BIJLAGE bij het Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE

advertisement
HOGE VERTEGENWOORDIGER
VAN DE UNIE VOOR
BUITENLANDSE ZAKEN
EN VEILIGHEIDSBELEID
EUROPESE
COMMISSIE
Brussel, 26.4.2016
JOIN(2016) 19 final
ANNEX 1
BIJLAGE
bij het Gezamenlijk voorstel voor een
BESLUIT VAN DE RAAD
betreffende de sluiting van de overeenkomst tot voortzetting van het Internationaal
Centrum voor wetenschap en technologie tussen de Europese Unie en Euratom,
optredend als één partij, en Georgië, Japan, het Koninkrijk Noorwegen, de Kirgizische
Republiek, de Republiek Armenië, de Republiek Kazachstan, de Republiek Korea, de
Republiek Tadzjikistan en de Verenigde Staten van Amerika
NL
NL
BIJLAGE
bij het Gezamenlijk voorstel voor een
BESLUIT VAN DE RAAD
betreffende de sluiting van de overeenkomst tot voortzetting van het Internationaal
Centrum voor wetenschap en technologie tussen de Europese Unie en Euratom,
optredend als één partij, en Georgië, Japan, het Koninkrijk Noorwegen, de Kirgizische
Republiek, de Republiek Armenië, de Republiek Kazachstan, de Republiek Korea, de
Republiek Tadzjikistan en de Verenigde Staten van Amerika
OVEREENKOMST TOT VOORTZETTING VAN HET
INTERNATIONAAL CENTRUM VOOR WETENSCHAP EN TECHNOLOGIE
DE PARTIJEN BIJ DEZE OVEREENKOMST,
BEZORGD over de wereldwijde dreiging van de verspreiding van nucleaire, radiologische,
chemische en biologische wapens (hierna "massavernietigingswapens" genoemd) en het
gebruik van nucleaire, radiologische, chemische en biologische materialen als wapens;
HERBEVESTIGEND dat de verspreiding van technologie, materialen en vakkennis inzake
massavernietigingswapens en de overbrengingsmiddelen daarvoor moet worden voorkomen;
HERINNEREND AAN Resolutie 1540 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties,
waarin wordt bepaald dat alle staten verplicht zijn zich te onthouden van enige vorm van
steun aan niet-statelijke actoren die trachten nucleaire, chemische of biologische wapens en de
overbrengingsmiddelen daarvoor te vervaardigen, te verwerven, te bezitten, te ontwikkelen, te
vervoeren, over te brengen of te gebruiken;
ERKENNEND dat samenwerking en multilaterale inspanningen tussen staten doeltreffend
zijn om die verspreiding te voorkomen, en dat wetenschappelijk onderzoek en technologische
ontwikkeling een cruciale rol spelen bij de problemen inzake de verspreiding;
REKENING HOUDEND met de bepalingen van de Overeenkomst betreffende de oprichting
van een Internationaal Centrum voor wetenschap en technologie (hierna "het Centrum"
genoemd), die op 27 november 1992 in Moskou werd ondertekend (hierna "de overeenkomst
van 1992" genoemd) en het Protocol inzake de voorlopige toepassing van de Overeenkomst
betreffende de oprichting van een Internationaal Centrum voor Wetenschap en Technologie,
dat op 27 december 1993 in Moskou werd ondertekend (hierna "het Protocol inzake de
voorlopige toepassing" genoemd);
OVERWEGENDE dat het Centrum activiteiten die kunnen leiden tot de verspreiding van
massavernietigingswapens of daarmee verband houdende materialen zoveel mogelijk moet
ontmoedigen, door onderzoek en ontwikkeling voor vreedzame doeleinden van
wetenschappers en ingenieurs te ondersteunen en samen te werken in staten met voor
massavernietigingswapens toegepaste technologie, vakkennis en daarmee verband houdende
materialen, en gezien de eerdere bijdragen van het Centrum aan het voorkomen van de
verspreiding van massavernietigingswapens en de ondersteuning van wetenschappelijke
samenwerking tussen staten;
NL
2
NL
IN HET BESEF dat het welslagen van het Centrum krachtige steun van regeringen, de
Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (hierna "Euratom"
genoemd), niet-gouvernementele organisaties, stichtingen, academische en wetenschappelijke
instellingen en andere intergouvernementele organisatie en organisaties uit de particuliere
sector zal vergen;
GELEID door de wens dat het Centrum zijn werk voortzet in het licht van de recente
wijzigingen met betrekking tot het lidmaatschap van het Centrum;
GELEID door de wens het Centrum aan te passen aan de sinds zijn oprichting veranderde
omstandigheden, zodat de activiteiten van het Centrum de deelnemende onderzoekers en
