Avans Hogescholen Het ouderdomspak bij Toegepaste Psychologie studenten Handboek versie: 1.3 Startdatum: 06-02-2017 Einddatum: 03-04-2017 Plaats en datum: Breda, februari 2017 1 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 0. Uitvoeringsgegevens. Onderwijsinstelling: Avans Hogeschool Academie AGZ, Minor Active Ageing Hogeschoollaan 1, 4818 CR Breda Tel: 088-5257500 Hogeschoolbegeleiding: Inge Logghe [email protected] Studenten: Deborah van Bekhoven Studentnummer: 2088324 [email protected] Kelloggplaats 56, 3068 JG Rotterdam 06 54 134 757 Coen Cornelissen Studentnummer: 2088255 [email protected] Hengelstraat 1 5126 EA Gilze 0655980284 Marten van der Meer Studentnummer: 2091388 [email protected] Lange Schijfstraat 80a 5038 TT Tilburg 0615275831 Bente van Pinxteren Studentnummer: 2082223 [email protected] Mijlstraat 143 5281 RL Boxtel 0657211605 2 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Inhoudsopgave Inhoud 0. Uitvoeringsgegevens. .......................................................................................................................... 2 1. Inleiding ............................................................................................................................................... 4 2. Plan van Aanpak .................................................................................................................................. 5 3. Inhoud ................................................................................................................................................. 6 3.1 Veroudering ................................................................................................................................... 6 3.1.1 Hoe oud worden mensen in Nederland? ............................................................................... 6 3.1.2 Veroudering en ouder worden ............................................................................................... 6 3.1.3 Waardoor verouderen we? .................................................................................................... 6 3.1.4 Ouderdomsaandoeningen ...................................................................................................... 6 3.2 Doelgroep 1 ................................................................................................................................. 10 3.3 Ouderdomspak ............................................................................................................................ 11 3.3.1 Wat is een ouderdomspak: .................................................................................................. 11 3.3.2 Hoe ervaren ouderen het ouder worden: ............................................................................ 11 3.3.3 Hoe zien ouderen het reactie van de jongeren tegenover ouderen:................................... 12 3.3.4 Hoe denken jongeren over ouderdom: ................................................................................ 12 3.4 Doelgroep 2 ................................................................................................................................. 13 3.5 ADL Handelingen ......................................................................................................................... 16 3.6 Resultaten Interviews .................................................................................................................. 17 4. Werkvorm van Workshop ................................................................................................................. 21 4.1 Werkvorm .................................................................................................................................... 21 4.2 Vormgeving workshop................................................................................................................. 21 4.3 PROGRAMMA WORKSHOP.......................................................................................................... 22 5. Bronvermelding ................................................................................................................................. 24 Bijlage 1. Plan van Aanpak..................................................................................................................... 26 Bijlage 2: Draaiboek workshop .............................................................................................................. 28 Bijlage 3: Procesbeschrijving ................................................................................................................. 30 Bijlage 4: Ervaringen jongeren met ouderdomspak .............................................................................. 42 Bijlage 5. Interviews .............................................................................................................................. 44 Bijlage 6 interviews ouderen ................................................................................................................. 45 Bijlage 7 Quiz ......................................................................................................................................... 50 Bijlage 8 Voorafgaande vragen.............................................................................................................. 51 3 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 1. Inleiding Veroudering en ouder worden is niet hetzelfde. Een baby zal ouder worden, maar er zal nog geen veroudering toe treden. De veroudering zal pas op latere leeftijd komen. Voor jongere mensen is het lastig in te schatten hoe het is om ouder te worden. Gelukkig zijn er tegenwoordig toepassingen voor om te ervaren hoe het is om ouder te worden. Het ouderdomspak is een van deze toepassingen. Het ouderdomspak richt zich op de fysieke problemen van het ouder worden. Met dit pak aan kunnen er allerlei fysieke beperkingen worden gesimuleerd, zodat mensen kunnen ervaren hoe het is om 80 jaar oud te zijn. Naar aanleiding van een literatuuronderzoek naar veroudering wordt er een workshop ontworpen en gegeven aan de doelgroep Toegepaste Psychologie studenten. De workshop heeft als doel om de houding van studenten tegenover ouderen positief te veranderen met behulp van het ouderdomspak. Met name om begrip te krijgen voor de fysieke beperkingen van ouderen. Daarom is het belangrijk om te bekijken wat de houding is van studenten met betrekking tot de fysieke problemen die ouderen kunnen ervaren. Hierbij wordt er gekeken naar de mening vóór en ná de ervaring met het ouderdomspak. Hierbij zijn de volgende vraagstellingen geformuleerd: Wat is het ouderdomspak, wat is de houding van studenten van toegepast psychologie tegenover ouderen (voor en na ervaring met het ouderdomspak) en hoe kunnen studenten deze inzichten meenemen in hun leerervaring en hun toekomstig werk? Er is een duidelijke relatie tussen het onderwerp van deze workshop en de minor Active Ageing. Er komen steeds meer ouderen in Nederland. Nederland vergrijst en dit betekent dat deze ouderen problemen kunnen krijgen met bijvoorbeeld de ADL handelingen. (CBS, 2015) Vaak worden deze problemen bekeken vanuit de negatieve kant. Het wordt bekeken als iets wat de ouderen niet meer kunnen en ook niet meer zullen doen. Active Ageing bekijkt het juist van de andere kant. Bij Active Ageing bekijken we de wensen en behoeften van ouderen om op die manier te kijken hoe ze het nog wel kunnen en wat ze daarvoor nodig hebben. Op deze manier wordt er iets negatiefs omgezet in iets positiefs. (Avans Hogeschool, sd) Zo ook het ouderdomspak. Tijdens de opleiding Mens en Techniek maken studenten kennis met nieuwe technologieën in de zorg. Jongeren bedenken vaak technologieën omdat de vergrijzing zo’n groot topic is in Nederland. Maar zij beleven niet hoe het is om ouder te worden en wat er dan precies wordt meegemaakt. Door het ouderdomspak kunnen ook jongeren, zorgprofessionals en verpleegkundigen voelen hoe het is om een fysiek kwetsbare ouder te zijn. Zo kunnen jongeren ervaren hoe het is om ouder te zijn, door bepaalde handelingen uit te voeren en te ervaren hoe dit dan is. Op deze manier kan er beter worden ingeleefd in de behoeften en wensen van de ouderen en zo sluit dus ook de verzorging, technologie of oefening aan bij de eindgebruiker. Kortom het ouderdomspak is een belangrijke simulator voor het ouder worden. Ook in de media is het ouderdomspak al vaak ter sprake gekomen. Wanneer er gedacht wordt aan Lowlands, wordt er gedacht aan muziek en feesten. Hier hebben verschillende partijen en onderzoekers slim gebruik van gemaakt. In 2015 was er een speciale tent waar er onderzoek gedaan werd met behulp van een ouderdomspak. Het Radboud UMC liet festivalgangers rondlopen in een ouderdomspak. Ze lieten de festivalgangers een aantal handelingen doen. Bijvoorbeeld het opstaan uit een stoel een stuk lopen met obstakels. Zo konden de jongeren ervaren hoe het is om als fysiek kwetsbare oudere een festival te bezoeken. (Telegraaf, 2015) 4 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 2. Plan van Aanpak Voor de minor Active Ageing gaat er een workshop worden gecreëerd met als onderwerp ‘’Het Ouderdomspak’’. Hieronder is een deel van het plan van aanpak te vinden met daarin de juiste verdeling, taken en deadlines. Groepsleden Coen Cornelissen Bente van Pinxteren Deborah van Bekhoven Marten van der Meer Opleiding Mens en Techniek Toegepaste Psychologie Mens en Techniek Mens en Techniek Rollen/taakverdeling Contactpersoon/ Reserveren pak Planning/Notulist Kwaliteitsbewaker/Spelling/ inleveren Gespreksleider/Voorzitter Vaste dag: maandag Contact via: Dropbox WhatsApp Bronnen: Fontys mediatheek Google Scholar Kaluga Verdeling: De in het schema weergegeven onderwerpen komen aan bod. Belangrijk is om elke maandag dit met elkaar te overleggen, zodat iedereen dezelfde informatie heeft, waardoor iedereen van elk onderwerp op de hoogte is. Coen en Marten Veroudering Ervaringen ouderen → Interviews Hoe zien ouderen de veroudering Wat is veroudering Wat komt er bij kijken als mensen verouderen? Bente en Deborah Ouderdomspak Ervaring ergotherapeut/Fysio en verpleegkundige studenten → interviews en pak aantrekken Hoe zien jongeren het ouderdomspak Wat is het ouderdomspak Ervaringsleren Hoe werkt het ouderdomspak 3 ADL handelingen 3 ADL handelingen Oplossingen combineren → workshop opzetten -Laat studenten het pak uitproberen (idee) -Laat de oplossingen zien (idee) -Interview filmen en tijdens workshop laten zien (idee) Belangrijke Deadlines: Plan van aanpak af en gemaild: Voor vrijdag 9:00 week 2 (10 februari): 1 keer feedback theoretisch deel handboek: Voor vrijdag 9:00 week 4a (3 maart) Concept handboek af en gemaild: Voor vrijdag 9:00 week 6 (17 maart): Handboek definitief in plagiaatscan via BB en via mail en 1 hardcopie: Voor vrijdag 9:00 week 7 (24 maart): 5 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 3. Inhoud In dit hoofdstuk worden de verschillende onderwerpen uitgelicht. Hierbij wordt er meer informatie gegeven en worden de keuzes die gemaakt zijn tijdens deze workshop uitgelegd. De informatie die gegeven wordt zal gaan over veroudering, de doelgroepen en het ouderdomspak. 3.1 Veroudering Wat komt er kijken bij veroudering? 3.1.1 Hoe oud worden mensen in Nederland? In Nederland worden anno 2015 mannen gemiddeld 79,73 jaar en vrouwen 83,13 jaar oud. Na het 65e levensjaar loopt deze gemiddelde leeftijd op naar 83.64 jaar voor mannen en 86,36 jaar voor vrouwen. Dit verschil in gemiddelden komt doordat de mensen die voor hun 65e komen te overleiden bij het laatste getal niet zijn meegerekend. (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2017) 3.1.2 Veroudering en ouder worden Veroudering en ouder worden is niet het zelfde. Een baby zal ouder worden maar er zal nog geen veroudering toe treden. De veroudering zal pas op latere leeftijd komen. Om veroudering te kunnen meten kan gekeken worden naar het lichamelijk prestatievermogen (VO2max). Na het 30e levensjaar zal in het algemeen het maximale hoeveelheid zuurstof dat tijdens zware inspanningen kan worden opgenomen elk decennium met 10% afnemen. Maar omdat het uithoudingsvermogen van 50/60 jarigen nog ruim voldoende is om te kunnen functioneren, wordt deze achteruitgang niet als veroudering ervaren. (Verstappen, 2012) 3.1.3 Waardoor verouderen we? Veroudering is het gevolg van mutaties in het DNA (genen) en mutaties van het biologische moleculen (vezels, vullingsmateriaal en membranen). Het is een chronisch proces, waarbij het aantal gemuteerde moleculen geleidelijk toeneemt. Bij het muteren van het gen is de code van de productie van nieuwe cellen en weefseleiwitten verkeerd afgesteld. Of er vinden mutaties plaats bij al geproduceerde weefsel- en cel moleculen. Het gevolg van de toenemende gemuteerde moleculen in ieder weefsel is een afname van stevigheid, flexibiliteit en functionele (vermogen en capaciteit) eigenschappen. De vitaliteit van het lichaam neemt hierdoor geleidelijk af. Men denkt dat de oorzaak van mutaties kan worden gezocht bij de zuurstofradicalen die vrijkomen bij de energiestofwisseling in het lichaam. (Verstappen, 2012) 3.1.4 Ouderdomsaandoeningen Veroudering wordt vooral opgemerkt bij het afnemen van lichaamsfuncties zoals lenigheid, uithoudingvermogen, kracht en snelheid. De voorheen eenvoudige dagelijkse handelingen gaan steeds moeizamer. Lopen, wassen of de trap oplopen worden steeds lastiger om te kunnen uitvoeren. Maar ook de organen presteren na verloop van tijd steeds minder goed. In de onderstaande paragrafen zal worden ingegaan op de aandoeningen en beperkingen die met het ouderdomspak kunnen worden nagebootst. (Verstappen, 2012) 3.1.4.1 Het bewegingsapparaat Spieren. Bij veroudering hoort ook