a shock! EEN MAGNETISCHE ‘PIL’ TEGEN DEPRESSIE It may come to you as Magnetische pulsen (TMS) beïnvloeden de hersenen. Dennis Schutter gebeurt en op die manier de depressie wordt aangepakt?’ onderzocht het effect van TMS op depressie. Zijn conclusie: TMS werkt INTERESSANT ALTERNATIEF net zo goed als pillen. En de krachtige magnetic seizure therapy lijkt zelfs niet onder te doen voor de meest effectieve therapie tegen depressie, de elektroshock. Maak iemand tijdelijk ‘blind’, zodat hij bepaalde veranderingen op een monitor niet meer ziet. Beweeg zijn arm, zonder dat hij het wil. Of leg hem het zwijgen op als hij net iets wil gaan zeggen. ‘Het klinkt absurd, maar met transcraniële magnetische stimulatie, kortweg TMS, is het mogelijk’, zegt Dennis Schutter, die verbonden is aan het Helmholtz Instituut, een universitair onderzoeksinstituut waarmee het UMC Utrecht nauw samenwerkt. ‘Met een apparaat dat buiten de schedel een magnetische puls opwekt, kun je in het onderliggende hersenweefsel elektrische stroompjes opwekken. Op die manier zijn allerlei hersenfuncties te stimuleren of te dempen, afhankelijk van de frequentie en plaats op de schedel waar de “magneet” geplaatst wordt. Dat maakt TMS tot een ideaal instrument voor hersenonderzoek.’ LINKS PRIKKELEN Schutter ging een tijd naar de Verenigde Staten om de kneepjes van het vak te leren bij TMS- goeroe Eric Wassermann. Hij onderzocht bij gezonde mensen bijvoorbeeld wat het effect is van het stimuleren van de linker prefrontale cortex, het hersengebied dat in het voorste deel van de schedel ligt. ‘Je ziet niet meteen stemmingsveranderingen’, zegt hij, ‘maar wel verschuivingen in aandacht. Mensen worden ontvankelijker voor prikkels, zijn aandachtiger, reageren beter.’ Die resultaten zorgden ervoor dat Schutter ook al snel terechtkwam bij klinisch onderzoek naar depressie. ‘Mensen met een depressie zien vooral de negatieve kanten, reageren niet of nauwelijks op positieve prikkels. Ze zijn sterk naar binnen gekeerd en sluiten zich in zichzelf op. Het glas is niet half vol, maar half leeg. Op basis van dat fundamentele onderzoek drong zich een voor de hand liggende vraag op: is door prikkeling met TMS de linkerhersenhelft zodanig te prikkelen, dat die aandacht voor de buitenwereld weer terugkeert? Dat mensen zich weer meer openstellen voor wat er om hen heen Mede op basis van Schutters onderzoek concludeert de Gezondheidsraad in een recent rapport dat de behandeling van depressie met TMS ”hoopgevend” is. ‘TMS blijkt een beperkt maar relevant positief effect te hebben en veilig te zijn bij het behandelen van depressie en wellicht bij het verminderen van auditieve hallucinaties bij mensen met schizofrenie.’ De raad adviseert de minister van Volksgezondheid nader onderzoek te stimuleren. Daarnaast heeft toezichthouder FDA eind 2008 in de Verenigde Staten de eerste toepassing van TMS bij depressie goedgekeurd. Volwassenen bij wie een antidepressivum niet werkt mogen behandeld worden met het TMS-apparaat van bedrijf Neuronetics. 26 Uniek Tekst: Pieter Lomans. Illustratie: Milo. Inmiddels zijn wereldwijd al tientallen studies uitgevoerd om te zien of TMS depressies werkelijk dempt. Met uiteenlopende resultaten. Schutter: ‘Sommige studies laten zien dat het werkt, andere zien geen effect. Maar de opzet van al die studies verschilt nogal. Daarom heb ik een meta-analyse uitgevoerd, waarin uitsluitend goed opgezette, gecontroleerde studies zijn meegenomen.’ Die analyse, onlangs gepubliceerd in Psychological Medicine, toont aan dat hoogfrequente stimulatie met TMS werkt. Ook als rekening wordt gehouden met een placebo-effect. Aanvankelijk was Schutter enigszins teleurgesteld. ‘Het is beter dan niet behandelen, maar je geneest niets.’ Vervolgens heeft hij de TMS-resultaten vergeleken met een aantal veelgebruikte antidepressiva. ‘Ook op deze medicijnen is een meta-analyse losgelaten, met een – wat mij betreft – verrassend resultaat. Het effect van die medicijnen is namelijk precies gelijk aan het effect van TMS. Omdat nogal wat patiënten niet tegen de bijwerkingen van medicijnen kunnen, en daarom soms geen antidepressiva gebruiken, is TMS voor deze groep patiënten misschien een interessant alternatief.’ OPEN VRAGEN Er moeten nog allerlei aspecten van de nog altijd experimentele TMS-therapie verder onderzocht worden. Een behandeling duurt nu meestal twee tot drie weken, waarbij dagelijks ongeveer twintig minuten wordt gestimuleerd. ‘Het is de vraag of dat niet te kort is’, zegt Schutter. ‘Bij medicijnen zie je eigenlijk pas resultaat als je ze drie, vier weken hebt gebruikt. Verschillende groepen willen nu gaan onderzoeken of een langere behandelperiode ook voor TMS relevant is.’ Maar ook over de ideale frequentie, locatie en ‘Misschien maakt het wel niet zoveel uit waar je precies stimuleert, áls je maar stimuleert’ Uniek 27 ‘Met speciale TMS-apparatuur proberen ze een epileptisch insult (seizure) op te wekken’ intensiteit van TMS bij depressie wordt nog volop gediscussieerd. Bij een hoogfrequente stimulatie – met tien Hertz of hoger – neemt de gevoeligheid van het hersenweefsel toe. Bij een lage frequentie, bijvoorbeeld bij een of twee Hertz, gebeurt het tegenovergestelde. Dat is puur proefondervindelijk vastgesteld. ‘Maar waar en hoe je precies moet stimuleren voor welke aandoening, is nog lang niet helder’, zegt Schutter. OP HET ACHTERHOOFD Recent publiceerde Schutter onder andere met Frank Koerselman, hoogleraar psychiatrie in het UMC Utrecht, een artikel in het International Journal of Neuropsychopharmacology waarin die stelling nog eens wordt onderstreept. Schutter: ‘In samenwerking met het St. Lucas Andreas Ziekenhuis hebben we een groep depressieve patiënten niet op de gebruikelijke plek op het voorhoofd behandeld, maar boven op het achterhoofd, op de zogeheten rechter wandbeenkwab. We hadden in het laboratorium aanwijzingen gevonden dat daar ook gebieden liggen die bij een depressie anders functioneren dan normaal. Na twee weken had bijna de helft van de met TMS gestimuleerde patiënten een afname van de symptomen van minimaal dertig procent. In de placebogroep vonden we maar één patiënt die daaraan 28 Uniek voldeed. Daarmee is dit de eerste studie die voor TMS ook op deze hersenlocatie positieve effecten laat zien.’ Het onderzoek heeft in elk geval twee zaken weer in het onderzoekslicht gezet. Schutter: ‘Depressie kent diverse verschijningsvormen. We weten bijvoorbeeld dat TMS niet werkt bij depressieve patiënten met een psychose. Die moet je dan ook niet meenemen in je studie. Eigenlijk zou je de hele patiëntengroep verder willen opsplitsen aan de hand van biologische karakteristieken. Is de verhouding tussen linker en rechter frontale hersenhelft uit balans? Is het EEG afwijkend, het cortisol te hoog? Door die scherpere profielen kun je ook beter bepalen of een therapie werkt. Als de balans tussen linker- en rechterhelft niet is verstoord, heeft het weinig zin om te proberen om met TMS die balans terug te brengen en zo de depressie aan te pakken. Omdat in dit geval de oorzaak ergens anders ligt.’ NEURALE STORM Het tweede idee is zeker zo interessant. ‘Misschien maakt het wel niet zo veel uit waar je precies stimuleert’, zegt Schutter, ‘áls je maar stimuleert. Want of je nu linksvoor, rechtsvoor of boven op de schedel aan de achterzijde stimuleert, kennelijk werkt het. Het kan zijn dat het “depressienetwerk” heel uitgestrekt is, en dat het daarom niet zo veel uitmaakt op welke plaats je de magnetische pulsen loslaat; het netwerk wordt toch wel opgeschud.’ Weer andere onderzoekers menen dat de oorzaak van de depressie dieper in het brein ligt. En dat de plaats waar je stimuleert weinig of niets uitmaakt. Veel belangrijker is, dat het hele systeem een stevige ‘optater’ krijgt. Want juist een stevige schok of harde puls dringt door tot die diepe hersenkernen, zodat die worden geactiveerd. In de praktijk zijn daar ook aanwijzingen voor. Schutter: ‘Geen enkele therapie tegen depressie is zo effectief als een ECT: de elektroconvulsietherapie. Bij deze therapie, beter bekend als ‘elektroshock’ wordt bijvoorbeeld via de slaap een elektrische stroom door de hersenen gestuurd. Een stevige stroom, want de schedel is een goede isolator. Wat volgt, is een insult, een epileptische aanval, een neurale storm die enkele minuten kan aanhouden. De hersenen proberen die storm onder controle te krijgen door allerlei mechanismen op te schalen en te activeren. De shock reanimeert in zekere zin de hersenen en die activiteit blijft nog een tijdlang hangen. Artsen die ECT gebruiken, denken dat het insult een noodzakelijke voorwaarde is. De neurale storm is het antidepressivum.’ MAGNETISCH INSULT Het oude, dramatische beeld van de elektroshock is inmiddels verdwenen, stelt Schutter, hoewel het nog steeds geen lichte ingreep is. De patiënt wordt kortdurend onder narcose gebracht, hij krijgt zuurstof toegediend en er is een anesthesist bij die zo nodig hartslag en ademhaling bijstuurt. Als bijwerking melden patiënten voornamelijk cognitieve problemen, zoals geheugenverlies. Het zou mooi zijn als die bijwerkingen verder kunnen worden beperkt. Ook op dat front is er beweging. In de Verenigde Staten werken enkele wetenschappers aan magnetic seizure therapy. Met speciale TMS-apparatuur die vele malen krachtiger is dan de huidige machines, proberen ze een epileptisch insult (seizure) op te wekken. Schutter: ‘Met die zware TMS lijkt het insult beter te controleren dan met een ECT. De patiënten schijnen ook minder last te hebben van die cognitieve bijwerkingen. Het is allemaal nog hoogst experimenteel en slechts een handvol patiënten is tot dusver met deze therapie behandeld. Een van de onderzoekers meldde vorige week dat de patiënten sterk opknappen, hun klachten verminderen met meer dan vijftig procent. Veel conclusies kun je in dit stadium nog niet trekken, maar het onderstreept wel de onvermoede mogelijkheden van TMS.’