ingenieurs zullen stimuleren en ondersteunen, ook degenen met kennis en vaardigheden
inzake massavernietigingswapens en hun overbrengingsmiddelen (met inbegrip van kennis en
vaardigheden voor tweeërlei gebruik), bij het ontwikkelen van internationale
wetenschappelijke partnerschappen, bij het versterken van wereldwijde veiligheid en bij
economische groei door innovatie; en
BESLUITEND dat, om de doelstellingen van het Centrum efficiënter te bereiken via
wetenschappelijke samenwerking, het Centrum wordt voorgezet door deze overeenkomst te
sluiten, op basis van de overeenkomst van 1992, met herzieningen, en het Protocol inzake de
voorlopige toepassing te vervangen,
ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:
ARTIKEL 1
NL
A)
Het Centrum werd oorspronkelijk opgericht bij de overeenkomst van 1992 als een
intergouvernementele organisatie, en wordt voortgezet krachtens deze overeenkomst.
Elke partij doet op haar grondgebied het nodige om de activiteiten van het Centrum
te vergemakkelijken. Voor de verwezenlijking van zijn doelstellingen heeft het
Centrum overeenkomstig de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de
partijen de handelingsbevoegdheid om overeenkomsten te sluiten, roerende en
onroerende goederen te verkrijgen of te vervreemden, en in rechte op te treden.
B)
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:
i)
"partijen": na de inwerkingtreding van deze overeenkomst, de ondertekenaars
van deze overeenkomst die de kennisgeving hebben verstrekt overeenkomstig
artikel 17, punt C), en alle lidstaten die tot deze overeenkomst zijn toegetreden
overeenkomstig artikel 13, punt B);
ii)
"personeel van het Centrum": natuurlijke personen die in dienst zijn van of
een contract hebben met het Centrum, of die zijn toegewezen aan of een
tijdelijke opdracht hebben bij het Centrum, zoals overeengekomen door het
Centrum en een of meer partijen;
iii)
"gezinsleden": echtgenoten of echtgenotes; ongehuwde kinderen ten laste,
jonger dan 21; ongehuwde kinderen ten laste, jonger dan 23 die voltijds
studeren aan een instelling voor postsecundair onderwijs; en ongehuwde
kinderen met een verstandelijke of lichamelijke beperking;
iv)
"activiteiten" van het Centrum: projecten en andere werkzaamheden die onder
auspiciën van het Centrum worden uitgevoerd, overeenkomstig artikel 2;
3
NL
v)
"project" van het Centrum: een samenwerkingsactiviteit van welbepaalde duur
die ergens in de wereld wordt uitgevoerd, waarvoor subsidies en/of materiaal
nodig kan zijn en die krachtens artikel 6 moet worden goedgekeurd;
vi)
"consensus" van de raad van bestuur: overeenstemming tussen alle partijen in
de raad van bestuur die deelnemen aan en stemmen tijdens een bijeenkomst
waar een besluit wordt genomen, op voorwaarde dat het quorum aanwezig is,
tenzij anders is bepaald in deze overeenkomst. De statuten van het Centrum,
zoals vastgesteld in artikel 4, bepalen het quorum en de vorm waarin de
partijen mogen deelnemen aan vergaderingen;
vii) "gastland": een partij die wordt aangewezen als gastland overeenkomstig
artikel 9, punt A);
viii) "technologie, materialen en vakkennis voor tweeërlei gebruik": technologie,
materialen en vakkennis die kunnen worden gebruikt zowel voor commerciële
doeleinden als voor de verspreiding van massavernietigingswapens, zoals
toepassingen inzake de ontwikkeling, de productie, het gebruik of de
verbetering van massavernietigingswapens of de overbrengingsmiddelen
daarvoor;
ix)
"kennis en vaardigheden voor tweeërlei gebruik": kennis en vaardigheden
met betrekking tot het gebruik van technologie, materialen en vakkennis voor
tweeërlei gebruik bij de ontwikkeling, de productie, het gebruik of de
verbetering van massavernietigingswapens of de overbrengingsmiddelen
daarvoor; en
x)
"daarmee verband houdende materialen": materialen, uitrusting en
technologie die onder relevante multilaterale verdragen en regelingen vallen, of
die zijn opgenomen op een nationale controlelijst, die kunnen worden gebruikt
voor de ontwikkeling, de productie, het gebruik of de verbetering van
massavernietigingswapens of de overbrengingsmiddelen daarvoor.
