schoolgids 2013-2014

advertisement
SCHOOLGIDS
2013-2014
1
Gegevens school
Naam van de school
Joseph Lokin Basisschool,
Katholiek Primair Onderwijs
Adres
Hollands End 8
1244 NR Ankeveen
Telefoon
035-561370
Email
[email protected]
Website
www.josephlokinschool.nl
Directeur
Géry Keizer
In geval van nood telefonisch bereikbaar op
tel.: 0294-230817 / 06-14387445
Tussenschoolse opvang
Coördinator: Els Hilhorst Tel.: 06-12140650
MR
Oudergeleding: Lex Rademaker (voorzitter), Edwin de Froe
Teamgeleding: Lenny van Hal, Ria van den Brink
OR
Gijs van Rijn (voorzitter), Albert Oorthuis (penningmeester), Yvonne van de Riet, Marijke Quartel, Lydia Kreuning,
Ragner Teitsma en Dave Metz.
Bestuur
Stichting Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm Primair Onderwijs
Bestuur:
De heer Mr drs. TH.W.C. (Theo) Brok (voorzitter)
Mevrouw S.G.H.M. (Saskia) Makker-Velthuis
Postadres:
Postbus 613
1200 AS Hilversum
Contactgegevens:
Tel. : 035-6460088
Email: bestuur@atscholen
Website:
www.atscholen.nl
2
Naschoolse opvang integraal in school
BSO (buitenschoolse opvang)
Kinderopvangorganisatie Eigen&Wijzer:
Website: www.eigen-en-wijzer.nl.
Voor vragen of aanmeldingen voor de buitenschoolse opvang kunt u zich wenden tot Mirjam Companjen,
regiocoördinator, telefoon 035-5826035 of via de email : [email protected]
Gastouders
De Klimboom Stichting voor kinderopvang-gastouderbureau
Website: www.deklimboom.nl
Telefoon: 0346-260404
Email: [email protected]
Gegevens overige instellingen
Jeugdgezondheidszorg G.G.D. Gooi- en Vechtstreek
Heuvellaan 50
1200 AM Hilversum
Tel.: 035 – 6926350
www.ggdgooi.nl
Schoolmaatschappelijk werk- Versa
Larenseweg 30
1221 CN Hilversum
Tel.: 035 - 6830154
www.versawelzijn.nl / www.sishilversum.nl
Regionaal Bureau Leering Zaken Gooi-en Vechtstreek
Brinklaan 138
1404 GV Bussum
Tel.: 035 - 6926626
www.rblgooi.nl
Inspectie van het onderwijs- kantoor Haarlem
[email protected]
www.onderwijsinspectie.nl
Vragen over onderwijs: tel. 0800-8051 (gratis)
Contactpersoon leerlingenzorg
Gina Post (coördinator leerlingzaken)
Vertrouwenspersoon
Vertrouwenspersoon Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm Primair Onderwijs: de heer J.B. van Luit
De vertrouwenspersoon is bereikbaar via de directie van de school of via:
Postbus 613
1200 AP Hilversum
Email: [email protected]
3
De schooltijden
Groepen 1-4
Groepen 5-6
Groep 7-8
Maandag
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag 13.15 uur - 15.15 uur
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag 13.15 uur - 15.15 uur
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag 13.15 uur - 15.15 uur
Dinsdag
Ochtend 8.30 uur- 12.00 uur
Middag 13.15 uur - 15.15 uur
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag 13.15 uur - 15.15 uur
i.v.m. vervoer gymnastiek

Continurooster voor
groep 5/6 met extra
pauze in de middag
Woensdag
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag vrij
Ochtend 8.30 uur-12.30 uur
Middag vrij
Ochtend 8.30 uur - 12.30 uur
Middag 13.15 uur - 14.45 uur
i.v.m. vervoer gymnastiek

In de ochtend werken
de kinderen een half
uur langer, in de
middag (na gym) een
half uur korter

Continurooster voor
groep 7/8

Begintijd middag
groep 7/8: 13.10 uur
Ochtend 8.30 uur-12.30 uur
Middag vrij
Donderdag
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag 13.15 uur - 15.15 uur
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag vrij
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag 13.15 uur - 15.15 uur
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag 13.15 uur - 15.15 uur
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag 13.15 uur - 15.15 uur
Ochtend 8.30 uur - 12.00 uur
Middag 13.15 uur - 15.15 uur
Vrijdag
Gymnastiek in sporthal De Fuik te Kortenhoef en op het schoolplein
De groepen 3/4 gymmen met de groepsleerkracht op maandagochtend in sporthal De Fuik. De groepen 5/6 en 7/8
gymmen daar op dinsdagmiddag met de vakleerkracht. Het vervoer is geregeld.
Gymnastiek op school voor de groepen 3-8: op donderdag- en vrijdagmiddag op het schoolplein.
Overblijven
Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag is er tussen de middag gelegenheid tot overblijven tegen een geringe
vergoeding. Overblijven is op dinsdagmiddag voor de groepen 5 tot en met 8 gratis .i.v.m. het continurooster
Binnenkomen/ gesloten deuren onder schooltijd
Ochtend: De deuren gaan voor de groepen 1 tot en met 3 tien minuten voor schooltijd open.
De groepen 5 tot en met 8 spelen op het plein en gaan vijf minuten voor schooltijd gezamenlijk naar binnen.
Middag: Alle groepen gaan gezamenlijk vijf minuten voor schooltijd naar binnen.
Onder schooltijd zijn onze deuren gesloten. Via de aula kunnen bezoekers onder begeleiding van een teamlid in en
uit.
Samenstelling team / groepsindeling 2013-2014
Inzet team
schoolmail
Groep 1/2
Groep 3/4
Charlotte van der Meer
op maandag en dinsdagochtend één keer per
veertien dagen en enkele extra dagen per jaar
Lenny van Hal
Op overige dinsdagen en woensdag t/m
vrijdag
Ria van den Brink
op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag
Karin Nederhorst
op woensdag
mailadressen
[email protected]
[email protected]
l.vanhal@ josephlokinschool.nl
[email protected]
[email protected]
4
Groep 5/6
Groep 7/8
Vakleerkracht
bewegingsonderwijs
IB / RT
Coördinator leerlingzaken
ICT-er
Native speaker Engels voor
de groepen 5/6
Muziekles groepen 7 en 8
Administratief
medewerker
Directeur
Maaike Boog
op maandag, dinsdagochtend en woensdag
Leontien Zuidinga
op donderdag en vrijdag
Manon Snaterse (vervanging Maaike Boog
vanwege ouderschapsverlof)
Op maandag, dinsdag en woensdag
Géry Keizer
op maandag en dinsdag
Jolanda Verheul
op woensdag, donderdag en vrijdag
Patty Gooijer
op dinsdagmiddag voor de groepen 5/6 en 7/8
overige gymlessen worden door de leerkracht
gegeven.
Annette Pronk
op maandag en donderdag
Gina Post
donderdagmiddag
Marianne Vos en Manon Snaterse
Ingrid Gill
op donderdagochtend
Ronald de Haan
Op woensdag
Marianne Vos
op vrijdagochtend
Gery Keizer
(maandag, dinsdag), woensdag en donderdag
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Toelichting:
Ook dit schooljaar kiezen we ervoor om ons personeel vooral in de groepen uit te zetten. Dit betekent dat wij werken
met vier groepen met een gemiddelde groepsgrootte van 22 leerlingen.
In verband met de 2 uur gymnastiek door de vakleerkracht voor de groepen 5 tot en met 8 op dinsdag en het verlof
voor de managementstudie op dinsdagmiddag voor Géry Keizer passen wij de groepsindeling en schooltijd als volgt
aan:
Continurooster groepen 5-8
en eindtijden op dinsdag
Dinsdagmiddag gymnastiek
groepen 5-8
o.l.v. Patty Gooijer
Op dinsdag hebben de groepen 5 tot en met 8 continurooster. De kinderen van de groepen 5
tot en met 8 nemen de lunch mee en nuttigen deze in de klas met de groepsleerkracht
zonder extra kosten.
Groep 5/6 vertrekken per bus om 12.15 naar de sporthal. Zij houden verder de normale
school-eindtijd aan en hebben wat langer pauze.
Groep 7/8 werkt in de ochtend langer door en hebben kort lunchpauze. Zij vertrekken om
13.15 uur per bus naar de sporthal en komen om 14.45 uur terug Zij hebben daarna vrij.
De groepen 5/6 en 7/8 krijgen gymnastiek van onze vakleerkracht Patty Gooijer.
Groep 5/6 wordt met vervoer, omkleden en gymnastiek begeleid door Maaike Boog/Manon
Snaterse. Zij geeft hen ook de rest van de middag les tot 15.15 uur.
Groep 7/8 reist in meerdere busjes zonder een leerkracht, kleedt zich vooraf om met Maaike
Boog/Manon Snaterse en gymt met Patty Gooijer. Patty houdt tevens toezicht op het
omkleden en het instappen in de busjes naar school.
Groep 7/8 komt 14.45 uur op school en zal dan vrij zijn.
5
Schoolvakanties/vrije dagen:
Vakanties
Herfstvakantie
Kerstvakantie
Voorjaarsvakantie
Goede Vrijdag, Pasen, Meivakantie
Hemelvaart
Pinksteren
Zomervakantie
van 21 oktober tot en met 25 oktober 2013
van 23 december tot en met 3 januari 2014
van 24 februari tot en met 28 februari 2014
van 18 april tot en met 5 mei 2014
Van 29 mei tot en met 30 mei 2014
Maandag 9 juni 2014
van 7 juli tot en met 15 augustus 2014
Extra vrije dagen
Vrijdag 27 september 2013
Vrijdag 18 oktober 2013
Vrijdag 6 december 2013
Donderdagmiddag 19 december 2013
Vrijdagochtend 20 december 2013
Vrijdagmiddag 20 december 2013
Woensdag 29 januari 2014
Vrijdag 21 februari 2014
Maandag 3 maart 2014
Vrijdag 28 maart 2014
Maandag 5 mei 2014
Dinsdag 6 mei 2014
Vrijdag 13 juni 2014
Maandag 30 juni 2014
Donderdagmiddag 3 juli 2014
Vrijdagochtend 4 juli 2014
Vrijdagmiddag 4 juli 2014
Groepen 1-4
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Groepen 5-8
X
X
X
X
X
X
6
Voorwoord van het bestuur
Uw dochter of zoon gaat naar één van de scholen die zijn aangesloten bij de stichting Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm.
Deze stichting is een koepelorganisatie van scholen in het primair en voortgezet onderwijs in het Gooi. Alle scholen hebben een
katholieke grondslag, met uitzondering van twee algemeen-bijzondere basisscholen.
De stichting zet sterk in op internationalisering en ICT. Dit houdt in dat de scholen worden gestimuleerd in het invoeren van
tweetalig onderwijs en dat ICT zoveel mogelijk zal worden geïntegreerd in het onderwijs. Vier basisscholen van de stichting
nemen deel aan een landelijk pilot project Engelstalig onderwijs. Onze scholen maken alle gebruik van een coördinator
leerlingbegeleiding om leerlingen (en hun ouders) bij te staan bij vragen buiten het onderwijs.
Daarnaast heeft de stichting een opleidingsinstituut – het Alberdingk Thijm Institute – dat zorg draagt voor de verdere
professionalisering van het onderwijzend personeel. Een school van de stichting Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm staat
dan ook garant voor internationaal georiënteerd en modern onderwijs van de beste docenten: onderwijs dat ertoe doet!
Door de bestuurlijke samenwerking wordt expertise op het gebied van management en ICT gebundeld. De scholen kunnen zich
daardoor zoveel mogelijk bezighouden met hun primaire taak: onderwijs bieden aan leerlingen zonder onderscheid naar geloof of
levensovertuiging, vanuit het geloof in elkaar en in de toekomst van onze leerlingen. We besteden daarbij aandacht aan de zin van
het leven en de inrichting van een menswaardige samenleving.
Voor meer informatie over de stichting Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm verwijs ik u naar de website www.atscholen.nl.
We wensen uw kinderen en u een inspirerend jaar!
Namens het schoolbestuur,
Mr drs. Th. W. C. Brok,
voorzitter
7
Inhoudsopgave
Voorwoord
7
Introductie
9
1.
De school
12
2.
Waar de school voor staat
14
3.
Inhoud, organisatie en ontwikkeling van het onderwijs
16
4.
De zorg voor de kinderen
27
5.
Wie werken er in de school
38
6.
De ouders
41
7.
De kwaliteiten en ontwikkelingen van de school
48
8.
De resultaten van het onderwijs
52
1 Regeling tussentijdse opvang
53
2 Regeling buitenschoolse opvang
60
3 Pestprotocol
66
4 Internetprotocol
73
5 Schoolprofiel
74
Bijlagen
Introductie
8
Over de schoolgids
Deze schoolgids is bedoeld voor ouders/verzorgers die zich oriënteren op een passende basisschool voor hun kind of
die zich al hebben aangemeld. De schoolgids geeft een actueel beeld over de vormgeving van ons onderwijs, alle
afspraken en regelingen en de ontwikkelingen die wij doormaken. Wij zijn een lerende organisatie met respect voor
kinderen en ouders en staan graag open voor opbouwende suggesties en kritiek. Wij bewaren wat goed is en
bewegen daar waar we verbeteringen willen aanbrengen.
.
Alle schoolinformatie vindt u ook op onze website www.josephlokinschool.nl
Indien gewenst kunnen ouders van onze school altijd een recent exemplaar van de schoolgids aanvragen bij de
directeur.
Een aantal meer huishoudelijke regelingen en de data van feesten, activiteiten en andere bijzondere gebeurtenissen
zult u niet in deze gids aantreffen. Deze informatie vindt u in principe op onze jaarkalender die we jaarlijks uitreiken
aan elk gezin met schoolgaande kinderen of bij het aanvangen van de schoolloopbaan. Op de jaarkalender staan ook
vakanties en vrije dagen vermeld. De jaarkalender is tevens te vinden op onze website. Activiteiten en gebeurtenissen
die onvoorzien op kortere termijn plaatsvinden of aanpassingen worden altijd vermeld in onze nieuwsbrief. Ook deze
is te vinden op de website.
Voor het leesgemak zullen wij in onze schoolgids verder spreken over ouders, daar waar wij ouders of verzorgers
bedoelen.
De inhoud van deze schoolgids wordt in principe jaarlijks bijgesteld en vastgesteld met alle geledingen in onze school
om een zo actueel mogelijk beeld te geven.
Over de Joseph Lokinschool
Wat direct bij binnenkomst in de Joseph Lokinschool opvalt is de kleinschaligheid, de gemoedelijke sfeer, de
prachtige ligging en de betrokkenheid van alle grote en kleine mensen in de school. Wij zijn er voor elkaar en we doen
het met elkaar. Dat kan ook niet anders als enige school in het dorp. Al 84 jaar lang: “ Natuurlijk Joseph Lokinschool!”
Leren met respect voor ieders mogelijkheden, op een natuurlijke wijze, in een goed schoolklimaat staat bij ons
voorop. We denken ook dat kinderen met rust en regelmaat erg gebaat zijn.
Ons team denkt in mogelijkheden en wil graag vooruit. Dat maakt het verschil! Door de aansluiting bij de Stichting
Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm per januari 2012 krijgt onze kleine school een flinke kans om ons onderwijs,
ons gebouw en onszelf een lift te geven.
Ambities hebben we genoeg en deze zijn nu of op korte termijn zichtbaar:

Internationalisering is een speerpunt op onze school. Dit betekent dat het programma ‘Early English’ in de
groepen 1 t/m 8 wordt ingezet om tweetaligheid in onze school te bevorderen. Iedere groep is begonnen met
de inzet van een ‘native speaker’, zij verzorgt de Engelse lessen gedurende 1 jaar per groep. Gedurende dat
jaar wordt ook de groepsleerkracht geschoold om daarna de lessen zelfstandig te kunnen geven. De
groepsleerkrachten en de native speaker geven een hele les in het Engels! Deze vorm heet integrated
learning: we laten de kinderen kennis laten maken met Engels d.m.v. luisteren, spreken, ontdekkend leren
en creativiteit. Het is verrassend om te ervaren hoe de jonge kinderen hun informatie oppikken en zich
zonder schroom in het Engels leren uitdrukken. Onderzoek doet blijken dat het aanleren van het Nederlands
dan ook soepeler verloopt en ook het verwerven van andere cognitieve vaardigheden gestimuleerd wordt.
Charlotte van de Meer, Ria van den Brink en Lenny van Hal zijn hiertoe inmiddels geschoold. Leontien
Zuidinga volgt dit jaar de opleiding Early English.
Het maakt onze kinderen klaar voor een internationale samenleving. Een wereldse manier van lesgeven voor
het dorp Ankeveen!

Ook ICT is een speerpunt. Aansluiting bij de Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm heeft ertoe geleid dat
we een vernieuwd netwerk hebben gekregen, dat overal nieuwe computers staan en in alle klassen
digiborden of smartborden hangen. Deze worden ingezet ter ondersteuning van de lessen. Alle op school
gebruikte methodes worden ondersteund met digibord software. Ook zijn inmiddels alle teamleden opgeleid
9
in het gebruik van PROWISE; een smartbord-tool dat enorm veel te bieden heeft aan leerlingen en
leerkrachten. Zo kun je bijvoorbeeld het skelet in 3-D bekijken en laten ronddraaien, kun je ieder botje
aanklikken en komt de naam met uitleg in beeld, kun je een wereldbol laten draaien en de evenaar en
andere keerkringen aanbrengen, kun je digitale lessen ontwerpen waarin leerlingen filmpjes kunnen
aanklikken, etc. De mogelijkheden zijn enorm en dragen bij aan onze visie op het onderwijs.

Achter de schermen zullen wij vooral de digitale communicatie- en schoolregistratiekansen gaan benutten
die de aansluiting bij de Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm ons biedt: Sharepoint (bestuurlijk netwerk)
en ParnasSys (registratie- en administratiesysteem).

Voor alle groepen zijn wij vorige schooljaar gestart met een nieuwe rekenmethode: Pluspunt. Leontien
Zuidinga is geschoold als master rekenen. Dit heeft geresulteerd in een beleidsplan rekenen. Vanuit haar
vakkennis zal zij nieuwe inzichten met ons team delen en invoeren in de school. Leontien is ook inzetbaar
voor advies als kinderen extra hulp nodig hebben op het gebied van rekenen.

Op maandag en donderdag is er een intern begeleider op school. Zij heeft vakinhoudelijke kennis over
diagnostiek en behandeling van leerlingen en kent de mogelijkheden binnen de school en de groep. Zij helpt
de vragen, de onderwijsbehoefte van het kind, ouders en leerkracht te vertalen naar het werken in de groep.
Ook zal zij een belangrijke rol spelen bij de invoering van het Passend Onderwijs met een accent op de op te
stellen zorgprofielen.

Er zal dit en volgend schooljaar extra aandacht komen voor ons onderwijs-leerproces. Eind vorig schooljaar
heeft de inspectie geconstateerd dat er op een aantal punten verbeterd dient te worden. Daarbij werd
geconstateerd dat er vooral op leesgebied achterstanden weggewerkt moeten worden. Met ingang van het
nieuwe jaar zijn er verschillende maatregelen ingezet om deze achterstanden weg te werken. Ook in
samenspraak met de intern begeleider zal dit proces de komende twee jaar vorm gaan krijgen. Het nieuw
opgestelde zorgplan vormt daarbij het uitgangspunt.

Wij willen heel graag een bibliotheek collectie en -uitleenpunt in onze school. Hierover is overleg gaande met
de bibliotheek Wijdemeren en de gemeente. We wachten nu op de toekenning van de subsidie. Wordt dit
gehonoreerd dan betekent dit dat er op school een permanente collectie kinderboeken komt (naast onze
eigen collectie) en dat er tevens 1 maal per week een medewerkster van de bibliotheek aanwezig zal zijn om
uitleen van boeken te verzorgen. Alle inwoners van Ankeveen en omliggende dorpen kunnen hier gebruik
van maken.

Ongeveer één keer per maand vindt de maandviering op school plaats (m.u.v. december en mei). Daarbij
verzorgen alle groepen een optreden in onze aula. Dit kan variëren van een liedje, dansje of toneelstukje tot
een proef, voorleesstuk, (powerpoint)presentatie enzovoort. Ouders van alle jarige kinderen van de
afgelopen periode zijn hierbij welkom.

We werken met ‘Handelingsgericht werken’. Dat betekent dat voor ieder vak de groep in drie niveaugroepen
wordt ingedeeld zodat alle kinderen instructie en verwerking op hun eigen niveau krijgen en doen. Kinderen
die buiten die drie niveaus vallen –hetzij aan de onderkant, hetzij aan de bovenkant- krijgen een
handelingsplan om zo goed mogelijk aan te sluiten bij hun mogelijkheden en talenten. Onderwijs op maat
dus.

We werken met een leerlingvolgsysteem voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen (ZIEN).

Eenmaal per week versterkt Gina Post ons zorgteam als coördinator leerlingzaken. Gina is verantwoordelijk
voor de begeleiding van leerlingen die door buitenschoolse en/of persoonlijkheidsproblemen belemmerd
worden in hun schoolloopbaan. Zij kan hen de nodige begeleiding en advies geven. Wij hebben dit de
afgelopen jaren als buitengewoon waardevol ervaren.

Op het gebied van Kunst en Cultuur werken wij met de scholen uit Kortenhoef aan het grootse project
Erfgoededucatie van onze eigen veendorpen. Alle groepen zullen eenmaal per jaar een project uitvoeren
waarin de kinderen ondergedompeld worden in een stuk historie uit hun eigen omgeving.

Bijna traditioneel is onze samenwerking met de Ankeveense muziekvereniging VSK. De groepen 7 en 8
krijgen in samenwerking met de VSK muzieklessen. Kinderen leren een instrument bespelen, het
10
notenschrift lezen, samenspelen en muzikale kennis integreren in andere schoolvakken. Een aantal keren
per jaar wordt er toegewerkt naar een uitvoering die ook door ouders bezocht wordt.

Groep 8 gaat al in het begin van het jaar op schoolkamp. Zo spreiden wij de werkdruk en hebben nog een
schooljaar lang profijt van de kijk op de kinderen die het de leerkrachten geeft en de groepsvormende
effecten.

Al onze aandacht en gastvrijheid blijven gaan naar de peuterspeelzaal en de buitenschoolse opvang van
Eigen&Wijzer. Deze beide kinderopvangvormen hebben wij geïntegreerd in ons schoolgebouw. Dit
schooljaar bouwen wij de samenwerking verder uit. Met name de groepen 1/2 en de peuters zullen gaan
werken aan gezamenlijke thema’s en activiteiten.

Veel aandacht gaat uit naar gezond eet-, drink en trakteergedrag. Wij hopen op deze manier onze kinderen
en hun ouders bewuster en waarderender te leren omgaan met gezonde voeding.