de afname van spiervezels (sarcopenie). Deze spiervezels kunnen worden onderverdeeld onder drie type vezels: type 1, type 2a en type 2b. 6 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Type 1 Type 2 b Type 2 a - Trekken traag samen Generen weinig kracht Zijn bijna niet vermoeid Hebben veel capillairen Hoog myoglobine gehalte Veel mitochondriën en enzymen Produceert met name aeroob energie en bevat weinig glycogeen Kunnen snel samentrekken Veel kracht genereren Snel vermoeid Hebben weinig capillairen Laag myoglobine gehalte Weinig mitochondriën en enzymen Produceert bijna alleen anaeroob energie en bevatten veel glycogeen. Zit qua metabole eigenschappen tussen type 1 en 2b in. Produceert redelijk goed aeroob en anaeroob energie en bevat hierdoor betrekkelijk veel glycogeen. Kunnen snel kracht leveren (minder dan 2b vezels) Hebben veel capillairen, mitochondriën en myoglobine De capaciteit van de spieren neemt na mate van het verouderen af. Procentueel zal het uithoudingsvermogen minder snel afnemen dan snelheid en kracht. Zo blijkt uit het onderzoek van Nilwik (Nilwik, et al., mei 2013) dat het afnemen van de spiermassa bij 70 jarigen vooral te wijten is aan het dunner worden van de type 2 vezels. Dit is ook de reden dat ouderen gemakkelijker vallen en minder snel lopen. Echter is er nog geen duidelijk bewijs waarom deze type twee vezels eerder dunner worden. In het onderzoek (Nilwik, et al., mei 2013) werden de type 1 en type 2 spiervezels van het bovenbeen (quadriceps) van 25 gezonde jongens (rond 23 jaar oud) en 26 oudere mannen (± 71 jaar) gemeten (biopsie en CT-scan). Nadat de ouderen 6 maanden aan krachttraining hadden gedaan werden de spieren nogmaals gemeten. Het doel van het onderzoek was het verschil in spiermassa meten tussen verschillende doelgroepen. Skelet. Een aandoening die bij veroudering toetreedt is osteoporose (botontkalking). Dit geeft op zichzelf nog geen klachten. Echter is de kans dat iemand iets breekt bij een valpartij 5 keer zo groot als bij iemand die geen osteoporose heeft. Osteoporose treedt op bij het regenereren van het botweefsel. Door de osteoblasten en osteoclasten wordt steeds 10% van het bot bewerkt. Door het grote oppervlak van de spongieuze botten zullen deze in het geval van een disbalans tussen botresorptie en aanmaak eerder ontkalken en broos worden dan corticaal bot. 1 op de 3 vrouwen en 1 op 12 mannen boven de 50 hebben naar schatting osteoporose. Bij vrouwen is de oorzaak vaak de daling van oestrogenenconcentratie in het bloed na de menopauze. Bij mannen is de afnemende testosteronconcentratie de belangrijkste oorzaak. Daarnaast kan een disbalans van botmineralen calcium en fosfaat, chronische aandoeningen, bepaalde medicijnen, roken, alcohol gebruik maar ook genetische aanleg een oorzaak zijn voor osteoporose. (Verstappen, 2012) Gewrichten. Artrose is een gewrichtsaandoening die op kan treden tijdens het verouderen. Deze aandoening kan een grote impact hebben op het dagelijks leven van een ouder iemand. Artrose is een lichte gewrichtsontsteking die uitgaat van het gewrichtskraakbeen. De klachten bij artrose zijn vooral pijn en stijfheid. De gewrichten die het meest worden getroffen zijn de knie, heup en handgewrichten. 7 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Het lijkt over het algemeen ook vaak genetisch bepaald te zijn. 80% van de 65-jarigen heeft röntgenologisch gezien artrose waarvan de helft ook daadwerkelijk klachten heeft. De behandeling van artrose is vooral gericht op het verminderen van pijn en de remming van de ontstekingen in de gewichten. Omdat pijn vaak leidt tot inactiviteit is spieratrofie een van neveneffecten van artrose. Het is in deze dan ook vrij belangrijk dat men in beweging blijft. Als de pijn blijft of zelfs ondragelijk wordt is het plaatsen van een kunstgewricht een oplossing. (Verstappen, 2012) 3.1.4.2 Hersenen en zenuwen In dit hoofdstuk komen de aandoeningen aan bod die samenhangen met het zenuwstelstel en veroudering. Het niet goed functioneren van de zenuwen zijn geen aandoeningen aan de zenuwen maar vaak een gevolg door een andere aandoening of ziekte, bijvoorbeeld diabetes. En tot de aandoening in de hersenen worden de psychische stoornissen geschaard. Een van deze hersenaandoeningen is dementie. De meest voorkomende vorm van dementie is de ziekte van Alzheimer. Symptomen die hierbij optreden zijn; geheugen verlies en verlies van cognitieve vaardigheden. Daardoor zijn mensen met Alzheimer al gauw afhankelijk van anderen omdat ze niet meer zelfstandig kunnen functioneren. Een ander aandoening die te maken heeft met het zenuwstelstel is Parkinson. 1% van de ouderen boven de 65 krijgt deze aandoening. De aandoening verloopt progressief en kan de eerste jaren goed met medicijnen worden behandeld. De oorzaak van deze aandoening is te wijten aan een tekort aan dopamine. Door het niet goed functioneren van de substantia nigra (motorische hersenkern) wordt te weinig dopamine aangemaakt. Dit tekort moet worden aangevuld om de symptomen zoals stijfheid, weinig lichaamsbeweging en het trillen van ledematen te verminderen. Een typische lichaamshouding voor een persoon met de ziekte van Parkinson is voorovergebogen met de armen stijf voor de buik gebogen. Het gezicht is uitdrukkingsloos en lijkt op een masker. De persoon kan daarbij ook moeilijk in beweging komen en eenmaal in beweging weer moeilijk stoppen. Angststoornissen en depressie komt ook voor bij ouderen (65+) De oorzaak hiervan is vaak stress, angst, eenzaamheid, slechte gezondheid en de uitzichtloosheid van hun situatie. (Verstappen, 2012) Bij de groep ouderen van 65+ gaf 6% in 2014 aan het afgelopen jaar last te hebben gehad van een depressie in vergelijking met voorstaande jaren. (CBS, 2016) 3.1.4.3 Zintuigen Ogen. Een van de eerste ouderdomsverschijnselen die optreedt bij het ouder worden is verziendheid. Door de verminderde elasticiteit kan de ooglens minder bol worden. Met als gevolg dat het oog niet goed meer kan schermstellen bij bijvoorbeeld het lezen van de krant. Een andere oogafwijking die voor komt bij het verouderen is staar. Hierbij worden de eiwitten die in de lens zitten troebel. Om van de staar af te komen moet er worden geopereerd. De troebele lens wordt dat vervangen door een nieuwe kunststoflens. Andere oogafwijkingen zijn: Maculadegeneratie: De macula ligt centraal op het netvlies en neemt dan ook het centrale deel van wat je zien weer. Bij maculadegeneratie valt dit deel weg. Glaucoom: Hierbij vallen de randen van het gezichtsveld weg. Dit komt door uitval van de zenuwcellen langs de rand van het netvlies. 8 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Diabetische renopathie: Dit komt door vernauwing in de kleine haarvaatjes in het oog. Dit zorgt ervoor dat delen van het gezichtsveld weg vallen (vlekkerig beeld) Oren. Een typische ouderdomskwaal is hardhorendheid. De oorzaak ligt bij het verlies van haarcellen in het slakkenhuis. Hierbij kunnen hoge tonen minder goed worden waargenomen. Hardhorendheid kan komen door het te lang blootgesteld te zijn aan lawaai. Verder wordt hardhorendheid vooral bepaalde de genetische aanleg. (Verstappen, 2012) 9 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 3.2 Doelgroep 1 Nederlandse ouderen worden steeds ouder en hun aantal blijft groeien. In 2030 zal het aandeel 65plussers zijn opgelopen tot bijna een kwart van de bevolking. Woningontwikkelaars, corporaties en gemeenten kennen deze cijfers. Ze weten dat ze zich moeten gaan voorbereiden op een grijze toekomst. Maar hoe? Volgens prof. G.J. Hospers, docent economische geografie aan de Universiteit Twente en bijzonder hoogleraar city- en regiomarketing aan de Radboud Universiteit Nijmegen, is ons denken nog te vaak op ‘jong en jeugd’ gericht, terwijl niet de jeugd, maar de ouderdom de toekomst heeft. Zeker tegen de achtergrond van de scheiding van wonen en zorg. (Neprom, 2014) Ouderen moeten steeds langer en zelfstandiger thuis kunnen blijven wonen. Maar die huizen zijn veel minder seniorvriendelijk dan we denken. Omdat ouderdom met gebreken komt, moeten we verder investeren in het barrière vrij maken van woningen en woonomgevingen. (Neprom, 2014) Hierbij is het belangrijk om te weten welke beperkingen ouderen kunnen hebben bij de ADL en IADL handelingen. Beperkingen als gevolg van ziekten vormen de belangrijkste obstakels voor een zelfstandig leven. Dit wordt genoemd in het rapport van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, 2011). Door middel van een ADL-vragenlijst kunnen de belangrijke basale functies die nodig zijn om zelfstandig te kunnen functioneren in kaart worden gebracht. Sinds 2014 is ook de IADL opgenomen in deze enquête. Deze vragen richten zich op de meer complexe handelingen in het dagelijks leven. Meestal ontwikkelen beperkingen in ADL zich later dan beperkingen in IADL. (Hardy, 2005) Het aantal ouderen in Nederland groeit snel, maar het aantal ouderen in een verzorgings - of verpleeghuis of een andere (zorg) instelling daalt. In 1995 woonde nog 17% van de 75- plussers in een instelling, in 2014 nog maar 10%. Van de 65-plussers woonde 95% thuis, dat zijn bijna 2,8 miljoen mensen. (Centraal bureau voor de Statistiek, 2016) (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2016) Tijdens het kwalitatieve onderzoek van het CBS (2016) is er gekeken naar de doelgroep 65plussers die nog thuiswonend zijn (2.955.137 particuliere huishoudens zijn bekeken). Hierna is er gekeken naar de beperkingen die deze mensen kunnen ervaren bij de ADL - en IADL handelingen die zij thuis moeten uitvoeren. Aan de hand van deze resultaten is er gekozen om als doelgroep 1 voor de workshop thuiswonende 65- plussers te interviewen. Op deze manier kunnen de resultaten uit het onderzoek van het CBS vergeleken worden met de antwoorden uit de interviews met studenten van de opleiding Toegepaste Psychologie. 10 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 3.3 Ouderdomspak 3.3.1 Wat is een ouderdomspak: Het ouderdomspak is een pak waarmee ouderdom gesimuleerd wordt. Dit wordt gebruikt bij de algemene dagelijkse handelingen of andere activiteiten. Op deze manier kunnen mensen ervaren hoe het is om zich als fysiek kwetsbare oudere te verplaatsen en dingen uit te voeren. Hierbij wordt er gebruikt gemaakt van gewricht bandages, oordoppen en glazen. Deze beperken de oriëntatie mogelijkheden zodat de fysieke problemen van de ouderen realistisch gesimuleerd kunnen worden. Het ouderdomspak biedt de mogelijkheid voor jongeren om de beperkingen van fysiek kwetsbare ouderen te ervaren. De te simuleren leeftijdsgebonden beperkingen zijn: Vertroebeling van de ooglens Vernauwing van het gezichtsveld Beperkt gehoor hoge tonen Beperking van de beweging van het hoofd Stijfheid van gewrichten Verlies van kracht Beperking van het vastgrijpen Beperking van het coördinerend vermogen. (Age-Simulation-suit, 2016) Het pak bestaat uit de volgende onderdelen: Bril: deze glazen tonen de effecten van verminderd gezichtsvermogen. Ze beperken het gezichtsveld en simuleren staar Handschoenen: Hiermee verliest de persoon die het pak aantrekt de tastzin in de vingers bij het grijpen. De vingerbandages beperken de mobiliteit van de vingers waardoor het grijpen vermoeilijkt wordt. Wandelstok: Hulpmiddel bij de loopoefeningen Oordoppen: de oordoppen blokkeren hoge tonen en simuleren gehoorverlies Rug fixeer verband: Dit dwingt de gebruiker in een licht gebogen houding. Arm bandages: Deze beperken de mobiliteit van de elleboog en polsgewrichten en simuleren de afnemende spierkracht in de armen Been bandages: deze beperken de mobiliteit van de knie en enkelgewrichten en simuleren de afnemende spierkracht in de benen. Het pak varieert van 25 kilo om de romp tot 2,5 om je ledematen. (Pastra, 2017) 3.3.2 Hoe ervaren ouderen het ouder worden: In een winkelcentrum in Nijmegen worden ouderen ondervraagd over welke gebreken er allemaal komen kijken bij het ouder worden. 