ARTIKEL 2
A)
Het Centrum zorgt voor de ontwikkeling, goedkeuring, financiering en controle van
op vreedzame doeleinden gerichte activiteiten, die hoofdzakelijk worden uitgevoerd
in instellingen en installaties op het grondgebied van de partijen. Projecten kunnen
worden uitgevoerd in staten die geen partij zijn bij deze overeenkomst en die voor
massavernietigingswapens toegepaste technologie, vakkennis en daarmee verband
houdende materialen hebben, als deze staten die projecten schriftelijk hebben
aangevraagd bij de raad van bestuur en de raad van bestuur unaniem goedkeurt dat
dergelijke projecten worden uitgevoerd. Onverminderd het voorgaande kunnen
individuen die onderdaan zijn van staten die geen partij zijn, toelating krijgen om
deel te nemen aan activiteiten die het Centrum uitvoert in staten die partij zijn bij de
overeenkomst.
B)
De doelstellingen van het Centrum zijn:
i)
NL
het stimuleren van de verbetering van internationale mechanismen ter
voorkoming van de verspreiding van massavernietigingswapens en de
overbrengingsmiddelen daarvoor, en van technologie, materialen en vakkennis
die cruciaal zijn en rechtstreeks samenhangen met de ontwikkeling, de
productie, het gebruik of de verbetering van massavernietigingswapens of de
4
NL
overbrengingsmiddelen daarvoor (met inbegrip van technologie, materialen en
vakkennis voor tweeërlei gebruik);
ii)
aan wetenschappers en ingenieurs met kennis en vaardigheden met betrekking
tot massavernietigingswapens en de overbrengingsmiddelen daarvoor, met
inbegrip van kennis en vaardigheden voor tweeërlei gebruik, mogelijkheden
bieden voor omscholing en ander werk zodat hun kennis en vaardigheden
kunnen worden ingezet voor vreedzame activiteiten;
iii)
het stimuleren van een cultuur van veiligheid betreffende het hanteren en het
gebruik van materialen, uitrusting en technologie die kunnen worden gebruikt
voor de ontwikkeling, de productie, het gebruik of de verbetering van
massavernietigingswapens of de overbrengingsmiddelen daarvoor; en
iv)
door zijn activiteiten bij te dragen tot: de ontwikkeling van internationale
wetenschappelijke partnerschappen, de versterking van wereldwijde veiligheid
en economische groei door innovatie; zuiver wetenschappelijk en toegepast
onderzoek en de technologische ontwikkeling en commercialisering, onder
andere op het gebied van milieubescherming, energieproductie en nucleaire
veiligheid, en tot het stimuleren van de verdere integratie van onderzoekers met
voor massavernietigingswapens toegepaste technologie, vakkennis en daarmee
verband houdende materialen in de internationale gemeenschap van
wetenschappers.