Iedere laatste vrijdag van de maand komt er een nieuwsbrief uit waarin allerhande zaken worden vermeld.
Schooljaar 2013-2014 zal een bruisend jaar worden op een school waar hard en blij gewerkt wordt. Ik heb alle
vertrouwen in ons komend schooljaar!
Wij hopen dat u deze schoolgids met plezier zult lezen en dat het een goed beeld van de Joseph Lokin Basisschool
geeft. Mocht u behoefte hebben aan meer informatie of wilt u reageren op tekst of inhoud, dan kunt u terecht bij
ondergetekende.
Met een bezoek aan onze website, een kijkje in de school en een persoonlijk gesprek krijgt u een compleet beeld. Wij
maken daar graag tijd voor.
Géry Keizer
Directeur Joseph Lokinschool
1. De school
11
Ontstaan, naam van de school, logo en de naam
van de website
telt zij veel leerlingen met een niet-katholieke
achtergrond.
Onze school bestaat al vier en tachtig jaar!
Pastoor Joseph M.P.H. Lokin stichtte in1929 de St.
Joseph school. In 1985 is met de invoering van de
basisschool (samengaan van kleuter en
lageronderwijs) de Maria Goretti kleuterschool
toegevoegd. Als eerbetoon aan de pastoor die veel
voor het onderwijs in Ankeveen heeft betekend, werd
gekozen voor de naam Joseph Lokin Basisschool.
Levensbeschouwing
In ons woordlogo zitten de waterrijke kikkertekeningen
van onze kinderen verwerkt. Kikkers zijn er genoeg in
en rond Ankeveen. Met die landelijke en waterrijke
omgeving voelen wij ons als school echt bevoorrecht.
De link naar “Joseph Lokinschool: natuurlijk” is
daarmee voor een groot deel verklaard.
“Natuurlijk” staat ook voor de leerwijze die wij zoveel
mogelijk hanteren: ga uit van de natuurlijke
belangstelling van het kind en laat hen ervarend leren.
“Natuurlijk” kun je ook uitleggen als de
vanzelfsprekendheid waarmee voor onze school
gekozen wordt. We zijn immers de enige school in het
dorp Ankeveen!
We hopen wel dat de keuze ook wordt bepaald om
onze kwaliteit, aandacht en zorg.
.
Ligging
Het dorp Ankeveen maakt deel uit van de gemeente
Wijdemeren en ligt zeer landelijk aan de rand van het
Gooi in een fraai en bekend plassengebied. De
Joseph Lokin Bassisschool is gevestigd aan het
Hollands End. De school ligt niet direct aan de weg,
maar op een afstand van ca.100 meter. De rust en de
ruimte is direct wat opvalt bij binnenkomst. Dat maakt
de school uniek.
De school is aan twee zijdes bereikbaar: per voet,
fiets of auto is de ingang Hollands End in gebruik en
per voet is de school ook bereikbaar via de Stichtse
Kade.
Herkomst van de kinderen
De leerlingen zijn voornamelijk afkomstig uit het dorp
Ankeveen. Omdat de school de enige in het dorp is,
Als enige school in het dorp is iedereen welkom.
Uiteraard heeft de school een katholieke achtergrond,
waarbij wij streven om kinderen openheid en respect
bij te brengen voor ieders leefwijze en
levensbeschouwing en voor normen en waarden als
tolerantie en solidariteit. Daardoor hopen we dat de
grote en kleine mensen op onze school de
samenleving beter kunnen begrijpen en zich daar
gelukkig in voelen.
Bestuur
Onze school is een onderdeel van de Stichting
Verenigde scholen J.A. Alberdingk Thijm.
De stichting Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm
Primair Onderwijs is in 2005 opgericht na een fusie
van negen katholieke basisscholen in de regio Gooi &
Eemland. Het doel van deze fusie was zowel de
kwaliteit van de individuele scholen op een hoger
niveau te brengen als de kosten voor de individuele
scholen te beperken. De schaalgrootte maakt het o.a.
mogelijk om contracten tegen een gunstiger prijs aan
te gaan.
Naast financiële voordelen biedt het vooral
mogelijkheden om samen beleid te ontwikkelen en te
groeien. Als speerpunt van ons beleid kunnen we het
Integraal Personeelsbeleid (IPB) noemen, waarin
leeftijdsbewust personeelsbeleid een centrale plaats
inneemt. Een ander belangrijk punt is het
kwaliteitsbeleid. Momenteel wordt een audit voor onze
stichting uitgevoerd om de kwaliteiten van de
individuele scholen onderling te kunnen vergelijken
en, waar nodig, te kunnen verbeteren. Tenslotte wordt
er veel geïnvesteerd op het gebied van ICT, o.a. door
de aanschaf van nieuwe hard- en software.
Ook wisselen de teamleden van de verschillende
scholen onderling ervaringen uit. We kennen een IBkring en een ICT-kring, waar afgevaardigden van de
scholen zich gezamenlijk buigen over verbetering van
de kwaliteit en actuele ontwikkelen
Tot de Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm
Primair Onderwijs behoren zestien basisscholen
verspreid over twaalf locaties in de gemeenten
Hilversum, Laren, Blaricum, Eemnes, Naarden en
Wijdemeren. Hieronder bevinden zich een speciale
school voor basisonderwijs (C. Hummelingschool,
Hilversum), een Daltonschool (Bernardusschool,
Blaricum), een Jenaplanschool (de Hobbitstee,
Eemnes) en een ervaringsgerichte school
(KinderCampus, Hilversum). Deze scholen
functioneren elk zelfstandig met een eigen directie en
een vast onderwijsteam, maar vallen onder de koepel
van de Stichting
Het team
12
Ons team bestaat uit twaalf personen. Voor het
merendeel zijn het groepsleerkrachten. Zij werken in
deeltijd. Voor de hoogste groepen is er een
vakleerkracht voor het bewegingsonderwijs.
Naast het management en de lesgevende taken
voorziet ons team ook in Intern Begeleiding /
Remedial Teaching (op het gebied van leer- en
gedragsbehoeften en kwaliteitszorg). De
administratieve medewerkster staat ons eens per
week een ochtend bij. De leiding is in handen van de
directeur. Deze is eindverantwoordelijk voor de
dagelijkse gang van zaken in de school.
Op de teldatum 01-10-2013 waren er 83 leerlingen op
school. Voor het komende jaar verwachten wij op 1
oktober 81 kinderen te tellen met een groei dat jaar
naar 84. Het leerlingaantal schommelt licht. Het is er
de stichting Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm
veel aan gelegen om onze school in Ankeveen te
behouden ondanks het feit dat ons leerlingaantal
onder de norm blijft. Dit is zeer positief!
De kinderen zijn verdeeld over 4 groepen. Alle
klassen vormen een combinatiegroep: groep 1/2, 3/4,
5/6 en 7/8.
Omvang
2. Waar de school voor staat
Uitgangspunten
De normen en waarden, zoals deze in de katholieke
traditie verankerd liggen zijn ons uitgangspunt.
Centraal in de katholieke traditie staat de boodschap
13
dat ieder mens uniek en waardevol is. Vanuit dit
gegeven willen wij kwalitatief en hoogwaardig
onderwijs vormgeven, waarbij begrippen als
zelfstandigheid, eigen verantwoordelijkheid,
gemeenschapszin, samenwerking en
kennisoverdracht belangrijk zijn.
Zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid worden
gestimuleerd vanuit een houding van gelijkheid en
respect.
Gemeenschapszin staat centraal met waardering en
aandacht voor verschillen tussen kinderen, ouders en
medewerkers.
Samenwerking is belangrijk voor de sociale vorming,
maar ook voor het interactieve leren. Deze
ontwikkeling, waarbij kennisoverdracht een
kernopdracht blijft, dient zich af te spelen in een
veilige, plezierige en uitdagende leeromgeving.
Vanuit goed werkgeverschap kunnen competente
medewerkers zorgen voor optimale resultaten voor
ieder kind. Dat gebeurt samen met ouders en andere
betrokkenen in voortdurende interactie met de
maatschappelijke omgeving van de school.
Missie en Visie van onze school
De Joseph Lokinschool is een katholieke basisschool
die voor alle betrokkenen een veilige, uitdagende en
kwalitatief hoogwaardige (leer) omgeving vormt, waar
iedereen zich thuis voelt en kan ontwikkelen.
Onze ambitie is dat onze leerlingen de school verlaten
als evenwichtige, verantwoordelijke en zelfredzame
personen die met vertrouwen in zichzelf en hun
omgeving verdere stappen in hun ontwikkeling kunnen
gaan maken.
kernwaarden
Veilig
Ieder mens is uniek
Respect
Aansluiten bij
onderwijsbehoeften
Samenwerken
eigentijds
Persoonlijkheidsontwikkeling
Structuur
Betrokkenheid
Visie-elementen
Wij vinden het belangrijk dat kinderen naar vermogen
kennis en vaardigheden verwerven en opgroeien tot
volwaardige, gelukkige mensen die in staat zijn om
een positief leefklimaat te scheppen en te behouden.
Visie-elementen
Bij de formulering van de visie is uitgegaan van een
onderverdeling in vijf elementen:
• de levensbeschouwelijke dimensie
• de maatschappelijke dimensie
• de pedagogische dimensie
• de onderwijskundige dimensie
• de schoolorganisatorische dimensie
Voor elke van de vijf bovenstaande dimensies is een
aantal aandachtspunten geformuleerd:
Levensbeschouwelijke dimensie
 De school is een katholieke school die respect heeft
voor en aandacht besteedt aan mensen met
verschillende levensbeschouwelijke en culturele
achtergronden
 De school leert leerlingen vanzelfsprekend tolerant
en met respect omgaan met mensen die zich
onderscheiden doorsekse, religie, handicap,
huidskleur of status
 Op school is een wederzijds respect tussen
volwassenen en kinderen, waarbij iedereen de
intentie ontwikkelt om zich in te leven in de
beweegredenen van anderen
 Op school leren kinderen zich bewust te worden
van hun verantwoordelijkheden en talenten
 Op school leren kinderen hoe zij hun eigen waarden
en normen kunnen ontwikkelen en laten
samengaan met andere normen en waarden
 Op school wordt kinderen geleerd om te gaan met
elkaar, het milieu en de natuur
 De school is verantwoordelijk voor een gezond
pedagogisch klimaat
Maatschappelijke dimensie
 Het onderwijs besteedt aandacht aan de eigen
leefomgeving van het kind en de dingen die zich
daar afspelen
 De school leert kinderen een positieve kijk op de
samenleving te ontwikkelen
 De school leert kinderen zich open te stellen voor
een multiculturele samenleving
 De school vindt het belangrijk zoveel mogelijk
leerlingen binnen het reguliere onderwijs op te
vangen
 De school richt zich, binnen het onderwijs, op het
verminderen van ongelijkheid tussen kinderen uit
verschillende milieus
Pedagogische dimensie
 De school biedt een veilige en vertrouwde
omgeving, waarin het welbevinden van kinderen
centraal staat
 De school werkt aan het versterken van het
competentiegevoel, het zelfvertrouwen van
leerlingen, o.a. door kinderen te leren creatief om te
gaan met eigen mogelijkheden en beperkingen
 Vanuit de gedachte dat ieder kind uniek is sluit de
school aan bij de mogelijkheden van leerlingen, ook
als dit betekent dat leerlingen de kerndoelen niet
halen
14
 De school besteedt aandacht aan sociaalemotionele vorming, leert samenwerken en
samenleven
samen, luister naar elkaar, denk en handel
opbouwend en probeer conflicten op te lossen en
liever nog te voorkomen. Wees daarbij onafhankelijk
en neem verantwoordelijkheid!
Onderwijskundige dimensie
 De school heeft als kerntaak de ontwikkeling van de
cognitieve vaardigheden. Daarbij wordt gebruik
gemaakt of aandacht besteed aan de ontwikkeling
op expressief, motorisch en creatief gebied
 De school ontwikkelt dynamisch onderwijs, waarin
de leerling wordt geprikkeld zich te ontwikkelen
(uitdaging), o.a. door gebruik van nieuwe
methodieken en media
 De school ontwikkelt een ononderbroken
ontwikkelingsproces van de leerling, d.m.v.
geïndividualiseerd en gedifferentieerd onderwijs
 De school biedt veiligheid, structuur en
duidelijkheid.
 Wij hebben systematisch aandacht voor
vorderingen in ontwikkeling van leerlingen
Schoolorganisatorische dimensie
 De school draagt zorg voor goede faciliteiten, omdat
dit een voorwaarde is om tot kwaliteitsonderwijs te
komen
 De prioriteit in onze school ligt in de zorg voor het
welbevinden van de leerkracht en het bieden van
mogelijkheden voor zijn onderwijskundig,
pedagogisch en organisatorisch handelen door
bestuur, management en team
 De school staat intensieve communicatie met de
omgeving (ouders, bestuur, verwante instellingen)
 De school bouwt regelmatig momenten in waarbij,
door het team, reflectie wordt gepleegd op het
gegeven onderwijs
 De school doet een beroep op en biedt ruimte aan
de persoonlijke kracht van elke leraar met
mogelijkheden tot ontwikkeling en
professionalisering
Het klimaat van de school
Het is belangrijk dat kinderen zich op school thuis
voelen. Door een vertrouwde, veilige, rustige,
positieve en stimulerende omgeving te creëren, zal
een kind zich openstellen en optimaal tot ontplooiing
komen. Mede door de kleinschaligheid van onze
school zijn deze aspecten goed te waarborgen.
Ouders spelen hierbij ook een belangrijke rol. Als
school en thuis goed op elkaar aansluiten,
belangstelling voor elkaar hebben en elkaar
versterken zal dit ten goede komen aan het kind.
We hebben elkaar nodig en beschouwen elkaar als
partners.
Voor alle grote en kleine mensen in de school geldt:
aanvaard elkaar op een positieve manier, respecteer
en waardeer elkaar, neem verantwoordelijkheid, werk
3. Inhoud, organisatie en ontwikkeling
15
van het onderwijs
Inhoud van het onderwijs
Op de Joseph Lokin Basisschool wordt onderwijs
gegeven in de vak- en vormingsgebieden die zijn
vastgelegd in de Wet op het Primair Onderwijs.
Voor deze gebieden zijn kerndoelen geformuleerd (ter
inzage of op te vragen op school bij de directeur).
Voor de meeste vak- en vormingsgebieden is een
aanbod van kennis en vaardigheden per leerjaar onze
methodische leidraad (zie ook schoolplan, ter inzage
op school bij de directeur).
Voor de kinderen die meer of minder aan kunnen,
streven wij ernaar om hen binnen hun eigen
mogelijkheden in een doorlopende aangepaste lijn te
ontwikkelen, zonder al te veel het “lijntje” met de
groep te verliezen.
De groepen
Op de Joseph Lokin Basisschool werken wij met
homogene jaargroepen. Dit betekent dat kinderen van
ongeveer dezelfde leeftijd bij elkaar in een groep
zitten.
Niet altijd is een klas te vullen met een rendabel
aantal kinderen. Als enige school in het dorp
kan de toestroom van kinderen jaarlijks behoorlijk
wisselen. Bij een tekort aantal leerlingen per leerjaar
is samenvoegen van twee jaargroepen een oplossing.
Bij een te groot aantal kinderen per jaargroep, moeten
wij splitsen. Dit schooljaar zijn al onze groepen een
combinatiegroep.
Bij een splitsing van een jaargroep streven wij naar
een evenwichtige verdeling. Evenwichtigheid bereiken
wij in het leerlingenaantal, in de verhouding oudsten/
jongsten, de verhouding jongens/meisjes, sociale
verhoudingen en in een hanteerbaar aantal leer- en
gedragsaanpassingen of lichamelijke handicaps.
In het algemeen streven wij naar een goed werkbare
groepsgrootte en/of combinatie zodat kinderen
optimaal tot ontwikkeling komen.
Er zullen regelmatig momenten zijn waarbij wij
groepsoverstijgende activiteiten zullen organiseren.
Te denken valt aan: leesactiviteiten, de
kinderboekenweekactiviteiten, creatieve dagdelen,
carnaval, sport- en speldag, spelen, werken in
hoeken, computerhoeken, groepsgewijze remedial
teaching, een project en workshops waarbij jongere
en oudere kinderen kunnen mixen of assisteren.
De groepslokalen en de algemene ruimtes worden
gezellig, veilig en uitdagend ingericht in werkhoeken
en samen met de kinderen beheerd en verzorgd. Met
name noemen wij de bibliotheek. De oudste kinderen
beheren dit en helpen de jongere kinderen om hun
weg te vinden en het plezier in lezen te stimuleren. Zo
leren de kinderen medeverantwoordelijk te zijn voor
hun omgeving en het materiaal waarmee zij werken.
De opstelling van de kinderen in de klas wordt een
aantal malen per jaar gewisseld, Daarbij houden wij
een rekening met een aantal belangen (vriendschap,
goede werkplek e.d.). Op deze wijze ontstaat er in de
groep een veilig gevoel, waarin kinderen kunnen
samenwerken, elkaar helpen en rekening houden met
ieders belangen.
Besteding van tijd
In het activiteitenplan (op school ter inzage bij de
directeur) wordt aangegeven hoe wij voldoen aan de
leerplicht qua onderwijsuren. Er is vastgelegd hoe de
beschikbare onderwijstijd wordt benut en de verdeling
van vakanties en vrije dagen of dagdelen is
vastgesteld.
De groepen 1 tot en met 4 moeten gemiddeld 880 uur
per leerjaar volgen en de groepen 5 tot en met 8
volgen minimaal 1000 uur onderwijs per jaar. Dit
verklaart ook waarom onze jongere kinderen vaker
een vrije dag, vrij dagdeel of zelfs een extra aantal
dagen vakantie kunnen hebben.
Jaarlijks stellen wij een jaarkalender samen die wij
aan elk gezin uitreiken. Ook plaatsen wij de
jaarkalender op de website www.josephlokinschool.nl.
Op de jaarkalender staat onder andere aangegeven
wanneer uw kind vrij heeft, zodat u zonodig tijdig
voorzieningen kunt treffen.
Schoolplan / / jaarplan / schoolgids
Elke school is verplicht om een schoolplan en een
schoolgids te ontwikkelen. Dit gebeurt altijd in
samenspraak met het team.
De schoolgids komt jaarlijks uit en geeft zo een
actueel beeld over de schoolse gang van zaken.
Het schoolplan ontwikkelt en verantwoordt eenmaal in
de vier jaar het meerjarenbeleid. Ons huidige
schoolplan is geldig van 2011 tot 2015.
De schoolgids en het schoolplan worden beiden
vastgesteld door de medezeggenschapsraad
(afvaardiging team/ouders) en het bevoegd gezag
(bestuur).
Het jaarplan is een jaarlijkse afgeleide van het
schoolplan en maakt concreet hoe wij in het specifieke
schooljaar gestalte gaan geven aan ons
meerjarenbeleid. Voor de uitwerking gebruiken wij
plandocumenten. Het plandocument wordt jaarlijks
afgesloten met een evaluatie en zo nodig een
bijstelling van het beleid.
Over de functie van de schoolgids bent u al
geïnformeerd in het woord vooraf.
Ouders ontvangen bij intrede van de school de
schoolgids of een overzicht van
aanpassingen/wijzigingen via de nieuwsbrief.
Desgewenst kunnen ouders de schoolgids ophalen bij
de directeur. De schoolgids is ook te vinden op onze
website www.kanscholen.nl
Het schoolplan ligt op school ter inzage en is ook op
te vragen bij de directeur.
16
De onderwijsactiviteiten van de kinderen
Op school verwerft een kind kennis, vaardigheden en
attitudes.
De ervaringen van de kinderen zijn zoveel mogelijk
het uitgangspunt voor ons onderwijs en de keuze van
onze methodes. De organisatie van het klassenleven
is voor de kinderen overzichtelijk.
Welke technieken op onze school worden toegepast
en op welke manier, is afhankelijk van de tijd, de
situatie en de mogelijkheden van de groep.
In principe zijn de volgende technieken en vak- en
vormingsgebieden mogelijk:
• kring of het klassengesprek
• werktijd (instructie en zelfstandig werken)
• dagdeel-, dag- en weekplanorganisatie
• spel/sport
• wereldoriëntatie
• sociale vorming
• expressievakken
We verklaren dit nader per item:
De kring / klassengesprek
De kring of het klassengesprek is dagelijks (jongere
groepen) of wekelijks (oudere groepen) een belangrijk
contactmoment en een spil voor de organisatie. In de
jongste groepen werken wij met een grote kring (de
hele klas) en met een kleine kring (deel van de klas).
Met deze laatste vorm kunnen wij specifieker en
actiever de interactie bevorderen.
De kring of het klassengesprek dient voor: het
bespreken van meegebrachte spullen, nieuws,
ontdekkingen, gebeurtenissen, uitwisseling en
beoordeling van het werk, het inleiden en bespreken
van thema’s, voorlezen en bespreken van teksten van
kinderen, gedichten en verhalen vertellen of
voorlezen, muzikale vorming, sociale
aandachtsgebieden en voorstellen om het werk of de
activiteit te organiseren.
De kinderen leren op deze manier initiatief en
verantwoordelijkheid te nemen, te organiseren,
argumenteren, verantwoordelijkheid af te leggen,
verslag uit te brengen, samen te werken en gebruik te
maken van ieders sterke kanten. Voortdurend is er
aandacht voor het taalgebruik, de werkhouding en de
omgangsvormen.
Het hangt van de organisatie van de groep af of deze
overlegvormen op een vast tijdstip plaatsvinden en in
welke frequentie. In de jongste groepen is de
frequentie groter dan bij de hogere groepen.
Werktijd
Vanuit de kring gaan de kleuters aan het werk. In de
klas en bij de klas staan hoeken opgesteld
(themahoek, bouwhoek, huishoek, computerhoek,
waterhoek, letter- en leeshoek, luisterhoek, verfhoek,
knutselhoek, ontdekhoek, natuurtafel en dergelijke).
Spelend, ontdekkend en zintuiglijk leren staat
centraal. Thematafels of -hoeken houden verband met
het thema waar de groep aan werkt. Zoals eerder
Vermeld maken we gebruik van de spontane
(natuurlijke) ervaringen van de kinderen. Dat betekent
niet dat de kleuters geheel vrij zijn in hun keuze. Zeker
naarmate de kleuters ouder worden, stellen wij ook
meer eisen. Daarnaast krijgen kleuters ook gerichte
opdrachten naar aanleiding van het gekozen thema of
een bepaalde behoefte in hun ontwikkeling. De
kleuters werken met een kiesbord en een persoonlijk
takenbord.
Het kiesbord en de werkkaart zien de kinderen ook
terug in groep 3 om zich de vaardigheden eigen te
maken na de intensief begeleide instructiemomenten.
Doordat we met het kies- en takenbord e werken, is
het niet moeilijk om met verschillen te werken. Een
aanpassing op maat is zo eenvoudig te verwerken in
de organisatie en exclusieve aandacht van de
groepsleerkracht in deze zelfstandige werkvorm is ook
te realiseren. Ondersteuning van ouders om
groepswerkvormen te begeleiden is in groep 3 ook
heel wenselijk en eigenlijk onmisbaar. Dagelijks zijn er
in al onze groepen meerdere vaste
instructiemomenten aan de gehele groep of een deel
daarvan. Vervolgens werken de kinderen zelfstandig
aan opdrachten. Dit kan variëren in een klassikaal
moment of een keuzemoment waarbij de kinderen
voor een deel de volgorde van werken zelf mogen
bepalen.
Tijdens de verwerking heeft de leerkracht gelegenheid
om individueel of in kleine groepjes extra uitleg te
geven of voor te werken (pré-teaching). Dit vraagt van
de overige leerlingen een redelijke mate van
zelfstandigheid (omgaan met uitgestelde aandacht,
plannen en samenwerken).
Dag- en weekplannen organisatie
Voor de indeling van de tijd dienen dag- en
weekplannen. Het geeft de kinderen en leerkrachten
duidelijkheid en structuur en bevordert de gevoelens
van rust en veiligheid. De plannen variëren van een
klassikaal overzicht van de activiteiten op het
(plan)bord tot een persoonlijk dagdeel-, dag- ,
weekplan. Als school zet deze ontwikkeling naar
zelfstandigheid en onderwijs op maat zich jaarlijks
voort.
Zelfstandig werken heeft een aantal voordelen. Naast
de gezamenlijke instructiemomenten en gezamenlijke
verwerking, zitten er ook momenten van keuzevrijheid
in ons onderwijs. Kinderen leren dan om zelf een
volgorde en werkwijze op te stellen en daar
verantwoord mee om te gaan.
Tussentijds of na afloop wordt de zelfwerkzaamheid
geëvalueerd met de groep of het individuele kind. Er
wordt gelet op inzet, tempo, uitvoering, kwaliteit en
samenwerking als dat van toepassing is. Ook wordt
besproken waar effectief leergedrag is te verbeteren.
Bevestiging of een compliment van de leerkracht is
daarbij onmisbaar.
Een kind met een afwijkend programma krijgt een
individueel dag- of weekplan of een aanpassing.
Early English
17
In 2009 hebben een aantal scholen van de verenigde
scholen J.A. Alberdingk Thijm besloten om deel te
nemen aan een driejarige pilot van het Ministerie van
OCW. De deelnemende scholen werd toegestaan tot
15 % van het Nederlands curriculum in het Engels aan
te bieden aan de leerlingen vanaf groep 1.
Onze school volgt dit traject. Al onze groepen ervaren
het principe van Integrated Learning om
spelenderwijs met liedjes, boekjes, spelletjes en
vieringen de Engelse taal te leren. Het is ongelooflijk
hoe snel en vrijmoedig kinderen dit oppakken.
De meeste teamleden hebben het English Teacher
Training Programme op het opleidingsinstituut van het
Alberdingk Thijm gevolgd.
Engels en internationalisering zullen steeds
nadrukkelijker in ons onderwijs aanwezig zijn.
Spel/sport
Al spelend leren kinderen enorm veel. In de kleuter
groepen is veel ruimte voor het vrije spel zowel in tijd
als indeling. In de andere groepen komt dat ook nog
voor, maar is er meer en meer aandacht voor gericht
spel. De kleuters hebben een eigen speellokaal in de
school en de buitenspeelplaats waar zij dagelijks
gebruik van maken.
Voor de kleuters is geen speciale gymkleding nodig.
Wel vragen wij om gymschoenen (die niet buiten
gebruikt zijn en liefst met elastiek en zonder veters).
Als deze voorzien zijn van de naam van het kind,
kunnen ze op school blijven.
De groepen 3 tot en met 8 hebben per week zes
kwartier bewegingslessen. Eenmaal is dit in sporthal
De Fuik in Kortenhoef. Busvervoer is heen en terug
geregeld. In de sporthal is gymkleding en
gymschoenen (zonder zwarte zool) verplicht
en douchen na afloop gewenst en vanaf groep 5
verplicht.
De groepen 5 tot en met 8 gymmen in de sporthal
onder leiding van de vakleerkracht. De groepen 3 en 4
gymmen met de groepsleerkracht.
De tweede gymles vindt plaats op ons eigen
speelplein (als de weersomstandigheden dit toelaten)
en wordt ook gegeven door de groepsleerkracht.
Als uw kind niet kan/wil meesporten of douchen,
verzoeken wij ouders om dit persoonlijk kenbaar te
maken aan de leerkracht en te overleggen hoe hier
mee om te gaan.
Wereldoriëntatie
Zaakvakken
Voor de groepen 1 en 2 staat wereldoriëntatie voor
een geïntegreerde aanpak van zaakvakonderwijs en
overige vak- en vormingsgebieden. Dit is inherent aan
de thematische aanpak die wij in de jongste groep
voorstaan.
Wij werken met “Kleuterplein” en “Onderbouwd”. Voor
de groepen 1 en 2 worden verschillende gebieden
veelzijdig en passend bij het belevingsniveau
aangeboden in de vorm van thema’s. De
samenwerking met de peuterspeelzaal is in
ontwikkeling.
De groepen 3 tot en met 8 gaan gerichter en steeds
frequenter aan de gang. Wij werken met drie
methodes om in samenhang het aardrijkskunde-,
geschiedenis- en natuur/techniekonderwijs aan te
bieden. Dit gebeurt themagewijs. Thema’s kunnen
zowel op groeps- als op individueel niveau
(werkstukken/ spreekbeurten/bakkaarten) worden
uitgewerkt.
Ook maken we regelmatig gebruik van de
programma’s van de onderwijstelevisie.
In ontdekhoeken en met leskisten prikkelen we de
nieuwsgierigheid en “bouwen” we aan een thema door
de materialen, vondsten en eigen ervaringen te tonen
die kinderen in de loop van een project aandragen.
Behalve kennis is het minstens zo belangrijk kinderen
een onderzoekende houding (leermotivatie) bij te
brengen. Deze krijgen ze door naar teksten en
verhalen van medeleerlingen te luisteren, vragen te
stellen, zelf waar te nemen, te experimenteren,
verbanden te leggen en op zoek te gaan naar
antwoorden in het documentatiecentrum, via internet
en bij mensen, dieren en dingen zelf. De kinderen