3 ouderen gaven de volgende gebreken aan: Botten gaan meer zeer doen Brilletje, voor het slecht zien Gebit wordt slechter Lopen wordt slechter Het valt niet mee (Omroep gld, 2015) 11 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 3.3.3 Hoe zien ouderen het reactie van de jongeren tegenover ouderen: In een winkelcentrum in Nijmegen wordt er gevraagd hoe ouderen de reactie van jongeren tegenover ouderen zien. 4 ouderen worden ondervraagd en geven de volgende antwoorden: Mentaliteit hebben ze vaak niet meer Sommige staan op in de bus Sommige laten je voor Kunnen ze zich niet voorstellen hoe het is om oud te zijn. (Omroep gld, 2015) 3.3.4 Hoe denken jongeren over ouderdom: In de stad ondervraagd Manuel 6 jongeren hoe zij denken over ouderdom. Zij hebben de volgende antwoorden gegeven: Nog steeds feesten Bezig zijn Zoals nu maar dan oud Rustiger aandoen Leuke dingen koesteren Gezellige oude vrouw Lekker chillen maar dan langzamer. (Galileo, 2016) 12 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 3.4 Doelgroep 2 De workshop ‘’Ouderdomspak’’ zal zich richten op studenten van de opleiding Toegepaste Psychologie. De reden voor deze doelgroep is dat deze studenten veel bezig zijn met zelfontwikkeling, gedrag en attitude. Het ouderdomspak is een goede technologie om de attitude van mensen tegenover ouderen te veranderen en daarom interessant voor hun opleiding. Tijdens de opleiding Toegepaste Psychologie krijgen de studenten veel doelgroepen en onderwerpen mee, om uiteindelijk over gedragsverandering na te denken. De doelgroep ouderen is bij twee vakken (gedurende 2 jaar) aan bod gekomen, namelijk ‘’ontwikkelingspsychologie’’ en ‘’gezondheidspsychologie’’. Bij ontwikkelingspsychologie ging het vooral om de levensfase van mensen met daarin wat er belangrijk is voor mensen en de ontwikkeling die ze in die levensfase doormaken. Echter worden bij dit vak alle levensfase besproken en is daar maar een klein deel van over ouderen. Het vak gezondheidspsychologie gaat over gezondheid in het algemeen, niet specifiek over ouderen. Bij een aantal andere vakken worden ouderen, dementie en het geheugen wel eens benoemd. Kortom de studenten van de opleiding Toegepaste Psychologie hebben weinig kennis over ouderen en het ouderdom. Tijdens de workshop dient hier rekening mee gehouden te worden. Toegepaste Psychologie studenten (evenals andere HBO opleidingen) zijn veel bezig met reflecteren, evalueren, analyseren en persoonlijke ontwikkeling. In het eerste jaar van de opleiding zijn deze studenten bezig geweest met observeren. Hierdoor kunnen deze studenten goed nadenken over hun gedrag en wat ze merken, waardoor ze een duidelijk, concreet en onderbouwd antwoord kunnen geven op de interview vragen. Tijdens een workshop zullen studenten goed onderbouwde informatie willen. Er wordt een onderzoek gehouden bij een aantal (6) studenten van de opleiding Toegepaste Psychologie. Er worden een aantal vragen gesteld over de mening van de studenten tegenover ouderen/ouderdom. Hierna gaan de studenten dan met het ouderdomspak aan een aantal ADL handelingen verrichten. De studenten die hiervoor zijn uitgekozen lopen allemaal stage bij het Sociaal Innovatie Centrum in Oisterwijk. Dit is een initiatief van Fontys Hogescholen en Dagelijks Leven, waarbij studenten het centrum runnen en hun competenties daar ontwikkelen. De meeste van deze studenten studeren Toegepaste Psychologie (zo ook de studenten waarbij het onderzoek met het ouderdomspak is gehouden), maar studenten van andere opleidingen zijn ook welkom. De studenten van het SIC werken samen met deskundigen vanuit Dagelijks Leven. In Oisterwijk zit de vestiging ‘’Het Poirtershuis’’ (van dagelijks leven) wat naast het SIC staat. Hier wonen ouderen met een vorm van dementie. Deze studenten hebben dus wel contact met ouderen, daarom is er voor deze studenten gekozen. Zodat zij de ervaringen uit het ouderdomspak mee kunnen nemen in hun stageperiode. Zij hebben wel evenveel informatie over ouderen als de andere toegepaste psychologie studenten. De stagiaires zijn derdejaars, waardoor zij de eerder genoemde informatie over ouderen uit de eerste 2 jaar hebben geleerd. ‘’Uit psychologisch onderzoek is gebleken dat kennis en ervaring van invloed zijn op een houding ten opzichte van een persoon of een object. Er blijkt ook een relatie te bestaan tussen kennis en ervaring enerzijds en een positieve houding anderzijds (Beullens, 1998).’’ Is een citaat uit het onderzoek van (Jansen, Schuurmans, & Maliepaard, 2008) . Uit dit onderzoek blijkt dat de attitude van studenten van zorg gerelateerde opleidingen neutraal tot licht positief is tegenover ouderen. Echter geeft 66.7% aan niet met ouderen te willen werken. De houding van deze studenten tegenover ouderen kan ook liggen aan het feit dat de kennis over ouderen matig is. De respondenten hadden ongeveer evenveel vragen goed als fout over ouderen, met een tendens naar meer foute antwoorden dan goede. Echter was de Crombach’s alpha van 0.59 van dit onderzoek betrekkelijk laag, dus kan er niet al te harde 13 Minor Active Ageing Avans Hogescholen conclusies aan deze score verbonden worden. Het onderzoek had als aanleiding dat door de ouder wordende bevolking er meer banen zullen komen voor studenten in de zorg. Maar hoe staan studenten tegenover ouderen en wat is hun kennis van het onderwerp? Om daar achter te komen is er door (Jansen, Schuurmans, & Maliepaard, 2008) onderzoek gedaan onder eerstejaars studenten van verschillende zorg gerelateerde opleiding van Hogeschool Utrecht. De hoofdvraag van het onderzoek luidde als volgt: ‘’Hoe is de houding van Hbo-studenten in de aan gezondheidszorg geleerde vakgebieden tegenover ouderen, en wat is hun kennis over ouderen’’. Het onderzoek richtte zich ook op mantelzorg, echter is dit voor de nog gegeven workshop niet relevant. Er zijn enkele vragenlijsten gebruikt voor het onderzoek, die eerder ook bij (Beullens, 1998) werden gebruikt. Er zijn 421 respondenten van HBO zorg gerelateerde opleidingen, deze hadden allen nog geen praktijkstage gehad. Het onderzoek gaf een voorzichtige conclusie aan dat er een relatie tussen houding en kennis is. Op het eerder gedane onderzoek van (Beullens, 1998)is het vorig genoemde onderzoek gebaseerd en hieruit kwamen gelijke conclusies. Deze respondenten waren allemaal studenten van de opleiding Gezondheidszorg. Uit onderzoek van (Bleijenberg, 2009) blijkt ook dat de houding van studenten tegenover ouderen neutraal tot licht positief is. Zij hebben het eerder gedane onderzoek van (Jansen, Schuurmans, & Maliepaard, 2008) als uitgangspunt gebruikt. Hetzelfde cohort studenten (260 respondenten) werd hier opnieuw onderzocht. Een gedeelte van de conclusie van dit onderzoek geciteerd: ‘Weinig vierdejaarsstudenten geven aan met ouderen te willen gaan werken (7,2%). Wel is dit percentage hoger dan bij de toenmalige eerstejaarsstudenten (1,9%). Bijna de helft van de vierdejaarsstudenten (50,2%) geeft aan (liever) niet met ouderen te willen werken. Dit kan liggen aan het feit dat vierdejaarsstudenten meet kennis hebben over ouderen. Dit percentage lag bij de eerstejaarsstudenten uit het onderzoek van (Jansen, Schuurmans, & Maliepaard, 2008) iets hoger (66,7%)’’. De aanleiding van het onderzoek van (Bleijenberg, 2009)is dat ondanks het groeiende aantal ouderen in Nederland, maar weinig studenten van HBO zorgopleidingen met ouderen willen werken. Daarom is het doel een vervolgstudie doen naar de kennis en houding van vierdejaarsstudenten van HBO zorgopleidingen tegenover ouderen (en mantelzorg). Wederom werden dezelfde vragenlijsten gebruikt: Facts on Ageing Quiz, Ageing Semantic Differential, Attitudes toward Old People. Concluderend werd uit de vorig genoemde onderzoeken gesteld dat studenten van HBO zorgopleidingen een neutrale tot licht positieve houding hebben tegenover ouderen. Voor deze doelgroep analyse betekent dat ten eerste dat het een andere opleiding is dan Toegepaste Psychologie, waardoor niet gezegd kan worden of toegepaste psychologie studenten dezelfde attitude hebben. Toegepaste Psychologie is geen zorg gerelateerde opleiding. Echter is het wel interessante achtergrondinformatie voor de workshop. Ten tweede wordt het ouderdomspak getest bij studenten van het Sociaal Innovatie Centrum die gelegen is naast een zorgcentrum met ouderen. Waardoor zij een bewuste keuze hebben gemaakt om stage te lopen met (deels) als doelgroep ouderen. Zij zullen daardoor waarschijnlijk een positievere houding hebben tegenover ouderen. De workshop ‘’Ouderdomspak’’ kan om de volgende redenen nuttig zijn voor de studenten toegepaste psychologie; ten eerste om hun beeldvorming tegenover de fysieke problematieke van ouderen te veranderen. Ten tweede om meer kennis over ouderen te vergaren, wat met de vergrijzing zeker van nut kan zijn. En het laatste en misschien wel het belangrijkste argument gaat om de ervaring met het ouderdomspak. Zij kunnen deze ervaring meenemen voor hun persoonlijke 14 Minor Active Ageing Avans Hogescholen ontwikkeling en de ontwikkeling van het emotioneel quotiënt(EQ). Deze ervaring en houding kunnen de studenten meenemen naar hun toekomstig werkveld. Dit betekent niet dat dit met ouderen hoeft te zijn, maar het zal hun houding over ouderen in het algemeen veranderen. Het ouderdomspak richt zich natuurlijk op fysieke beperkingen, maar dit is wel een belangrijk onderdeel van het ouder worden. Het doel van de workshop zal daarom ook zijn om de houding tegenover (de fysieke problemen) ouder worden te veranderen, in een meer positief beeld. 15 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 3.5 ADL Handelingen Wat zijn Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL) Het zijn de dagelijkse terugkerende basisverrichtingen die mensen zelf moeten doen om zelfstandig te kunnen blijven leven op een binnen de maatschappij fatsoenlijk geacht niveau ADL zijn: In en uit bed komen Aan- en uitkleden In een stoel gaan zitten en weer opstaan Eten Drinken (Gezondheidsplein, 2017) Uit het kwalitatieve onderzoek waarbij er 2.955.137 particuliere huishoudens zijn bekeken, is er gebleken dat twee derde van de thuiswonende 65- plussers geen beperkingen bij de dagelijkse handelingen ervaart. Van de 65- tot 74- jarigen heeft 80% geen beperkingen. Bij de 75- plussers is dat nog maar 52%. Van de thuiswonende 65- en 74- jarigen in Nederland heeft 11% minstens één ADL- beperking, 18% één of meer IADL- beperkingen. Bij 75- plussers zijn deze aandelen met 31% en 44% aanzienlijk hoger. Vaak voorkomende ADL- beperkingen zijn: Beperkingen in het traplopen Zich verplaatsen buitenshuis In bad gaan/ douchen (CBS, 2015) De workshop is opgebouwd aan de hand van deze veel voorkomende ADL- beperkingen. Deze handelingen worden aan de ouderen gevraagd om te kijken welke problemen zij hierbij ervaren. Daarnaast worden deze handelingen met en zonder pak worden uitgevoerd door de studenten. Voor de ADL- beperking “zich verplaatsen buitenshuis” hebben wij gekozen dat de studenten een rondje rondom het pand zullen lopen. Dit om te zorgen dat de verschillende prikkels van de buitenomgeving ook worden meegenomen in de beoordeling van ouderdom als zij het pak aanhebben. 16 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 3.6 Resultaten Interviews Tijdens de voorbereiding voor deze workshops zijn er interviews afgenomen bij de twee doelgroepen (ouderen en studenten van Toegepaste Psychologie). In dit hoofdstuk worden de resultaten uit deze interviews beschreven. In bijlage 5 kunt u de vragen vinden die zijn gesteld tijdens het onderzoek. Op 3 maart zijn er interviews afgenomen bij 5 studenten van de opleiding Toegepaste Psychologie (TP). Ook hebben zij het ouderdomspak aangehad en daarmee 3 ADL-handelingen uitgevoerd. Voordat ze het pak aan hadden zijn er enkele vragen gesteld en na het pak aangehad te hebben zijn er vragen gesteld om te kijken of hun mening is veranderd. De studenten die zijn geïnterviewd lopen stage bij het Sociaal Innovatie Centrum (SIC), deze zit verbonden aan een zorgcentrum voor ouderen. Deze studenten hebben dus bewust voor de doelgroep ouderen gekozen, wat kan verklaren dat ze alle 5 een positief beeld over ouderen hebben. De leeftijd van de studenten is rond de 20 jaar. Per student zal er kort worden samengevat wat er in het interview besproken is voordat het ouderdomspak aan is geweest en erna. De meningen die worden gegeven zijn van de studenten zelf. Jaap: Hij gaf aan ouderen graag te mogen en ze probeert te helpen waar nodig. Voordat hij stage liep bij het SIC had hij geen ervaring (op eigen opa en oma na) met de doelgroep ouderen. Het ouder wordt lijkt hem zelf spannend, met name door de fysieke achteruitgang. Het ouderdomspak aan hebben was anders dan hij had verwacht. Hij vond het best zwaar. De kleine handelingen verrichten vond hij nog te doen, maar een rondje rond de tuin lopen vond hij moeilijk. Dit komt doordat hij het vermoeiend vond en de handelingen minder makkelijk gingen. Over elke stap moet worden nagedacht volgens hem, dit kwam omdat zicht en gehoor slecht is. Hij vond het leuk om een keer te proberen en is benieuwd hoe het later is om oud te zijn. Hij vond de oefeningen zwaar en voor ouderen dus ook zwaar om te doen. Zijn mening over ouderen is na het pak aangehad te hebben niet veel veranderd, wel dat ze het lichamelijk zwaar kunnen hebben. Hij denkt dat ouderen beangstigend naar het ouder worden kijken, want naast de lichamelijke achteruitgang komt het verlies van familie en vrienden er ook bij. Tijdens de opleiding TP heeft hij maar één vak gehad over ouderen en hij geeft aan dat meer cursussen over ouderen leuk zouden zijn. Hij denkt dat voorlichtingen over de doelgroep ouderen van belang zijn, omdat volgens hem jongeren zeuren dat ze op moeten staan voor ouderen, maar na zo’n pak aan te hebben gehad begrijpen ze pas waarom het slim is om voor ouderen op te staan. Hij denkt dat studenten niet over het ouder worden nadenken en denkt dat studenten niet meelevend tegenover ouderen zijn. Luuk: Hij vindt de doelgroep ouderen een interessant, leuke groep. Hij gaf aan dat er leuke en minder leuke dingen aan het ouder worden zitten. Het leuke is dat er meer vrije tijd zal zijn en dat hij dan veel levenservaring heeft. Het minder leuke vindt hij het minder vitaal worden en de verlieservaringen. Hij loopt stage bij het SIC, daar heeft hij voor het eerst contact gekregen met ouderen. Na het ouderdomspak aan te hebben gehad, gaf hij aan zich er alleen in te voelen. Het voelt volgens hem alsof hij in zijn eigen wereld zat en dat hij alles alleen moest doen. Het lichamelijk bewegen ging moeilijker en kostte veel energie. Hij denkt dat de handelingen voor ouderen veel moeite kosten. Hij vond de handelingen uitvoeren erg moeilijk. Verder denkt hij dat ouderen met gemixte gevoelens naar het ouder worden aankijken. Hij denkt dat ouderen aan het begin van de ouderdom vooral de vrije tijd leuk vinden die erbij komt kijken. Wel denkt hij dat ze het steeds moeilijker vinden door lichamelijke achteruitgang en verlieservaringen. Zijn attitude tegenover ouderen is na het pak 17 Minor Active Ageing Avans Hogescholen aangehad te hebben een beetje veranderd. Als hij bijvoorbeeld met een ouder iemand meeliep vond hij het altijd erg lang duren. Nu begrijpt hij waarom het zo lang duurt en heeft hij daar begrip voor. Hij denkt dat studenten met een negatief beeld naar het ouder worden kijken. Want hij denkt dat studenten ouderen als ziek, zwak en misselijk zien met weinig levenslust. Verder vindt hij dat studenten zich gevarieerd gedragen tegenover ouderen, de een vindt ze leuk en de