ARTIKEL 3
Om zijn doelstellingen te verwezenlijken is het Centrum gemachtigd om:
i)
door de aanwending van fondsen of anderszins activiteiten overeenkomstig artikel 2
te bevorderen en te steunen;
ii)
toezicht en financiële controle uit te oefenen op activiteiten van het Centrum
overeenkomstig artikel 8;
iii)
passende vormen van samenwerking tot stand te brengen met en middelen of
donaties te ontvangen van regeringen, de Europese Unie en Euratom,
intergouvernementele organisaties en niet-gouvernementele organisaties, organisaties
uit de particuliere sector, stichtingen, academische en wetenschappelijke instellingen
en aanverwante programma's;
iv)
bijkantoren of informatiekantoren op te zetten waar nodig in belangstellende staten
die partij zijn, of - als de raad van bestuur dat unaniem goedkeurt - op het
grondgebied van een staat die geen partij is; en
v)
andere activiteiten te ondernemen binnen de toepassingssfeer van deze overeenkomst
waarover binnen de raad van bestuur consensus wordt bereikt.
ARTIKEL 4
A)
Het Centrum heeft een raad van bestuur en een secretariaat, bestaande uit een
uitvoerend directeur (die ook optreedt als CEO), een of meer adjunct-uitvoerend
directeuren en de eventueel nog verder benodigde personeelsleden, overeenkomstig
de statuten van het Centrum.
B)
De raad van bestuur heeft de volgende taken:
i)
NL
vaststelling van het beleid van het Centrum en van zijn reglement van orde;
5
NL
ii)
algemene leiding en begeleiding van het secretariaat;
iii)
goedkeuring van de huishoudelijke begroting van het Centrum;
iv)
beheer van financiële en andere aangelegenheden van het Centrum, met
inbegrip van de goedkeuring van procedures voor de opstelling van de
begroting van het Centrum, de boekhouding en de controle daarvan;
v)
formulering van algemene criteria en prioriteiten voor de goedkeuring van
activiteiten;
vi)
goedkeuring van activiteiten van het Centrum overeenkomstig artikel 6;
vii) vaststelling van de statuten en van andere uitvoeringsregelingen waar nodig; en
viii) andere taken die hem krachtens deze overeenkomst worden toegewezen of die
voor de tenuitvoerlegging daarvan noodzakelijk zijn.
C)
De beslissingen van de raad van bestuur worden bij consensus genomen.
D)
Elke partij wordt vertegenwoordigd in de raad van bestuur met één stem en duidt niet
meer dan twee vertegenwoordigers aan voor de raad van bestuur.
E)
De partijen kunnen een wetenschappelijk adviescomité instellen, met
vertegenwoordigers die door de partijen zijn voorgedragen, om de raad van bestuur
deskundig wetenschappelijk en ander professioneel advies te geven, om de raad te
adviseren inzake onderzoek voor vreedzame doeleinden dat moet worden
gestimuleerd, en om enig ander advies te verstrekken dat de raad nodig heeft.
F)
De raad van bestuur stelt statuten vast voor de tenuitvoerlegging van deze
overeenkomst. Daarin worden de volgende aspecten geregeld:
i)
de structuur van het secretariaat, met inbegrip van de taken en
verantwoordelijkheden van de uitvoerend directeur, de adjunct-uitvoerend
directeuren en andere personeelsleden;
ii)
de procedure voor het selecteren, ontwikkelen, goedkeuren, financieren,
uitvoeren en controleren van de activiteiten;
iii)
procedures voor de opstelling van de begroting voor het Centrum en voor de
boekhouding en de controle daarvan;
iv)
passende richtsnoeren inzake de intellectuele eigendomsrechten in verband met
de projecten van het Centrum en met betrekking tot de verspreiding van de
resultaten van projecten;
v)
procedures voor de deelname van regeringen, de Europese Unie en Euratom,
intergouvernementele organisaties en niet-gouvernementele organisaties aan de
activiteiten van het Centrum;
vi)
personeelsbeleid en
andere regelingen die voor de tenuitvoerlegging van deze overeenkomst noodzakelijk
zijn.
ARTIKEL 5
Intergouvernementele organisaties en niet-gouvernementele organisaties, of staten die geen
partij zijn, kunnen door de raad van bestuur worden uitgenodigd om deel te nemen aan de
beraadslagingen van de raad van bestuur, als waarnemers zonder stemrecht.
NL
6
NL
ARTIKEL 6
Bij ieder projectvoorstel dat ter goedkeuring aan de raad van bestuur wordt voorgelegd, moet
de schriftelijke instemming worden gevoegd van de staat of staten waarin het project zal
worden uitgevoerd. Bovenop de voorafgaande goedkeuring van deze staat of staten, is ook de
goedkeuring van de projecten bij consensus in de raad van bestuur vereist.