krijgen de gelegenheid om alles wat ze vinden, zien,
horen en krijgen in te brengen in de groep.
Kinderen zullen ook onderzoek doen buiten de school
onder leiding van de groepsleerkracht en ouder(s). In
deze natuurrijke omgeving is er voor kinderen zelf ook
genoeg te ontdekken om te delen op school. Ook
doen onze kinderen regelmatig mee aan
dorpsactiviteiten om het cultureel bewustzijn te
vergroten. Bovendien zullen wij excursies organiseren
door de natuur in te gaan of naar een museum,
theater, boerderij, bedrijf of organisatie. Ouders, opa’s
en oma’s en andere bekenden van kinderen zijn
eveneens van harte welkom om een bijdrage te
leveren aan ons onderwijsproces. Dit gebeurt steeds
vaker! Zo leert het kind de wereld om hem/haar heen
te ontdekken, te delen en te ordenen.
Geestelijke stromingen
De methode “Hemel en Aarde” geeft met een vijftal
thematijdschriften per jaar inhoud aan de godsdienst
en levensbeschouwing.
Schooltelevisie
Naast de genoemde methoden maken we ook gebruik
van diverse schooltelevisieseries die regelmatig
bekeken worden en aansluiten bij een vakgebied. Er
zijn ook “thema”programma’s (bv. “Het
Sinterklaasjournaal”). Kinderen kijken in de klas op het
digibord. Het is ook mogelijk om een digibord te
verrijden naar de aula. Techniek volgen we ook met
behulp van het schooltv-programma.
Schoolprojecten
Soms kiezen we ervoor dat de hele school in het
teken staan van een bepaald thema. Het afgelopen
schooljaar was dat het ontwikkelen van het logo, het
paasproject, moederdag en het circusproject voor
peuters tot en met groep 8. Vaak komt onze productie
klas-doorbrekend tot stand. Dat geeft een speciale
18
sfeer in de school die alles met sociale vorming heeft
te maken.
Ouders laten we graag meegenieten tijdens het
proces (in de vorm van assistentie, of met een
specifieke bijdrage) en na afloop, als de enthousiaste
makers hun producten showen (en soms verkopen)
tijdens het eindfestijn.
De school heeft zich verbonden aan een goed doel.
De komende jaren is dat de Stichting Tara Bodong die
een school voor meisjes gaat bouwen in noordoost
India. Op school besteden we op deze manier zorg
aan mensen of dieren in kansarme omstandigheden.
Fietscontrole en verkeersexamen
Voor verkeerslessen hanteren wij een methodische
leidraad. In de hogere groepen pakken we ook de fiets 
als vervoermiddel bij een uitstapje.
Ankeveen mag dan een klein dorp zijn, maar goede
verlichting remmen en een bel op de fiets is beslist
noodzakelijk voor de veiligheid. Jaarlijks worden de
fietsen van de kinderen gekeurd door de vereniging
Veilig Verkeer Nederland. Tevens organiseert de
vereniging Veilig Verkeer Nederland elk jaar het
praktisch gedeelte van het verkeersdiploma. De
leerlingen van groep 7 nemen hieraan deel. Ook wordt
het theoretisch verkeersexamen afgelegd. Vorig
schooljaar hadden wij een 100% score!
Sociale vorming
Aan onze sociale vaardigheden werken wij door
middel van een methodische leidraad “Kinderen en
hun sociale talenten”.
Het samenwerken en communiceren, laat zich niet
beperken tot een lesje. Feitelijk zit het in het hele
schoolgebeuren doorweven: kinderen leren veel van
elkaar en met elkaar door gedachten onder woorden
brengen, zich in te leven, te luisteren, kennis en
ervaringen te delen en over te dragen, uit te diepen,
zich te verwonderen, verantwoordelijkheid te nemen
en af te leggen, kritiek te geven en te ontvangen of te
stimuleren. Belangrijk daarbij is het gevoel van
eigenwaarde en onafhankelijkheid. Door de
zelfredzaamheid te bevorderen dragen wij daar aan
bij. Binnen een groep zullen kinderen elkaar bijstaan
(mits dit niet ten koste gaat van hun eigen
ontwikkeling).
Communicatie betekent ook: gehoord, gezien en
gewaardeerd worden door ouders en andere
belangstellenden. Dat vergroot het gevoel van
eigenwaarde en zelfvertrouwen van de kinderen en
zal hen beslist stimuleren in hun expressie en
communicatieve vaardigheden. Wij zijn trots op onze
kinderen en vinden hen de moeite waard. Dat dragen
we uit en we ontvangen het graag terug op tal van
manieren: werkjes die zodanig zijn gegroepeerd dat
ze gezien willen worden en een reactie oproepen,
ouders uitnodigen om mee te genieten van themaactiviteiten, tentoonstellingen opzetten, uitvoeringen
geven, spulletjes rond een thema mee laten nemen
van huis, de website bezoeken (www.kanscholen.nl)
In de hogere groepen werken wij met de klaag-,
vraag- en felicitatiekring. Dit is manier om in de groep
tot een veilig leefklimaat te komen en de kinderen
sociaal-emotioneel te ontwikkelen.
Zo ervaren we dat wij niet allemaal hetzelfde zijn,
maar daarom niet minder waardevol. We leren
rekening houden met elkaar zonder onszelf tekort te
doen. We ontdekken sociaal-emotionele patronen bij
onszelf en anderen en leren door reflectie deze op
een positieve manier te gebruiken. Wij streven naar
ruimte om te werken naar eigen geaardheid, naar het
ontdekken en benutten van ieders mogelijkheden en
kwaliteiten en naar het leren omgaan met
onmogelijkheden of beperkingen.
Centraal staat de positieve basiservaring voor
iedereen:
 Kinderen werkelijk gezien en gehoord worden
Kinderen leren begrijpen wat gedrag van henzelf of
van anderen oproept en hoe zij dit kunnen sturen
 Kinderen leren om slachtoffergedrag om te zetten in
een actie die verandering teweeg brengt.
 Kinderen nemen en krijgen verantwoordelijkheid
 Kinderen leren ongewenst gedrag te scheiden of
hanteren van de persoon; het kind zelf of onszelf
wijzen wij niet af als geheel, maar het deel wat
ongewenst is.
Om te voorkomen dat het misgaat of bij te sturen
hanteren wij het pestprotocol (zie de bijlage). Daarin
geven wij aan hoe wij tegen het pesten aankijken en
hoe wij verwachten dat kinderen, team en ouders
ongewenst gedrag zullen aanpakken.
De “10 gouden regels” uit het pestprotocol zijn
centraal zichtbaar in elke klas en algemene ruimte van
onze school. Het zijn de regels waar wij dagelijks aan
refereren. Daarnaast kennen wij schoolregels,
waarvan er één wekelijk in de spot van de aandacht
komt.
Burgerschap
Onder burgerschap verstaan we naast een goede
relatie tussen overheid en burgers en burgers
onderling ook een samenspel van specifieke rechten
en plichten.
Burgerschap uit zich in een pedagogisch klimaat.
Door de bovengenoemde waarden en normen willen
wij dat kinderen een positieve kijk op de wereld
krijgen.
Dat brengen we op de volgende manier tot uiting:
 De kinderen maken deel uit van de
schoolgemeenschap. We zien dit als een
kleine maatschappij, waarin de oudsten de
jongsten helpen en bijstaan, waarbij respect
en tolerantie belangrijk zijn. Samenwerking
en verantwoordelijkheid met regels en
afspraken zijn daarbij belangrijke factoren.
 Onze school staat midden in de
maatschappij. We onderhouden relaties met
zorginstellingen en sportverenigingen en de
plaatselijke katholieke gemeenschap
 In de diverse wereld oriënterende methodes
komt burgerschap regelmatig aan de orde.
Het verband tussen burgerschap, waarden
en en normen en onze katholieke identiteit is
vanzelfsprekend aanwezig. Door het
19
samenspel van al de factoren ontstaat er een
prettig leefklimaat binnen de school.
Expressieactiviteiten
Alle groepen werken met de methode “Moet je doen”.
Deze methode geeft een compleet aanbod voor
expressie en cultuureducatie (Kunst &Cultuur, Muziek
en Beeldende vorming).
Op het gebied van kunstzinnige en culturele vorming
het volgende verwacht mogen worden:
a) Expressieve vorming
In onze opvatting achten wij expressie van waarde
voor kinderen om zich veelzijdig te ontwikkelen tot een
evenwichtige volwassene. Expressieactiviteiten zijn
één van de manieren om te ervaren, te ontdekken,
uiting te geven en te ontroeren. Bij expressievormen
maken wij optimaal gebruik van onze zintuigen, wat
een waardevolle aanvulling is op de cognitieve ingang
die het onderwijs kan benutten. Door
expressieactiviteiten een steeds meer volwaardiger
plaats te geven in ons onderwijs, zullen kinderen zich
in een ruime mate bekwamen en gezien, gehoord en
gewaardeerd worden.
Zowel actief als passief zullen onze kinderen
ervaringen op het gebied van kunst en cultuur
opdoen. Dat doen wij met de methode “Moet je Doen”
voor de groepen 1 tot en met 8.
Soms maken wij ook gebruik van externe instanties
(een atelier, een museum, een theatervoorstelling).
Daarbij zullen wij ook steeds meer gebruik maken van
talenten, kennis, ervaring en contacten die onze
teamleden en ouders te bieden hebben.
Op school zijn de kinderen op velerlei manieren in de
weer met expressieactiviteiten. Dit gebeurt als
activiteit op zich, maar de expressieactiviteiten kunnen
ook geïntegreerd worden om allerlei kenniszaken te
verwerven.
In het vrije creatieve werk leert een kind op een
natuurlijke manier de technieken van verschillende
expressievormen en deze dienstbaar te maken om
ervaringen te verwerven dan wel te uiten. Enerzijds
bereiken wij dit door de kinderen de gelegenheid te
geven vrij te werken en materiaal te verkennen,
anderzijds door de kinderen technieken en
vaardigheden aan te bieden, waardoor steeds nieuwe
mogelijkheden worden ervaren.
We proberen zoveel mogelijk disciplines aan bod te
laten komen: literatuur, audiovisuele vorming,
beeldende vorming, drama, dans en muziek.
b) maandviering, afscheidsmusical, vieringen,
kinderboeken- en voorleesweken, projecten
Een voorstelling maken is een waardevol creatief
proces, maar ook zeer leerzaam voor de
samenwerking, besluitvorming, conflicthantering en
het omgaan met verantwoordelijkheden. Het vraagt
veel artistiek-, organisatie- en logistiek talent van de
kinderen. Het belicht de capaciteiten van kinderen
vanuit een heel andere, maar niet minder waardevolle
hoek. Op onze school kennen wij de volgende
vormen:
Gedurende het schooljaar vinden maandviering
plaats. Elke maand (m.u.v. december en mei) zullen
alle groepen een kort optreden in onze aula
verzorgen. Dit kan variëren van een liedje, dansje of
toneelstukje tot een proef, voorleesstuk, (powerpoint-)
presentatie enzovoort. Ook de peuters doen mee.
Ouders van alle jarige kinderen van de afgelopen
periode zijn hierbij welkom.
Jaarlijks verzorgt groep 8 de eindmusical. Daar
mogen alle kinderen van de school naar kijken en
natuurlijk is er een uitvoering voor de familie.
Met de hele school vieren wij Kerst. Alle groepen
werken hier aan mee en alle ouders worden
uitgenodigd. Dankzij de gastvrijheid van de Sint
Martinuskerk hebben wij een goede locatie waar dit
spektakel in past. Op die manier kunnen we naast het
kerstontbijt echt sámen Kerstmis vieren. Maar ook
andere vormen van viering zijn mogelijk. Dit
schooljaar hebben de kinderen en hun ouders een
kerstwandeling door het dorp gemaakt, met onderweg
allerlei activiteiten.
Samen vieren geldt ook voor de opening en afsluiting
van de kinderboekenweek.
Tijdens de voorleesweken geven wij ook een extra
accent aan de leesstimulering. Traditioneel sluiten wij
af met een leesmarathon ofwel LLL (Lekker Lui
Lezen).
Muzikaal krijgen de kinderen van groep 7 en 8
onderricht. Wekelijks komen zij o.l.v. Ronald de Haan
(dirigent van de VSK) bijeen om een (leen)instrument
te leren bespelen, noten te leren, samen te spelen, te
componeren en te presenteren.
Jaarlijks verkennen de groepen 5 tot en met 8 het
erfgoed in de directe omgeving. Een bezoek aan de
boerderij, het veen, de Waterlinie en Trompenburg zijn
daarvan een onderdeel.
Incidenteel laten ook de andere groepen een
voorstelling of zelfgemaakte film zien aan de andere
groepen en of de ouders. Vaak gaat dit samen met
een project.
Methodische leidraad
Alle vernieuwingen kenmerken zich door een
methodische aanpak die meer ruimte geeft aan
interactieve communicatie en werkvormen, intervisie
en reflectie, differentiatie, zelfstandig werken,
samenwerken en ondersteunende
softwaremogelijkheden. Daarnaast vinden wij de
bewaking van het leer- en ontwikkelingsrendement, de
mate van zorgverbreding en onderwijs op maat en de
werkbaarheid in combinatiegroepen (afwisseling in de
20
leerkrachtafhankelijke en -onafhankelijke activiteiten)
belangrijk.
Voor de meeste vak- en vormingsgebieden hanteren
wij een methodische leidraad/ bronnenboek voor de
groepen 1 tot en met 8. Een belangrijke component bij
het gebruik van methodes blijft ons professionele
zelfbewustzijn en de wenselijkheid voor de groep en
het individu vanuit het moment en de situatie.
Vernieuwingen
De afgelopen schooljaren en ook dit schooljaar
vernieuwden wij veel methodes. We werken nu met
een modern onderwijsleerpakket.
In 2008-2009 zijn Kleuterplein (groep 1/2), NautMeander-Brandaan (groepen 3-8), Taal in
Beeld/Spelling in Beeld (groepen 4-8) ingevoerd en
hebben we een aanvang gemaakt met het gefaseerd
invoeren van de schrijfmethode Pennestreken.
In 2009-2010 vernieuwden wij het technisch lezen met
de methode Estafette voor de groepen 3 tot en met 6
en voeren wij “Moet je Doen” voor de
expressievakken.
In 2010-2011 werd de verkeersmethode vervangen
voor de meest recente versie.
In 2011-2012 zijn we van start gegaan met Lezen in
Beeld voor begrijpend en studerend lezen. Groep 7 en
8 zijn gestart met het Integrated learning van de
Engelse taal.
In 2012-2013 is de nieuwe rekenmethode Pluspunt
ingevoerd. Groep 1/2 werkt met Onderbouwd. De
groepen 1, 2, 3 en 4 zijn gestart met Early English
In 2013-2014 worden op basis van Onderbouwd de
ontwikkelingsmaterialen in groep 1/2 vernieuwd. Dit
schooljaar volgt onze hele school Early English.
Wij werken met de volgende methoden:
Leer- en ontwikkelingsaanbod groep 1/2:
Kleuterplein met software Kleuterplein
Onderbouwd
Bronnenboeken:
Taalontwikkeling/beginnende geletterdheid
Van beginnende geletterdheid tot lezen
Methode fonemisch bewustzijn
Wat zeg je
Aanvankelijk technisch en begrijpend lezen en
aanvankelijk taalonderwijs groep 3:
Veilig Leren Lezen (tweede maanversie)
Voortgezet technisch lezen na het aanvankelijk lezen
in groep 3 tot en met groep 6:
Estafette (vernieuwde versie)
Begrijpend en studerend lezen groep 4 -8:
Lezen in Beeld
Taal en spelling groep 4-8:
Taal in beeld
Spelling in beeld
Software:
Digibord software ter ondersteuning van alle gebruikte
methodes,
Oefensoftware voor de kinderen voor taal, spelling,
woordenschat, lezen, rekenen.
Schrijven groep 1-7:
Pennestreken
Schrijven groep 8
Schrijftaal.
Rekenen / Wiskunde groep 3-8:
Pluspunt
Zaakvakonderwijs groep 3-8:
Meander – aardrijkskunde
Brandaan – geschiedenis
Naut – natuur/techniek
Engels groep 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8:
integrated learning door een native speaker in de
groepen 5 en 6 en in de andere groepen door de
eigen leerkracht.
Sociaal emotionele ontwikkeling groep 1-8
Kinderen en hun sociale talenten en het
leerlingvolgsysteem ZIEN.
Godsdienst en levensbeschouwing groep 1-8
Hemel en aarde
Verkeer groep 1-8
Wijzer door het verkeer (nieuwste versie)
Expressie groep 1-8
Moet je doen
Bewegingsonderwijs groep 1-8
Basislessen bewegingsonderwijs
Voor kinderen met de behoefte aan leer-,
gedragaanpassingen hebben wij naast de
methodische mogelijkheden nog een aantal
remediërende materialen:
Software
Ambrasoft voor alle vakgebieden
Taalactivering kleuters:
kleuterplein
Taalplezier
BAS
Lezen:
Leeskliniek
De Zuidvallei
Speciale Leesbegeleiding
Spelling:
Spelling in de lift
21
CITO hulpboek
Goed spel
Woordenhaai
Remediërend materiaal Spelling in Beeld
Rekenen / wiskunde:
Remelka / Maatwerk
Met sprongen vooruit
Gedrag
gedragsorthotheek Pravoo
Hoogbegaafdheid
verschillende materialen om te compacten en te
verrijken op het gebied van rekenen en taal
Hoe leer je onderzoeken/leren
projecten (zoals VOC, heldenverhalen, Tweede
Wereldoorlog)
Somplextra
Accadin software
Filosofie: billetjes Bloot-spel
Overige activiteiten onder schooltijd:
Vieringen
De Joseph Lokin Basisschool volgt de historisch en
katholiek bepaalde feesten in Nederland en de
vieringen die specifiek zijn in de schoolloopbaan.
Gedurende het schooljaar vinden er vanuit de
westerse cultuur een aantal vaste activiteiten plaats
zoals Sinterklaas, Kerst, Carnaval en Pasen.
Daarnaast zijn er tal van vieringen die ook jaarlijks
aan bod komen: kinderboekenweek, voorleesweken,
schoolproject en het afscheid voor de schoolverlaters
in groep 8.
Verjaardagen
Een verjaardag is ook een feest. Ook daar schenken
wij aandacht aan door de kinderen toe te zingen. De
jarige mag de eigen groep trakteren.
Ouders mogen bij de viering in de klas aanwezig zijn
tot en met groep 6. Het is prettig als ouders vooraf
overleggen met de groepsleerkracht over het moment
van vieren en de eventuele dieetwensen in de groep.
Gezond en met mate trakteren heeft onze voorkeur!
Dit schooljaar gaan wij daar heel specifiek de
aandacht voor vragen.
De kinderen mogen voor de ochtendpauze ook met
een vriendje de klassen rond met een traktatie voor de
leerkrachten. Ook hier geldt: graag gezond!
Jarige leerkrachten vieren ieder op hun eigen wijze
hun verjaardag in de groep. Als er meerdere
leerkrachten voor een groep staan, vieren zij hun
verjaardagen vaak samen.
Eten en drinken in kleine ochtendpauze
Het is plezierig als kinderen ’s morgens in de
ochtendpauze iets kleins kunnen eten en drinken.
Vanaf dit schooljaar gaan wij echt nadrukkelijk letten
op gezonde voeding! Dranken met koolzuur en snoep
mogen niet worden meegenomen. Snoepen onder de
les staan wij niet toe.
Eten en drinken blijft in de tas op de gang. Een naam
op bekers, bakjes, pakjes en het fruit de naam van het
kind voorkomt vergissingen. Voor de kleuters die
overblijven is het prettig om het eten en drinken voor
de kleine en grote pauze apart te verpakken.
De lunch blijft in de tas op de gang bewaard. Op deze
wijze voorkomen we dat kinderen dit al bij de eerste
eet/drinkpauze verorberen.
De ervaring leert dat kleine kinderen nogal eens te
veel eten meekrijgen. Voor de toeziende leerkracht is
het niet mogelijk om met ieders specifieke wensen en
behoeften rekening te houden: daarom het dringende
verzoek om een afgepaste hoeveelheid eten mee te
geven aan uw kind!
Overblijven
Wij bieden tussenschoolse opvang op maandag,
dinsdag, donderdag en vrijdag onder leiding van
overblijfmedewerkers tegen betaling van een geringe
bijdrage (€ 1,50 per keer).
Door het invullen van een inschrijfformulier melden
ouders hun kinderen aan om gebruik te kunnen
maken van de tussenschoolse opvang.
Wij hanteren een regeling tussentijdse opvang (zie de
bijlage). Hierin staat alle informatie over de
organisatie, de kosten, de begeleiding, de afspraken,
de verantwoordelijkheden van kinderen /ouders
/overblijfmedewerkers /team /directeur, de
professionaliteit van de medewerkers, het overleg en
de financiële verantwoording.
Ouders kopen een overblijfkaart door 12,50, 25, 50 of
62,50 euro over te maken. Deze overblijfkaart blijft
geldig tot uw kind van school af gaat.
De groepen 5 tot en met 8 hebben op dinsdag een
continurooster onder leiding van de leerkracht. Deze
kinderen lunchen en pauzeren gezamenlijk op een
eerder tijdstip om vervroegd naar de gymzaal te
reizen. Hier worden geen extra kosten voor berekend.
Schoolreisjes en schoolkamp
De groepen 1 tot en met 7 gaan jaarlijks op
schoolreisje. Het uitstapje wordt georganiseerd door
de groepsleerkrachten. De onkosten kunnen per
groep van jaar tot jaar verschillen en worden
bijgedragen door de ouders (maximaal 25 euro),
Leerkrachten en enkele ouders gaan mee ter
begeleiding bij de schoolreisjes. Wij reizen per
openbaar vervoer, particulier vervoer of gehuurde bus.
Als wij particulier reizen, is het wel noodzakelijk dat
ouders in het bezit te zijn van een rijbewijs en
inzittendenverzekering. Wij rekenen op ieders
deelname.
Groep 8 start in de eindgroep met het schoolkamp. Dit
geeft de leerkracht veel kijk op de brede capaciteit van
de kinderen en werkt stimulerend voor de
groepsvorming. Uiteraard gaat de leerkracht mee en
nog een begeleider. De kosten voor het schoolkamp
komen geheel voor rekening van de ouders (ongeveer
90 euro). Wel bestaat de mogelijkheid om in termijnen
te betalen. Het is de bedoeling dat alle leerlingen deze
unieke ervaring meemaken.
22
Theatervoorstellingen
In samenwerking met de Kortenhoefse en
Ankeveense scholen organiseert de Interscholaire
Kunstcommissie (IKC) kunstvoorstellingen voor alle
leerlingen. Ieder jaar wordt er een ander soort
voorstelling gebracht: dans, poppentheater,
muziekvoorstellingen of cabaret. Deze voorstellingen
zijn doorgaans in “De Dobber” in Kortenhoef.
Excursies / overige culturele activiteiten
Diverse groepen maken in het schooljaar soms
uitstapjes met hun leerkracht en begeleidende ouders.
Wij gaan dan naar Natuurmonumenten of op bezoek
bij een museum-, atelier- of bibliotheek. Het
excursiedoel wordt bepaald door actuele thema’s
binnen de klas.
In de meeste gevallen is vervoer per fiets of auto
noodzakelijk. Ouders die willen rijden dienen wel in
het bezit te zijn van een rijbewijs en
inzittendenverzekering. Soms vragen wij ouders om
bij te dragen aan openbaar vervoer.
Onze school werkt al jaren samen met de
Ankeveense muziekvereniging VSK aan een muzikaal
project. Groep 7 en 8 krijgt wekelijks muziekles onder
leiding van dirigent Ronald de Haan. Hij leert de
kinderen instrumenten bespelen, notenschrift lezen en
samenspelen in een orkest. Daar waar mogelijk legt
hij de link met overige vakken. Een paar keer per jaar
vindt er een uitvoering plaats. Meestal gebeurt dit rond
kerst, tijdens de Paasmarkt en bij de afsluiting van het
schooljaar.
De scholen uit Kortenhoef en Ankeveen hebben
samen een project cultureel erfgoed van onze twee
veendorpen uitgewerkt. Elk schooljaar kunnen alle
groepen 5 tot en met 8 jaarlijks gebruik maken van de
leskoffer die elk van de vier scholen heeft ontwikkeld.
Documentatiecentrum
Je verwonderen, vragen leren stellen en deze
uitwerken, lukt alleen als er ook antwoorden te vinden
zijn. Je kunt daarvoor zelf op pad gaan naar
bibliotheek en externe instanties of binnen je eigen
netwerk. Op school leggen wij een verzameling
boeken en brochures aan in het
documentatiecentrum. Ook bestaat de mogelijkheid
om een themacollectie aan te vragen bij de
bibliotheek. En natuurlijk maken wij gebruik van
internet.
ICT
ICT staat voor informatie- en
communicatietechnologie. ICT is belangrijk als
kennisbron en ter ondersteuning van onze lessen.
Onze computers staan in de klassen, in de gang en in
de aula. Kinderen kunnen buiten de klas daar
zelfstandig op werken. Kinderen leren omgaan met de
computer en leren de mogelijkheden kennen. Daarbij
besteden wij ook aandacht aan het veilig en pestvrij
omgaan met de computer (zie de bijlage
internetprotocol).
De software op de computers en de digitale
schoolborden in elke klas ondersteunen de kinderen
bij het inoefenen van de lesstof. Het visualiseert de
instructie van de leerkracht, het oefent spelenderwijs
woordkennis, de spellingsregels, de tafels en het
cijferen in, kinderen maken digitaal hun verhalen en
werkstukken en zij leren werken in PowerPoint Ook
wijzen wij op veilig gebruik van websites.
Onze school heeft een ICT-coördinator. De ICT-er
beheert het gebruik van de computers in al zijn
facetten en is contactpersoon voor het netwerk.
Waardevolle voorwerpen / gevonden voorwerpen /
ruilhandel / gebruik
De school kan geen aansprakelijkheid aanvaarden
voor het verloren gaan of beschadigen van
voorwerpen. Wij vragen u dan ook hier goed aan te
denken voor u iets laat meenemen naar school.
Gedurende het gehele jaar blijven er soms spullen
(vooral kledingstukken) liggen op school. U vindt deze
in een mand bij de hoofdingang. Met de kerst- en
zomervakantie ruimen we op. Zorg dus dat u tijdig
kijkt, als u iets mist.
Op bepaalde momenten van het jaar steekt een
bepaalde rage de kop op. Dat mag op school tijdens
het spelen, maar wel op eigen risico!
Wij tolereren niet het gebruik van mobiele telefoons
onder schooltijd en tijdens de overblijf. Wij staan om
veiligheidsredenen ook geen skeelers, skateboards en
waveboards onder schooltijd toe.
In- en uitgaan per voet, fiets, auto
Onze school is aan twee zijden bereikbaar. De ingang
aan de Stichtse Kade is alleen te gebruiken voor en
na schooltijd. ‘s Avonds dient men gebruik te maken
van de ingang aan het Hollands End. Dit schooljaar is
er straatverlichting langs het pad aangebracht.
De ingang via het Hollands End is per voet, fiets en
auto toegankelijk. In het belang van de veiligheid
mogen op het toegangspad van het Hollands End
geen andere auto’s rijden.
De ingang via de Stichtse Kade gebruiken wij alleen
per voet of lopend met fiets.
Op de speelplaats mag niet worden gefietst.
Wij verzoek dringend om aan de Stichtse Kade niet
onzorgvuldig te parkeren met fietsen en auto’s.
Brengende of halende ouders met fiets worden
verzocht om de fiets op het schoolplein te zetten en
niet op de straat. Zo voorkomen we gevaarlijke
situaties en overlast voor onze buren.
Fietsen van kinderen worden gestald in de
fietsenstalling. Deze ruimte is beperkt en bedoeld voor
de kinderen die verder weg wonen. Fietsen van
kleuters zijn ook op het schoolplein in of bij de
fietsenrekken toegestaan.
Binnenkomen en naar huis gaan
Het is ons doel om werkelijk op tijd te kunnen
beginnen met de les en het in- en uitgaan veilig te
laten verlopen. Dat vraagt van ons allemaal enige
discipline en de volgende afspraken:
23
 In de ochtend gaat voor de groepen 1 tot en met 4
de klassendeur tien minuten voor schooltijd open.
De leerkracht is aanwezig in de klas. Deze kinderen
spelen niet meer op het schoolplein maar gaan
direct naar de klas. Tot half negen kunnen ouders
en kinderen werkjes bekijken, informatie met de
leerkracht delen en voor het raam zwaaien
 De groepen 5 tot en met 8 spelen ‘s ochtends voor
schooltijd op het schoolplein. Vanaf 8.20 uur is er
toezicht. Eerder naar binnengaan is niet
toegestaan. Om 8.25 uur gaan kinderen en
toezichthoudende leerkrachten gezamenlijk naar
binnen
 In de middag spelen alle groepen buiten en gaan
we gezamenlijk vijf minuten voor schooltijd naar
binnen. Het schoolplein is een kwartier voor
aanvang beschikbaar voor alle kinderen. Er is dan
ook toezicht. Daarvoor spelen alleen de
overblijvende kinderen op het plein
 De groepen 1 tot en met 4 gaan met de leerkracht
uit op het schoolplein en worden bij de ingang
Stichtse Kade overgedragen of gaan alleen naar
huis. Fietsende kinderen gaan zelfstandig uit via het
Hollands End
Schoolpleinregels vóór, tijdens, tussen en na
schooltijd /gebruik van het materiaal.
Regels voor alle kinderen