ander niet, maar er heerst wel een negatiever beeld over het algemeen. Hij denkt dat voorlichting niet zal helpen om de attitude van studenten tegenover ouderen te veranderen. Wel denkt hij dat contact tussen de doelgroepen zal helpen. Dat ouderen heel leuk en vitaal kunnen zijn wordt pas opgemerkt door contact, zegt hij. Tijdens de studie TP is er alleen bij ontwikkelingspsychologie aandacht geweest voor ouderen. TP is erg breed, dus meer aandacht aan het onderwerp vindt hij niet nodig. Door een minor of stage kan iemand zich er zelf in verdiepen. De houding van studenten zal door informatie niet veranderen, maar door contact en het ouderdomspak zou dat wel kunnen. Laura: Zij gaf aan een positieve houding tegenover ouderen te hebben. Ze heeft er een zwak voor en vindt ze lieve en aandoenlijke mensen. Voordat ze stage bij het SIC liep had ze alleen ervaring met de doelgroep door haar oma. Ze gaf aan ouder worden een lastig dilemma te vinden. Ouder worden hebben mensen volgens haar zelf in de hand, maar verlies van mensen niet. Het lijkt haar lastig om mentaal nog scherp te zijn, maar lichamelijk slecht te zijn. Ze vond het raar en eng om het ouderdomspak aan te hebben, maar ze denkt het wel te kunnen accepteren als ze zelf ouder is. Het slechte zicht en gehoor door het pak kon ze na een tijdje accepteren. Buiten vond ze het makkelijker dan binnen door het betere licht. Ze vond de handelingen uitvoeren moeilijk en zwaar, vooral over de koffer heen stappen. Want ze moest goed haar voet optillen en haar balans houden. Ze denkt dat de handelingen voor ouderen ook moeilijk zullen zijn, maar dat zij daar op een gegeven moment een eigen maniertje voor hebben gevonden. Ze vertelde dat als het ouderdomspak echt op het ouder worden lijkt, het best lastig is voor de hele dag. Haar mening tegenover ouderen is niet veranderd, wel heeft ze er een beter beeld bij hoe het is om ouder te worden. Ze denkt dat ouderen het lastig vinden om ouder te worden, door het verlies wat ze kunnen lijden, maar ze denkt wel dat ouderen er de mooie dingen uit proberen te halen. Ze vind dat de mening van studenten over ouder worden positiever kan. Vaak is het beeld volgens haar dat studenten denken dat als ze ouder worden ze zijn afgeschreven, niet meer meetellen en niks meer kunnen. Dat beeld zou volgens haar moeten veranderen, dat kan door tegen de stigma’s in te gaan. Ouder worden heeft ook positieve kanten. Jongeren denken dat ouderen niks kunnen en saai zijn, vooral middelbare scholieren. Meer informatie over de doelgroep ouderen zou belangrijk zijn om meer begrip en bekendheid te creëren. Tijdens de studie TP is er tijdens één vak vrij algemeen over ouderen gesproken. Ze vindt dat er tijdens de opleiding meer aandacht aan mag worden besteed door de groeiende doelgroep. Dit zal de houding van studenten echter niet veranderen, maar ze denkt dat studenten wel begrip hebben voor ouderen. Bij scholieren is het belangrijk om de houding te veranderen. Dit kan door ontmoetingen te creëren tussen scholieren en ouderen. Het ouderdomspak kan hierbij ook een rol spelen, om zo meer inzicht in het ouder worden te geven. Anne: Haar mening over ouderen is dat ze ouderen lief en schattig vindt. Ook vindt ze dat ze leuk met ouderen kan lachen. Ze werkt in een supermarkt en op die manier heeft ze contact met ouderen. Tijdens haar stage bij het SIC heeft ze natuurlijk ook contact met ouderen. Ze vindt ouder worden een mooi iets, tot op zekere hoogte. Als ze eenmaal niks meer kan lijkt haar dit wel erg. Ze gaf aan dat ze het ouderdomspak erg zwaar vond. Ze vond het slecht zien en horen nog wel gaan, maar het bewegen moeilijk. Haar lichaam was zwaar en ze stapte moeilijk, gaf ze aan. Ook vond ze 18 Minor Active Ageing Avans Hogescholen het uitvoeren van de handelingen erg moeilijk. Ze denkt dat de handelingen voor ouderen meer gewenning zal zijn en dat vooral het slechte zien erg is. Ze denkt dat als oudere ouder worden dit geleidelijk gaat en dat ouderen er op die manier mee leren omgaan. Wel geeft ze aan dat het zwaar blijft voor ze en dat ze het begrijpelijk vindt dat ouderen weinig lichaamsbeweging hebben. Haar mening over ouderen is niet veranderd, ze heeft respect voor ouderen omdat het moeilijk is om ouder te worden. Ze vindt het goed om een keer te ervaren dat ouder worden niet makkelijk is. Ze denkt dat ouderen verschillende meningen over ouder worden hebben. De een zal er goed mee kunnen omgaan en de ander niet, zeker oudere die vroeger veel gesport hebben. Ook wordt de doelgroep negatief beoordeeld in het nieuws. Ze denkt dat studenten niet goed weten hoe ze met ouderen om moeten gaan. Verder vindt ze dat informatie over ouderen deels belangrijk is, maar meer kennis maken en contact tussen jongeren en ouderen is belangrijker. Tijdens de studie TP wordt er volgens haar weinig aandacht aan de doelgroep ouderen besteed, af en toe wordt de doelgroep terloops benoemd. Ze vindt het belangrijk dat er meer aandacht aan wordt besteed, zeker door de vergrijzing. Ze denkt dat het TP werkveld zeker met ouderen te maken gaat krijgen. Ook denkt ze dat de houding van studenten veranderd kan worden door kennismakingen met ouderen, om te laten zien dat ouderen juist veel humor en zelfleedvermaak hebben. Bente: Ik ben zelf studente toegepaste psychologie, daarom ben ik ook geïnterviewd. Ik heb een positieve houding tegenover ouderen en zou er later ook graag mee willen werken. Mijn oma had Alzheimer waardoor ik al enkele ervaring met de doelgroep (dementerende) ouderen heb. Vaak moest ik op mijn oma passen en ook heb ik mijn maatschappelijke stage van de middelbare school gedaan op een zorgboerderij waar mijn oma dagbesteding had. Hierdoor wist ik graag dat ik me wilde gaan richten op ouderen. Ook heb ik het afgelopen halfjaar stage gelopen in een zorginstelling. De doelgroep ouderen is een kwetsbare doelgroep, waar zeker mede door de vergrijzing meer aandacht aan moet worden besteed. Ik ervaar de doelgroep als dankbaar. Ik kijk een beetje beangstigend tegen het ouder worden aan. Tijdens de minor krijgen we veel informatie over het ouder worden en dat er lichamelijk veel achteruit gaat. Ik vind dat mensen ouder worden wel heel waardevol, omdat het weer een nieuwe levensfase is en dat wil ik graag meemaken. Ik vind het mooi om oud te worden, maar wel eng dat ik lichamelijk minder kan. Met het sociale gedeelte van het ouder worden, dat veel mensen eenzaam zijn, heb ik minder problemen , omdat ik denk dat je dat zelf in de hand hebt. Mijn beangstigend beeld komt vooral door de informatie die ik erover lees. In mijn omgeving merk ik weinig ‘’gebreken’’ bij mijn opa en oma. Mijn andere oma had Alzheimer, wat een hele erge ziekte is, maar daarvan denk ik dat als je in een vergevorderd stadium van dementie zit en je positief bent, dat niet erg hoeft te zijn. Ik denk dat ouderen in ouder worden meegroeien en dat je er niet zo over na denkt. Je ervaart het. De paar minuten dat ik het pak heb aangehad vond ik het niet heel zwaar qua gewicht, ik kan me goed voorstellen dat het na een langere tijd zwaarder wordt. Wel bewoog ik langzamer en moest ik over elke stap nadenken. Het meeste moeite had ik met mijn zicht, ik zag zo weinig. Ik vond het heel erg dat je heel goed moest kijken waar je loopt, dat ik slecht hoorde vond ik minder erg dat kon ik op een gegeven moment loslaten. Als ik later slecht hoor hoop ik dat ook los te kunnen laten en te denken als mensen me nodig hebben hoor ik het wel. Qua zien vond ik de kleurverschillen heel moeilijk, bij het verschil van tegelkleur had ik het gevoel dat ik eroverheen moest stappen. De handelingen uitvoeren duurde langer, doordat je niet zo goed ziet en je je balans moet houden. Ik begrijp dat het voor ouderen moeilijk is om ergens in of over te stappen, het gaat vooral een beetje op tast. Een hele dag rondlopen met zo’n pak lijkt me erg zwaar, ik begrijp goed dat ouderen even willen gaan zitten en veel rusten. 19 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Na het ouderdomspak aan te hebben gehad is mijn mening over ouderen niet veel veranderd. Ik had al respect voor deze doelgroep, maar ik kan nu wel begrijpen dat het inderdaad erg zwaar is om actief te zijn en dat handelingen wat langer duren. Ik wist uit ervaring dat handelingen uitvoeren en actief zijn vermoeiend is voor ouderen, maar door het ouderdomspak kan ik me dat nu wel beter inbeelden. Ik vind dat op middelbare scholen meer informatie/voorlichtingen gegeven mogen worden over ouderen. Ook lijkt het mij een mooi initiatief dat scholieren bijvoorbeeld gedurende een aantal weken, 1x in de week een oudere bezoeken en daar dus contact mee hebben. Dit lijkt me mooi voor de oudere in verband met bijvoorbeeld eenzaamheidsproblematiek, maar ook zeker voor de scholieren zodat zij een goed beeld van ouderen krijgen en inzien dat ouderen niet alleen saai en oud zijn. Ik vind dat studenten en scholieren over het algemeen een slechte attitude tegenover ouderen hebben. In de bus ben ik vaak de enige die opstaat voor een ouder iemand en tijdens mijn studie kreeg ik vaak als de reactie dat ouderen stinken en saai zijn als ik zei dat ik met ouderen wil gaan werken. de media wordt de doelgroep ouderen vaak negatief wordt afgebeeld, als het grijze gevaar. Ik denk door contact momenten met jongere en oudere, het negatieve beeld van ouderen zou kunnen veranderen, omdat het een belangrijke doelgroep is. Het ouderdomspak kan daar qua fysieke beperkingen wel een rol in spelen Conclusie: Concluderend kan gesteld worden dat de studenten die zijn geïnterviewd een positieve houding tegenover ouderen hebben, zij hebben echter wel een bias aangezien ze voor een stage met als doelgroep ouderen hebben gekozen. De meeste studenten denken later moeite te hebben met de fysieke beperkingen van ouder worden. Ze begrijpen dat fysieke activiteiten zwaar zijn voor ouderen en hebben daar na het ouderdomspak aan te hebben gehad meer begrip voor. Over het algemeen denken de studenten dat andere scholieren/studenten met een negatief beeld naar de doelgroep ouderen en naar veroudering kijken. Volgens hun kan daar verandering in komen door middel van contact maken tussen de 2 doelgroepen. Het ouderdomspak kan volgens de studenten helpen met een positievere attitude vorming tegenover ouderen. Omdat nadat het ouderdomspak aan is geweest er beter begrepen kan worden dat er bijvoorbeeld opgestaan moet worden voor ouderen in de bus. Naast de Toegepaste Psychologie studenten zijn er ook een aantal ouderen geïnterviewd (bijlage 6). Samenvatten kwam daar uit dat 3/5 zichzelf niet oud vinden. De leeftijd van de ouderen varieerde tussen de 65 en 92 jaar. De meeste ouderen gaven aan wel last te hebben van de fysieke beperkingen van ouder worden, hier deden ze echter wel luchtig over. De 92 jarige mevrouw gaf aan moeite te hebben met bepaalde handelingen. De andere ouderen hadden met name moeite met het traplopen. Ook gaven de meeste ouderen aan te denken dat studenten niet over het ouder worden nadenken. De ouderen vonden het allemaal erg leuk om geïnterviewd te worden. 20 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 4. Werkvorm van Workshop 4.1 Werkvorm De workshop zal gaan over het onderwerp ‘ouderdomspak’. Dit is onderwerp is verkregen vanuit de minor Active Ageing. Aan de hand van dit onderwerp is er bekeken welke onderwerpen er komen kijken bij het ouderdomspak. Allereerst het onderwerp veroudering, dit is gekozen omdat het ouderdomspak het gevoel van veroudering weergeeft. Daarnaast zijn de verschillende doelgroepen bekeken. Aan de ene kant de ouderen die de veroudering meegemaakt hebben en anderzijds de studenten die nog niet veel veroudering hebben gehad. Verder is er gekeken naar de ADL handelingen die tijdens het onderzoek zijn getest. Tenslotte is er gekeken hoe de workshop opgebouwd kan worden en hoe de vormgeving eruit gaat zien. De doelgroep van deze workshop zijn studenten van Toegepaste Psychologie, maar zal voor de beoordeling uitgevoerd worden voor studenten van Mens en Techniek, Verpleegkunde en Ergotherapie studenten. Daarnaast zullen er 2 docenten aanwezig zijn van de academie voor gezondheidszorg. De workshop zal gegeven worden door 4 studenten Mens en Techniek en Toepaste Psychologie die allen de minor volgen. Om de studenten een duidelijk beeld te geven over de verschillende onderwerpen zijn er verschillende bronnen en onderzoeken bestudeerd. Daarnaast zijn de verschillende doelgroepen geïnterviewd om hun ervaring over veroudering mee te nemen in de workshop. Aan de hand van deze kennis zal er een goed niveau kunnen worden gehandhaafd tijdens de workshop. De workshop heeft het doel om de houding van studenten tegenover ouderen positief te veranderen met behulp van het ouderdomspak. Met name om begrip te krijgen voor de fysieke beperkingen van ouderen. 4.2 Vormgeving workshop Voorafgaand aan de workshop zullen er 2 dingen plaatsvinden. Allereerst zullen er vragen worden verstuurd naar de deelnemende studenten over hun houding tegenover ouderen en het ouderdomspak. Ten tweede zullen 2 studenten het ouderdomspak voor de workshop aantrekken. Hierna gaat de workshop van start. Allereerst zal de workshop beginnen met de inleiding, waarin er verteld wordt hoelang de workshop gaat duren, het doel, de doelgroep en wat er is gedaan tijdens deze periode. Dit zal uitgevoerd worden door Bente van Pinxteren. Hierna komt het onderdeel ouderdomspak. Hierbij wordt er uitgelegd wat het ouderdomspak inhoudt en wat er mee gesimuleerd wordt. Dit onderdeel dat worden gepresenteerd door Coen Cornelissen. Na de uitleg van het ouderdomspak zullen er testen worden uitgevoerd met 4 studenten. 