ARTIKEL 7
A)
Projecten die door de raad van bestuur zijn goedgekeurd, kunnen worden
gefinancierd of ondersteund door het Centrum, de partijen, niet-gouvernementele
organisaties, stichtingen, academische en wetenschappelijke instellingen en
intergouvernementele organisaties en organisaties uit de particuliere sector. De
financiering of ondersteuning van goedgekeurde projecten vindt plaats op door de
verstrekkers vastgestelde voorwaarden en deze voorwaarden dienen in
overeenstemming met deze overeenkomst te zijn.
B)
De vertegenwoordigers van de partijen in de raad van bestuur en het personeel van
het secretariaat van het Centrum komen niet in aanmerking voor projectfinanciering
en mogen geen rechtstreekse begunstigde zijn van een projectfinanciering.
ARTIKEL 8
A)
Het Centrum heeft het recht, in de staten waar het zijn activiteiten verricht:
i)
ter plaatse de werkzaamheden, materialen, voorraden en besteding van fondsen
met betrekking tot projecten van het Centrum, alsmede daarmee
samenhangende dienstverlening en -financiering, te onderzoeken, na
kennisgeving of tevens onder de in een projectovereenkomst aangegeven
voorwaarden; en
ii)
op zijn verzoek alle documenten of andere bescheiden in verband met de
activiteiten met betrekking tot projecten van het Centrum en de besteding van
de fondsen te inspecteren of te verifiëren, waar die documenten of bescheiden
zich ook bevinden, tijdens de periode waarin het Centrum voor de financiering
zorgt en voor een periode nadien als vastgelegd in de projectovereenkomst.
De krachtens artikel 6 vereiste schriftelijke instemming omvat ook een verklaring
van de staat of staten waarin de werkzaamheden zullen worden uitgevoerd en van de
begunstigde instelling dat zij het Centrum de toegang verlenen die nodig is om de in
dit lid vastgestelde verificatie- en controlewerkzaamheden uit te voeren.
NL
B)
Ook iedere partij bezit de in punt A) bedoelde de rechten, gecoördineerd via het
Centrum, met betrekking tot de projecten die zij geheel of gedeeltelijk financiert of
projecten die op haar grondgebied worden uitgevoerd.
C)
Indien wordt geconstateerd dat de voorwaarden van een project niet zijn nageleefd,
kan het Centrum, dan wel een financierende regering of organisatie het project
stopzetten en in overeenstemming met de projectovereenkomst de gepaste
maatregelen nemen nadat de raad van bestuur in kennis is gesteld van de redenen
daartoe.
7
NL
ARTIKEL 9
A)
De hoofdzetel van het Centrum bevindt zich in de Republiek Kazachstan en de
Republiek Kazachstan is gastland zijn tenzij en totdat: i) de Republiek Kazachstan
schriftelijk te kennen geeft aan de raad van bestuur niet langer als gastland te willen
fungeren; ii) een van de andere, in artikel 13, punt A), genoemde partijen of een
andere partij die toetreedt tot deze overeenkomst krachtens artikel 13, punt B), met
als doeleinde toe te laten dat het Centrum activiteiten op het grondgebied van die
staat uitvoert, schriftelijk te kennen geeft aan de raad van bestuur dat zij wenst te
worden aangeduid als volgende gastland; iii) de raad van bestuur bij consensus
besluit het verzoek van die partij om te worden aangeduid als volgende gastland, in
te willigen; en iv) de partij die vraagt te worden aangeduid als volgende gastland,
schriftelijk te kennen geeft aan de raad van stuur dat zij de aanduiding als volgende
gastland accepteert.
B)
Bij wijze van materiële steun aan het Centrum stelt de regering van het gastland op
eigen kosten een gebouw ter beschikking dat geschikt is om door het Centrum te
worden
gebruikt,
met
de
bijbehorende
onderhoudswerkzaamheden,
nutsvoorzieningen en beveiliging. De regering van het gastland en het Centrum
kunnen een overeenkomst aangaan over de voorwaarden waaronder het gastland de
materiële steun en het gebouw ter beschikking stelt.