Kinderen mogen voor aanvang van de lessen
op school/het schoolplein. In de ochtend is er
10 minuten voor schooltijd toezicht van de
teamleden. In de middag een kwartier voor
schooltijd. Tot 13.00 uur is het schoolplein
alleen toegankelijk voor de kinderen van de
overblijf

Fietsen: Jongere kinderen lopen met de fiets
aan de hand over het schoolplein naar het
fietsenrek of naar de straat. De oudere
kinderen (vanaf groep 5) mogen ook over het
schoolpad via het Hollands End. Kleuters
mogen hun fiets, step of ander rijdend
materiaal in het fietsenrek op het schoolplein
plaatsen.

Kinderen mogen alleen voor of na schooltijd
op het schoolplein gebruik maken van
skeelers, skateboards, waveboards.e.d.

Kinderen mogen wel op een step, tractor of
ander rijdend materiaal naar school komen
maar parkeren deze materialen onder
schooltijd in het fietsenrek

Tijdens het speelkwartier en als de kleuters
buiten spelen is het hek aan de straatkant
gesloten en de twee hekken bij het
voetbaldeel dicht
Extra regels voor kleuters:

De kleuters spelen tussen de rode prullenbak
en tussen de regenpijp naast het
kleuterlokaal om het storen van de hogere
groepen te voorkomen en goed toezicht te
borgen



De kleuters mogen alleen met begeleiding
naar de schuur om buitenspeelmaterialen te
pakken.
De schuur gaat op slot, nadat er materiaal uit
gehaald is.
Met de karren en fietsen rijden de kleuters
alleen op de tegels (zand is slecht voor de
wielen)
Zandbak

Als de zandbak dicht is blijven de scheppen
en ander zandbakmateriaal in de schuur

De zandbak blijft dicht als het geregend heeft
of als het zand nog erg nat is van de regen

Zand moet in de zandbak blijven of worden
opgeveegd
Buitenspeelmateriaal

De karren en fietsen zijn bedoeld voor de
kleuters.

Daarnaast mogen groep 3 / 4 gebruik maken
van het kleutermateriaal als zij buiten spelen.

De karren, fietsen, planken en ander
kleutermateriaal worden na het overblijven
en elke pauze teruggezet bij het
kleuterlokaal. Er wordt dan geen gebruik
meer gemaakt van het materiaal tot het
volgend speelkwartier.

Aan het einde van de schooldag wordt al het
kleutermateriaal teruggezet in de schuur

Opruimen gebeurt altijd onder begeleiding
van een volwassene bij de schuur
Balspelen

Er mag één bal op het schoolplein voor het
voetballen en één zachte bal voor een spel
zoals “Iemand is het, niemand is hem”

Voetballen mag vóór schooltijd en tijdens het
speelkwartier voor de groepen 4, 5, 6, 7 en 8

Voetballen mag tijdens het overblijven voor
groep 3, 4, 5, 6, 7 en 8 alle dagen tot 13.00
uur

Bij het overblijven wordt een eigen bal
gebruikt

Kinderen moeten eerst vragen aan de
leerkrachten of overblijfmedewerkers of ze
een bal mogen pakken die over het hek
geschoten of gevallen is
Speeltoestellen

Het zand onder de speeltoestellen is bedoeld
voor de veiligheid. Omwonende dieren
gebruiken het als “kattenbak”. Spelen met
dat zand is onhygiënisch

Speeltoestellen zijn voor groep 3-8

Het houten huisje met glijbaan bij de kleuters
is voor groep 1-4

In het houten huisje wordt niet met touwen
gespeeld
24


Alle kinderen spelen op de tegels. Daarop
maken we een uitzondering bij de
speeltoestellen
Hang- en trekspelletjes lopen vaak uit op
ruzie. Tikspelen zijn prima
Mobiele telefoons
Mobiele telefoons mogen op eigen risico mee naar
school en worden onder schooltijd uitgezet .
Op geen enkele manier is het gebruik van mobiele
telefoons onder schooltijd en tijdens de overblijf
toegestaan. Het is dus niet toegestaan om te bellen,
te SMS-en, te filmen, te fotograferen of overige
functies te gebruiken tenzij hiervoor uitdrukkelijk
toestemming is gevraagd (bijvoorbeeld bij een
ziekmelding onder schooltijd).
De 10 gouden regels vanuit het pestprotocol voor
de kinderen zijn:
1.
Je beoordeelt andere kinderen niet op hun
uiterlijk.
2. Je sluit een ander kind niet buiten van
activiteiten.
3. Je komt niet zonder toestemming aan de
spullen van een ander kind.
4. Je scheldt een kind niet uit en je verzint geen
bijnamen.
5. Je lacht een ander kind niet uit en je roddelt
niet over andere kinderen.
6. Je bedreigt elkaar niet en je doet elkaar geen
pijn.
7. Je accepteert een ander kind zoals hij of zij
is.
8. Je bemoeit je niet met een ruzie door zomaar
partij te kiezen
9. Als je zelf ruzie hebt, praat het eerst uit lukt
dat niet dan meld je dat bij de overblijfkracht
of de leerkracht.
10. Als je ziet dat een kind gepest wordt, dan
vertel je dat aan de overblijfmoeder of de
leerkracht. Dat is dan geen klikken!!!
schoolregels
 We lopen door de school.
 We zijn én werken rustig op de gang en in de
aula met een aulakaart.
 We houden de bibliotheek netjes.
 In de pauzes blijven we buiten.
 In de pauzes spelen we op het schoolplein.
 We laten stokken gewoon liggen of geven ze
aan een juf.
 We hangen onze jassen en tassen netjes
aan een haakje op de gang.
 Op het schoolplein lopen we met de fiets aan
je hand (vanaf groep 5 komt je via het
 Hollands End) en worden de fietsen in het
rek gezet.
 We houden de school en het schoolplein
netjes.

Onder schooltijd (dus ook tijdens de pauzes!)
zijn mobiele telefoons uitgeschakeld
Sport/speldag
Jaarlijks organiseren wij tegen het einde van het
schooljaar voor alle kinderen van onze school een
sport- en speldag. Het competitie-element speelt
uiteraard een rol, maar voorop staat het sportplezier,
sportief gedrag en het teamgevoel.
De sportdag vindt plaats in twee delen:
 De kinderen van de groepen 1 tot en met 5 houden
een sportdag op het eigen schoolterrein
Voor de kinderen in groep 6 t/m 8 wordt samen met
de andere basisscholen in de gemeente een sportdag
georganiseerd op de Sportvelden van de V.V. ´s–
Graveland
Schoolfotograaf
Jaarlijks komt de schoolfotograaf om individuele foto’s
en groepsfoto’s te maken. Het is ook mogelijk om
broertjes en zusjes gezamenlijk te portretteren.
Ouders ontvangen de afdrukken en mogen deze
tegen betaling houden of nabestellen.
Ontruimingsoefening
Voor de veiligheid van de kinderen, teamleden aan
alle andere aanwezigen in de school bestaat een
duidelijke procedure in geval van ontruiming.
Ons gebouw is recent aangepast aan de huidige
brandbeveiligingseisen. In elk lokaal is een
ontruimingsplan aanwezig. Dit ontruimingsplan is door
de brandweer goedgekeurd. Om te toetsen of het
ontruimingsplan goed functioneert, wordt er tenminste
eenmaal per jaar een ontruimingsoefening gehouden.
Dit doen wij eenmaal aangekondigd en eenmaal
onaangekondigd. Eventuele onvolkomenheden in het
ontruimingsplan worden aangepast. Bovendien
verbeteren de oefeningen de bekendheid met de
gehele procedure bij zowel de leerkracht als de
leerlingen. Indien ouders verwachten dat hun kind een
ontruimingsoefening emotioneel niet aan kan,
verzoeken wij de ouders om contact op te nemen met
de leerkracht, zodat daarmee rekening gehouden kan
worden.
Rookverbod
Binnen het schoolgebouw geldt een algeheel
rookverbod.
Overige activiteiten buiten schooltijd:
Huiswerk
Vanaf groep 4 geven wij huiswerk mee. In deze groep
beginnen wij met spreekbeurten en
boekbesprekingen. Tevens krijgen zij huiswerk voor
spelling en Naut, Meander en Brandaan
(respectievelijk natuur/techniek, aardrijkskunde en
geschiedenis). Vanaf groep 7 maken de kinderen ook
werkstukken en komt er grammatica en ander
oefenwerk bij.
25
De hoeveelheid huiswerk neemt gaandeweg toe. Het
gaat daarbij om het doen, maar ook om het leren leren
en het leren plannen. De kinderen in de eindgroep
leren wij ook om te gaan met het gebruik van een
agenda en het plannen van taken. Zo stomen we onze
schoolverlaters klaar voor het voortgezet onderwijs.
Wanneer een kind niet in de gelegenheid is geweest
om het huiswerk te maken, verzoeken wij de ouders
om dit direct te melden aan de leerkracht.
In speciale gevallen kunnen wij ouders vragen om in
gezamenlijk overleg ook thuis met de kinderen te
werken. Voor de kinderen met extra behoeften kan dit
een belangrijke steun zijn.
Schoolboeken moeten in een stevige tas
meegenomen worden.
Buitenschoolse opvang (BSO)
De Joseph Lokin Basisschool kent m.i.v. het
schooljaar 2010-2011 twee vormen van naschoolse
opvang:

Opvang bij de BSO (buitenschoolse opvang)