2 studenten zonder het ouderdomspak en 2 studenten met het ouderdomspak. Deze studenten gaan per persoon 3 handelingen uitvoeren. Namelijk: -Het inschenken van een glas water -Het oprapen van een voorwerp -Over een koffer heen stappen. De restgroep van de studenten zal de verschillen tussen de verschillende studenten opschrijven. Aan het einde van de testen zullen deze observaties besproken worden. Dit onderdeel zal uitgevoerd worden door Marten van der Meer. Om te kijken naar de kennis van de studenten zal er hierna een quiz worden uitgevoerd door Deborah van Bekhoven. Tijdens deze quiz zullen er vragen worden gesteld over het ouderdomspak, veroudering en ouder worden. De quiz bestaat uit 10 vragen en stellingen. Aan het eind van deze quiz zullen de vragen worden besproken en wordt er gekeken hoe het niveau van de studenten is. 21 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Na de quiz worden de interviews van de studenten van Toegepaste Psychologie in een filmpje afgespeeld. Eventuele toelichtingen zullen door Bente van Pinxteren worden gegeven. Hierna wordt er door de verschillende groepsleden even kort ingegaan op de samenwerking en de persoonlijke leerdoelen. En ten slot wordt de workshop door Bente van Pinxteren en Deborah van Bekhoven afgesloten, waar de deelnemers eventueel vragen en opmerkingen kunnen geven. 4.3 PROGRAMMA WORKSHOP Voorafgaand aan de workshop: Vragen opsturen naar studenten houding van studenten tegenover ouderen en het ouderdomspak 10 min voor de workshop zal het pak bij 2 studenten worden aangetrokken Inleiding Doel van de workshop Aanleiding van de workshop Doelgroep van de workshop Tijdsduur van de workshop Methode tijdens de workshop Relatie met de minor Artikel met betrekking tot het onderwerp Ouderdomspak Wat is het ouderdomspak Onderdelen van het ouderdomspak worden toegelicht De simulatie wordt uitgelegd Test 3 Handelingen uitgevoerd: -Glas water inschenken -Voorwerp oprapen -Over een koffer stappen 1. 2 studenten zonder het ouderdomspak voeren de handelingen uit 2. 2 studenten met het ouderdomspak voeren de handelingen uit 3. Restgroep observeert en merkt verschillen op Bespreken observaties Quiz Uitleg Quizvragen worden aan de studenten gesteld Antwoorden bespreken *Studenten met het ouderdomspak zullen geholpen worden om het uit te trekken. 22 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Filmpjes Filmpjes interviews studenten Evaluatie(?) Leerdoelen en samenwerking worden geëvalueerd Afsluiting Afsluiten workshop Mogelijkheid voor vragen en opmerkingen 23 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 5. Bronvermelding 2, R. (2015, Maart 9). 40 jaar in 2 minuten. Opgehaald van youtube: https://www.youtube.com/watch?v=8y_ll82xv9Q Age-Simulation-suit. (2016). Ouderdomssimulatie-pak GERT. Opgehaald van Produkt+Projekt: http://www.age-simulationsuit.com/ouderdomssimulatie.html?gclid=CJy5taCjlNICFc6T7Qod8o0ABw Avans Hogeschool. (sd). Verzorgen of ontzorgen. Opgehaald van Caring Society: http://www.avans.nl/onderzoek/expertisecentra/caring-society-3.0/lectoraten/active-ageing Bakkali, H. T. (2015). Door dit pak voelde ik hoe het is om oud te zijn. Opgehaald van De correspondent: https://decorrespondent.nl/4959/door-dit-pak-voelde-ik-hoe-het-is-om-oudte-zijn/577602178065-7207fb25 Beullens, J. (1998). Attitude van verpleegkundestudenten en verpleegkundigen tegeover ouderen: een literatuurstudie. Bleijenberg, N. (2009). Kennis en houding van studenten van Hbo-zorgopleidingen tegenover ouderen en mantelzorg; een vergelijkend onderzoek. Utrecht. CBS. (2015, April 28). Beperkingen in dagelijkse handelingen bij ouderen. Opgehaald van Centraal Bureau voor de Statistiek: (https://www.cbs.nl/nl-nl/achtergrond/2015/18/beperkingen-indagelijkse-handelingen-bij-ouderen) CBS. (2016). Meer dan 1 miljoen nederlanders had depressie. Opgehaald van Centraal Bureau van Statistiek: https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2016/04/meer-dan-1-miljoen-nederlanders-haddepressie Centraal bureau voor de Statistiek. (2016, April 5). Gezondheid en zorggebruik; persoonskenmerken. Opgehaald van Centraal Bureau voor de Statistiek: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=83005ned&D1=0-2,4651&D2=12-13&D3=0&D4=l&HD=150424-0933&HDR=G1&STB=G2,G3,T Centraal Bureau voor de Statistiek. (2016, juni 30). Personen in huishoudens naar leeftijd en geslacht, 1 januari. Opgehaald van Centraal Bureau voor de Statistiek: http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=37620&D1=01,11&D2=0&D3=110-116&D4=l&HDR=T,G3&STB=G1,G2&VW=T Centraal Bureau voor de Statistiek. (2017, februari 28). Centraal Bureau voor de Statistiek [Website]. Opgehaald van CBS.nl: http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=71950ned&D1=0-2,5,78&D2=a&D3=0,7,14&D4=0&D5=33-34&HDR=T&STB=G1,G2,G3,G4&VW=T Galileo (Regisseur). (2016). Manuel wordt oud opaatje [Film]. Gerards, F. (1997). Health Counseling . Baarn: H. Nelissen . Gezondheidsplein. (2017). Wat zijn Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen. Opgehaald van Gezondheidsplein: https://www.gezondheidsplein.nl/dossiers/zorg-en-hulpmiddelen/watzijn-algemene-dagelijkse-levensverrichtingen/item43434 24 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Hardy, S. (2005). Transitions between states of disability and independence among older persons. Heus, R. (2015, Maart 21). AD. Opgehaald van Met een ouderdomspak in de huid van senioren: http://www.ad.nl/den-haag/met-een-ouderdomspak-in-de-huid-van-senioren~a7784563/ Jansen, M., Schuurmans, M., & Maliepaard, M. (2008). Attitude tegenover ouderen van studenten van hbo-zorgopleidingen. Utrecht. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. (2011). Landelijke nota gezondheidsbeleid Gezondheid dichtbij. Rijksoverheid. Neprom. (2014, Maart 19). Ouderdomspak kan inspireren bij ontwikkelen voor senioren. Opgehaald van http://www.neprom.nl/Lists/Nieuws/artikel.aspx?ID=709&Source=/default.aspx Nilwik, R., Snijders, T., Leenders, M., Groen, B., van Kranenbrug, J., Verdijk, L., & van Loon, L. (mei 2013). The decline in skeletal muscle mass with aging is mainly attributed to a reduction in type II muscle fiber size [Artikel]. Experimental Gerontology, 492-498. Omroep gld. (2015, Augustus 17). Nijmeegse onderzoekers hijsen Lowlands-gangers in ouderdomspak. Opgehaald van Omroep gelderland: http://www.omroepgelderland.nl/nieuws/2097482/Nijmeegse-onderzoekers-hijsenLowlands-gangers-in-ouderdomspak Pastra. (2017). Ouderdomssimulatie-pak. Opgehaald van Ziekenhuisbed: http://ziekenhuisbed.nl/winkel/opleidingen/ouderdomssimulatie-pak/ Telegraaf. (2015, Augustus 17). Gezondheid. Opgehaald van http://www.telegraaf.nl/gezondheid/24383683/__Feesten_in_ouderdomspak__.html Verstappen, F. (2012). Medische Basiskennis. Amsterdam: Boom uitgevers Amsterdam. 25 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Bijlage 1. Plan van Aanpak In deze bijlage kunt u het plan van aanpak vinden. Hierin wordt de verdeling, groepsindeling, deadlines en doelen beschreven. Groepsleden Coen Cornelissen Bente van Pinxteren Deborah van Bekhoven Marten van der Meer Opleiding Mens en Techniek Toegepaste Psychologie Mens en Techniek Mens en Techniek Rollen/taakverdeling Contactpersoon/ Reserveren pak Planning/Notulist Kwaliteitsbewaker/Spelling/ inleveren Gespreksleider/Voorzitter Vaste dag: maandag Contact via: Dropbox WhatsApp Bronnen: Fontys mediatheek Google Scholar Kaluga Verdeling: De in het schema weergegeven onderwerpen komen aan bod. Belangrijk is om elke maandag dit met elkaar te overleggen, zodat iedereen dezelfde informatie heeft, waardoor iedereen van elk onderwerp op de hoogte is. Coen en Marten Veroudering Ervaringen ouderen → Interviews Hoe zien ouderen de veroudering Wat is veroudering Wat komt er bij kijken als mensen verouderen? Bente en Deborah Ouderdomspak Ervaring ergotherapeut/Fysio en verpleegkundige studenten → interviews en pak aantrekken Hoe zien jongeren het ouderdomspak Wat is het ouderdomspak Ervaringsleren Hoe werkt het ouderdomspak 3 ADL handelingen 3 ADL handelingen Oplossingen combineren → workshop opzetten -Laat studenten het pak uitproberen (idee) -Laat de oplossingen zien (idee) -Interview filmen en tijdens workshop laten zien (idee) Belangrijke Deadlines: Plan van aanpak af en gemaild: Voor vrijdag 9:00 week 2 (10 februari): 1 keer feedback theoretisch deel handboek: Voor vrijdag 9:00 week 4a (3 maart) Concept handboek af en gemaild: Voor vrijdag 9:00 week 6 (17 maart): Handboek definitief in plagiaatscan via BB en via mail en 1 hardcopie: Voor vrijdag 9:00 week 7 (24 maart): Leerdoelen: 26 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Marten: 1: Aan het eind van de 3e periode Minor Active Ageing wil ik een goed geoefend, duidelijk en een gestructureerd verhaal kunnen vertellen tijdens een presentatie/workshop. Bij goed oefenen wordt in deze bedoeld: 5 tot 10 keer individueel oefenen. Daarnaast zal in groepsverband minimaal 2 keer worden geoefend en een peer to peer reflectie worden gehouden. 2: Tijdens de 3e periode ga ik werken aan het maken van schriftelijk goed doorlopende teksten waarbij ik let op mijn spelling en zinsbouw. Zodat ik een goede bijdrage lever aan het schrijven van het handboek en er geen correcties hoeven worden gedaan aan mijn ingeleverde stukken. Bente: Aan het einde van de periode wil ik mijn vaardigheid trainen verbeterd hebben. Dit wil ik doen door tijdens de workshop rustig en verstaanbaar te praten, waardoor ik de informatie die ik wil vertellen goed kan overbrengen. Aan het einde van de periode wil ik kunnen zeggen dat iedereen een gelijk aandeel in het project te heeft gehad, dit wil ik doen door naar de mening van iedereen te vragen en hun ideeën ook mee te nemen in het project. Deborah: 1. Ik wil mijn zorgen bespreekbaar maken tijdens het project om te zorgen dat ik niet alle werkzaamheden op ga pakken maar een goed werkende samenwerking heb. Dit doe ik samen met mijn groepje door duidelijke afspraken te maken over de werkzaamheden en afspraken. Om te zorgen dat dit goed verloopt, is bij de start van het project een plan van aanpak opgestart, aan de hand hiervan zullen wij 7 weken samenwerken. Mijn doel is bereikt als we van iedereen duidelijk wat stukken in het handboek hebben staan en ik bij de presentatie kan uitspreken hoe de samenwerking is verlopen. We hebben de eerste 4 weken verdeeld in 2 onderwerpen waarbij er in tweetallen gewerkt wordt. Hierbij gaan Bente en ik kijken naar het ouderdomspak en Coen en Marten gaan kijken naar veroudering. Aan het eind van 4 weken zullen de resultaten samengevoegd worden en er een workshop gemaakt worden. 2. Ik wil meer inzicht krijgen in de ervaring van mensen met ouderdom. Dit doe ik door mensen te interviewen die een ouderdomspak aantrekken. Dit zal bij ergocoaches of studenten fysiotherapie of verpleegkunde uitgevoerd worden in aankomende 4 weken. Onze opleiding is namelijk gericht op een probleem en oplossingen en minder op de ervaring van een patiënt of persoon. Ik wil de koppeling maken tussen ervaringen en oplossingen. Dit ga ik doen door de deelnemende mensen te interviewen en aan de hand hiervan oplossingen te bedenken voor ADL handelingen bij mensen met ouderdom. Hierbij gaan Bente en ik kijken naar het ouderdomspak en Coen en Marten gaan kijken naar veroudering. Hierbij worden er zowel ouderen geïnterviewd als jonge mensen met het ouderdomspak. Hierbij wordt er getest bij 3 ADL handelingen. Aan het eind van 4 weken zullen de resultaten samengevoegd worden en er een workshop gemaakt worden. Coen: Tijdens de interviews een goed lopend gesprek kunnen creëren waarbij iedereen zich op het gemak voelt en rustig zijn of verhaal kan vertellen Ik wil graag wat beter worden in het overbrengen van iets wat ik zelf heb onderzocht of gedaan in een bepaalde tijd aan anderen. Dit kan zijn in een gesprek of presentatie. 27 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Bijlage 2: Draaiboek workshop In deze bijlage in het draaiboek voor de workshop “Het ouderdomspak” te vinden. Hierin worden de verschillende onderdelen, materialen en tijdstippen benoemd. 