C)
Het Centrum heeft in het gastland de status van rechtspersoon en is in die
hoedanigheid gemachtigd tot het sluiten van overeenkomsten, het kopen en verkopen
van roerende en onroerende goederen, en heeft de bevoegdheid om als eiser en
verweerder in rechte op te treden.
ARTIKEL 10
In het gastland geldt het volgende:
i)
NL
(a)
fondsen die door het Centrum worden ontvangen en eventuele intresten van
deze fondsen zijn niet onderworpen aan belastingen in het gastland;
(b)
het Centrum of een bijkantoor is niet onderworpen aan belastingen op
eigendommen waarop krachtens de belastingwetgeving van het gastland
belasting wordt geheven;
(c)
goederen, voorraden en andere bezittingen die in verband met het Centrum en
zijn projecten en activiteiten worden geleverd of gebruikt mogen in het
gastland worden ingevoerd, uit het gastland worden uitgevoerd of in het
gastland worden gebruikt vrij van toltarieven, heffingen, douanerechten,
invoerbelastingen, btw en andere soortgelijke belastingen of heffingen.
Goederen, voorraden en andere roerende en onroerende goederen mogen door
het Centrum worden overgebracht naar of anderszins verstrekt aan juridische
entiteiten (onder meer maar niet uitsluitend wetenschappelijke organisaties van
het gastland) en in het bezit zijn van of worden gebruikt door het Centrum
en/of de entiteiten waaraan die goederen zijn verstrekt of doorgegeven vrij van
toltarieven, heffingen, douanerechten, invoerbelastingen, btw, onroerende
voorheffing en andere soortgelijke belastingen of heffingen;
8
NL
(d)
personeelsleden van het Centrum die geen onderdaan zijn van het gastland, zijn
vrijgesteld van het betalen van inkomensbelasting voor natuurlijke personen in
het gastland;
(e)
fondsen die zijn ontvangen in verband met de projecten van het Centrum door
juridische entiteiten, ook wetenschappelijke organisaties van het gastland, zijn
niet onderworpen aan belastingen in het gastland;
(f)
fondsen die zijn ontvangen door natuurlijke personen, in het bijzonder door
wetenschappers en specialisten, in het kader van de projecten van het Centrum,
worden niet opgenomen in het totale belastbare inkomen van die personen;
(a)
het Centrum, de partijen, regeringen, intergouvernementele organisaties en
niet-gouvernementele organisaties mogen fondsen, behalve die in de
plaatselijke valuta, die het Centrum nodig heeft om zijn activiteiten te
verrichten, steeds in het gastland invoeren of daaruit uitvoeren zonder
beperking. Elk van de genoemde instanties mag dit doen voor een bedrag dat
niet hoger ligt dan het totale door die instantie in het gastland ingevoerde
bedrag; en
(b)
voor de financiering van het Centrum en zijn activiteiten mag het Centrum,
voor zichzelf en namens de entiteiten vermeld onder ii), a), buitenlandse valuta
verkopen op de internevalutamarkt van het gastland;
ii)
iii)
personeelsleden van niet uit het gastland komende organisaties die deelnemen aan
een activiteit van het Centrum en die geen onderdaan of permanente inwoner van het
gastland zijn, zijn vrijgesteld van het betalen van douanerechten en heffingen op
persoonlijke bezittingen of huisraad die worden ingevoerd of gebruikt in of
uitgevoerd uit het gastland voor persoonlijk gebruik door die personeelsleden of hun
gezinsleden.
ARTIKEL 11
A)
In het gastland hebben het Centrum en zijn goederen en eigendommen juridische
immuniteit en immuniteit inzake executoriale maatregelen, tenzij het Centrum in een
specifiek geval expliciet afziet van die immuniteit.
B)
Privileges en immuniteiten worden enkel aan het Centrum verleend voor de
doeleinden die in deze overeenkomst worden gespecifieerd.
C)
Het bepaalde in dit artikel vormt geen beletsel voor vergoeding of schadeloosstelling
uit hoofde van van toepassing zijnde internationale overeenkomsten of het nationale
recht van een staat.