Opvang met gastouders
De school en de kinderopvangorganisaties dragen
zorg voor een goede overdracht. Daartoe is een
convenant opgesteld en een regeling geformuleerd
(zie bijlage regelingen bso).
BSO(buitenschoolse opvang)
Wanneer is BSO mogelijk?
Kinderopvangorganisatie Eigen&Wijzer biedt
buitenschoolse opvang na schooltijd, in de vakanties
en op de geplande extra vrije dagen. Eveneens is het
mogelijk om incidenteel gebruik te maken van de
BSO.
Waar is de BSO?
De BSO en de peuterspeelzaal zijn gehuisvest in het
speellokaal op maandag, dinsdag en donderdag. De
BSO maakt, indien gewenst, ook gebruik van de
overige ruimtes in de school.
Informatie en aanmelding:
Meer informatie is te vinden op de website van
Eigen&Wijzer: www.eigen-en-wijzer.nl. Voor vragen of
aanmeldingen voor de buitenschoolse opvang kunnen
ouders zich wenden tot Mirjam Companjen,
regiocoördinator, telefoon 035-5826035 of via de
email : [email protected]
Opvang door gastouders
Ook werkt onze school samen met De Klimboom
Stichting voor kinderopvang- onderdeel
gastouderbureau (zie www.deklimboom.nl.). Deze
organisatie voorziet in de opvang door gastouders na
schooltijd, in de schoolvakanties en op de geplande
extra vrije dagen (zie jaarkalender). Meer informatie is
te vinden op de website: www.deklimboom.nl
Belangstellende ouders kunnen direct contact
opnemen met: De Klimboom Stichting voor
kinderopvang-onderdeel gastouderbureau, tel.
0346-260404
Schaatswedstrijden
Indien koning winter ons wel gezind is, genieten wij de
gastvrijheid van de Ankeveense IJsclub. Dan maken
wij dankbaar gebruik van.de ijsbaan die is
goedgekeurd door de ijsclub. Vaak staan wij als
eersten op de geopende ijsbaan, gevolgd door de
ouders die wij per mail laten weten dat de ijsbaan
open is. Wij kunnen er vrij schaatsen en organiseren
in samenwerking met de ijsclub ook
kortebaanwedstrijden voor onze kinderen.
Abonnement jeugdbladen/ boeken
Via de school kunt u voor uw kinderen een
abonnement nemen op educatief verantwoorde
jeugdbladen en –boeken en digitale
oefenprogramma’s. Aan het begin van het schooljaar
krijgen de kinderen een formulier mee, waarmee u
zich kunt abonneren.
Sponsoring
Van sponsoring is sprake wanneer het bedrijfsleven
aan de school geld of goederen ter beschikking stelt
en in ruil daarvoor een tegenprestatie verlangt
waarmee leerlingen in schoolverband worden
geconfronteerd. Een belangeloze schenking valt daar
dus niet onder.
Om te voorkomen dat de objectiviteit en de
onafhankelijkheid van het onderwijs daarbij in het
gedrang komen, hebben alle landelijke
onderwijsorganisaties met het ministerie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de
Consumentenbond en de educatieve uitgeverijen
hierover nadere afspraken gemaakt in het
zogenoemde Convenant Sponsoring. Ons bestuur
heeft besloten zich aan de richtlijnen van dit
convenant te houden. In het convenant is vastgelegd
dat de samenwerking met een sponsor nooit een
nadelige invloed mag hebben op de geestelijke en
lichamelijke ontwikkeling van kinderen en de
kernactiviteiten van de school niet afhankelijk mogen
worden van sponsoring. Sterker nog: de contracten
moeten een gezonde levensstijl van leerlingen
mogelijk en aantrekkelijk maken Bij een tegenprestatie
voor sponsoring valt te denken aan het toestaan van
reclame-uitingen, het verspreiden van gesponsorde
lesmaterialen en het uitdelen van producten.
De MR dient dit voornemen goed te keuren.
Als school kunnen wij kiezen om incidenteel ook een
sponsoractie te organiseren. Dit zal altijd in het kader
van een goed doel zijn en de instemming hebben van
alle geledingen, de MR en bestuur.
26
4. De zorg voor de kinderen
In- en uitstroom van kinderen
Wij hanteren een aannamebeleid:
Informeel kennismaken, informatie opvragen
Als belangstellenden spontaan langs komen is het
altijd mogelijk om een kijkje te nemen in onze school.
Zo mogelijk zal de directeur de ouders begeleiden en
anders zijn er altijd oudere kinderen bereid tot een
rondgang. Het meest praktisch is het maken van een
afspraak met telefoon (035-6561370) of email
([email protected]).
Ouders kunnen dan ook om de schoolgids vragen.
Dit en meer is ook te vinden op onze website
www.josephlokinschool.nl
De opvang van nieuwe leerlingen in de school
Onderinstromers
Kinderen die voor het eerst naar school gaan noemen
we onderinstromers. Zij worden geplaatst in groep 1.
Als uw kind voor het eerst naar de basisschool gaat is
dat een spannende en naar wij hopen weloverwogen
gebeurtenis. Ouders kunnen zich informeren door het
lezen van onze website en onze schoolgids, middels
een oriëntatiegesprek en een schoolbezoek.
Er is een verschil tussen aanmelden en inschrijven.
Aanmelden kan bij meerdere scholen, inschrijven is
slechts op één school mogelijk. Indien uw keuze op
onze basisschool valt, zijn alle gegevens en
bijzonderheden van uw kind uitgewisseld bij de
inschrijving en het intakegesprek. Een
inschrijfformulier is aan te vragen bij de directeur.
Voor het intakegesprek worden ouders uitgenodigd
als het kind 3 jaar en 10 maanden is. De directeur en
zo mogelijk ook de intern begeleider laten zich door
ouders graag informeren over de gezondheid en
ontwikkeling van hun kind en eventuele specifieke
omstandigheden.
Om kleuters zo snel mogelijk te laten wennen en sfeer
te proeven, is het mogelijk om maximaal vijf dagdelen
“op visite” te komen. We doen dit, gezien alle drukte,
liever niet in de maanden december en in de laatste
schoolmaand. Op visite komen om te wennen kan
wanneer uw kind 3 jaar en 10 maanden oud is. De
data worden in gezamenlijk overleg met de leerkracht
bepaald.
Tevens ontvangen wij (indien van toepassing) een
zogenaamde “warme overdracht” van de
kinderopvangorganisatie waar een kind gebruik van
heeft gemaakt.
Zijinstromers
Kinderen die al op een school zijn ingeschreven en
tussentijds willen overstappen naar een andere school
noemen wij zijinstromers.
Soms is overplaatsing naar een andere school
gewenst (bv, vertrek uit onvrede) en soms is het
noodzakelijk (bv. in geval van een verhuizing). Bij de
overweging voor aanname zullen wij altijd het belang
van het kind laten prefereren en moet ook duidelijk
zijn dat ons aller verwachtingen overeen komen en
zijn te borgen. Wij laten ons dan ook goed informeren
door ouders en de school van herkomst. Voor dit
laatste contact verwachten wij dat de ouders zelf de
school van informeren en instemming geven om ons
te informeren. Dit alles is voor ons noodzakelijk om
intern weloverwogen te overleggen over een besluit
tot plaatsing.
Soms is het niet mogelijk om een kind te plaatsen. Dit
is een weloverwogen besluit, waar wij ook het bestuur
in betrekken. Gronden om de plaatsing te weigeren
zijn het niet kunnen garanderen van de eventuele
specifieke leerbehoefte van een kind, een te grote
draaglast voor de groep of leerkracht of een
overschrijding van een verantwoord leerlingenaantal
Afwijzingen doen wij in overleg met ons bestuur en
motiveren wij aan de ouders.
De school van herkomst vragen wij na het besluit tot
plaatsing altijd om een schriftelijk onderwijskundig
rapport. Het onderwijskundig rapport maakt een
goede aansluiting mogelijk, completeert ons
leerlingenvolgsysteem en doet eventuele
dossiervorming in het verleden niet verloren gaan.
Ook voor deze groep kinderen bieden wij na een
positief besluit tot plaatsing de mogelijkheid om de
toekomstige groep te bekijken en al eens mee te
draaien.
Kinderen die afkomstig zijn uit het buitenland en de
Nederlandse Taal onvoldoende beheersen, kunnen
gebruik maken van een schakelklas als zij in groep 3
of hoger geplaatst zouden worden. Wij informeren u
graag. Dit is niet mogelijk voor buitenlandse kinderen
in groep 1 en 2. Zij vinden binnen onze kleutergroep
voldoende mogelijkheden om zich de Nederlandse
Taal eigen te maken.
Terugplaatsing
Terugplaatsing uit het speciaal (basis)onderwijs
behoort eveneens tot de mogelijkheden. Dit gebeurt in
goed overleg tussen ouders, school voor speciaal
(basis)onderwijs, directeur en interne begeleider.
Hierbij wordt ook het team betrokken. Indien wij
overeenkomen dat plaatsing wenselijk en verantwoord
is, zal begeleiding vanuit het speciaal (basis)onderwijs
bij aanvang gegarandeerd zijn. Bij weigering geldt
bovenstaande procedure bij zijinstromers.
Crisisplaatsing
Ook is het mogelijk dat een kind tijdelijk bij ons te gast
is in geval van een crisisplaatsing (maximaal 6
weken). Ook dan is zomogelijk een bovenstaande
verkenning en besluitvorming in een kort tijdsbestek
27
van toepassing. Wij zijn attent op de delicaatheid van
de gegevens.
Toelatingsbeleid LGF
De regering heeft per 01-08-2003 de wet “Leerling
Gebonden Financiering” ingevoerd. In deze wet wordt
de toelating voor een kind tot het Speciale Onderwijs
(de REC-scholen) geregeld. Over de toelating wordt
besloten door een Commissie voor Indicatiestelling.
Het kind heeft dan recht op een leerlinggebonden
budget, ook wel “rugzak” genaamd. Met de rugzak
kan een school in overleg met ouders extra hulp
(materiaal, interne begeleidingstijd en externe
deskundigheid) bekostigen.
Als een kind een toelatingsverklaring heeft, kunnen de
ouders er voor kiezen om hun kind naar een reguliere
basisschool te laten gaan of als het kind op een
reguliere basisschool zit het daar te laten blijven of de
schoolloopbaan in het speciaal (basis) onderwijs te
(ver)volgen.
De Joseph Lokinschool is de mening toegedaan dat
kinderen met specifieke behoeften (een handicap) die,
eventueel op aangepaste wijze, goed kunnen
participeren in onze maatschappij, de kans horen
te krijgen om op een reguliere basisschool geplaatst
te worden. Deze kinderen kunnen in principe binnen
onze school opgevangen worden als:
het past binnen ons algemene aannamebeleid
het van belang is voor het algehele welzijn en de
ontwikkeling van de betreffende leerling en de overige
leerlingen en de leerkracht
wij mogelijkheden zien om een goede begeleiding
binnen onze organisatie te realiseren
De Joseph Lokinschool zal op korte termijn de
specifieke criteria afspreken met een daaraan
gekoppelde procedure, om tot toelating te komen, dan
wel af te wijzen. Voor gedetailleerde informatie wordt
verwezen naar het te ontwikkelen beleidsdocument
“Plaatsingsbeleid van leerlingen met specifieke
behoeften (rugzakbeleid)”.
Procedure bij uitschrijving
Kinderen kunnen aan het eind van de schoolbaan op
een natuurlijke wijze van school gaan.
De gegevens over uw kind verstrekken wij na de
ontvangst van de inschrijving aan de vervolgschool in
de vorm van een onderwijskundig rapport. In dit
rapport wordt aangegeven hoe het kind functioneert
op didactisch, sociaal/emotioneel en pedagogisch
gebied. Bij dit rapport kan de volgende school
aansluiten en er zorg voor dragen dat het kind zich
ononderbroken kan blijven ontwikkelen.
Het kunnen ook andere omstandigheden zijn die
ouders doen besluiten om voor een andere school te
kiezen. Indien de keuze wordt gevoed door onvrede
horen wij dat graag in de hoop te kunnen bemiddelen.
Een verandering van school betekent immers veel
voor een kind. Wij staan open voor kritiek en zien dit
bij erkenning als een kans om ons te verbeteren. Als
ouders overwegen om van school te veranderen dan
vinden wij het prettig om dit tijdig te bespreken, We
delen liever het probleem, dan in een late fase de
oplossing.
Een andere reden tot vertrek kan een verhuizing zijn.
Ook dan worden wij graag tijdig geïnformeerd.
Soms is een kind beter af in het speciaal
(basis)onderwijs (SBO of SO) en ontvangt het een
indicatie voor het SBO van de PCL (permanente
commissie leerlingenzorg) of voor het SO van het
REC. Daartoe is een uitgebreid onderwijskundige
rapport al door de ouders en school aangeleverd. Dit
wordt overgedragen aan de school van keuze van de
ouders.
In alle gevallen geldt dat wij de inschrijvingsgegevens
van de vervolgschool willen ontvangen en
toestemming aan ouders vragen om gewenste
gegevens te verstrekken aan de school van hun
keuze. Na ontvangst van een officiële inschrijving van
de nieuwe school zullen wij het kind officieel
uitschrijven en het onderwijskundig rapport naar de
school toesturen.
Schorsing / verwijdering
De Joseph Lokin Basisschool probeert, samen met de
ouders, te realiseren dat kinderen met plezier
terugkijken op het verblijf op de school. Meestal lukt
dat. Maar in een enkel geval kan de school
genoodzaakt zijn een leerling te schorsen en/of te
verwijderen.
Schorsing is aan de orde wanneer het schoolbestuur
of de locatieleider bij ernstig wangedrag van een
leerling direct moet optreden en er tijd nodig is voor
het zoeken naar een oplossing.
Ernstig wangedrag kan bijvoorbeeld mishandeling zijn,
diefstal of het herhaald negeren van schoolregels.
Verwijdering is een maatregel die genomen wordt als
het schoolbestuur concludeert dat het wangedrag
dusdanig ernstig is dat de relatie tussen school en
leerling (ouders) onherstelbaar verstoord is.
Een besluit tot schorsing en/of verwijdering zal en
moet met zorgvuldigheid gebeuren.
Binnen de Joseph Lokin Basisschool wordt de
volgende procedure gevolgd:
Bij schorsing
Het schoolbestuur kan een leerling voor een beperkte
periode schorsen, nooit voor onbepaalde tijd.
Schorsing vindt in principe plaats na overleg met de
leerling, de ouders en de groepsleerkracht. Het
bestuur deelt het besluit tot schorsing schriftelijk aan
de ouders mee. In dit besluit worden vermeld de
redenen voor de schorsing, de aanvang en tijdsduur
en eventuele andere genomen maatregelen. De
school stelt de leerling in staat, bijvoorbeeld door het
opgeven van huiswerk, te voorkomen dat deze een
achterstand oploopt. Het bestuur stelt de inspectie in
kennis van de schorsing en de reden daarvoor.
Bij verwijdering
Wanneer het schoolbestuur het besluit tot verwijdering
heeft genomen, moet zij de wettelijk vastgesteld
procedure hebben gevolgd. Stapsgewijs komt dat op
het volgende neer:
28
Voordat het schoolbestuur tot verwijdering van een
leerling besluit, hoort het zowel de betrokken
groepsleerkracht als de ouders. De ouders ontvangen
een gemotiveerd schriftelijk besluit waarbij wordt
gewezen op de mogelijkheid om binnen zes weken
schriftelijk bezwaar te maken tegen het besluit.
Het bestuur meldt het besluit tot verwijdering van de
leerling direct aan de leerplichtambtenaar van de
gemeente.
Indien ouders bezwaar maken, hoort het bestuur hen
over dit bezwaarschrift. Het schoolbestuur neemt
binnen vier weken na ontvangst van het
bezwaarschrift een besluit.
Het schoolbestuur kan het besluit pas uitvoeren nadat
zij gedurende acht weken zich heeft ingespannen om
een andere school te vinden. Wanneer deze poging
op niets is uitgelopen, kan het bestuur de leerling
verwijderen zonder dat vervolgonderwijs is veilig
gesteld. Het is niet wettelijk voorgeschreven, maar het
schoolbestuur rekent het tot haar plicht om ook de
inspectie over het besluit tot verwijdering en de
redenen daarvoor te informeren.
Onderwijs aan (langdurig) zieke leerlingen
Als school zijn wij verantwoordelijk voor het bieden
van onderwijs. Langdurig zieke kinderen hebben ook
dit recht en daarbij maken wij gebruik van de diensten
van de onderwijsbegeleidingsdienst Eduniek. Zij
hebben gespecialiseerde consulenten die zowel de
leerkracht als de leerling te begeleiden in het
veranderde leerproces.
Aanmelding voor begeleiding van uw kind gaat via de
leerkracht en de intern begeleider.
Blijf nooit zitten met iets wat u dwars zit en weet dat
wij van onze kant zo voorkomend mogelijk zijn, maar
ook wel eens iets over het hoofd kunnen zien. Wij
willen graag alles weten, kunnen niet altijd alles
oplossen, maar wel zoveel mogelijk rekening houden
met de informatie. Vertrouwen, een positieve
samenwerking, openheid en wederzijds begrip zijn in
het grootste belang van uw kind en ons werk. Kies in
overleg met de leerkracht een goed moment om dit te
bespreken. Ouders kunnen het werk van hun
kind(eren) iedere dag bekijken. Zowel voor schooltijd
(de deur van de groepen 1 tot en met 4 gaat tien
minuten eerder open) als na schooltijd is er
gelegenheid om dat samen met het kind te doen. We
proberen alle het creatieve werk mooi te etaleren.
Onze kinderen genieten van de aandacht en
betrokkenheid van ouders en overige
belangstellenden.
Informatieavond schoolverlaters
Voor de ouders van groep 8 is er in november een
voorlichtingsavond over het Voortgezet Onderwijs en
volgt een advies.
Leerlingvolgsysteem
Van elk kind houden wij een leerlingvolgsysteem bij.
Dit gebeurt digitaal met de toetsresultaten en de
zorgdossiers. Daarnaast hanteren wij een dossiermap
in een afsluitbare kast voor alle overige informatie
(rapportage, verslagen, onderzoek intern en extern,
e.d. ).
Het leerlingvolgsysteem is toegankelijk voor alle
medewerkers aan onze school en desgewenst
uitsluitend voor de betreffende ouder.
Structurele zorg
Informatieavonden en overige informatiemomenten
Jaarlijkse informatieavond bij aanvang schooljaar
Al in de eerste weken van het nieuwe schooljaar
nodigt de groepsleerkracht van de groepen 1 tot 8 de
ouders van de schoolgaande kinderen uit om ouders
te informeren over de gang van zaken in het
betreffende leerjaar, onduidelijkheden weg te nemen,
wensen in overweging te nemen en nader kennis te
maken met elkaar. De leerkracht legt uit hoe de dagen weekindeling er uit ziet, hoe er gewerkt wordt,
welke technieken en materialen gebruikt zullen
worden, of er wel of geen huiswerk is, welke
afspraken er zijn, welke leerstof er globaal aan de
orde zal komen en welke leermiddelen er gebruikt
kunnen worden. In groep 8 wordt ook globaal verteld
hoe wij u en uw kind begeleiden naar het voortgezet
onderwijs.
Tussentijdse contactmomenten
Indien u tussentijds behoefte heeft aan een
persoonlijk gesprek, raden wij ouders aan om een
afspraak te maken. Het is ook altijd mogelijk om te
mailen met de leerkracht. U ontvangt het emailadres.
Ook vanuit de leerkracht is het mogelijk dat wij per
mail contacten met ouders.
Intern begeleider / remedial teacher/ rekenspecialist
Op onze school wordt de interne begeleiding door één
persoon uitgevoerd. De intern begeleider (ib-er) is een
speciaal opgeleide/ervaren leerkracht die belast is met
de leerlingenzorg, de kwaliteitsbewaking, de
procesbegeleiding van onderzoek of zorg, de
deskundigheidsbevordering van het team, het doen en
begeleiden van de aanvraag van pedagogisch en
didactisch onderzoek en het ondersteunen en
adviseren van leerkrachten en ouders.
Binnen de groep helpt de intern begeleider op verzoek
de leerkracht bij het opstellen van een
groepsoverzicht en groepsplan of een handelingsplan.
Dit geeft informatie over de instructie/ begeleiding en
organisatie wat betreft het gedrag, de werkhouding ,
de leermiddelen, de leertijd of de leerstofverwerking
van de kinderen. Het groepsplan betreft de
didactische en pedagogische organisatie voor de hele
groep. Het handelingsplan maken we alleen voor
kinderen met zeer specifieke onderwijsbehoeften die
buiten het groepsplan vallen of een “rugzak” hebben.
Onder de werkzaamheden van de intern begeleider
valt eveneens de rugzakbegeleiding (LGF) in de vorm
van extra hulp aan het kind, overleg, notatie en
archivering .Tevens treedt de intern begeleider op als
contactpersoon naar externe instanties (zoals de
logopedist, de fysiotherapeut, de schoolarts, de
29
ambulante begeleiding, de Jeugdgezondheidszorg,
Versa, Jeugdzorg, RCKJP e.d.)
De intern begeleider neemt ook deel aan een netwerk
van intern begeleiders.
De remedial teaching (extra hulp) aan de kinderen
wordt voornamelijk binnen de groep uitgevoerd door
de eigen leerkracht. Dit wordt besproken en gepland
in samenspraak tussen intern begeleider en
leerkracht. Mocht dit niet (meer) haalbaar zijn en/of
niet leiden tot het gewenste resultaat zal de ib-er de
remedial teaching zelf ter hand nemen of in overleg
met de ouders een externe specialist inschakelen.
Soms zijn ouders inzetbaar om extra te oefenen met
kinderen, soms help een ander kind. Ook is het
mogelijk om kinderen na schooltijd extra oefening te
geven (thuis of op school).
De rekenspecialist ziet toe op ons rekenonderwijs
middels een beleidsplan, de invoering van de nieuwe
rekenmethode en de kennisoverdracht van nieuwe
rekeninzichten. De rekenspecialist geeft eveneens
rekenadviezen voor zorgkinderen.
De coördinator leerlingenzaken
Gina Post is onze coördinator leerlingzaken. Zij kan
kinderen en ouders helpen bij het oplossen van
problemen die niet direct over het leren op school
gaan. Enkele voorbeelden: kinderen die moeilijk of op
een verkeerde manier contact maken met andere
kinderen, kinderen die behoefte hebben aan een
uitlaatklep bij de scheiding van ouders, kinderen die
na een nare ervaring thuis of op school angstig zijn of
moeite hebben met de concentratie, ouders die een
opvoedingsvraag hebben, ouders die advies willen
enz. Kinderen kunnen hulp krijgen van onze
leerlingenbegeleider op verzoek van de
groepsleerkracht of van de ouders. Ook vragen wij
soms aan de coördinator leerlingenzaken om aan te
schuiven bij een oudergesprek voor deskundig advies
of voorlichting. De interne begeleider en/of directie
coördineren deze hulp. De leerlingbegeleider is een
halve dag per week op school.
Ambulant begeleider
Sommige kinderen met specifieke leer- en of gedrag
behoeften mogen extra begeleiding aanvragen
(rugzak). Als dit wordt toegekend worden kinderen,
leerkracht en zo nodig ouders en medeleerlingen
ondersteund door een ambulant begeleider. Deze
komt regelmatig in de groep en deelt zijn specifieke
kennis en ervaring. In een enkel geval werkt de
ambulant begeleider met de rugzakkinderen. Soms is
het prettig om ook medeleerlingen te betrekken bij
bijvoorbeeld een sociale vaardigheidstraining.
Leerlingvolgsysteem
Wij volgen de ontwikkeling van de kinderen in de
school door het bijhouden van de leeropbrengsten,
gespreksverslagen en overige bijzonderheden in het
leerlingvolgsysteem ParnasSys.
Uiteraard mogen ouders van school een kritische
monitoring verwachten ten aanzien van de
ontwikkeling van hun kind, maar zelf spelen ouders
ook een rol. Wij verwachten van ouders dan ook een
alerte houding wanneer zaken hen verontrusten of
doen twijfelen. In dit soort gevallen stellen wij het op
prijs als u direct contact opneemt met de leerkracht.
Dagelijks reflecteren kinderen met de leerkracht op de
werkzaamheden. De leerkracht is degene die
uiteindelijk het werk, de werkhouding en het gedrag
van de kinderen beoordeelt en een signaleringsfunctie
heeft. Daarin wordt de leerkracht bijgestaan door de
intern begeleider. Bij de beoordeling letten we op de
prestatie en op de voortgang.
Naast de beoordeling van de dagelijkse werkzaam
heden door observaties en nakijken van werk,
gebruiken we toetsen. We vinden het van belang dat
we regelmatig nagaan of de ontwikkeling van uw kind
naar verwachting verloopt, om zonodig tijdig te
kunnen bijsturen.
Bij structureel opvallend gedrag of prestatie kunnen
we een aparte leerlijn of een hulpprogramma
opstellen.
De verkregen gegevens bewaren we in een
afgesloten leerlingvolgsysteem, zodat de ontwikkeling
van uw kind gedurende de hele schoolperiode
gevolgd wordt. De resultaten worden altijd vastgelegd
in de rapportage aan de ouders en besproken in het
rapportgesprek. Ouders kunnen natuurlijk te allen tijde
inzage krijgen in wat wij over hun kind vastleggen.
In principe komen de leerkracht en de intern
begeleider twee maal per jaar bijeen om uitgebreid de
zorg en de voortgang van de kinderen en het
onderwijs in de klas te bespreken. Hierbij worden ook
de halfjaarlijkse toetsresultaten meegenomen.
Soms vallen resultaten of attitudes structureel tegen
en is extra hulp gewenst. Deze gegevens worden
bijgehouden door de leerkrachten in ParnasSys.
Ouders worden altijd tijdig gekend in de situatie
waarin sprake is van een structurele uitval en er
zorgbehoefte bestaat. In een open overleg
inventariseren we onze indrukken, mogelijkheden en
onmogelijkheden. We bepalen in welke mate wij allen
een bijdrage kunnen leveren en samenwerken. De
leerkracht stelt in overleg met de intern begeleider
zonodig een groepsplan op voor een aantal kinderen
of een handelingsplan voor een individueel kind. In het
plan staat vermeld hoe, wat, wie en wanneer het
zorgkind extra hulp krijgt en wanneer en hoe de
evaluatie plaats zal vinden. Ook dit wordt
gecommuniceerd met de ouders.
Voor de kinderen die vanaf groep 6 al een grote
leerachterstand hebben opgelopen plannen we na
onderzoek een eigen leerroute. Dit noemen wij het
ontwikkelingsperspectief. Het betreft de zorgaanpak
voor de gehele verdere schoolloopbaan en geeft een
indicatie van het eindniveau. Zo is voor iedereen
duidelijk wat de verwachtingen en consequenties zijn
van dit langdurige traject met onderwijs op maat.
Gaande het traject blijven wij de ontwikkeling volgen
en zijn aanpassingen uiteraard mogelijk.
Rapportage
30
Vanaf het moment dat een kind langer dan een half
jaar op school zit, wordt in groep 1 eenmaal
gerapporteerd en in groep 2 twee maal.
Vanaf groep 3 ontvangen de ouders drie maal per jaar
een rapportage. Daar betrekken wij ook de beleving
vanuit het kind bij. De eerste keer worden mondeling
ervaringen uitgewisseld tussen ouders en
leerkrachten, Bij de volgende twee rapporten wordt
een schriftelijke rapportage gegeven. Met een
rapportgesprek lichten de leerkrachten dit toe aan de
ouders. Bij het laatste rapportgesprek wordt voor
groep 7 ook de uitslagen van de entreetoetsen
besproken.
Ortotheek
De ortotheek is er voor de intern begeleiders en de
leerkrachten. Het is een verzameling hulpmiddelen,
zoals boeken, software, werkbladen en spelmateriaal,
die gebruikt wordt voor kinderen die specifieke hulp
nodig hebben.
Tevens is er achtergrondinformatie voor ouders te
vinden.
Informatie over de sociale kaart is ook aanwezig.
De intern begeleider beheert de ortotheek.
Intern zorgoverleg
Zorgoverleg vindt zowel op schoolniveau als op
bestuursniveau plaats.
Op schoolniveau:
Tweemaal per jaar vindt structureel een
groepsbespreking plaats met de leerkracht en de
interne begeleider. De leerkrachten maken een
groepsoverzicht met de leeropbrengsten en de sterke
en zwakke punten van een kind. Hierbij worden
zorgkinderen gesignaleerd en gevolgd.
Uiteraard kan ook tussentijds overleg noodzakelijk
blijken. Het initiatief daartoe kan zowel bij de
leerkracht als bij de ouders liggen.
De directeur en interne begeleider hebben regelmatig
overleg over alle zaken van de interne begeleiding, de
remedial teaching en de kwaliteitszorg. Zonodig
worden ook zorgleerlingen besproken.
Desgewenst is er een leerling-bespreking met het hele
team, waarin een bepaalde casus wordt uitgediept en
hulpverlening met elkaar wordt besproken. Het oefent
ons als team het verrijkt, allen blijven we betrokken bij
de zorg in onze school en het is een gelegenheid om
met elkaar een besluit te nemen over verstrekkende
aanpassingen voor een kind (bv. individuele
leerroutes die afwijken van de normale leerroute).
aan
Bij de organisatie van onze instructie wordt al
rekening gehouden met verschillen.
Als de kinderen zelfstandig werken is er ook
gelegenheid voor de leerkracht om kinderen
individueel of in groepjes extra aandacht te geven. Op
deze wijze kan er in de klas heel direct en frequent
worden ingegaan op kinderen die meer, anders of
minder aandacht nodig hebben bij het verwerven en
verwerken van de leerstof, de taakgerichtheid, de
werkhouding of het gedrag. We noemen dit
handelingsgericht werken. Het bepalen en het
beschrijven van ons onderwijsaanbod leggen wij vast
in groepsplannen.
Een leerkracht kan achteraf bijsturen, maar ook préteaching geven. Bij deze laatste vorm wordt de
leerstof vooraf besproken met kinderen die daar
moeite mee hebben om zo een grotere
succeservaring te bereiken bij de werkelijke les. Het is
dus een vorm van preventieve hulpverlening.
De rugzakkinderen (LGF) krijgen ook extra hulp buiten
de klas.
Sommige kinderen beheersen de basisstof meer dan
vlot en geven blijk van een hoge intelligentie. Zij
hebben behoefte aan aangepaste leerstof
(compacten, extra uitdaging en sparring).
Ook ouders delen graag hun ervaringen en zorg om
hun kind optimaal te begeleiden. Regelmatig contact
tussen ouders en school borgt dit. Om onze aanpak te
onderbouwen en te bepalen maken wij steeds meer
gebruik van het digitale handelingsplan
hoogbegaafdheid. Soms is ook een
intelligentieonderzoek wenselijk. In een enkel geval
zullen wij er voor kiezen om een meerbegaafd kind te
versnellen en in een hoger leerjaar te plaatsen mits dit
sociaal-emotioneel verantwoord is.
Groeps- en handelingsplannen,
ontwikkelingsperpectief
Op school ontwikkelen wij ons in het
handelingsgericht werken. Regelmatig maken de
leerkrachten een groepsoverzicht waarin per
vakgebied wordt aangegeven wat de leeropbrengsten