1. Contactgegevens. Wie Bente van Pinxteren Coen Cornelissen Marten van der Meer Deborah van Bekhoven Studentnummer 2082223 Opleiding Toegepaste Pyschologie Wanneer 03-04-2017 2088255 2091388 Mens en Techniek Mens en Techniek 03-04-2017 03-04-2017 2088324 Mens en Techniek 03-04-2017 2. Informatie materialen Wanneer 03-04-2017 11:15-11:20 Wie Wat Waar Bente van Pinxteren HA319 11:20-11:25 Coen Cornelissen 11:25-11:40 Marten van der Meer Powerpoint presentatie Smartboard Computer USB Ouderdomspak Powerpoint presentatie Computer Glas Kan met water Koffer Ouderdomspak 2 proefpersonen zonder pak 2 proefpersonen met ouderdomspak Pen Ondersteuning: Coen Cornelissen 11:40-11:50 11:50-11:53 Deborah van Bekhoven Bente van Pinxteren Observatie: -Lijst met opvallende punten bij de verschillende onderdelen -Pen -Papier Powerpoint Smartboard Computer Quizvragen Antwoorden Studenten: -Pen -Papier Smartboard HA319 HA319 HA319 HA319 28 Minor Active Ageing Avans Hogescholen 11:53-12:55 Evaluatie: Volledig groep Afsluiting: Bente van Pinxteren en Deborah van Bekhoven Filmpjes interview studenten Powerpoint Smartboard Computer HA319 3. Draaiboek Workshop Wie Onderdeel Waar Groep Ouderdomspak aantrekken HA319 Wanneer 03-04-2017 11:00-11:15 Bente van Pinxteren Inleiding HA319 11:15-11:20 Coen Cornelissen Ouderdomspak HA319 11:20-11:25 Marten van der Meer Test HA319 11:25-11:40 Wat Deborah van Bekhoven Quiz HA319 11:40-11:50 Bente van Pinxteren Filmpjes HA319 11:50-11:53 Volledige groep Bente van Pinxteren Deborah van Bekhoven Evaluatie Afsluiting HA319 11:53-12:55 Bas en Myrthe gaan het pak aantrekken Tijdsduur Doel Aanleiding Methode Relatie Artikel Doelgroep Onderdelen Simulatie 1. Studenten zonder pak voeren de handelingen uit 2. Studenten met het ouderdomspak voeren de handelingen uit 3. Restgroep observeert Bespreken opvallende punten Uitleg Quizvragen Bespreken resultaten Filmpjes interviews studenten Leerdoelen benoemen Afsluiten 29 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Bijlage 3: Procesbeschrijving In deze bijlage worden de procesbeschrijving van deze workshop uitgelicht. Hierbij worden de notulen, samenwerking, planning, taakverdeling en de behaalde leerdoelen beschreven. Notulen innovatieproject/workshop ouderdomspak Datum 6 februari 2017 Aanwezig Bente, Deborah, Marten Afwezig Coen Op het eind van de les op maandag; ligt er een voorlopig plan van aanpak waarbij de taken en rollen verdeeld zijn. o Voorlopig plan opgesteld o Taken verdeelt Bente : Planning/Notulen Coen: Contactpersoon/ reserveren benodigdheden Deborah: Kwaliteitsbewaker/Stelling, Grammatica / inleveren stukken Marten: Gespreksleider/voorzitter verzorgt elke groep een pitch van max 5 min. NB: Iedereen komt aan het woord tijdens de pitch. o Media bericht zoeken en pitchen over het ouderdomspak. o In het kort de kennis en ervaringen waarin jij je de komende weken gaat verdiepen en de kennis en ervaringen vanuit jouw persoonlijke achtergrond over dit onderwerp. Actiepunten: Iedereen Bente Deborah - Leerdoelen formuleren Planning maken Contact opnemen met bedrijf Controleren en inleveren plan van aanpak (10 februari - 9:00) Datum 13 februari 2017 Aanwezig Bente, Coen, Deborah, Marten Tijdens de tweede bijeenkomst krijgen jullie nog gelegenheid om literatuur te zoeken en te overleggen. Wat heb je minimaal nodig voor je handboek: KLAAR 1 recent mediabericht m.b.t. onderwerp Totaal: 10 bronnen waarvan minimaal 5 Onderzoeksrapporten en/of beleidsnotities en/of wetenschappelijke artikelen uit relevant vaktijdschrift Praktijkervaring “eindgebruiker”, professional, ondernemer Op het eind van de bijeenkomst 2 kunnen we: KLAAR de afbakening van je onderwerp aangeven en onderbouwen de centrale vraagstelling van de workshop aangeven en onderbouwen de relatie met de minor Active Ageing aangeven en onderbouwen + 30 Minor Active Ageing Avans Hogescholen - de zoekstrategie toelichten die jullie gebruikt hebben en de eerste resultaten van deze zoekactie toelichten (proces en resultaten) Activiteiten in de les: Coen en Marten: Centrale afbakening van het onderwerp aangegeven en onderbouwd Deborah: Bronnen gezocht centrale vraagstelling van de workshop aangegeven en onderbouwd de relatie met de minor Active Ageing aangegeven en onderbouwd de zoekstrategie toegelicht Bente: per bron een korte toelichting geschreven met het onderwerp van de bron Actiepunten: Iedereen Bente Coen Deborah Marten - Opdracht maken van week 4 (bijeenkomst 3) Doelgroep analyse/ervaringsleren Welke technologieën voor veroudering, ADL handelingen (boterham smeren, thee zetten en aankleden) Wat is een ouderdomspak, ervaringen ermee (artikel) en hoe wordt het gebruikt. Literatuuronderzoek versturen. Contact met het bedrijf Wat is veroudering en wat komt erbij kijken? Datum 20 februari 2017 Aanwezig Bente, Coen, Deborah, Marten Feedback ontvangen op het literatuuronderzoek. Coen is na de vakantie een week met wintersport. Activiteiten in de les: Gezamenlijk: - Opzet handboek - ADL handelingen aangepast - Planning ingedeeld Coen: - Vragen interviews opgesteld Marten: - Leerdoelen aangepast Bente - Vragen interviews opgesteld - Datum studenten geregeld Deborah: 31 Minor Active Ageing Avans Hogescholen - Feedback literatuuronderzoek verwerkt en besproken - Feedback Plan van Aanpak verwerkt Actiepunten: Voor 1 maart af. Bente Coen - Deborah Marten - Onderbouwing doelgroep toepaste psychologie, ervaringsleren (studentenjaar etc) Lopend verhaal Inleiding o Wat is veroudering, wat is ouderdomspak o relatie minor active ageing ( klopt dit?) en mediabericht o lopend verhaal, verbinden (veel is al gemaakt!) Aanleiding, probleemstelling, vraagstelling, doelstelling Vragen interviews afmaken Onderbouwing van doelgroep ouderen( 65+ en thuiswonend)(mogelijk met zorg) Onderbouwen waarom deze 3 ADL handelingen Stuk veroudering (zorg voor minimaal 2 a 3 boeken) Uitgebreid stuk veroudering (+ wat komt er kijken bij veroudering, fysieke) + Kort stukje veroudering (cbs cijfers etc) Logboek bijwerken 3 Maart inleveren concept handboek Deborah - Vragen versturen naar ergocoaches Vormen van de opzet van het handboek Samenvoegen alle onderdelen, controleren op spelling en grammatica Inleveren concept handboek (3 maart 9:00) Bente & Deborah 3 maart 5 studenten interviewen met ouderdomspak Coen & Marten Afspraak maken voor het interviewen van ouderen. Datum 6 maart 2017 Aanwezig Bente, Deborah, Marten Afwezig Coen (wintersport) Feedback ontvangen van Inge op het concept handboek. Actiepunten: Bente - Gekregen feedback verwerken in het handboek Deborah - Handboek controleren op spelling en grammatica Handboek versturen (10 maart 9:00) 32 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Marten - Planning gevormd voor 15 maart Mariam mailen naar aanleiding van haar onderzoek op Lowlands met het ouderdomspak. Interviews uitschrijven van de 5 geïnterviewde ouderen Actiepunten voor 15 maart. Iedereen Bente Coen Deborah Marten - Eigen leerdoelen evalueren en samenwerking beschrijven Resultaten interviews verwerken, zie 3.6 + interview oudere filmen Quiz vragen opstellen voor workshop Werkvormen workshop uitwerken, vormen draaiboek opzoeken Notulen en taakverdeling bijwerken Datum 15 maart 2017 Aanwezig Bente, Coen, Deborah, Marten Concept draaiboek gemaakt Feedback verwerkt in handboek Vragen voor de Quiz gemaakt Actiepunten: Bente Deborah - Resultaten interviews Werkvormen workshop aanpassen en Teksten toevoegen 3.3 Spellingcontrole Inleveren concept handboek voor vrijdag 17 maart 9:00 33 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Leerdoelen en samenwerking per groepslid: Reflectie leerdoelen en samenwerking Bente van Pinxteren: Taken: Planning Notulen Aan het einde van de periode wil ik mijn vaardigheid trainen verbeterd hebben. Dit wil ik doen door tijdens de workshop rustig en verstaanbaar te praten, waardoor ik de informatie die ik wil vertellen goed kan overbrengen. Aan het einde van de periode wil ik kunnen zeggen dat iedereen een gelijk aandeel in het project te heeft gehad, dit wil ik doen door naar de mening van iedereen te vragen en hun ideeën ook mee te nemen in het project De afgelopen 7 weken zijn wij aan de slag gegaan met een workshop maken. Als ik op de samenwerking terugkijk, is het voor mijn gevoel snel gegaan. Ik heb de samenwerking als prettig ervaren, wel hebben we weinig bij elkaar gezeten. Dit kwam door de vakantieperiode en het dat het maar een kort aantal weken zijn. Coen is er 2x niet bij geweest, wat dat gevoel versterkt. Tijdens samenwerkingsprojecten heb ik meestal de voorzittersrol en de planning-rol omdat ik altijd overal van op de hoogte ben, weet waar we met het project naartoe moeten en erg betrokken ben. Tijdens deze samenwerking zijn die rollen door Deborah opgepakt, dit was voor mij eens wat anders om te ervaren hoe het is om wat meer los te laten. Dit ging me dan ook goed af omdat ik me meestal erg stress tijdens een project en dit nu niet heb ervaren, waarschijnlijk omdat Deborah deed zoals ik meestal doe. En we daardoor beide erg betrokken waren, waardoor ik vertrouwen had. Met overlegmomenten waren vooral Deborah en ik aan het sparren. Wij waren allebei erg betrokken bij het project. Een van mijn leerdoelen was om naar iedereen zijn mening te vragen en erbij te betrekken. Ik vind dat ik tijdens overlegmomenten vaak naar de mening van Marten en Coen heb gevraagd, ook heb ik met afspraken over de groepswhatsapp de beslissingen meer bij andere gelegd. Tijdens het project zijn we eigenlijk nergens tegenaan gelopen, op een situatie na. Op woensdagmiddag voor 12uur hadden we een deadline staan, Coen en Marten hadden hun opdracht niet af. Via de groepswhatsapp hebben we hierover gecommuniceerd en de situatie opgelost. In het vervolg zou ik zulke situaties liever in persoon willen oplossen. Mijn andere leerdoel is meer op de training gericht. In mijn dagelijks leven en zeker tijdens momenten waar ik spanning heb, praat ik snel en daardoor onduidelijk. Hier wil ik tijdens de workshop oprichten. Waarschijnlijk zal dit niet vlekkeloos gaan. Mijn spraak is iets waar ik altijd op zal moeten letten. Reflectie leerdoelen en samenwerking Coen Cornelissen: Taken: - Contactpersoon Reserveren benodigdheden Tijdens de interviews een goed lopend gesprek kunnen creëren waarbij iedereen zich op het gemak voelt en rustig zijn of verhaal kan vertellen Ik wil graag wat beter worden in het overbrengen van iets wat ik zelf heb onderzocht of gedaan in een bepaalde tijd aan anderen. Dit kan zijn in een gesprek of presentatie. 34 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Samenwerking: De samenwerking in de projectgroep loopt naar mijn mening erg goed. Iedereen kan goed met elkaar opschieten, dit is ook belangrijk wanneer je samen moet gaan werken. Het is een keer voorgekomen dat Marten en ik een deadline niet gehaald hebben. Hier is naderhand over gesproken en dit zal dan ook niet meer voorkomen in het vervolg van het project. Ik vind het zelf nog een beetje vroeg om te praten over de samenwerking, omdat ik zelf een week op vakantie geweest ben en dus een deel gemist heb. Voordat ik op vakantie ben gegaan hebben we wel een aantal keer bij elkaar gezeten. Hier was duidelijk op te merken dat Deborah en Bente de leiding in de gesprekken en taakverdeling namen en dat Marten en ik wat meer op de achtergrond waren. Dit is denk ik alleen maar goed, zo kan iedereen wat van elkaar leren. Reflectie leerdoelen De interviews heb ik niet mee kunnen houden omdat ik een week op vakantie ben geweest en mijn groepsgenoten deze voor mij hebben opgevangen. Vandaar dat dit leerdoel niet meer van toepassing is. Dit leerdoel komt pas later in het project aan bod. Reflectie leerdoelen en samenwerking Marten van der Meer Taken - Gespreksleider/ Voorzitter Logboek bijhouden Leerdoelen • • Aan het eind van de 3e periode Minor Active Ageing wil ik een goed geoefend, duidelijk en een gestructureerd verhaal kunnen vertellen tijdens een presentatie/workshop. Bij goed oefenen wordt in deze bedoeld: 5 tot 10 keer individueel oefenen. Daarnaast zal in groepsverband minimaal 2 keer worden geoefend en een peer to peer reflectie worden gehouden. Tijdens de 3e periode ga ik werken aan het maken van schriftelijk goed doorlopende teksten waarbij ik let op mijn spelling en zinsbouw. Zodat ik een goede bijdrage lever aan het schrijven van het handboek en er geen correcties hoeven worden gedaan aan mijn ingeleverde stukken. Samenwerking De samenwerking tijdens de afgelopen weken van het innovatieproject heb ik als prettig ervaren. De voorzitters taak die ik aan het begin van het project op mij heb genomen, heb ik helaas niet zo kunnen invullen zo als ik dat zou willen. Door persoonlijke omstandigheden was ik er niet altijd met mijn hoofd bij. Hierdoor werd deze taak ook al gauw overgenomen door Deborah en Bente. Voor het inlevermoment van het eerst concept hadden we een deadline afgesproken waarop we onze hoofdstukken zouden inleveren. Ondanks dat ik al vroeg was begonnen aan mijn werkzaamheden heb ik de deadline niet gehaald. Ik heb toen aan de groep voorgelegd wat mijn situatie was waarom ik de deadline niet had gehaald. Hier werd heel begripvol op gereageerd en hebben toen samen naar een oplossing gezocht. 35 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Over het algemeen heb ik deze periode vooral een volgende rol bekleed. Waar ik mij anders vaak focus op de voorgang, structuur (rust) en de planning binnen een project. Reflectie leerdoelen • • Tijdens het oefenen van de presentatie was mijn verhaal goed geoefend en duidelijk te volgen. Door het vele oefenen wist ik goed hoe en wat ik wilde vertellen. Hierdoor was ik rustiger en had ik ook minder last van zenuwen. Het schrijven van de teksten voor het handboek gingen mij nagenoeg goed af. Ben vroeg aan de stukken begonnen waardoor ik het in etappes kon schrijven. Eerst globaal de opzet van de tekst neergezet en toen er een lopende tekst van gemaakt. Reflectie leerdoelen en samenwerking Deborah van Bekhoven Taken: - Kwaliteitsbewaker Spelling, Grammatica Inleveren stukken Reflectie samenwerking: De samenwerking is vanaf het begin erg soepel verlopen. De eerste les werd er al duidelijk welke natuurlijke rol we in een groep aannemen. Aan de hand hiervan hebben we de taakverdeling ook opgezet. Helaas was Coen de eerste les afwezig, waardoor het in week 2 weer opnieuw opstarten was met een extra groepslid. Naarmate het project verder verliep ging ook de samenwerking steeds gemakkelijker. In de les werd er besproken wat er al was gedaan, wat we nog moesten doen en maakten we meteen een planning om met elkaar af te spreken wanneer we het af zouden hebben. Deze manier van werken ging heel goed, iedereen wist wanneer het af moest zijn en wat ze moesten doen. Tijdens het gezamenlijke moment konden we dan onze vragen stellen aan Inge om daarna weer door te gaan op het project. In week 4a ontstond er een beetje onenigheid, omdat de jongens hun stukken nog een beetje op het laatste moment moesten maken. Daardoor zou ik in tijdsnood komen met het opzetten en vormen van het handboek. Omdat dit ontzettend veel werk was, wilde ik daar minimaal 1,5e dag voor hebben. Toen bleek de gezondheid van Marten een rol te spelen in dit probleem. Dit hebben we even onderling uit kunnen praten en samen hebben Marten en ik een nieuwe datum opgesteld waar hij zijn stukken zou gaan inleveren. Dus ook al was er een probleem, dit hebben we rustig, snel en gemakkelijk op kunnen lossen. Ik vond de samenwerking erg fijn, ik merkte wel aan mezelf dat ik