D)
Niets in het onder punt A) bepaalde mag worden gebruikt om gerechtelijke stappen
of vorderingen tegen onderdanen van het gastland of permanente inwoners van het
gastland te verhinderen.
ARTIKEL 12
A)
NL
Personeelsleden van het Centrum en hun gezinsleden die in het gastland aanwezig
zijn, krijgen van het gastland de volgende privileges en immuniteiten:
9
NL
i)
immuniteit inzake arrestatie, hechtenis en rechtsvervolging, op strafrechtelijk,
civiel en administratief vlak, voor persoonlijke uitlatingen in woord of
geschrift en alle handelingen bij de uitvoering van hun officiële taken;
ii)
vrijstelling van belastingen op het gebied van inkomen, sociale zekerheid of
andere belastingen, douanerechten of andere heffingen, met uitzondering van
die welke gewoonlijk deel uitmaken van de prijs van goederen of worden
betaald voor diensten;
iii)
immuniteit inzake socialezekerheidsbepalingen;
iv)
immuniteit inzake immigratiebeperkingen en inschrijving als buitenlander; en
v)
recht op het invoeren van hun meubels en persoonlijke bezittingen bij hun in
functie treden, vrij van alle in het gastland geldende toltarieven, heffingen,
douanerechten, invoerbelastingen en andere soortgelijke belastingen of
heffingen, en recht op het uitvoeren van hun meubels en persoonlijke
bezittingen bij hun uit functie treden, vrij van alle in het gastland geldende
toltarieven, heffingen, douanerechten, uitvoerbelastingen en andere
soortgelijke belastingen of heffingen.
De bepalingen onder i) van dit artikel zijn niet van toepassing bij een rechtsgeding
dat: a) voortvloeit uit een contract dat is gesloten met personeel van het Centrum
waarin dat personeel niet expliciet of impliciet als optredend voor het Centrum wordt
beschouwd; of b) door een derde partij wordt ingeleid ten gevolge van een ongeluk
in het gastland dat is veroorzaakt door een voertuig.
B)
Aan de vertegenwoordigers van de partijen in de raad van bestuur, de uitvoerend
directeur en de adjunct-uitvoerend directeuren worden door de regering van het
gastland, naast de onder A) en B) van dit artikel vermelde voorrechten en
immuniteiten, de voorrechten, immuniteiten, vrijstellingen en faciliteiten verleend
die in het algemeen door het gastland op zijn grondgebied aan de vertegenwoordigers
van leden en uitvoerende hoofden van internationale organisaties worden toegekend.
C)
Niets in deze overeenkomst verplicht de regering van het gastland tot het verlenen
van de onder A) en B) van dit artikel vermelde voorrechten en immuniteiten aan de
onderdanen of permanente inwoners.
D)
Niets in deze overeenkomst mag worden gebruikt om af te wijken van de
voorrechten, immuniteiten en andere voordelen die uit hoofde van andere
overeenkomsten zijn verleend aan het onder A) en B) bedoelde personeel.
ARTIKEL 13
NL
A)
Georgië, de Kirgizische Republiek, de Republiek Armenië, de Republiek Kazachstan
en de Republiek Tadzjikistan moeten de verplichtingen in acht nemen die het
gastland krachtens de artikelen 9, punt C), 10, 11 en 12 van deze overeenkomst is
aangegaan.
B)
Een staat die na de inwerkingtreding ervan tot deze overeenkomst wenst toe te
treden, stelt de raad van bestuur hiervan in kennis via de uitvoerend directeur. De
raad van bestuur verschaft deze staat via de uitvoerend directeur een gewaarmerkt
afschrift van deze overeenkomst. Na goedkeuring door de raad van bestuur krijgt
bedoelde staat toestemming om tot de overeenkomst toe te treden. Voor die staat
treedt deze overeenkomst in werking op de dertigste (30e) dag na de datum waarop
deze staat zijn akte van toetreding heeft neergelegd bij de depositaris. Een staat met
10
NL
voor massavernietigingswapens toegepaste technologie, vakkennis en daarmee
verband houdende materialen die tot de overeenkomst toetreedt met als doeleinde dat in de toetredingsakte moet worden vermeld - toe te laten dat het Centrum
activiteiten op het grondgebied van die staat uitvoert, is door zijn toetreding
gehouden tot inachtneming van de verplichtingen die het gastland krachtens de
artikelen 9, punt C), 10, 11 en 12 van deze overeenkomst is aangegaan.
