Samenvatting WERELDWIJS §1 Economie en Maatschappij Aardrijkskunde 3VWO China, een nieuwe hoofdspeler op het wereldtoneel. §2 Explosieve groei economie China. Meer industrie Meer grondstoffen en energie nodig. Chinese ondernemingen voortaan belangrijke investeerders op wereldmarkt. Communistische regering Veel macht overheid en soms weinig rechten burgers. Naar autonomie stevende Tibetanen en Oeigoeren Heftige conflicten Veel vooruitgang in ICT en technologie. Afsluiting internetsites. Made in China Zijderoute: het begin van de vele handelsbetrekkingen. De zijderoute of zijdeweg was een netwerk van karavaanroutes door Centraal-Azië, waarlangs gedurende vele eeuwen handel werd gedreven tussen China en het oosten van Azië aan de ene kant en het Midden-Oosten en het Middellandse Zeegebied aan de andere kant. Eeuwenlang, van de klassieke oudheid tot de late middeleeuwen, was de zijderoute de belangrijkste verbinding tussen oost en west. Lengte: 6500 km Producten: zijde, papier, porselein, specerijen, wol, glas en metaalwaren Naar: http://nl.wikipedia.org/wiki/Zijderoute Voorbeeld macht China: textieloorlog 2005 (pag 58) Afgelopen 10 jaar handel verdubbeld. Belangrijkste handelspartner vol groot deel Azië en Afrika. Vooral export in kleding, schoenen, meubelen en speelgoed. Meeste export naar VS, Japan, Zuid-Korea en Duitsland Voordelen van handelsgroei: Toegang voor westerse bedrijven tot Chinese markt. Amerikaanse en Europese consumenten kunnen goedkope producten vanuit China kopen. Positieve handelsbalans China. Gebruik van beschikbare wereldgrondstoffen door China Overig 5% Staal 25% Cement 50% Steenkool 30% §3 Hongerige draak; oorzaken steeds verdergaande industrialisering, toename autoverkeer en aanleg kantoren en wegen. Jaren 60: China amper geld voor eigen bevolking te voeden, geen industrie en lage levensstandaard Nu: Waarschijnlijk samen met Japan grootste wereldeconomie Stijgend BNI door steeds toenemende industriële productie. Globalisering Zie “Theorie van Ullman”. Oorzaken globalisering 1) Krimpende wereld (bron 10). 2) Steeds vrijere wereldhandel; geen tariefmuren comparatief voordeel. Multinationale ondernemingen (MNO’s) Productie vaak in lagelonenlanden Locatiefactoren Kostenvoordelen: de loonkosten en de kosten van machines en grondstoffen. Aanwezigheid andere bedrijven die noodzakelijke producten leveren. De bevolking: omvang beroepsbevolking, opleidingsniveau, taal. Infrastructuur Politiek (stabiliteit land) Cultuur: werkhouding De interactie theorie van Ullman Met de Interactie theorie van Ullman kan je het volgende verklaren • Verplaatsing van goederen, • energie, • informatie • en migratie Verplaatsen van personen volgens de Ullman theorie kan alleen als er aan drie voorwaarden wordt voldaan: • Complementariteit - De gebieden vullen elkaar aan, voorbeeld: een gebied met een tekort aan arbeidskrachten en een gebied met een overschot. • intervening opportunity - tussenliggende mogelijkheid, voorbeeld: oost Europeaan kan naar Nederland, maar Duitsland is aanvankelijk het zelfde als Nederland dus Duitsland is een alternatief dat dichterbij is • Transferability - Migratie komt niet opgang als je de afstand niet kan overbruggen. Het gaat dan zelfs over de relatieve afstand. Is de plaats makkelijk te bereiken, tijd, kosten. BRIC Landen Brazilië, Rusland, India, China: Landen waarvan een snelle economische groei verwacht wordt. Begrippen Bruto Binnenlands Product: Totale waarde van alle geproduceerde goederen en diensten in een land. BNI Bruto Nationaal Inkomen: BBP + inkomens inwoners van het land. comparatief Voordeel van een land waardoor het, in vergelijking met andere landen, producten of voordeel diensten goedkoper en beter kan produceren. Door handel profiteren hier meerdere landen van. globalisering Toenemende verbondenheid tussen de gebieden op de wereld. handelsbalans Verschil tussen totale export en import van een land. Kan positief en negatief zijn. locatieFactoren die van invloed zijn om een bedrijf te vestigen. factoren MNO MultiNationale Onderneming: groot bedrijf dat in verschillende landen (dochter)ondernemingen heeft. tariefmuren Invoerrechten die een land heft om eigen economie te beschermen. Geïmporteerde producten worden dan duurder. BBP