weer teveel op me zat te nemen qua stukken die gemaakt moesten worden. Dit heb ik bespreekbaar kunnen maken en daar is het groepje op in gaan spelen. Dit vond ik heel erg fijn, omdat ik in het verleden ook wel eens heb gemerkt dat een groepje totaal niet reageert als je zegt dat je het gevoel hebt dat je teveel doet. En dat was hier wel, waardoor ik ook met rust dingen los kon gaan laten. Al met al vond ik dit een heel fijn groepje om mee samen te werken. Iedereen had zijn sterke punten die ze in de groep gooide, we communiceerde goed en iedereen maakte zijn stukken. Ook was de kwaliteit van deze stukken erg hoog. Dit heeft gezorgd voor een mooi eindresultaat die we gaan laten zien tijdens de het moment van de workshop. Reflectie leerdoelen: 1. Ik wil mijn zorgen bespreekbaar maken tijdens het project om te zorgen dat ik niet alle werkzaamheden op ga pakken maar een goed werkende samenwerking heb. Dit doe ik 36 Minor Active Ageing Avans Hogescholen samen met mijn groepje door duidelijke afspraken te maken over de werkzaamheden en afspraken. Om te zorgen dat dit goed verloopt, is bij de start van het project een plan van aanpak opgestart, aan de hand hiervan zullen wij 7 weken samenwerken. Mijn doel is bereikt als we van iedereen duidelijk wat stukken in het handboek hebben staan en ik bij de presentatie kan uitspreken hoe de samenwerking is verlopen. We hebben de eerste 4 weken verdeeld in 2 onderwerpen waarbij er in tweetallen gewerkt wordt. Hierbij gaan Bente en ik kijken naar het ouderdomspak en Coen en Marten gaan kijken naar veroudering. Aan het eind van 4 weken zullen de resultaten samengevoegd worden en er een workshop gemaakt worden. Reflectie leerdoel 1: Tijdens het project heb ik mijn zorgen bespreekbaar gemaakt. Ik heb op het begin goed los gelaten om te zorgen dat de rest ook een juiste verdeling kreeg over dit project. Echter merkte ik tijdens het maken van het handboek dat ik weer alles zelf zat te doen waardoor ik 6 uur bezig ben geweest in plaats van dat ik om hulp ging vragen. Dit heb ik meteen aangepakt, ik heb de week erna juist stukken uit handen gegeven en heb me gefocust op de kwaliteit van het handboek waarbij ik heb gekeken naar de opbouw en de spelling en grammatica. Dit leerdoel is zeker voor mij behaald. In andere projecten hebben het inzicht helemaal niet gehad en ging ik alles zelf doen. Natuurlijk zit het leidende wel in mijn aard, maar in dit project heb ik ook veel dingen bij mijn groepsleden neergelegd om meer in groepsverband te werken. Dit was heel fijn en ik merk dat het veel prettiger werkt. 2. Ik wil meer inzicht krijgen in de ervaring van mensen met ouderdom. Dit doe ik door mensen te interviewen die een ouderdomspak aantrekken. Dit zal bij ergocoaches of studenten fysiotherapie of verpleegkunde uitgevoerd worden in aankomende 4 weken. Onze opleiding is namelijk gericht op een probleem en oplossingen en minder op de ervaring van een patiënt of persoon. Ik wil de koppeling maken tussen ervaringen en oplossingen. Dit ga ik doen door de deelnemende mensen te interviewen en aan de hand hiervan oplossingen te bedenken voor ADL handelingen bij mensen met ouderdom. Hierbij gaan Bente en ik kijken naar het ouderdomspak en Coen en Marten gaan kijken naar veroudering. Hierbij worden er zowel ouderen geïnterviewd als jonge mensen met het ouderdomspak. Hierbij wordt er getest bij 3 ADL handelingen. Aan het eind van 4 weken zullen de resultaten samengevoegd worden en er een workshop gemaakt worden. Reflectie leerdoel 2: Omdat ik aanwezig was bij het interviewen is dit leerdoel ook behaald. Samen met Bente heb ik 5 studenten van de opleiding Toegepaste Psychologie mogen interviewen. Hierbij hebben we de ervaring van de studenten vóór en na het aantrekken van het ouderdomspak meegenomen. Hierdoor kreeg ik een duidelijk beeld van de ervaring van de studenten en de manier van denken. Zij zien het namelijk niet als oplossing maar meer als toevoeging om bewustheid te creëren. Erg interessant om deze invalshoek een keer te bekijken. 37 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Planning: Hieronder is de volledige planning van de periode te vinden. Aan de hand van deze planning hebben we onze workshop opgezet. Wanneer Week 2 Wat inleveren Plan van aanpak met leerdoelen AF Start project Week 3 Coen afwezig 10 bronnen AF Week 4 Feedback inleveren !! Literatuuronderzoek AF Week 4A 1 maart 12:00 AF 3 maart ouderdomspak interviews studenten + inleveren literatuurstudie 6 maart schoolles (methode schrijven, start draaiboek Deze week zijn er vragen naar de ergocoaches gestuurd In deze week doen: Ruwe versie plan van aanpak in de les Contact opnemen bedrijf Leerdoelen Planning Controleren & Inleveren Wie Doelgroepanalyse/ervaringsleren Wat is veroudering en wat komt erbij kijken? Welke technologieën voor veroudering, ADL handelingen (boterham smeren, thee zetten en aankleden) Wat is het ouderdomspak, ervaringen ermee (artikel) en hoe wordt het gebruikt. Huiswerkopdracht op BB Bente Marten -Onderbouwing van doelgroep ouderen( 65+ en thuiswonend)(mogelijk met zorg) -onderbouwen waarom die 3 ADL handelingen verder onderverdelen buitenshuis (rondje lopen om het gebouw) inleveren dus controleren en concluderend stukje schrijven met 3 ADL handelingen Deborah -Onderbouwing doelgroep toepaste psychologie, ervaringsleren (studentenjaar etc) -Lopend verhaal Inleiding Wat is veroudering, wat is ouderdomspak relatie minor active ageing ( klopt dit?) en mediabericht lopend verhaal, verbinden veel is al gemaakt! -Aanleiding, probleemstelling, vraagstelling, doelstelling -vragen interviews afmaken -Stuk veroudering (zorg voor minimaal 2 a 3 boeken) Uitgebreid stuk veroudering (+ wat komt er kijken bij veroudering, fysieke) + Kort stukje veroudering (cbs cijfers etc) -Logboek bijwerken Week 5 2e feedback moment 10 maart inleveren Feedback overleg moment met Inge Feedback toepassen Spelling Interview ouderen uitschrijven Mailen naar Miriam Deborah Iedereen Bente Deborah Coen Deborah Iedereen Iedereen Bente Coen Marten Bente Deborah Marten Marten Coen afwezig 38 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Woensdag 15 maart AF Week 6 13 maart geen les 15 maart bijeenkomst projectgroep (draaiboek in elkaar zetten, leerdoelen evalueren) Week 7 Concept draaiboek AF Definitieve Draaiboek AF 3april Workshop uitvoeren !! Eigen leerdoelen evalueren en samenwerking beschrijven IEDEREEN Resultaten interviews verwerken, zie 3.6 + interview oudere filmen Bente Notulen en taakverdeling bijwerken Marten Werkvormen workshop uitwerken, vormen draaiboek opzoeken Deborah Quiz vragen opstellen Coen Draaiboek in elkaar gezet Stukken die er nog niet instaan erin gezet Bente: resultaten interviews Deborah: werkvormen workshop aanpassen en 3.3 tekst uittypen, spellingscontrole Feedback toepassen: Bente Spelling: Deborah Filmpje maken interviews: Bente Logboek: Marten Powerpoint: Coen Papieren versie inleveren: Coen Iedereen 39 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Week Onderdeel Plan van aanpak 2 Overige Literatuuronderzoek / Thema afbakening 3 Taken Ruwe versie plan van aanpak in de les Leerdoelen formuleren Planning PvA controleren en inleveren Contact opnemen met bedrijf Zoeken van 1 recent mediabericht m.b.t. onderwerp in de les PvA pitchen in de les 10 bronnen zoeken (waarvan tenminste 5 wetenschappelijk) in de les Zoeken praktijkervaring “eindgebruiker”, professional, ondernemer de afbakening van je onderwerp aangeven en onderbouwen de centrale vraagstelling van de workshop aangeven en onderbouwen de relatie met de minor Active Ageing aangeven en onderbouwen de zoekstrategie toelichten die jullie gebruikt hebben en de eerste resultaten van deze zoekactie toelichten (proces en resultaten) Huiswerkopdracht week 4 Blackboard (Bronnen beoordelen) Handboek Handboek 4 Handboek 4a 5 Overige Handboek Doelgroep analyse/ervaringsleren Wat is veroudering en wat komt erbij kijken? (bronnen zoeken) Welke technologieën voor veroudering, ADL handelingen (boterham smeren, thee zetten en aankleden) Wat is het ouderdomspak, ervaringen ermee (artikel) en hoe wordt het gebruikt. Onderbouwing doelgroep toepaste psychologie, ervaringsleren (studentenjaar etc) Inleiding maken (aanleiding, probleemstelling, vraagstelling en doelstelling) Vragen voor interviews afmaken Onderbouwing van doelgroep ouderen( 65+ en thuiswonend)(mogelijk met zorg) Onderbouwen waarom deze 3 ADL handelingen Stuk veroudering afmaken (schrijven) Logboek bijwerken Samenvoegen alle onderdelen van het handboek, opmaak handboek (inhoud opgave, titelblad etc) Handboek controleren op grammatica en spelling en concept handboek inleveren 3 maart studenten interviewen met ouderdomspak Vragen versturen naar ergocoaches Afspraak maken voor het interviewen van ouderen Ouderen interviewen Gekregen feedback verwerken in het handboek Uren x 2 0,5 0,5 2 0,5 2 0,5 2 0,5 1 0,25 0,5 0,5 1 2 0,5 2 1,25 1 0,5 1 0,5 0,3 0,3 x 2 1 1,5 1,5 1 3 4 3 3 1 2 1 1 1 1 10 0,3 0,25 4 6 2 4 1 2 2 40 Minor Active Ageing Marten Deborah Coen Bente Iedereen Logboek Avans Hogescholen Overige Handboek 6 Overige 7 Overige 1,5 Verdeling maken van de werkzaamheden die verricht moeten worden m.b.v. format/voorbeelden Interviews uitwerken van de 5 geïnterviewde ouderen Eigen leerdoelen evalueren en samenwerking beschrijven Resultaten interviews verwerken, zie 3.6 + interview oudere filmen Notulen en taakverdeling bijwerken Werkvormen workshop uitwerken, vormen draaiboek opzoeken Miriam mailen naar aanleiding van haar onderzoek op Lowlands met het ouderdomspak. Concept draaiboek gemaakt Feedback verwerken in handboek Vragen opstellen voor de quiz Presentatie maken voor workshop Spelling en grammatica check handboek + inleveren Mariam mailen naar aanleiding van haar onderzoek op Lowlands met het ouderdomspak. Feedback verwerken in handboek Logboek vullen/aanpassen Spelling en grammatica check handboek + inleveren Presentatie voor workshop Filmpjes interviews verwerken voor workshop x 2 0,5 1 1 0,5 0,5 2 x 2 0,5 2 0,5 0,5 1,5 1 2 0,5 2 0,25 2 0,5 1,5 0,25 1 Totaal 4 27,5 0,5 1 3 0,25 1 1 24 40.85 30,05 41 Minor Active Ageing 2 1 Avans Hogescholen Bijlage 4: Ervaringen jongeren met ouderdomspak 1.Manuel gaat het ouderdomspak testen. Hij hoort en ziet slecht. Begint luider te praten en verstaat slecht wat er tegen hem gezegd wordt. Hij wil een broodje gaan smeren, hij heeft alleen de spullen gepakt en is al bezweet. Het inschenken van de thee gaat goed mis, ook het schudden van hagelslag op zijn brood gaat mis. Hij merkt dat hij erg met zichzelf bezig is en geen behoefte heeft aan een praatje. Hij wil zijn normale dagelijkse handelingen uitvoeren, hij gaat proberen te gamen. Door de trillingen drukt hij alle knopjes tegelijk in. Tijdens het pizza eten, heeft hij veel moeite met het vinden van zijn mond. Hij mag boodschappen gaan doen op de markt. Hij voelt zich afgesloten van zijn omgeving. Hoort flarden van muziek en hoort niet wanneer iemand vraagt of hij kan helpen. Hij gaat pruimen halen, maar die hebben ze niet. Hij mag een bakje aardbeien uitkiezen, hierbij heeft hij de keuze tussen kleine en grote aardbeien. Dit kan hij al niet zien. Daarna moet hij betalen met pin, hij kan niet zien hoeveel hij betaalt, waar hij moet drukken en of het is gelukt. Eerst vond hij het grappig, maar na een uur werd hij er gek van. Hij wil graag weten hoe hij dit kan voorkomen. Hij heeft meer respect voor oudere mensen. (Galileo, 2016) 2.Een studente van 24 jaar deelt haar ervaring met het ouder worden via het ouderdomspak. Ze heeft last van het beperkte zicht, veel is troebel en het is lastig om de verschillende onderdelen in de gang te herkennen. Het verschil tussen een deur en een raam is nauwelijks te onderscheiden. Ook het horen gaat slecht, zo voelt het dus om een slechthorende en slechtziende oudere dame te zijn met stijve gewrichten en een slecht evenwicht. Vooral de onzekerheid komt opspelen, elke stap kost veel concentratie en energie. Ook schreeuwt ze rond zonder het zelf door te hebben. Met handschoenen die elektrische schokjes geven als een Parkinson effect moet ze een glas water inschenken. Dit gaat moeilijker dan verwacht. Daarnaast moet ze een zakdoek van de grond oprapen, wijdbeens en met veel concentratie lukt dit zonder om te vallen. Als het pak uit mag is ze erg opgelucht en voelt ze zich veel lichter. Het is ontzettend zwaar om je zo te voelen, het maakt alles veel moeilijker. (Heus, 2015) 3. 