zijn en over welke sterke en zwakke kanten een kind
beschikt. Vanuit het groepsoverzicht maakt de
leerkracht een groepsplan. De hulp van de intern
begeleider wordt hierbij ingezet. In het groepsplan
zijn verschillende instructiegroepen zichtbaar met hun
specifieke behoeftes. Dit is de basis voor ons
instructieorganisatiemodel.
Intern zorgteam op bestuursniveau:
Op bestuursniveau komt het interne zorgteam
regelmatig bijeen en kan een zorgvraag vanuit de
school worden behandeld door tal van disciplines.
Dit zorgteam vervangt het ZAToverleg vanuit het
Samenwerkingsverband.
Extra zorg in/buiten de klas
31
 CITO entreetoets voor groep 7
 CITO eindtoets voor groep 8.
Zo volgen we systematisch de ontwikkeling van uw
kind, waarbij we letten op de individuele prestatie en
de voortgang, gerelateerd aan de landelijke norm en
de persoonlijke verwachting die we van een kind
hebben.
De toetsgegevens van de methode-onafhankelijke
toetsen bewaren wij in het leerlingvolgsysteem.
Ouders worden tijdens de rapportgesprekken altijd
geïnformeerd over de resultaten van deze toetsen.
Wanneer er tekenen zijn dat er in de ontwikkeling of
het welbevinden van een kind regelmatig stagnaties
blijven optreden, overlegt de leerkracht, behalve met
de ouders, ook met de intern begeleider. In eerste
instantie biedt het groepsplan een mogelijkheid voor
extra hulp. Indien dit onvoldoende is wordt een
handelingsplan opgesteld (individuele aanpak op korte
termijn van ongeveer 8 weken, gevolgd door een
evaluatie).
Wanneer dit niet afdoend is, wordt meestal nader
onderzoek gedaan en kan een
ontwikkelingsperspectief een optie zijn. Het
ontwikkelingsperspectief zetten wij in vanaf groep 6 en
behelst een totaalaanpak op één of meerdere
vakgebieden. De leerlijn is dan afwijkend van het
groepsaanbod. Het ontwikkelingsperspectief geeft ook
een overzicht van de te verwachte aangepaste
leeropbrengsten. Ouders worden altijd gekend in deze
vorm van zorg.
De uitvoering van extra zorg kan op tal van manieren
plaatsvinden: in de klas, buiten de klas, door middel
van huiswerk, individueel, groepsgewijs, met behulp
van een computerprogramma, onder leiding van de
groepsleerkracht, een medeleerling of de remedial
teacher of met een particuliere remedial teacher (liefst
in samenwerking en afstemming met de school en
door de ouders zelf te betalen).
Toetsen en andere observatie-instrumenten
Lang niet alle zaken die succes en welbevinden voor
onze kinderen verzekeren zijn meetbaar. Dat moeten
wij ons goed realiseren als wij een deel van ons
onderwijs cijfermatig in beeld brengen. Ons
professionele zelfbewustzijn, de overtuiging van
ouders en de specifieke bepalende omstandigheden
worden altijd meegenomen in het completeren van de
totale beeldvorming over het kind.
In dit licht bezien hechten wij waarde aan de toetsen
en observatie-instrumenten die wij hanteren voor het
meetbare leer- en ontwikkelingsgebied.
We toetsen op meerdere manieren:
 met behulp van methode-gebonden toetsen
 met behulp van methode onafhankelijke toetsen
Methode-gebonden toetsen
In de groepen 1 tot en met 8 nemen wij tussentijds
toetsen en observaties af die behoren bij de methodes
(de methodeafhankelijke toetsen). Zo gaan wij zeer
regelmatig en stap voor stap na of uw kind een goede
ontwikkeling doormaakt en de aangeboden kennis en
vaardigheden goed verwerkt. Wij bouwen pas voort
als de basis goed is en kunnen zonodig de instructie,
de uitvoering en het tempo aanpassen.
Methode-onafhankelijke toetsen
Twee maal per jaar nemen we de AVI- en CITOtoetsen (methodeonafhankelijke toetsen) af volgens
een vaste toetskalender. De meeste Cito-toetsen en al
onze AVI-toetsen zijn vernieuwd.
Deze methode-onafhankelijke toetsen vormen een
belangrijk onderdeel van het leerlingvolgsysteem en
geven een beeld hoe het kind (en groep en de school)
presteert ten opzichte van het landelijke gemiddelde
en hoe de voortgang is.
In de kleuterperiode nemen wij minimaal vier maal de
halfjaarlijkse CITO-toetsen af voor Taal voor kleuters
en Rekenen kleuters 2012. Dit gebeurt halverwege en
aan het einde van een schooljaar. Aanvangende
kleuters (minder dan 3 maanden op school) belasten
wij daar nog niet mee. Bovendien voegen wij voor de
kleuters het CPS toe (taalontwikkelingstoets die ons
informatie geeft over het beheersen van verschillende
leesvoorwaarden voor groep 1 en 2).
In de groepen 3 tot en met 8 toetsen we voor de
vakken rekenen, technisch lezen, begrijpend lezen en
spelling.
CITO entree- en eindtoets
Aan het eind van groep 7 wordt de CITO-entreetoets
afgenomen (voorloper en graadmeter van de
eindtoets).
Groep 8 neemt deel aan de CITO-eindtoets. Deze
toetsen zijn een onderdeel van ons advies voor het
voortgezet onderwijs en wordt door de gekozen
school voor voortgezet onderwijs mede gebruikt om
de toelating van uw kind te bepalen. ‘
De entree- en eindtoetsen worden door het CITO
verwerkt tot een leerlingprofiel en een schoolprofiel.
Bij de entreetoetsen in groep 7 heeft de school de
taak om die onderdelen, waarin het kind onder niveau
presteert, zo veel mogelijk op niveau te brengen.
De ouders krijgen vooraf schriftelijke informatie over
het doel en de inhoud van de toetsen. Nadat de toets
32
is gemaakt wordt deze met de ouders besproken door
de leerkracht.
Schoolzelfevaluatie
De schoolzelfevaluatie is een kwaliteitsinstrument om
een relatie te leggen tussen de potentie van onze
leerlingen, het onderwijsaanbod en de
leeropbrengsten. Het leidt tot reflectie op ons
handelen en tot het opstellen van beleid. De
schoolzelfevaluatie wordt gemaakt op basis van de
gegevens van de CITO-toetsen.
De schoolzelfevaluatie doen wij eenmaal per
schooljaar en is geënt op de middentoetsen van het
CITO leerlingvolgsysteem voor technisch lezen,
begrijpend lezen, spelling en rekenen. De
schoolzelfevaluatie wordt intern besproken met het
team en de MR en voorgelegd aan het bestuur.
Overgang groep 1/2/3
Wij volgen de ontwikkeling en het niveau van de
kinderen in groep 1 en 2 op tal van manieren: veel
waarde hechten we aan de algehele indruk van de
leerkracht en de ouders, feitelijk halen wij onze
informatie uit het leerlingvolgsysteem van de methode
Kleuterplein, de halfjaarlijkse toetsen CITO-LOVS
voor Taal voor kleuters, Rekenen kleuters 2012 en
CPS-toetsen beginnende geletterdheid, De indrukken
en uitslagen bepalen de mate van extra zorg en het al
dan niet doorstomen naar de volgende groep. Zie ook
de bijlage beleid/procedure overgang groep 2-3.
Jaargroepverlenging/jaargroepversnelling
Als een kind op verschillende gebieden een
vertraagde ontwikkeling te zien geeft en het plezier in
school verliest, kan besloten worden het kind een
jaargroepverlenging te geven. We wegen dan een
aantal factoren af (cognitieve vaardigheden en
vermogens, sociaal-emotionele rijping, lichamelijke
ontwikkeling, zelfbeeld en zelfvertrouwen) en stellen
daarbij de vraag of meer tijd ook de gewenste
verbetering op zal leveren die nodig is om vervolgens
in een normaal tempo de school af te maken. De
leerkracht bespreekt dit met de intern begeleider en
ook het team wordt in de advisering en besluitvorming
betrokken. De overwegingen van ouders spelen in dit
proces een belangrijke rol om ons te voeden in de
besluitvorming. Wij overleggen als team welke
argumenten voor en tegen kunnen worden
aangevoerd en bepalen het gewicht van die
argumenten. Situatieve omstandigheden spelen hier
ook in mee. Weloverwogen en eensgezind hopen we
tot een besluit te komen.
Soms is het wenselijk om een kind een afwijkend
programma binnen de groep te laten volgen. Dit is het
geval als we veronderstellen dat kinderen minder- of
meerbegaafd zijn. Het is dan zaak om dit deskundig
uit te zoeken en vervolgens structureel een individuele
leerroute samen te stellen. Zo werkt het kind op maat
en houdt toch de sociale verbinding met de
leeftijdgenoten. Bij een vertraagde leerlijn moet wel
duidelijk zijn dat het kind niet het eindniveau van de
school zal behalen. Dit is ook niet altijd noodzakelijk
voor een passende aansluiting in het Voortgezet
Onderwijs, maar moet wel al bij aanvang duidelijk
gemaakt worden naar de ouders om ieders
verwachtingen goed af te stemmen.
In geval van meer- of hoogbegaafdheid neme wij
intern digitaal een hoogbegaafdheidprotocol af.
Daaruit vloeit een advies. Meestal vertaalt zich dit in
een vorm van het compacten en verrijken van de
leerstof. Indien er meerdere zaken spelen bij een kind,
laten wij het kind onderzoeken met een
intelligentietest en nemen wij intern het CITO-LOVS af
tot het individuele beheersingsniveau met een Ascore. Een leerjaar versnellen kan dan een optie zijn,
mits dit sociaal-emotioneel verantwoord is.
Compacten en verrijken voor meerbegaafde leerlingen
Indien blijkt dat de reguliere leerstof te “mager” is voor
een kind kunnen wij overgaan op een vorm van
compacten en verrijken. De leerkracht kan met behulp
van een routeboekje voor het kind een noodzakelijke
kern van de leerstof aangeven (compacten) en
daarmee ruimte over houden voor een uitdagende
completering van de leerstoftaak (verrijken). Het kind
versnelt dan niet, maar verdiept.
Zie ook de voorgaande informatie.
De begeleiding van de overgang van kinderen naar
het voortgezet onderwijs
In de laatste leerjaren van de basisschool bereiden
kinderen, ouders en groepsleerkrachten zich voor op
de volgende onderwijsstap: het voortgezet onderwijs.
De keuze voor de school van Voortgezet Onderwijs
maken de ouders en kinderen zelf. De school probeert
hen zoveel mogelijk te begeleiden en adviseert qua
niveau.
Aan het eind van groep 7 wordt de CITO -entreetoets
afgenomen. De toets beperkt zich tot de onderdelen:
taal, rekenen, begrijpend lezen en
informatieverwerking.
Deze toets is bedoeld om na te gaan wat de kinderen
van het voorafgaande onderwijs hebben opgestoken,
hoe dit zich verhoudt tot het landelijk gemiddelde.
Blijkt uit de toets dat een leerling of een groep op
bepaalde onderdelen niet voldoende scoort, dan kan
daar in het volgend jaar nog specifieke aandacht aan
worden geschonken. De resultaten en de
consequenties van de CITO entreetoets worden met
de ouders besproken en er wordt al voorzichtig een
advies gegeven welk type van voortgezet onderwijs
het best bij uw kind zal passen.
De leerlingen van groep 8 nemen deel aan de CITOeindtoets.
Op de informatieavond in november worden de
ouders van groep 8 persoonlijk uitgenodigd om zich te
laten voorlichten over de verschillende schooltypes en
de veranderingen in het voortgezet onderwijs, de
opbouw en invulling van het schooladvies (voorlopig
en definitief)) en de waarde daarvan, de CITOeindtoets en de taak van de ouders zich te oriënteren
en om te komen tot een inschrijving.
Het kerstrapport gaat gepaard met het advies voor de
schoolkeuze. Wij leggen dit advies vast in een
33
onderwijskundig rapport, waarbij wij ook een
onderbouwing toevoegen. Ons advies baseren wij niet
alleen op de CITO eindtoets. Wij volgen uw kind al
veel langer en op een veel breder terrein. Wij
realiseren ons dat er veel meer aspecten in de
persoonlijkheid van uw kind, de fysieke gesteldheid of
in de omstandigheden bepalend kunnen zijn voor de
kans van slagen. Ook staan we open voor de inbreng,
overtuiging en inzet van ouders en kind. Wij zullen dit
meenemen in ons advies als wij dit verantwoord
vinden.
Regelmatig zullen open dagen worden aangekondigd
(meestal in januari en februari) en informatie kenbaar
worden gemaakt van scholen voor voortgezet
onderwijs middels de Gooise Gids.
Ouders en kind dragen zelf de verantwoordelijkheid
voor de oriëntatie, de schoolkeuze en de inschrijving
op één school voor voortgezet onderwijs . Inschrijven
kan maar op één school van begin februari tot half
maart. Als een leerling bij een school voor voortgezet
onderwijs is aangemeld, wil dat nog niet zeggen dat
de leerling ook wordt aangenomen. Dat hangt af van
het advies van de basisschool en de CITOeindtoets
wat nog volgt. Soms wil een school voor voortgezet
onderwijs ook nog nader onderzoek doen of informatie
vragen. De uiteindelijke beslissing tot toelating kan in
april verwacht worden.
In februari vindt de CITO eindtoets plaats. In maart
verwachten wij de uitslag. Ouders ontvangen de score
schriftelijk.
Leerlingen die een LWOO (leerwegondersteunend
onderwijs) of VSO (Voortgezet Speciaal Onderwijs)
willen gaan volgen worden aan een extra toets door
de permanente commissie leerlingenzorg (PCL)
onderworpen. Dit is bij de wet geregeld.
Wij zijn altijd bereid om adviezen mondeling toe te
lichten bij de school voor voortgezet onderwijs en
zullen met instemming van ouders daar soms zelf het
initiatief toe nemen. Ook begeleiden wij desgewenst in
geval van afwijzing van de inschrijving ouders bij het
vinden van een alternatief.
Als de leerlingen basisschool gaan verlaten, dan
verliezen we hen niet uit het oog. Meestal komen oudleerlingen nog spontaan verslag doen. In ieder geval
blijft er nog geruime tijd contact met de brugklasleraar
van de ontvangende school en ontvangen wij nog
regelmatig een overzicht van de vorderingen.
Behalve als verslaglegging over de
vervolgschoolloopbaan van het kind, geeft het ook iets
aan over de waarde van onze adviezen.
Samengevat is de procedure rond de schoolkeuze
voor het Voortgezet Onderwijs als volgt:
Cito eindtoets
Vanaf begin
februari tot half
maart
april
informeren zich
11, 12 en 13 februari
Ouders maken hun keus door het
kind aan te
melden op één school van het
voortgezet onderwijs
Beslissing tot toelating wordt
verwacht
Resultaten leerproces
Op lokaal niveau is afgesproken in de schoolgids
geen cijfers te publiceren over uitkomsten van CITOtoetsen of gegevens over het aantal zittenblijvers
enzovoort. Naar ons idee zeggen cijfers over o.a.
hoeveel leerlingen zijn doorgestroomd naar VMBO,
MAVO, HAVO, VWO en SVO weinig over de kwaliteit
van het onderwijs. Temeer daar ons leerlingenaantal
in de hoogste groepen al enige jaren gering is.
Bent u echter geïnteresseerd in gegevens over de
CITO-toetsen, remedial teaching en doorverwijzing
naar het Speciaal(basis) Onderwijs dan kunt u te allen
tijde deze gegevens op school inzien na overleg met
de directeur.
Ten aanzien van de Cito-Eindtoets kunnen wij
opmerken dat onze resultaten gekleurd worden door
de geringe groepsgrootte en door een in verhouding
behoorlijk aantal kinderen met een indicatie voor
LWOO (leerweg ondersteunend-onderwijs). Wij laten
wel al onze kinderen meedoen.
Schoolrapport met
correctie van het
leerlinggewicht
Aantal
kinderen
20
13
15
9
Schoolscore
Ongecorr.
2013: 532,5
2012: 533,0
2011: 531,7
2010: 535,9
landelijke score
ongecorr.
2013 534,7
2012 535,3:
2011: 535,3
2010: 535,2
Logopedie
Op school is de leerkracht attent op de
spraak/taalontwikkeling. Soms wordt zorg vermoed.
Voor screening en spraak- en taalverwervingslessen
kunnen de ouders terecht bij een vrijgevestigde
logopedist. De kosten van eventuele spraaklessen
worden door de eigen verzekering betaald. Indien
deze hulp onder schooltijd moet plaatsvinden, moet
een verlofaanvraag worden gedaan bij de directeur.
Op verzoek van de ouders of de leerkracht kan ook
naar kinderen uit andere groepen worden gekeken.
Ouders kunnen hier ook om vragen bij de intern
begeleider.
Jeugdgezondheidszorg
november
december
januari/februari
Informatie aan ouders over het
voortgezet onderwijs
De leerkracht geeft het advies.
Desgewenst zijn oudergesprekken
mogelijk.
Ouders en kind bezoeken open
dagen van het voortgezet onderwijs,
JEUGDGEZONDHEIDSZORG GGD
GOOI & VECHTSTREEK
34
Kinderen in de leeftijd van 0-19 jaar worden door de
afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van GGD Gooi &
Vechtstreek verschillende keren uitgenodigd voor een
gezondheidsonderzoek. Voor welke onderzoeken worden
kinderen in de basisschoolleeftijd uitgenodigd? En met
welke vragen kunnen kinderen en ouders terecht bij de
JGZ? Meer informatie hierover biedt onderstaande tekst.
Groep 2
Alle kinderen uit groep 2 worden uitgenodigd voor een
onderzoek door de jeugdarts. Er wordt uitgebreid gekeken
naar de groei, ontwikkeling en de gezondheid. De arts let
o.a. op de ogen, de oren, lengte en gewicht, de
spraak/taalontwikkeling, de voeding, het bewegen (grove en
fijne motoriek) en het gedrag van het kind. In de
uitnodiging wordt vermeld waar dit onderzoek plaats vindt:
op school of op een GGD-locatie.
Groep 7
Alle leerlingen uit groep 7 worden op school gezien door de
doktersassistente. Zij weegt en meet het kind. Ook
onderzoekt zij de ogen en oren als er twijfels zijn over het
zien of horen.
Naar aanleiding van dit onderzoek wordt gekeken of een
kind extra aandacht van de JGZ nodig heeft. Een afspraak
bij de arts of verpleegkundige is mogelijk het gevolg.
Dit onderzoek vindt plaats zonder de ouder.
Oproep voor vaccinaties
In het kalenderjaar dat kinderen 9 jaar worden, ontvangen
zij een oproep voor twee vaccinaties; één tegen Difterie,
Tetanus en Polio (DTP) en één tegen Bof, Mazelen en
Rodehond (BMR).
Daarnaast ontvangen meisjes, in het kalenderjaar dat zij 12
jaar worden, oproepen voor de inenting tegen
baarmoederhalskanker (HPV). Deze inenting bestaat uit
drie prikken.
Wanneer een kind onvolledig is ingeënt, kunnen ouders
voor de ontbrekende inentingen bij de GGD terecht.
Vragen over de ontwikkeling
Als er vragen zijn over de lichamelijke, geestelijke of
sociale ontwikkeling, kunnen kinderen en ouders contact
opnemen met de JGZ. Bijvoorbeeld bij vragen over
taal/spraak, voeding, leefgewoonten, moeilijk gedrag,
pesten, veiligheid, sport en beweging, seksualiteit,
zindelijkheid, etc. In de meeste gevallen kan de arts of
verpleegkundige hierbij voorlichting of advies geven. In
sommige gevallen verwijzen zij door.
Opvoedondersteuning
Ook voor vragen over de opvoeding kunnen ouders terecht
bij de JGZ. De verpleegkundigen en artsen kunnen tips en
hulp bieden om het opvoeden makkelijker te maken. Zij
doen dat volgens de methode Triple P (Positief Opvoeden).
Daarnaast biedt de GGD de oudercursus Opvoeden & Zo
(3-11 jaar) en ‘Beter omgaan met pubers’ (12-18 jaar) aan.
Extra onderzoek
Naar aanleiding van vragen en/of problemen kan er een
extra onderzoek worden afgesproken. Dit kan op verzoek
van het kind, de ouder of bijvoorbeeld een leerkracht.
Kinderen die niet in groep 2 of 7 zitten, kunnen dus ook in
aanmerking komen voor een onderzoek bij de
verpleegkundige of arts.
Medewerkers JGZ
De namen van de arts, verpleegkundige en doktersassistente
die aan de school verbonden zijn worden aan het begin van
het schooljaar bekend gemaakt.
Bereikbaarheid
De afdeling JGZ van GGD Gooi & Vechtstreek is op
werkdagen tussen 08.30 en 17.00 uur bereikbaar via een
centraal nummer: (035) 692 63 50.
Ook kan gebruik worden gemaakt van e-mail:
[email protected] (voor algemene vragen)
[email protected] (voor vragen over
afspraken)
Meer informatie over de JGZ is ook te vinden op de website
van GGD Gooi & Vechtstreek: www.ggdgooi.nl.
U kunt ons ook volgen op Twitter: @jeugdGGDGooi
Motorische screening in groep 2
Bij de kinderen in groep 2 vindt een motorische
screening plaats om te bepalen of het kind extra
ondersteuning nodig heeft op het gebied van
bewegen, spelen en sporten. Desgewenst kunnen de
kinderen in een kleine groep gedurende 12 weken op
kosten van de gemeente Wijdemeren les krijgen in het
spellokaal in Nederhorst den Berg. Deze extra lessen
bewegingsonderwijs op maat hebben tot doel om
kinderen plezier in beweging te laten ervaren,
zelfvertrouwen te kweken en de motorische
achterstand te verkleinen.
Melding besmettelijke ziekten
Van ouders verwachten wij dat zij ons direct
informeren indien er bij uw kind een besmettelijke
ziekte is geconstateerd. Wij denken hierbij aan
roodvonk, geelzucht, kinkhoest, de nieuwe
(Mexicaanse) griep en dergelijke.
In voorkomende gevallen kunnen ouders op discrete
wijze ingelicht worden, zodat de nodige maatregelen
genomen kunnen worden. In geval van een landelijke
epidemie zal de school ouders zo snel mogelijk
informeren over maatregelen en adviezen.
Ook bij twijfel of het verantwoord is om een kind met
een besmettelijke aandoening naar school te sturen,
graag contact opnemen met de intern begeleider of de
directeur of de website www.ggdgooi.nl raadplegen.
Hoofdluis
Preventief worden al onze kinderen door ouders in de
eerste week na een vakantie gecontroleerd op
hoofdluis. Ouders van klassen waar hoofdluis heerst
worden op de hoogte gebracht.
De ouders die controleren hebben van tevoren
instructie gehad van een medewerker van de G.G.D.
Tot nu toe blijkt deze werkwijze zeer succesvol!
Indien er hoofdluis wordt geconstateerd in een groep
worden alle ouders geïnformeerd om maatregelen te
35
nemen om de hoofdluis van hun kind te voorkomen of
te verhelpen.
Indien ouders zelf hoofdluis constateren, verwachten
wij dat u de leerkracht op de hoogte brengt en uw kind
behandelt. De kinderen uit de betreffende klas worden
dan extra gecontroleerd en de ouders worden
geïnformeerd. Voor het overige gaan wij vertrouwelijk
om met constateringen.
Ouders kunnen ook de GGD raadplegen.
De beste manier om hoofdluis te voorkomen is het
wekelijks kammen met een speciale hoofdluiskam!
schoolloopbaan. Via de interne begeleiders worden
leerlingen naar de Coördinator Leerlingzaken
verwezen. Daarnaast verzorgt deze coördinator
eventuele contacten met externe organisaties zoals
de GG en GD, Bureau Jeugdzorg, RCJKP en het
Regionaal Bureau Leerlingzaken. De Coördinator
voert met deze externen regelmatig multidisciplinair
leerling-overleg (MLO). Mocht vanuit dit overleg voor
leerlingen nader (extern) contact nodig geacht
worden, worden ouders daarvan uiteraard op de
hoogte gebracht.
De specifieke zorg binnen onze school voor
kinderen met specifieke behoeften
Bespreking intern zorgteam
Wanneer een kind problemen heeft waar het met
behulp van ouders, leerkracht en ondersteunende
anderen niet uitkomt, dan kan op dat moment de
coördinator leerlingzaken in overleg met de ouders en
leerkracht besluiten om het kind te bespreken in de
multidisciplinaire zorgleerlingbespreking van ons
bestuur.
Met elkaar wordt gekeken wat er precies aan de hand
is en hoe de ouder, leerkracht en kind weer tot een
prettige en leer- en leefbare situatie kunnen komen.
Zonder instemming van de ouders voor overleg is het
vragen van een anoniem advies mogelijk. Liever
bespreken wij het openlijk met instemming van ouders
en koppelen we het naar hen terug.
Weer samen naar school / zorgplan
samenwerkingsverband
Wij zien elk kind als een individu met eigen talenten
en behoeften, met het recht op een individuele
ontwikkeling. De Joseph Lokin Basisschool probeert
zoveel mogelijk in deze behoefte tegemoet te komen
met onderwijs op maat om zo een optimale
ontplooiing voor elk kind te bereiken. Ook bereiden we
ons voor op het Passend Onderwijs. Hiertoe hebben
wij een schoolprofiel opgesteld (zie bijlage 6). Intern
werken wij hard aan het handelingsgericht werken.
Bij het bepalen van onze reikwijdte van zorg wordt niet
alleen uitgegaan van de belangen en mogelijkheden
van het individuele zorgkind, maar ook van de
belangen en mogelijkheden van medeleerlingen en de
groepsleerkracht, de overige personele bezetting en
de locatie.
De Joseph Lokinschool is aangesloten bij het
samenwerkingsverband Verenigde Scholen J.A.
Alberdingk Thijm en streeft ernaar om aan het kind
met speciale behoeftes zo lang mogelijk op de eigen
school hulp en aanpassingen te verlenen. In het
jaarlijks vastgestelde Zorgplan van het
Samenwerkingsverband wordt aangegeven hoe daar
vorm aan wordt gegeven. Dit is op school ter inzage
en op te vragen bij de directeur.
Intern zorgplan
Op school hanteren wij een intern zorgplan. Dit is een
“levend” digitaal document dat zonodig aangepast en
uitgebreid wordt. Het zorgplan beschrijft onze
verantwoordelijkheden, taken, procedures,
formulieren, archivering, routing, overleg, middelen en
beleidsdocumenten. Het stroomlijnt en geeft
duidelijkheid en uniformiteit. Op die manier kunnen wij
ons optimaal verantwoorden, intern communiceren,
gegevens borgen om kinderen de zorg te bieden waar
zij recht op hebben. Het interne zorgplan wordt
beheerd door de intern begeleider en is digitaal voor
alle medewerkers in de school toegankelijk en in
gebruik.
Coördinator Leerlingzaken
De school heeft een Coördinator Leerlingzaken in
dienst, die verantwoordelijk is voor de begeleiding van
leerlingen die door buitenschoolse en/of
persoonlijkheidsproblemen belemmerd worden in hun
Extra structurele zorg met inzet van externe
deskundigen
Soms zijn handelingsplannen niet afdoend en is er
behoefte om een specifieker beeld van de
problematiek te krijgen en advies te vragen hoe hier
mee om te gaan. In een ander geval kan het zijn dat
wij vermoeden dat een kind gebaat is met een
versnelde individuele leerroute. Ook dat zien wij graag
onderzocht en ondersteund door een externe
deskundige.
Externe hulpverleners zijn meestal onderzoekers van
het interne zorgteam, ambulante begeleiders, de
schoolarts of sociaal verpleegkundigen. Zij zijn in staat
om te diagnosticeren, een deskundig
handelingsadvies te geven of door te verwijzen.
Externe expertise wordt nooit buiten de ouders om
aangevraagd, besproken en verleend. Ouders dienen
altijd in te stemmen met elke stap die wij maken. De
ouders blijven nauw bij de procedure betrokken en
geïnformeerd. Ouders en school leveren aan de
hulpverlenende instantie een onderwijskundig rapport
aan, waarin precies de achtergronden, de problemen,
de hulpverlening met de resultaten en de hulpvraag
voor de zorgleerling worden omschreven. Om
misverstanden te voorkomen maken wij een verslag
van de gesprekken waar, naast de ouders en de
leerkracht(en), ook extra gesprekspartners bij
betrokken zijn. Dit alles blijft bewaard in het afsluitbare
leerling-dossier en het digitale zorgdossier.
Dit dossier is alleen toegankelijk voor personeelsleden
van onze school en de betreffende ouders.
In een enkele gespecialiseerde vorm van
hulpverlening bij het lezen kunnen wij zelf voorzien:
36
De Leeskliniek. (zie de Leeskliniek). Ook hier hebben
wij nog steun van externe begeleider
Particuliere onderzoekers en hulpverleners
Ouders kunnen ook altijd besluiten over te gaan tot
particulier onderzoek en hulpverlening. Als school zijn
wij graag op de hoogte van dit voornemen en zullen
wij zo mogelijk adviseren. Het is prettig om met de
particuliere onderzoeker of hulpverlener regelmatig te
overleggen, ervaringen uit te wisselen en zo mogelijk
samen te werken.
Extern onderzoek/verwijzing/overplaatsing
Ondanks alle vormen van extra hulp aan zorgkinderen
gebeurt het wel dat de progressie en het welbevinden
van het zorgkind onvoldoende verbetering vertonen
en de problematiek ernstige vormen aanneemt. In een
dergelijk geval ervaren wij onze zorgmogelijkheden
als te weinig kansrijk en verantwoord voor de
specifieke behoefte van het kind.
Wederom roepen wij dan de hulp in van externe
deskundigen (onderzoeker interne zorgteam of andere
externe zorgverleners) om een vervolgonderzoek uit
te voeren en een diagnose en advies te geven. Dit
gaat, net als alle voorgaande zorg- en
onderzoeksactiviteiten, altijd in overleg en met
instemming en medewerking van ouders.
Soms blijkt dat een kind niet genoeg capaciteit heeft
of blokkeert om te voldoen aan de eisen die wij stellen
aan het verwerven van onze aangeboden leerstof en
vaardigheden, de vereiste werkhouding of het
gewenste sociale gedrag. Vaak gaat het kind zich
steeds minder prettig voelen in de groep en ontstaan
er secundaire problemen. De intern begeleider, de
coördinator leerlingzaken en /of de onderzoeker van
het interne zorgteam zullen de ouders dan adviseren
of en in welke vorm een verwijzing raadzaam is. Dit
kan uiteindelijk leiden tot een plaatsing (indien ouders
dit wensen) op een andere gespecialiseerde reguliere
basisschool (speciaal basisonderwijs) of tot een
plaatsing in het speciaal onderwijs. Op deze scholen
zijn wel mogelijkheden om te voorzien in de specifieke
leer- en gedragsaanpassingen.
De bevindingen, de overtuiging en een deskundig
onderzoek/- advies worden door ouders en school
weer verwerkt in een onderwijskundig rapport voor de
aanmelding voor het SBO bij de Permanente
Commissie Leerlingenzorg (PCL) en voor het SO bij
een REC (Regionaal Expertise Centrum).
De PCL of het REC onderzoekt aan de hand van dit
rapport of werkelijk alles door de school in het werk is
gesteld om het probleem vast te stellen en te
verhelpen en geeft aan wat een passende oplossing
kan zijn. Dit kan leiden tot het afgeven van een
beschikking, die noodzakelijk is voor plaatsing in het
speciaal (basis)onderwijs (zie ook leerling-gebonden
financiering).
Wij realiseren ons dat verwijzing voor alle betrokkenen
juist in een dorp als het onze een ingrijpende stap is,
maar hebben in aangetoonde gevallen de ervaring dat
