek Liro-archieven (Den Haag 1998). M.P. Bossenbroek, De Meelstreep. Terugkeer en opvang na de Tweede Wereldoorlog (Amsterdam 2001). Henny E. Dominicus en Alice B. van Keulen-Woudstra, Mauthausen een gedenkboek. Uitgegeven door de Vriendenkring Mauthausen. Met naamlijsten (Amsterdam 1999). F. Drost, Een civiele organisatie in oorlogstijd. Positie en werkzaamheden van het regeringscommissariaat voor de repatrieering in de door de geallieerden bevrijde gebieden in Europa, 1943-1945. Doctoraalscriptie (Leiden 1984). Enquêtecommissie regeringsbeleid 1940-1945. Verslag houdende de uitkomsten van het onderzoek ('s-Gravenhage 1949-1956) dl VI. In memoriam = L’zecher. Naamlijst van honderdduizend uit Nederland gedeporteerde oorlogsslachtoffers. Uitgegeven door de Oorlogsgravenstichting (Den Haag 1995). L. de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog 14 dln (Den Haag 1969-1994) deel 8. Conny Kristel, ‘De moeizame terugkeer. De repatriëring van de Nederlandse overlevenden uit de Duitse concentratiekampen’, in: N.D.J. Barnouw e.a. (ed.), Oorlogsdocumentatie ‘40-’45. Jaarboek van het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie (Zutphen 1989) 77-100. Overzicht der werkzaamheden van het Militair Gezag gedurende de bijzondere staat van beleg, 14 september 1944 – 4 maart 1946. Samengesteld door het afwikkelingsbureau Militair Gezag. 2 dln en losse index (z.pl., z.j.)