40 jaar in 2 minuten Hierin wordt het ouderdomspak getest. Ze begint meteen harder te praten en pakt de tafel vast tijdens het lopen. Het zitten gaat erg lastig, met veel moeite laat ze zich zakken in de bureaustoel. Het opstaan is erg zwaar. Hierna gaat ze samen met iemand muziek luisteren, tijdens deze prikkels is het lastig om te horen wat er tegen haar gezegd wordt. (2, 2015) 4.Heiba Targhi Bakkali is 30 jaar. En deelt haar ervaren met het ouder worden via een ouderdomspak. Ze staat wankel op haar benen en ziet een dichte mist, ze hoort slecht en haar armen en benen zijn stram. Zodra de tremor simulerende handschoenen worden omgedaan ervaart ze een vervelend gevoel. Ze verandert in een stijve hark, elke handeling kost meer moeite dan normaal. Met een bril op ( vergevorderd stadium van staar) wordt haar zich troebel. Ze ziet uitsluitend nog maar schimmen. Tijdens het sjoelen, ziet ze de stenen, de uitsparingen waar ze in moeten, maar de punten niet. Het verpest het plezier van het spelletje omdat ze zo’n slecht zicht heeft en niet ziet of ze de stenen op 42 Minor Active Ageing Avans Hogescholen de tafel of naast de tafel gooit. De volgende opdracht is gaan zitten, hierbij ziet ze een printer aan voor een stoel. Na veel voelen heeft ze door dat dit geen stoel is en wordt ze geholpen bij het vinden van de stoel. Met veel onzekerheid laat ze zich op de stoel zakken. Volgende stap een glaasje water. Met een bibberende hand probeert ze niet te morsen, dit lukt net. Opstaan vanuit een stoel is nog veel lastiger, traplopen is een crime zegt ze. Tree voor tree langzaam omhoog, en bij de eerste verdieping heeft ze het bloedheet. Ze heeft na 100 stappen het gevoel dat ze een paar kilometer is gaan hardlopen. Daarna wordt haar een brief aangereikt, lezen lukt niet. Ze kan het verschil tussen de voor en achterkant niet zien. Het wordt voorgelezen, haar aanvraag voor de rollator is afgewezen, dit komt omdat ze het formulier niet goed heeft ingevuld. Ook al is het gespeeld, ze voelt zich vernedert. Hierna wordt de staarbril gewisseld met een diabetesbril. Hierbij heeft ze last van vlekken in haar gezichtsveld. Bijna wordt ze aangereden door een fietsen, ze hoorde hem niet aankomen en besefte dat haar gezichtsveld vernauwd was. De volgende taak is haar ov chipkaart opladen bij een kaartautomaat. Ze moet er 10 euro opzetten. Ze klemt de kaart angstig vast, want wat gaat ze doen als ze hem laat vallen. Ook merkt ze dat het contrast van het scherm erg laag staat, daardoor is de tekst nauwelijks leesbaar. Hoe langer ze het pak draagt, des te somberder ze wordt. Als ze het risico had om een heup te breken zou ze ook niet zonder rollator naar buiten gaan. Ze snapt nu waarom de ouderen in het seniorencomplex liever niet naar buiten gaan in het donker. Als je portemonnee wordt afgepakt, doe je niks. Als het pak uit mag voelt ze zich bevrijdt, ze voelt zich lichter. Oud worden met al deze gebreken lijkt haar niks, maar er is hoop om deze kansen te verkleinen door verstandigere keuzes te maken. (Bakkali, 2015) 43 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Bijlage 5. Interviews In deze bijlage kunt u de vragen vinden die zijn gesteld tijdens het onderzoek voor de workshop. Hierbij zijn er vragen gesteld aan ouderen (65-plussers) en studenten (Toegepaste Psychologie). Voorbeeldvragen aan ouderen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. Wat is uw leeftijd, woonplaats etc.? Voelt/vind u zichzelf oud? Wat is uw houding tegenover ouder worden? Heeft u last van veroudering, zo ja waar merkt u dat aan? Waar loopt u tegenaan met ouder worden? Wat vindt u van ouder worden? Zijn er bepaalde handelingen waar u moeite mee heeft? Heeft u moeite met (3 Adl) handelingen? Waar merkt u dat aan? Wat vindt u hiervan? Wat doet u eraan om de handelingen toch uit te voeren? Zo ja wat? Nee, waarom niet? Hoe denkt u dat studenten kijken naar ouder worden? Voorbeeldvragen aan studenten Toegepaste Psychologie: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. Wat is je leeftijd, woonplaats etc.? Wat is je houding tegenover de doelgroep ouderen? En waarom? Heb je ervaring met de doelgroep ouderen? Hoe kijk je tegen het ouderen worden aan? Wat is de reden dat je er zo over denkt? Hoe denk je dat ouderen tegenover ouder worden aankijken? Wil je eens voelen hoe het is om een kwetsbare oudere te zijn? zo ja: ouderdomspak aan trekken Na het ouderdomspak aan te hebben gehad: wat vind je hiervan? Wat merkte je? Hoe vond je het om deze handelingen uit te voeren? Hoe denk je dat dat voor ouderen is? Is je mening veranderd over ouderen? Vind je het van belang dat er meer voorlichting wordt gegeven over ouder worden zodat studenten er anders over gaan denken? Wat denk jij dat zal helpen om een positievere houding tegenover ouderen te creëren, voor scholieren/studenten? 44 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Bijlage 6 interviews ouderen In deze bijlage zijn de interviews uitgewerkt aan de doelgroep ouderen. Man, 81 jaar, getrouwd, zelfstandig wonend. 1. Voelt/vind u zichzelf oud? Nee. 2. Wat is uw houding tegenover ouder worden? 3. Heeft u last van veroudering, zo ja waar merkt u dat aan? Lichamelijk heb ik er niet z´n last van. Maar met het hoofd heb ik er wel eens last van. Met name bij het verwerken van het overleiden van ons dochter en zoon, beide op 46 jarige leeftijd, heb ik het met name lastig. 4. Waar loopt u tegenaan met ouder worden? Dat je je kinderen overleeft. Ons dochter is plots komen te overleiden aan een aneurysma. En ons zoon is na een lang ziekte bed komen te overleiden aan kanker. Hij woonde in Canada met zijn gezin en op oudere leeftijd reis je ook niet meer zo gemakkelijk op en neer. 5. Wat vindt u van ouder worden? 6. Zijn er bepaalde handelingen waar u moeite mee heeft? Nee 7. Heeft u moeite met traplopen, buitenshuis verplaatsen en/of in bad gaan/douchen?. Nee 8. Waar merkt u dat aan? n.v.t. 9. Wat vindt u hiervan? n.v.t. 10. Wat doet u eraan om de handelingen toch uit te voeren? Zo ja wat? Zo lang ik het kan doe ik alles zelf en anders doe ik er maar wat langer over. 11. Nee, waarom niet? n.v.t. 12. Hoe denkt u dat studenten kijken naar ouder worden? Weet ik niet, heb geen idee. 45 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Man, 66 jaar, ongehuwd, zelfstandig wonend 1. Voelt/vind u zichzelf oud? Nee 2. Wat is uw houding tegenover ouder worden? Ja, je doet er niet zoveel aan. 3. Heeft u last van veroudering, zo ja waar merkt u dat aan? Alles wordt wat stijver en ik ben soms wat kortademig. Al moet ik toegeven dat dit waarschijnlijk eerder door het roken komt. 4. Waar loopt u tegenaan met ouder worden? Moest vorig jaar stoppen met werken, maar had nog wel jaren willen doorwerken. Heb nu echt het gevoel dat ik niet meer meedoe met de maatschappij. Help daarom ook graag de kinderen met het verbouwen van hun huis. Je bent dan gewoon wat bezig en het is ook wel gezellig. 5. Wat vindt u van ouder worden? Als het zo moet niet leuk. Had liever blijven werken. 6. Zijn er bepaalde handelingen waar u moeite mee heeft? Nee 7. Heeft u moeite met traplopen, buitenshuis verplaatsen en/of in bad gaan/douchen?. Ja het traplopen. 8. Waar merkt u dat aan? De kortademigheid door het roken. 9. Wat vindt u hiervan? Eigen schuld. Dan moet je maar niet roken. 10. Wat doet u eraan om de handelingen toch uit te voeren? Zo ja wat? Niets. 11. Nee, waarom niet? Ik stop nu op deze leeftijd niet meer met roken. Dan had ik dat eerder moeten doen. 12. Hoe denkt u dat studenten kijken naar ouder worden? Ik denk dat ze het ook lastig vinden. Vooral als je steeds meer gebreken krijgt en handelingen niet meer zelfstandig kan doen. 46 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Vrouw, 92 jaar, weduwe, aanleunwoning 1. Voelt/vind u zichzelf oud? Ja 2. Wat is uw houding tegenover ouder worden? Het lichaam wil soms niet meer. Maar kan daarnaast ook weer enorm genieten van kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen. 3. Heeft u last van veroudering, zo ja waar merkt u dat aan? Mijn zicht is achteruitgegaan door staar. Ik kan hier ook niet meer aan geholpen worden. Eigenlijk zou ik liever niet meer kunnen lopen dan dat ik mijn zicht verlies. 4. Waar loopt u tegenaan met ouder worden? De staar. Het lopen gaat moeilijk. En de tast is minder, dit is vooral lastig omdat het handwerken nu slechter gaat. 5. Wat vindt u van ouder worden? Het is nou eenmaal zo, je doet er niets aan. 6. Zijn er bepaalde handelingen waar u moeite mee heeft? Het huishouden, lopen, wassen/douchen, aankleden en naar het toilet gaan 7. Heeft u moeite met traplopen, buitenshuis verplaatsen en/of in bad gaan/douchen?. Ja alle drie. 8. Waar merkt u dat aan? Neuropathie in de benen, vermoeidheid en vooral de pijn. 9. Wat vindt u hiervan? Niet leuk, vooral als de pijn niet te onderdrukken is. 10. Wat doet u eraan om de handelingen toch uit te voeren? Zo ja wat? Ik krijg thuishulp bij het huishouden, wassen/douchen en aankleden. Loop voor korte stukjes met een rollator en voor langere stukken zit ik in een trippelrolstoel. Traplopen doe ik niet meer en neem dus altijd de lift. En kom alleen buitenshuis als er iemand meegaat die de rolstoel duwt. 11. Nee, waarom niet? n.v.t. 12. Hoe denkt u dat studenten kijken naar ouder worden? Als ze mij zien denk ik niet dat ze niet op deze manier oud willen worden. Daarnaast wordt er op het nieuws steeds gesproken over euthanasie, dus misschien denken ze ook als je niet gezond oud wordt, kan je ook wel weg. 47 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Vrouw, 65 jaar, samenwonend, zelfstandig wonend 1. Voelt/vind u zichzelf oud? Lichamelijk wel 2. Wat is uw houding tegenover ouder worden? Positief. Je moet de dingen nemen zoals ze zijn, gezond leven en blijven bewegen 3. Heeft u last van veroudering, zo ja waar merkt u dat aan? Ben lichamelijk wel stijver geworden, maar dit komt ook met name door het motor ongeluk dat ik een aantal jaren terug heb gehad. Dus durf niet te zeggen in hoeverre het verouderen hier mee te maken heeft. 4. Waar loopt u tegenaan met ouder worden? Omdat ik dat ongeluk heb gehad moet ik mijn energie goed gebalanceerd verdelen over de dag. Anders ben ik midden op de dag door mijn energie heen en kan ik de rest van de dag niets maken. 5. Wat vindt u van ouder worden? Heeft zijn charmes. Vooral het kunnen genieten van kinderen en kleinkinderen. 6. Zijn er bepaalde handelingen waar u moeite mee heeft? Bij het huishouden kan ik niet alles meer, met name hoge dingen afstoffen en de ramenzemen lukt mij niet meer. Hiervoor heb ik daarom ook hulp. 7. Heeft u moeite met traplopen, buitenshuis verplaatsen en/of in bad gaan/douchen?. Traplopen. Buitenshuis verplaatsen. 8. Waar merkt u dat aan? Bij het traplopen moet ik goed nadenken met welke voet ik begin. Omdat ik minder kracht in mijn rechtervoet heb moet ik met de linker beginnen. Als ik dat eenmaal in beweging ben gaat het wel. En als ik de trap af ga zet ik steeds mijn rechtervoet naast mijn linkervoet omdat ik de rechtervoet niet goed kan kantelen. Dit niet goed kunnen kantelen van de rechtervoet is ook de oorzaak dat het buitenshuis verplaatsen moeilijker gaat. 9. Wat vindt u hiervan? Vervelend 10. Wat doet u eraan om de handelingen toch uit te voeren? Zo ja wat? Ik heb schoeisel met afwikkel zolen. En bij het traplopen moet ik goed mijn hoofd erbij houdt. 11. Nee, waarom niet? n.v.t. 12. Hoe denkt u dat studenten kijken naar ouder worden? Dat ze eerst druk bezig zijn met een carrière en dan huisje boompje beestje. En dat het een ver van hun bed show is en er niet mee bezig zijn. Maar voor dat je het weet ben je er. 48 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Vrouw, 67 jaar, getrouwd, zelfstandig wonend 1. Voelt/vind u zichzelf oud? Nee 2. Wat is uw houding tegenover ouder worden? Positief. 3. Heeft u last van veroudering, zo ja waar merkt u dat aan? Ik heb last van staar en ben hier laatst aan geholpen 4. Waar loopt u tegenaan met ouder worden? Slecht zien en stijvere gewrichten 5. Wat vindt u van ouder worden? Best leuk, maar het komt met zijn beperkingen 6. Zijn er bepaalde handelingen waar u moeite mee heeft? Door het slecht zien en nachtblindheid rij ik in het donker geen auto meer. 7. Heeft u moeite met traplopen, buitenshuis verplaatsen en/of in bad gaan/douchen?. Nee 8. Waar merkt u dat aan? n.v.t. 9. Wat vindt u hiervan? n.v.t. 10. Wat doet u eraan om de handelingen toch uit te voeren? Zo ja wat? n.v.t. 11. Nee, waarom niet? n.v.t. 12. Hoe denkt u dat studenten kijken naar ouder worden? Ik denk dat die er niet zo zeer bij stil staan. En als ze dat wel doen, denk ik dat ze kijken naar hoe wil ik oud worden. Het is maar net wat je er zelf aan doet. 49 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Bijlage 7 Quiz Tijdens de workshop zal er een quiz worden uitgevoerd. Tijdens de workshop gaan we een aantal stelling voorleggen aan de studenten. Er zijn twee studenten die het ouderdomspak aanhebben tijdens de quiz. Zodat zij ervaren hoe het is om op oudere leeftijd een quiz te doen. 1. Veroudering is het krijgen van rimpels. Niet waar. 2. Verouderen is hetzelfde als ouder worden. Niet waar, ouder wordt iedereen, maar verouderen begint pas op een bepaalde leeftijd. 3. Gemiddeld worden mensen 90 jaar. Niet waar, vrouwen worden gemiddeld 86 jaar en mannen 83 jaar. 4. Veroudering is het gevolg van mutaties in het DNA. Waar. 5. Artrose zijn jeukplekken op je arm. Niet waar, Artrose is een lichte gewrichtsontsteking die uitgaat van het gewrichtskraakbeen. 6. Angststoornissen en depressies zijn de minst voorkomende psychische stoornissen bij ouderen. Niet waar, deze stoornissen komen het meeste voor bij ouderen. 7. Het grootste verschil tussen dementie en vergeetachtigheid is dat mensen met dementie meer vergeten. Niet waar, het grootste verschil is dat door dementie het dagelijks functioneren wordt belemmerd. 8. Jongeren denken over het algemeen erg makkelijk over ouder zijn. Waar. 9. Studenten van HBO-zorgopleidingen geven aan graag met ouderen te willen werken. Niet waar, 66.7% geeft aan niet met ouderen te willen werken. 10. Meer dan 50% van de 65+ers heeft problemen met dagelijkse handelingen. Niet waar, 2/3 heeft er geen problemen mee. 50 Minor Active Ageing Avans Hogescholen Bijlage 8 Voorafgaande vragen Er zijn een aantal vragen opgesteld die voorafgaand aan de workshop al ingevuld moeten worden door de deelnemers. Dit wordt gedaan om te kijken of de mening van de studenten na de workshop veranderd is. Workshop van: Deborah, Bente, Marten, Coen Allemaal pen en papier meenemen! De vragenlijst wordt ingevuld door…………... 1. Wat is je Leeftijd, woonplaats etc.? 2. Wat is je houding tegenover ouderen? En waarom? 3. Heb je ervaring met de doelgroep ouderen? 4. Hoe kijk je tegen ouderen worden aan? 5. Wat is de reden dat je er zo over denkt? 6. Hoe denk je dat ouderen tegenover ouder worden aankijken? 7. Wil je eens voelen hoe het is om ouder te zijn? zo ja: 8. Vind je het van belang dat er meer voorlichting wordt gegeven over ouder worden zodat studenten er anders over gaan denken? 51 Minor Active Ageing