elders een kind meer kansen heeft, zich beter op de
plaats voelt en zich zal ontplooien tot een gelukkiger
mens.
Elke stap in deze procedure kan uitsluitend met
toestemming van de ouders worden gedaan. Ouders
ontvangen persoonlijk bericht van de PCL of het REC
en de school ontvangt een afschrift. Ouders moeten
zelf, na ontvangst van de beschikking of indicatie, de
stap tot aanmelding op een school voor speciaal
(basis)onderwijs nemen.
Leerling gebonden financiering (rugzakje)
Voor bepaalde zorgleerlingen, die bovenstaand traject
hebben doorlopen en een indicatie van het REC
hebben verkregen, is het mogelijk om zich toch te
handhaven in het reguliere basisonderwijs met behulp
van een “rugzakje” (leerling-gebonden financiering).
Dit “rugzakje” geeft de mogelijkheid om specifiek
materiaal, extra hulp voor remedial teaching en
interne begeleiding buiten de groep en interne
begeleiding te bekostigen en geeft
recht deskundige begeleiding vanuit het speciaal
onderwijs.
Terugplaatsing vanuit het speciaal (basis)onderwijs
Soms is een verwijzing van een kind naar het
speciaal(basis) onderwijs van tijdelijke aard en is
terugplaatsing op een reguliere basisschool mogelijk.
Vaak gaat dit gepaard met extra ondersteuning van de
school van herkomst in de vorm van ambulante
begeleiding vanuit het speciaal (basis)onderwijs. Het
is dan van belang om duidelijk, eerlijk en situatief aan
te geven wat de mogelijkheden en onmogelijkheden
zijn van de Joseph Lokin Basisschool. Hiertoe dient
ook het schoolprofiel (zie bijlage 6). Ook hier geldt dat
niet alleen vanuit de zorgleerling wordt gewikt en
gewogen, maar ook de kansen van overige
belanghebbenden worden meegenomen in de
besluitvorming tot terugplaatsing. Zie voor verdere
informatie “Toelating LGF”.
Zorgcontacten
Extra advisering en begeleiding worden mogelijkerwijs
verleend door medewerkers van het interne zorgteam,
het samenwerkingsverband “’Gooi en Omstreken”.
Tevens bestaan er contacten met hulpverlenende
instanties zoals WSNS, het RIAGG, Bureau
Jeugdzorg het Gooi, RCKJP en de Gewestelijke
Gezondheidsdienst ( G.G.D.) en Versa
(schoolmaatschappelijk werk). Voor adressen
verwijzen wij naar de gegevens vooraan in de
schoolgids.
37
5. Wie werken er in de school
De samenstelling van het team
De belangrijkste persoon op school voor uw kind is
natuurlijk de leerkracht bij wie het kind in de klas zit.
Deze is het eerste aanspreekpunt voor ouders.
Veel leerkrachten werken in een parttime betrekking.
Dat betekent dat een groep twee leerkrachten in de
week heeft. De leerkrachten zijn samen
verantwoordelijk voor de groep en staan garant voor
een goede onderlinge overdracht. Zo zorgen zij voor
een doorgaand ontwikkelings- en onderwijsproces.
Ook is het mogelijk dat in verband met de
arbeidsduurverkorting of het volgen van een opleiding
de groepsleerkracht wordt vervangen. In deze
vervanging is voorzien.
In geval van kortdurende onvoorziene vervanging blijft
de eigenlijke groepsleerkracht het aanspreekpunt voor
ouders. Invallers zullen ouders daar naar verwijzen.
In een enkel geval is het om organisatorische of
didactische redenen handig om een niveaugroep
samen te stellen die de klassenorganisatie overstijgt.
De kinderen worden dan bijvoorbeeld gemengd in
geval van workshops. Ook is het mogelijk dat wij
gebruik maken van specifieke kwaliteiten van een
leerkracht door van groep te ruilen of de leerkracht uit
te roosteren.
Vooraan in de schoolgids vindt u een overzicht van de
verdeling van leerkrachten over de groepen en de
overige schooltaken.
Vervanging
Ziekte of noodgedwongen afwezigheid komt nooit
gelegen. Zeker niet bij een gering aanbod van
vervangend onderwijspersoneel. Dit kan tot grote
problemen leiden ondanks het feit dat wij een heel
plichtgetrouw team zijn. Ideaal is het om een
vervanger van buitenaf in te zetten.
Als dat niet lukt, zijn er een aantal mogelijkheden om
de vervanging intern op te lossen. Een ambulant
teamlid kan worden ingezet. Dit gaat altijd ten koste
van de eigenlijke werkzaamheden, die dan vervallen
of later plaatsvinden. Al naar gelang de prioriteit van
deze werkzaamheden en de belastbaarheid van het
betreffende teamlid, zal de directeur per geval
afwegen of het raadzaam is om de groep over te laten
nemen of te kiezen voor het eigenlijke werk.
Indien interne vervanging onmogelijk is, zullen wij de
kinderen van de desbetreffende groep met zelfstandig
werk verdelen over de andere groepen (voor kleuters
is dit geen oplossing) of een groep combineren. Als
ook deze oplossing niet haalbaar is, neemt de
directeur het besluit om de kinderen naar huis te
sturen. Het bestuur en inspectie worden hierover
geïnformeerd. Gelukkig is deze optie de laatste
schooljaren niet nodig geweest.
De ouders proberen wij in deze laatste situatie zo
tijdig mogelijk op de hoogte te stellen om verrassingen
te voorkomen. Indien u werkelijk geen opvang kunt
regelen, zijn wij verplicht uw kind onderdak te bieden.
Wij hopen dat u van deze regeling alleen in uiterste
nood gebruik wilt maken en dat u in eerste instantie
een beroep kunt doen op uw eigen netwerk of ouders
van medeleerlingen. We begrijpen dat dit soort
onvoorziene noodmaatregelen veel irritatie opwekt,
maar hopen dat u ook de nood aan onze zijde inziet
en erop vertrouwt dat wij er alles aan doen om dit te
voorkomen (vaak door ons extra in te zetten).
Wie komt u nog meer tegen in de school
Naast de leerkrachten zijn er ook nog andere mensen
in de school, waar uw kind mee te maken kan hebben.
Behalve ouders die veelvuldig helpen, kunt u de
volgende mensen in de school (gaan) aantreffen:
Overblijfmedewerkers/ overblijfcoördinator
De overblijfmedewerkers houden tegen een
onkostenvergoeding toezicht bij het eten en
buitenspelen (binnen bij slecht weer) tijdens de
overblijf. De overblijfcoördinator, stuurt de
overblijfmedewerkers aan, zorgt voor de
administratieve verwerking en regelt de
klachtenafhandeling (zie ook bijlage regeling TSO
(tussentijdse opvang).
Administratief medewerker
Marianne Vos is onze administratief medewerker en is
op de dinsdagochtend beschikbaar. Zij zorgt voor de
financiële administratie, de leerlingenadministratie, de
personeelsadministratie, de bestellingen en tal van
andere administratieve en secretariële klussen.
(Vak)leerkracht bewegingsonderwijs
De vakleerkracht Patty Gooijer geeft eenmaal per
week bewegingsonderwijs aan de groepen 5 t/m 8 in
sporthal de Fuik in Kortenhoef. De groepen 3 en 4
gaan ook naar de Fuik voor de gymles onder leiding
van de groepsleerkracht.
De tweede gymles per week wordt op het schoolplein
door de groepsleerkracht gegeven.
De groepsleerkracht van de kleuters verzorgt het
bewegingsonderwijs in ons speellokaal.
Stagiaires van opleidingen
Stagiaires leren het vak door met kinderen bezig te
zijn. Zij staan onder verantwoordelijkheid van de
leerkracht. Meestal zijn het PABO-studenten. Ook
kunnen het studenten van de SPW-opleiding voor
onderwijsassistenten zijn.
LIO-er
Vierdejaars studenten voltooien hun opleiding met een
praktische stage waarbij zij zelfstandig voor langere
tijd een groot aantal dagen per week of zelfs een hele
weken de volle zorg voor een klas dragen. Zij worden
38
bijgestaan en begeleid door een mentor (collegaleerkracht).
Vanaf het schooljaar 2011-2012 zijn alle groepen
voorzien van een digitale schoolbord.
Intern begeleiders (IB)/ remedial teacher (RT)
De interne begeleiding en remedial teaching wordt
gedaan c.q. gecoördineerd door Annette Pronk. De
IB-er is als contactpersoon/coördinator
verantwoordelijk voor de leerlingenzorg, de
ondersteuning en coaching van leerkrachten, de
kwaliteitsbewaking van ons onderwijs, de
deskundigheidsbevordering van het team en externe
contacten. Deze laatste twee aspecten doet zij samen
met de directeur.
De remedial teacher zal in bijzondere gevallen ook
praktische ondersteuning geven aan kinderen met een
specifieke leer- en gedragsbehoefte.
Medewerkers kinderopvang Eigen&Wijzer
Op maandag, dinsdag en donderdag kunnen peuters
in onze school terecht voor de peuterspeelzaal. In
samenwerking met groep 1 en 2 worden bepaalde
thema’s gezamenlijk vorm gegeven en wisselen wij
peuters en kleuters uit. Op die manier raken de
kinderen vertrouwd met onze school en is het voor
kleuters fijn om nog even terug te mogen. De peuters
nemen ook deel aan onze maandvieringen.
Na schooltijd is er op deze dagen buitenschoolse
opvang met dezelfde medewerkers.
Coördinator leerlingzaken
De school heeft een coördinator leerlingzaken in
dienst. Gina Post is verantwoordelijk voor de
begeleiding van leerlingen die door buitenschoolse
en/of persoonlijkheidsproblemen belemmerd worden
in hun schoolloopbaan. Via de interne begeleiders
worden leerlingen naar de coördinator leerlingzaken
verwezen. Daarnaast verzorgt deze coördinator
eventuele contacten met externe organisaties zoals
de GG en GD, Bureau Jeugdzorg en het Regionaal
Bureau Leerlingzaken. De coördinator voert met deze
externen regelmatig multidisciplinair leerling-overleg
(MLO). Mocht vanuit dit overleg voor leerlingen nader
(extern) contact nodig geacht worden, worden ouders
daarvan uiteraard op de hoogte gebracht.
Remedial teacher (RT)
In eerste instantie gebeurt de RT in de klas door
middel van extra hulp van de leerkracht of
ondersteuning door een hulpouders. Mocht dit niet
(meer) lukken en/of levert het niet de verwachte
vooruitgang op, zal de IB-er de RT overnemen of hulp
inschakelen van een externe expert (altijd in overleg
met ouders).
Ambuant begeleider
Sommige kinderen met specifieke leer- en of gedrag
behoeften mogen extra begeleiding aanvragen
(rugzak). Als dit wordt toegekend worden kinderen,
leerkracht en zonodig ouders en medeleerlingen
ondersteund door een ambulant begeleider. Deze
komt regelmatig in de groep en deelt zijn specifieke
kennis en ervaring.
ICT-er
Maaike Boog is onze ICT-er. Dit jaar zal vanwege
haar ouderschapsverlof de taak overgenomen worden
door Manon Snaterse. De ICT-er is een leerkracht met
een extra taak naast de lesgevende taken. Zij heeft de
verantwoordelijkheid om de integratie van ICT in het
onderwijs te stimuleren en te faciliteren. Tevens is zij
contactpersoon voor de netwerkbeheerorganisatie.
Daarnaast is de ICT-er de initiator tot ICT-beleid.
Zij zet zich ook in voor het invoeren van het digitale
schoolbord, alle software en inwerken van het team.
Personen die door kinderen of leerkrachten zijn
uitgenodigd
Soms komen genodigden iets te vertellen of
demonstreren over hun leven, werk of talenten. Vooral
in de kleutergroep maken wij graag gebruik van deze
betrokkenheid om ons onderwijs te verrijken.
Belangstellenden
Ook ontvangen wij bezoekers (ouders, studenten,
collega’s) die zich oriënteren en specifiek kennis
willen nemen van onze invulling van het onderwijs. Zo
zijn wij voor de methodes Kleuterplein, Naut, Meander
en Brandaan referent.
Directeur
Géry Keizer is als directeur eindverantwoordelijk voor
alle schoolactiviteiten en
schoolverantwoordelijkheden.
Zij maakt daar beleid op, houdt zich bezig met de
ontwikkeling van het onderwijs, bewaakt de voortgang
en de kwaliteit, begeleidt en stimuleert de
medewerkers, beheert de budgetten, onderhoudt
contact met ouders, bestuur, inspectie,
medezeggenschapsraad, ouderraad en externen.
Nascholing team
Het onderwijs is zo veelzijdig en zo in ontwikkeling dat
je nooit uitgeleerd raakt. Nieuwe taken komen erbij.
Specifieke taken rusten op de schouders van een
enkeling (bedrijfshulpverleners, intern begeleider,
remedial teacher, begeleider Leeskliniek). Dit vraagt
om een voortdurende bijscholing op tal van terreinen.
De scholingsbehoeften kunnen ontstaan uit het beleid
dat de school voor de komende jaren heeft
geformuleerd, maar kunnen ook voortkomen uit
individuele behoeften. Bij het al dan niet honoreren
van de wensen tot nascholing wordt geprobeerd
rekening te houden met het belang van de school,
alsmede met het belang van de individuele leerkracht.
Dit kan individueel door het volgen van cursussen en
het deelnemen aan netwerken.
In bepaalde gevallen worden op school videoopnames gemaakt in het kader van
informatieoverdracht of coaching van leerkrachten. In
39
het geval van gebruik buiten de school worden ouders
hier in gekend. Ouders die bezwaar hebben kunnen
zij dit schriftelijk melden bij de directeur (zie ook
bijlage 3 privacyprotocol).
Nascholing heeft als doel een positieve bijdrage te
leveren aan de kwaliteit van het onderwijs op een
school en daarmee aan de ontwikkeling van een
school. Daarnaast heeft nascholing het doel bij te
dragen aan de individuele ontwikkeling van
leerkrachten.
Specifiek richten wij ons dit schooljaar met ons team
op het vervolg handelingsgericht werken door in
samenspraak met de IB-er alle groepsoverzichten en
groepsplannen te herzien en te borgen.
Tevens blijven wij aandacht hebben voor de invoering
van de nieuwe rekenmethode en de verdere invoering
van een LOVS sociaal-emotionele ontwikkeling
“ZIEN”.
Steeds meer teamleden hebben de opleiding Early
English gevolgd.
De teamleden worden opgeleid in het gebruik van
PROWISE hetgeen een nieuwe impuls geeft in het
omgaan met het digibord.
Ook zal het team zich gaan beraden op de identiteit
van de school om de richting te bepalen waarmee
onze school het verschil maakt.
Daarnaast vragen de voorbereidingen op “Passend
Onderwijs” onze aandacht, met een accent op de op
te stellen zorgprofielen.
40
6. De ouders
Op de Joseph Lokin Basisschool is plaats voor
kinderen, leerkrachten én ouders. In dit hoofdstuk
besteden we aandacht aan de ouders.
Het gaat over het belang van een goede
samenwerking, de betrokkenheid, inspraak,
participatie, rechten, plichten, verzoeken en over
informatie aan ouders.
Wij realiseren ons maar al te goed dat wij in onze
school echt niet zonder de steun, het enthousiasme
en de inzet van vaders en moeders kunnen. Zij zijn de
pijlers van onze school, zorgen voor de belangrijkste
PR, geven net dat stuk extra wat ons onderwijs verrijkt
en doet sprankelen.
Veel is dus mogelijk, wenselijk en bespreekbaar. In dit
hoofdstuk geven we de kaders aan.
Daarnaast is onze school een dorpsschool. De
betrokkenheid met het dorpse gebeuren en de
samenwerking is groot. Ook dit vaak dankzij diezelfde
ouders!
Het belang van de betrokkenheid van ouders
Om het kind optimale kansen te bieden, hebben
ouders en teamleden elkaar hard nodig op tal van
fronten. Een vertrouwensband is onontbeerlijk en
wederzijdse informatie en alertheid zijn zeer welkom.
Kinderen ontwikkelen zich optimaal als school en thuis
in elkaars verlengde beleefd worden.
Ouders kunnen ons ondersteunen bij tal van
activiteiten die zonder ouderhulp geen doorgang
kunnen vinden. Naast een bestuurlijke betrokkenheid
is er ook praktisch genoeg te doen in de school.
Tevens maken we graag gebruik van talenten,
ervaringen en relaties die ouders ons kunnen bieden.
Ouderparticipatie werkt drempelverlagend:
wederzijdse waardering en het opbouwen van krediet
is de meerwaarde.
En boven alles: betrokkenheid werkt enorm
motiverend voor de kinderen. Kinderen delen hun
wereld, worden gezien en gehoord, hun werk is de
moeite van het bekijken waard en wat is er leuker
samen aan iets mee te doen en trots te zijn op elkaar?
ontwikkeling van het eigen kind te borgen. Maar ook
praktisch is er altijd heel veel te doen in en rond
school. Om enige voorbeelden van ouderhulp te
geven: de leerkracht bijstaand in de organisatie van
bijzondere gebeurtenissen, bij groepsactiviteiten, bij
projecten, bij onderhoud van het schoolgebouw en het
schoolplein, bij sportactiviteiten, bij de
hoofdluiscontrole, bij de sportdag, bij het begeleiden
bij excursies, bij leesactiviteiten, bij de musicals, bij
expressieactiviteiten, bij buitenschoolse activiteiten, bij
het bijhouden van de website en betaalde hulp bij de
overblijf.
Regelmatig doen wij een oproep in de nieuwsbrief en
wij hopen op een goede respons!
Medezeggenschapsraad (MR)
De medezeggenschapsraad (MR) is een wettelijk
voorgeschreven en gekozen orgaan.
Het is een overleg- en adviesorgaan waarbinnen een
gelijkwaardige vertegenwoordiging van het team en
de ouders/verzorgers gezamenlijk medezeggenschap
(instemming- en adviesrecht) hebben over
veranderingen en de gang van zaken binnen de
school.
De MR is de formele overlegpartner voor het bevoegd
gezag: zij kan en moet om instemming en advies van
de MR vragen over tal van nader te bepalen kwesties.
Enkele voorbeelden daarvan zijn: alle beleidsplannen,
plannen m.b.t. nieuw- of verbouw, het vakantierooster,
het schoolplan en het veranderen grondslag of
identiteit.
De MR kan ook voorstellen aan het bestuur doen, de
belangen behartigen van allen die bij de school
betrokken zijn en functioneren als klankbord.
De directeur kan om informatie en advies gevraagd
worden.
Het reglement op de MR is op school aanwezig en op
te vragen bij de leden van de MR.
De vergaderingen zijn openbaar en agenda en
notulen worden gepubliceerd op de website.
Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR)
Signalering
Het welbevinden van uw kind en het bieden van
kansen is ons gemeenschappelijk belang. Daar
hebben we elkaar hard voor nodig. Samen observeren
en interpreteren we. We mogen verwachten dat we
elkaar tijdig informeren en overleggen als dat nodig is.
We dragen ideeën aan, voeden en steunen elkaar en
leren begrip te hebben voor ieders omstandigheden.
Ondersteuning en betrokkenheid bij de kansen van
het kind
Elk kind “groeit” bij de interesse van de ouders in de
schoolse ontwikkeling. Het is fijn als de wisselwerking
school-thuis goed in balans is. Dit zullen wij zeker
stimuleren. In eerste instantie heeft dit als doel om de
De GMR is het overkoepelende orgaan van de
medezeggenschapsraden van ons bestuur. In de
GMR zit een ouder- en personeelsvertegenwoordiger
van elke school. De GMR opereert bovenschools. De
GMR heeft een aantal bijzondere bevoegdheden
(advies- en instemmingsrecht) alvorens het bestuur
een besluit kan nemen over alle beleidsplannen op
stichtingsniveau, als mede de begroting van de gehele
stichting. Het bestuur is verplicht alle noodzakelijke
informatie aan de raad te verschaffen.
De GMR kan aan het schoolbestuur gevraagd en
ongevraagd voorstellen doen en adviezen kenbaar
maken. Daarbij kent de GMR wel de plicht tot
geheimhouding van die zaken, die geheimhouding
41
behoeven. Het bestuur overlegt enkele keren per jaar
met de GMR. De vergaderingen van de GMR zijn
openbaar. De bevoegdheden van de GMR liggen vast
in een reglement; dit is op te vragen bij de directeur
In de eerste helft van dit schooljaar vallen wij onder
het bestuur van de SKOW met nog 2 andere scholen.
Vervolgens sluiten de drie scholen aan bij de stichting
Verenigde scholen J.A. Alberdingk Thijm Primair
Onderwijs. Tezamen zullen dan 16 scholen zijn
aangesloten.
Ouderraad
De Joseph Lokinschool heeft een oudervereniging.
Het bestuur van de oudervereniging is de ouderraad
(OR). Een oudervereniging en de OR zijn niet wettelijk
verplicht, maar kunnen wel heel actief zijn op tal van
praktische zaken.
De Oudervereniging stelt zich als doel om het
schoolbestuur en het team te ondersteunen met
betrekking tot onderwijs en vorming van de leerlingen
binnen de school en in verband met de school. De OR
rekent het tot haar taak om alles te doen wat de bloei
van de school kan bevorderen. Zij geven de school
ondersteuning bij het ontwikkelen, organiseren,
evalueren en initiëren van activiteiten op tal van
specifieke terreinen: festiviteiten, de sportdag, PR,
excursies, ICT, kunst en cultuur en natuur- en milieu.
Ook organiseert de OR jaarlijks een evenement aan
het begin van het schooljaar om het onderlinge
contact te bevorderen. Dat kan een fietstocht,
puzzeltocht of barbecue zijn. Uiteraard gaat dit in
samenspraak en zonodig met de besluitvorming van
de overige organen.
De OR zal de ouders zoveel mogelijk betrekken bij
schoolactiviteiten. De contributie voor de
oudervereniging bedraagt 30 euro. De ouders worden
verzocht om de jaarlijkse ouderbijdrage te betalen. dit
is niet verplicht, maar wel wenselijk.
De ouderbijdrage komt ten goede aan activiteiten en
materialen voor kind en ouders: festiviteiten,
Sinterklaas-, Kerst-, paasfeest, afscheidsavond, koffie
en thee bij ouderbijeenkomsten, sport en spel, een
bijdrage voor kunst- en cultuuractiviteiten en extra
artikelen voor de school die niet onder het normale
onderwijsleerpakket vallen. De bijdragen voor het
schoolreisjes en het schoolkamp worden apart
berekend (schoolreisjes maximaal 25 euro,
schoolkamp ongeveer 90 euro). Tevens vragen wij
aan de ouders om zelf een vulpen aan te schaffen.
Het beheer van de ouderbijdrage valt onder
verantwoordelijkheid van het bestuur van de
oudervereniging.
Ieder jaar wordt, aan het begin van het nieuwe
schooljaar de algemene ledenvergadering gehouden.
Daarin wordt verslag gedaan en verantwoording
afgelegd aan de leden. Tevens wordt de jaarlijkse
ouderbijdrage per kind vastgesteld. Het financieel
jaarverslag en de begroting worden voorgelegd en ter
goedkeuring aangeboden aan de ouders. De
jaarvergadering van de OR gaat samen met een
gastspreker over een thema.
De leden van de ouderraad worden gekozen door de
ledenvergadering. Alle leden hebben het recht zich
kandidaat te stellen. Dit kan schriftelijk bij de
secretaris van de OR. De vergadering kiest de
voorzitter. De overige functies worden onderling
verdeeld. In het najaar ontvangen ouders een nota
voor de ouderbijdrage.
Schoolverzekering
Het bestuur heeft alle kinderen collectief verzekerd.
Alle kinderen zijn op weg naar school op school en op
de terugweg verzekerd tegen lichamelijk letsel. De
bedragen zijn echter niet onbeperkt. Materiële schade
zoals brillen, truien en jassen zijn uitgesloten. Kunt u
onverhoopt bijv. de dokterskosten niet van uw
verzekering terugkrijgen en moet uw kind, omdat het
bijvoorbeeld een verwonding op de speelplaats opliep
behandeld worden, dan krijgt u die van onze
verzekering terug. Deze verzekering geldt ook tijdens
de overblijf, bij excursies, schoolreizen en dergelijke.
Ook zijn ouders verzekerd als zij in of buiten school
kinderen begeleiden. Indien ouders aanspraak willen
maken op de schoolverzekering, kunnen ouders een
formulier aanvragen bij de directie. Ouders die
kinderen vervoeren in hun eigen auto tijdens een door
de school georganiseerd uitstapje zijn verplicht een
inzittendenverzekering af te sluiten. Voor kinderen
geldt dat als zij met de auto vervoerd worden zij
slechts op de achterbank plaats mogen nemen en niet
meer dan drie tegelijk (kinderen boven de 1,5 meter
mogen ook voorin). Gordels moeten gebruikt worden.
Ouders zijn direct na en onder schooltijd wel
aansprakelijk voor zaken waarvoor ook buiten
schooltijd een wettelijke aansprakelijkheid geldt. Dus
als uw kind bijv. Onder schooltijd een jas van iemand
stuk trekt of een raam ingooit, dan bent u hiervoor
aansprakelijk.
Informatievoorziening
Elkaar goed informeren voorkomt veel misverstanden.
Wij geven de mogelijkheden aan en vragen om uw
attentie:
Website
De website van de drie scholen van ons oude SKOWbestuur zijn nog te vinden onder: www.
kansscholen.nl. onder Joseph Lokinschool . Dit
schooljaar zullen wij overgaan op een format van de
websites van de AT-scholen.
Op de website plaatsen wij informatie en
verslaglegging en geven wij een indruk van actuele
zaken. Actueel zijn wij met onze nieuwsbrieven, onze
foto’s en onze verslaglegging van activiteiten in de
groepen en de MR-bijeenkomsten en de informatie
over thema’s. Ook is de website een belangrijke bron
van informatie over ons beleid: schoolgids,
schoolplan, jaarplan, jaarkalender, regelingen,
procedures en overige beleidsdocumenten zijn en
worden ontwikkeld voor plaatsing. Tevens geven wij
links aan naar websites die aansluiten bij ons
42
onderwijs. Voor ons privacyprotocol verwijzen wij naar
bijlage drie. Ouders lezen hoe wij omgaan met de
privacybelangen en hoe ouders bezwaar tegen
publicatie kunnen maken.
Op de website www.atscholen.nl staat alles over ons
bestuur en alle overige aangesloten scholen voor
primair en voortgezet onderwijs.
Keuzeoriëntatie / schoolgids
Informatie over onze school wordt op verschillende
manieren gegeven: Wij wezen al op onze website.
Maar in ons dorp zal het merendeel van de informatie
door mond-tot-mondreclame tot stand komen.
Onze schoolgids is onze meest complete
informatiebron. De schoolgids is door een ieder aan te
vragen, wordt eenmalig verstrekt bij aanvang van de
schoolloopbaan of is te raadplegen en zal zijn te
downloaden via onze website. Jaarlijks wordt de
schoolgids bijgewerkt. Wij verwachten van ouders dat
zij zich middels de schoolgids informeren over de
gang van zaken op de Joseph Lokin Basisschool,
bewust kennis nemen, hun keuze bepalen en zich dus
conformeren.
Belangstellenden zijn altijd welkom om spontaan
onder schooltijd een bezoek te brengen aan de
school. De directeur (of oudere leerlingen bij een
onvoorzien bezoek) leiden ouders rond. Zij geven
informatie vanuit hun beleving en de bezoeker proeft
sfeer. Voor gerichte informatie is altijd een
oriëntatiebezoek aan te vragen. De directeur zal
belangstellende ouders graag te woord staan en hen
rondleiden.
Als de schoolgids en een bezoek de belangstelling
van ouders vergroot en u gebruik wilt maken van een
plaats op de Joseph Lokin Basisschool, dan nodigen
wij u uit voor een intakegesprek met de directeur en
zo mogelijk de intern begeleider. Zo kunnen we elkaar
actueel informeren, zodat wij een goede aansluiting
kunnen borgen. Met de leerkracht van groep 1/2
maken ouders afspraken om vijf dagdelen te komen
wennen.
Jaarkalender
Elk schooljaar ontvangt elk gezin de jaarkalender. De
jaarkalender is ook te vinden op de website. Per
maand staan alle geplande activiteiten vermeld. Ook
treft u de actuele praktische informatie aan over het
betreffende schooljaar. Wij proberen ons zo goed
mogelijk te houden aan deze planning. Indien een
verandering echt noodzakelijk is melden wij dat via de
digitale nieuwsbrief of via een email.
Informatieavond
In de eerste weken van het nieuwe schooljaar houden
wij een informatieavond voor ouders van leerlingen.
Het is een goede gelegenheid voor ouders en
groepsleerkracht(en) om met elkaar kennis te maken,
informatie uit te wisselen en initiatieven en voorstellen
te bespreken. Wat betreft het gebeuren in de klas
wordt er uitgelegd hoe de dag- en weekindeling er uit
ziet, hoe er gewerkt wordt, welke leerstof globaal aan
de orde zal komen, welke technieken, methodes,
overige leermiddelen en materialen gebruikt zullen
worden, of er wel of geen huiswerk is en welke
afspraken er zijn. Ook wisselen we graag ideeën uit.
Nieuwsbrief
Teamleden, leden van bestuur, de MR, de OR, de
overblijf, de kinderopvangorganisaties van de
buitenschoolse opvang en het gastoudergezin kunnen
frequent communiceren middels onze nieuwsbrief. Het
is ons meest directe, actuele en informatieve
communicatiemiddel. De nieuwsbrief staat onder
redactie van de directeur. We verwachten dat ouders
de nieuwsbrief goed lezen. Ouders ontvangen de
nieuwsbrief digitaal of via hun (oudste) kind. Digitale
verspreiding bespaart ons veel tijd en kosten en
communiceert veel sneller. Op dit moment worden
daar optimaal gebruik van gemaakt! Graag ontvangen
wij uw e-mailadres.en toestemming.
Nieuwsbrieven worden ook op onze website geplaatst.
Mochten ouders twijfelen aan ontvangst: raadpleeg
regelmatig de website www.kanscholen.nl.
Wensen- en kwaliteitsonderzoek
Inherent aan het karakter van onze school willen wij
regelmatig op tal van manieren informeren en
onderzoeken welke wensen onder ouders en
teamleden leven en evalueren hoe ons onderwijs en
de gang van zaken op onze school wordt beleefd.
Van onze kant doen wij ons best om alle betrokkenen
duidelijk en tijdig te informeren of te raadplegen. Om
teleurstellingen te voorkomen is het daarom belangrijk
duidelijk aan te geven of het in onze communicatie om
informatie, oriëntatie, inventarisatie, advies,
besluitvorming of instemming gaat en in welke fase
van een proces wij zitten.
Schoolzelfevaluatie leeropbrengsten Citomiddentoetsen:
Sinds schooljaar 2008-2009 maken wij jaarlijks een
schoolzelfevaluatie op basis van ons CITO-LOVS om
de leeropbrengsten te meten, in een groter verband te
plaatsen en te interpreteren. Dit koppelen wij terug
naar het team, de MR en het bestuur en zal worden
vervolgd met een advies/beleid.
Tweejaarlijkse leerling- en ouderenquête
Op schoolniveau hebben wij eind 2011 een leerlingen ouderenquête gehouden. Zo brengen wij ook met
hun inbreng de globale kwaliteitsbepaling in beeld en
gebruiken wij deze gegevens om ons beleid te
bepalen.
Uit de enquête van 2011 kwam de volgende uitslag:
De tien sterkste punten van de school volgens de ouders
(4 is de hoogste score)
 Ik heb de school gekozen, omdat de school
dichtbij is (3.78)