ARTIKEL 14
A)
Deze overeenkomst wordt twee jaar na de inwerkingtreding door de partijen opnieuw
bezien. Daarbij moet rekening worden gehouden met de financiële verbintenissen en
de betalingen van de partijen.
B)
Deze overeenkomst kan met schriftelijke instemming van de partijen worden
gewijzigd, met uitsluiting van een partij die zich heeft teruggetrokken of die in
overeenstemming met punt C) van dit artikel kennis heeft gegeven van haar intentie
om zich uit deze overeenkomst terug te trekken. Als een partij die te kennen heeft
gegeven zich terug te trekken, haar terugtrekking herroept voordat deze effectief
ingaat, moet deze partij zich houden aan iedere wijziging aan deze overeenkomst die
ingaat nadat deze partij te kennen heeft gegeven zich terug te trekken.
C)
Een partij kan zich uit deze overeenkomst terugtrekken ten vroegste zes maanden
nadat zij haar kennisgeving schriftelijk bij de depositaris heeft ingediend.
ARTIKEL 15
A)
Over alle vragen en geschillen betreffende de uitvoering of uitlegging van deze
overeenkomst dient door de partijen overleg te worden gepleegd.
B)
Als een kwestie niet is opgelost na overleg, kunnen alle betrokken partijen samen
besluiten een andere vorm van geschillenbeslechting te kiezen, zoals arbitrage,
bemiddeling of verzoening.
ARTIKEL 16
Niets in deze overeenkomst mag een belemmering vormen voor de voortzetting van het
Centrum dat oorspronkelijk werd opgericht bij de overeenkomst van 1992 als een
intergouvernementele organisatie, met inbegrip van de operaties van bestaande bijkantoren
van het Centrum, noch van invloed zijn op de geldigheid van bestaande contracten, subsidies
of andere wettelijke instrumenten of regelingen van het Centrum, tenzij dat specifiek in deze
overeenkomst is bepaald.
ARTIKEL 17
NL
A)
Deze overeenkomst staat open voor ondertekening door de Europese Unie en
Euratom, optredend als één partij, en Georgië, Japan, de Kirgizische Republiek, het
Koninkrijk Noorwegen, de Republiek Armenië, de Republiek Kazachstan, de
Republiek Korea, de Republiek Tadzjikistan en de Verenigde Staten van Amerika.
B)
Deze overeenkomst dient te worden geratificeerd, aanvaard of goedgekeurd. De
akten van ratificatie, aanvaarding of goedkeuring worden neergelegd bij de
depositaris.
11
NL
C)
Deze overeenkomst treedt in werking op de datum waarop de depositaris de laatste
akte van ratificatie, aanvaarding of goedkeuring heeft ontvangen van de staten die
zijn opgesomd onder A) en de Europese Unie en Euratom, optredend als één partij.
D)
Bij de inwerkingtreding vervangt deze overeenkomst het Protocol inzake de
voorlopige toepassing. Op dat ogenblik zetten de partijen de voorlopige toepassing
van de overeenkomst van 1992 stop.
ARTIKEL 18
Het secretariaat van het Centrum is de depositaris van deze overeenkomst. Alle
kennisgevingen aan de depositaris worden gericht aan de uitvoerend directeur van het
Centrum. De depositaris vervult de functies zoals die zijn bepaald in artikel 77 van het
Verdrag van Wenen inzake het verdragenrecht van 23 mei 1969.
TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe naar behoren gemachtigd, deze
overeenkomst hebben ondertekend.
Gedaan te … [plaats], op [datum], in de Armeense, Duitse, Engelse, Franse, Georgische,
Japanse, Kazachse, Kirgizische, Koreaanse, Noorse, Russische en Tadzjiekse taal, zijnde alle
teksten gelijkelijk authentiek. In het geval van discrepantie tussen twee of meerdere versies
wordt de Engelse tekst als de gezaghebbende beschouwd.
NL
12
NL
Download