Chauvinisme In augustus was ik bij de Olympische Spelen in Athene. Dan zie je net zoals bij het EK Voetbal een enorm Oranjegevoel. We zijn zo eensgezind en Nederland is voor ons alles. Ik zou het fantastisch vinden als Nederlanders net zo enthousiast zouden zijn over het nationaal product als over de nationale sportteams. Nederlanders zijn het minst chauvinistisch van de hele wereld. Ze kijken naar de prijs van een product en niet naar waar het is gemaakt. We zijn wel trots op ons eigen land waar het gaat om de sport, maar waar het gaat om Nederlandse producten, vergeet het maar. We zouden een Oranjegevoel in het Nederlands product moeten krijgen. Het bedrijfsleven zou een grootse actie moeten voeren en daarbij worden ondersteund door de Nederlandse regering. Bijvoorbeeld via Postbus 51. Het buitenland doet dat ook. In de krant lees ik dat Frankrijk zijn grenzen sluit voor Nederlandse tomaten. Duitsland koopt bij voorkeur Duitse openbaarvervoerbussen. Daar zijn wij als enige Nederlandse bussenbouwer niet zeker van in Nederland. Ikzelf ben een echte chauvinist. Alle lampen en televisies in onze bedrijven zijn van Philips. En bij de VDL Groep rijden alleen West-Europese bedrijfsauto’s rond. Eigenlijk zou ik niet alleen willen pleiten voor chauvinisme, maar ook voor protectionisme. Volgens de politiek zou China voor Nederlandse bedrijven kansrijk zijn. Daar ben ik het helemaal niet mee eens. China is een groot gevaar voor onze Nederlandse en Europese economie. Als landen als China en India (tezamen 2,3 miljard mensen) hun overcapaciteit aan mankracht gaan gebruiken om echt te gaan exporteren, dan krijgen wij het hier in West-Europa ontzettend moeilijk. De Nederlandse overheid zal dan in overleg met haar Europese partners gepaste maatregelen moeten nemen. Anders zullen wij Nederlanders op termijn wellicht ook genoegen moeten nemen met een bakje rijst per dag. Dus moedig onze Nederlandse industrie aan met dezelfde emoties als bij de sport. Hup Holland hup!