De leraar van mijn zoon/dochter is gemotiveerd
(3.63)

Het taalgebruik van de leraar is correct (3.63)

De leraar doet aardig en vriendelijk tegen de
43






leerlingen (3.58)
De leraar laat je uitspreken (3.57)
De leraar van mijn zoon/dochter kan goed
uitleggen (3.52)
De leraar van mijn zoon/dochter laat voldoende
samenwerken (3.50)
De leraar van mijn zoon/dochter is vakbekwaam
(3.50)
De leraar toont respect voor mijn zoon/dochter
(3.50)
De leraar kan goed luisteren (3.48)
Mogelijke verbeterpunten volgens de ouders (4 is de
hoogste score
 Er wordt regelmatig aan mij gevraagd of ik
tevreden ben met de school (1.63)
 Ik heb de school gekozen, omdat anderen dat
hebben aanbevolen (1.79)
 De school vraagt in voldoende mate naar de
mening van ouders over de school (1.88)
 Ik heb de school gekozen, omdat de identiteit mij
aansprak (2.14)
 Ik heb de school gekozen, omdat de resultaten
goed zijn (2.20)
 De school informeert ouders regelmatig over de
effecten van verbeteractiviteiten (2.29)
 De school stelt zich in voldoende mate op de
hoogte van de verwachtingen van de ouders
(2.29)

De school staat goed bekend (2.29)
 De leraren geven (te) veel huiswerk (2.32
De tien sterkste punten van de school volgens de
kinderen (4 is de hoogste score)
 Op school hebben we een leuke methode voor
Geschiedenis (3.68)
 De juf of meester besteedt aandacht aan ruzies en
misverstanden (3.52)
 De juf of meester legt extra uit aan leerlingen die
dat nodig hebben (3.50)
 De juf of meester vind ik aardig (3.48)
 De juf of meester kan goed lesgeven (3.46)
 Ik vind Geschiedenis leuk (3.41)
 De juf of meester kan goed uitleggen (3.32)
 De juf of meester zorgt ervoor, dat je je werk
rustig kunt doen (3.29)
Mogelijke verbeterpunten volgens de kinderen (4
is de hoogste score
 Onze school heeft een leerlingenraad (1.28)
 Leerlingen mogen meedenken en meepraten o
 ver allerlei schoolzaken (1.31)
 Er is sprake van voldoende hygiëne (toiletten,
doucheruimtes) (1.31)
 Leerlingen mogen meedenken als er regels
verzonnen worden (1.52)
 Er wordt regelmatig aan mij gevraagd of ik
tevreden ben met de school (1.55)
 De school organiseert voldoende activiteiten na



schooltijd (1.59)
De school vertelt welke verbeteringen lukken en
welke niet (1.68)
Ik vind Taal leuk (1.79)
Ik weet wat de school wil verbeteren (1.83)
Intern hebben wij met het team en de MR het onderzoek
bestudeerd en besproken. Wij hebben er voor gekozen om
de communicatie als verbeterpunt te kiezen. Komend
schooljaar willen wij kijken hoe wij meer en beter kunnen
communiceren naar en met ouders en kinderen. We willen
proberen om daar een aantrekkelijke vorm voor te vinden.
Als onderwerp zullen wij vooral aandacht geven aan de
kwaliteit van ons onderwijs.
Waar wij heel blij mee zijn is de waardering voor het
vakmanschap van onze leerkrachten en het schoolklimaat
op onze school. Dat zijn toch echte kernwaarden!
Suggesties, op- en aanmerkingen
De leerkrachten en de directeur staan altijd open voor
suggesties en opbouwende kritiek van ouders. Ook
kunnen ouders terecht bij de MR. Wij vinden het
belangrijk om wederzijds een open en respectvolle,
welwillende houding aan te nemen.
In geval van problemen is het meest effectief als
ouders het probleem leggen daar waar het hoort.
Het is prettig als ouders open communiceren en open aanmerkingen in eerste instantie leggen bij wie het
hoort. Als wij horen wat er speelt, kunnen we er
rekening mee houden en er zo mogelijk iets mee
doen. Zie ook de klachtenregeling.
klachtenregeling
Waar gewerkt wordt, worden fouten gemaakt. Wij
proberen dat vanzelfsprekend tot een minimum te
beperken, maar het is toch mogelijk dat
ouders/verzorgers als gevolg van een fout, een
handelwijze of een reactie van onze kant een klacht
hebben. Klachten kunnen gaan over bijvoorbeeld de
begeleiding van leerlingen, de toepassing van
strafmaatregelen, de beoordeling van leerlingen,
seksuele intimidatie, discriminerend, agressief of
gewelddadig gedrag.
Een klacht wordt bij voorkeur eerst bespreekbaar
gemaakt op het niveau waarop de klacht ontstaat. In
de meeste gevallen zal dit de groepsleerkracht zijn.
Als dit overleg niet leidt tot een oplossing van het
probleem, dan kan de klacht besproken worden met
de coördinator leerlingzaken of de directie.
Als er op schoolniveau geen oplossing wordt
gevonden voor de klacht, dan kan de klager worden
doorverwezen naar de vertrouwenspersoon van de
stichting, de heer J.B. van Luit. De
vertrouwenspersoon is bereikbaar via de directie van
de school of via: Vertrouwenspersoon Verenigde
Scholen J.A. Alberdingk Thijm, Postbus 613, 1200 AP
Hilversum. E-mail: [email protected].
44
De klager kan ook direct contact opnemen met de
vertrouwenspersoon, als de aard van de klacht hiertoe
aanleiding geeft. De vertrouwenspersoon heeft als
taak zorg te dragen dat klachten van
ouders/verzorgers op een zorgvuldige manier worden
afgehandeld. De vertrouwenspersoon gaat na of de
gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een
(schriftelijke) klacht bij het bestuur of de
klachtencommissie. Hij kan proberen te bemiddelen
om de zaak op te lossen en begeleidt de klager
desgewenst ook bij de verdere procedure. De
vertrouwenspersoon is verplicht tot geheimhouding
van alle zaken die hij in die hoedanigheid verneemt.
Anoniem ingediende klachten worden niet in
behandeling genomen.
De officiële klachtenregeling (‘Klachtenregeling
Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm PO’) ligt op
school ter inzage. U kunt de klachtenregeling daar
eventueel ook afhalen.
Onderstaand stappenplan is de route die bij voorkeur
wordt gevolgd bij de behandeling van een klacht opdat
deze zo zorgvuldig en efficiënt mogelijk wordt
opgelost.
Stap 1
De ouder/verzorger, hierna ‘klager’, bespreekt zijn
klacht zo mogelijk met degene tegen wie de klacht
gericht is, hierna ‘aangeklaagde’. De klacht is
afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet:
volg stap 2.
Stap 2
De klager bespreekt zijn klacht met de directeur. De
klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is,
indien niet: volg stap 3.
Indien de klacht betrekking heeft op de directeur, volg
na stap 1 direct stap 3.
Stap 3
De klager wendt zich, eventueel via de directeur, tot
de vertrouwenspersoon. Deze gaat na of de klacht
door bemiddeling tot een oplossing kan worden
gebracht dan wel aanleiding geeft tot het indienen van
een klacht bij het bestuur (stap 4) of bij de Landelijke
klachtencommissie voor het katholiek onderwijs (stap
5).
Stap 4
De klager dient, al dan niet bijgestaan door de
vertrouwenspersoon, een klacht in bij het bestuur. Het
bestuur neemt de klacht in behandeling. De klacht is
afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet:
volg stap 5.
Stap 5
De klager dient, al dan niet bijgestaan door een
gemachtigde, een klacht in bij de Landelijke
klachtencommissie voor het katholiek onderwijs.
(Adresgegevens: Postbus 82324, 2508 EH Den Haag;
www.geschillencies-klachtencies.nl.) Deze
onafhankelijke klachtencommissie onderzoekt de
klacht en adviseert het bestuur hierover. De Landelijke
klachtencommissie voor het katholiek onderwijs
brengt advies uit aan het bevoegd gezag, inhoudende:

het oordeel met betrekking tot de (niet)ontvankelijkheid van klager;

het oordeel met betrekking tot de
(on)gegrondheid van de klacht;

een eventuele aanbeveling ten aanzien van
door het bevoegd gezag te treffen maatregelen.
Stap 6
Binnen 4 weken na ontvangst van het advies van de
klachtencommissie besluit het bestuur wat te doen
met het advies en deelt dit schriftelijk mede aan de
klager, de aangeklaagde, de directeur van de
betrokken school en de klachtencommissie.
De vertrouwenspersonen zijn bereikbaar via de
contactpersoon van de school of via:
Vertrouwenspersoon Verenigde Scholen J.A.
Alberdingk Thijm
Postbus 613
1200 AP Hilversum
De klachtenregeling ligt ter inzage op de school. Een
klacht kan worden ingediend bij het bestuur of de
klachtencommissie.
Landelijke klachtencommissie voor het katholieke
onderwijs
Postbus 82324
2508 EH Den Haag
www.geschillenciesklachtencies.nl
vragen over het onderwijs in het algemeen of de
inspectie in het bijzonder
Vanaf 1 juni 2004 beantwoordt de inspectie geen
telefonische vragen meer van onderwijsconsumenten.
Het beleid van de overheid is erop gericht om vragen
over het onderwijs en de inspectie in het bijzonder bij
één loket binnen te laten komen. Dat loket is Postbus
51:
email: [email protected]
website:www.onderwijsinspectie.nl
telefonische vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis)
Rechten, plichten en verzoeken van en aan ouders
In eerste instantie verwijzen wij naar de onderwijsgids.
Ouders van driejarige kinderen krijgen deze
toegestuurd door het Ministerie van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschappen. Daarin kunnen ouders
kennis nemen van rechten en plichten van ouders en
bestuur. Maar ook zelf willen wij in onze schoolgids
zaken aan de orde stellen om onduidelijkheid te
voorkomen.
Leerplicht
45
De Leerplichtwet
Alle kinderen in Nederland moeten naar school, dat
staat in de Leerplichtwet. Het toezicht houden op de
naleving van deze wet is een taak van de school en
het Regionaal Bureau Leerlingzaken. Ouders zijn
verplicht ervoor te zorgen dat uw kind is ingeschreven
op een school én dat uw kind ook daadwerkelijk naar
school gaat en alle lessen volgt. Ingeval van ziekte, of
bij een andere reden waarom uw kind niet naar school
toe kan, bent u direct verplicht dit, telefonisch of
persoonlijk, te melden bij de school.
De leerplichtige leeftijd
Op het moment dat uw kind vier jaar is geworden mag
het naar school. Vanaf de eerste dag van de maand
volgend op zijn of haar vijfde verjaardag is uw kind
leerplichtig en moet het naar school.
De leerplicht duurt tot het einde van het schooljaar
waarin uw kind zeventien jaar is geworden of als de
jongere gedurende 13 volledige schooljaren onderwijs
heeft gevolgd.
Verzuim/ziekmeldingen
De leerplichtambtenaren hebben regelmatig contact
met de scholen en maandelijks wordt hen door de
school een verzuimrapportage aangereikt. De
leerplichtambtenaren controleren ook of de scholen
zich aan de regels houden. Wanneer een kind drie
achtereenvolgende dagen niet op school is zonder dat
de reden van het verzuim bij de school bekend is, dan
zijn de scholen wettelijk verplicht dit te melden aan de
leerplichtambtenaar.
Ook indien een leerling in een korte periode op
verschillende dagen een aantal uren afwezig is
geweest zonder dat de school de reden weet, moet dit
gemeld worden. De leerplichtambtenaar onderzoekt
vervolgens waarom het kind niet (meer) naar school
gaat en wat er nodig is om eventuele problemen die
de reden zijn van het schoolverzuim op te lossen.
Hiervoor wordt contact opgenomen met de ouders.
Wij verwachten om deze redenen en uit betrokkenheid
dat ouders direct verzuim melden aan de school.
Indien wij niets hebben vernomen, zal de
leerplichtambtenaar zelf contact opnemen.
Extra verlof
Kinderen kunnen in principe geen extra verlof krijgen
om met hun ouders op vakantie te gaan.
Ook niet als het gaat om verre of lange reizen of
wegens grote drukte in de vakantieperiodes. Slechts
in het geval dat het (seizoens)werk van de ouder(s) er
de oorzaak van is dat een gezin niet tijdens een
schoolvakantie met elkaar op vakantie kan gaan, is er
een beperkte mogelijkheid om buiten de vakanties om
vrij te vragen. Het moet dus de enige gezinsvakantie
in dat schooljaar betreffen. Bij de aanvraag moet een
werkgeversverklaring worden gevoegd waaruit de
specifieke aard van het beroep en de verlofperiode
van de betrokken ouder blijken.
Voor het overige wordt extra verlof verleend als er
sprake is van “gewichtige omstandigheden”. Dat zijn
onverwachte omstandigheden waar u als ouder(s)
geen invloed op kunt uitoefenen. Dit zijn
omstandigheden als sterfgevallen in de naaste familie,
ernstige ziekte van de ouders, jubilea van familie tot
en met de 3e graad. Toestemming van de directeur
van de school is wel nodig en kan in dringende
omstandigheden ook achteraf worden verleend.
De volgende situaties zijn geen “gewichtige
omstandigheden”:
 familiebezoek in het buitenland;
 vakantie in een goedkope periode of in verband met
een speciale aanbieding;
 vakantie onder schooltijd bij gebrek aan andere
boekingsmogelijkheden;
 uitnodiging van familie of vrienden om buiten de
normale schoolvakantie op vakantie te gaan;
 eerder vertrek of latere terugkeer in verband met
(verkeers-) drukte;
 verlof voor een kind, omdat andere kinderen uit het
gezin al of nog vrij zijn;
 meedoen aan televisieopnamen.
Afhankelijk van het aantal schooldagen waarvoor
extra verlof gevraagd wordt, beslist de directeur van
de school (bij een verlofaanvraag tot 10 schooldagen)
dan wel de leerplichtambtenaar (bij een
verlofaanvraag voor meer dan 10 schooldagen).
Dit geldt ook voor het volgen van logopedie onder
schooltijd. Zwemmen onder schooltijd wordt niet
toegestaan.
Aanvraagformulieren en een informatiefolder over dit
onderwerp zijn verkrijgbaar bij de directeur van de
school. Ook kunt u de website raadplegen van het
Regionaal Bureau Leerlingzaken: www.rblgooi.nl
De leerplichtambtenaren letten er scherp op dat alle
kinderen na het einde van de zomervakantie weer
allemaal tegelijk op school beginnen. De scholen zijn
verplicht de kinderen te melden die niet op de eerste
schooldag op school aanwezig zijn. Hun ouder(s)
worden altijd opgeroepen door de leerplichtambtenaar
om het verzuim van hun kind(eren) toe te lichten.
Overtreding van de leerplichtwet
De leerplichtambtenaren hebben een
opsporingsbevoegdheid. Dat betekent dat zij bij een
geconstateerde overtreding van de Leerplichtwet een
proces-verbaal kunnen opmaken.
Een proces-verbaal wordt afgehandeld door Justitie.
Bereikbaarheid van de leerplichtambtenaren
Als ouder(s)/verzorger(s) kunt u bij problemen of
vragen ook zelf contact opnemen met de
leerplichtambtenaren van het Regionaal Bureau
Leerlingzaken. De leerplichtambtenaar is bereikbaar
op telefoonnummer 035-6926626. Of raadpleeg de
website www.rblgooi.nl.
Privacybescherming
De gegevens die wij van u op school hebben, vallen
onder de Wet op de Persoonsbescherming. Zonder
uw toestemming kunnen we bijvoorbeeld niet uw
naam, adres en telefoonnummer aan oudervereniging
of klassenouders van een groep verstrekken.
46
Bij de inschrijving vragen wij de ouders om op het
inschrijfformulier aan te geven of zij gegevens geheim
willen houden en of ouders instemmen met publicaties
van foto’s of werk van hun kind(eren) op de website.
Op een later termijn kunnen ouders ook hun bezwaren
aangeven bij de directeur. Zie ook bijlage 3 privacyprotocol.
Wij verwachten van alle ouders dat zij voor de
communicatie over schoolzaken de emailadressen
van overige ouders uitsluitend met instemming
gebruiken.
Wijzigingen contactgegevens
.
adres, emailadres, huisarts en dergelijke willen wij in
verband met onze administratie en de bereikbaarheid
in geval van nood zo snel mogelijk vernemen. Wij
verzoeken ouders in dat geval contact op te nemen
met de directeur om de wijzigingen te verwerken in de
leerlingenadministratie en door te geven aan de
groepsleerkracht(en).
Wijzigingen in telefoonnummers (privé, mobiel, werk, opvang),
47
7. De kwaliteiten en ontwikkelingen van
de school
Joseph Lokinschool: natuurlijk!
Als enige school in een klein dorp heeft de Joseph
Lokin Basisschool beslist zijn charme: De ligging
midden in de weidse en waterrijke natuur is uniek en
de buitenruimte is groots. Voor ons is het al heel
gewoon, maar in onderwijsland is dit een idyllisch
unicum.
Ons schoolgebouw vertegenwoordigt de lange
schoolgeschiedenis. Het originele gebouw
(middenstuk) kent twee uitbreidingen. In eerste
instantie werd de aula en het lokaal van groep 8
aangebouwd en recent de kleutergroep. Enige tijd
geleden heeft een interne verbouwing plaatsgevonden
om ons een ruimer, lichter en moderner onderkomen
te bieden als IB/RT-, en personeelsruimte. Vorig
schooljaar zijn de ramen en buitendeuren vervangen
voor dubbele beglazing. Ook is het schoolplein flink
onder handen genomen. Ook het interieur is drastisch
gerenoveerd. Ons karakteristieke schoolgebouw is in
een kleurrijk, modern en frisse look gestoken.
Menig Ankevener heeft zelf op onze school gezeten
en misschien ook nog wel bij een enkele leerkracht
van nu. Naast al onze vernieuwingen is voor hen in
onze school nostalgie en herkenning te vinden.
Regelmatig gebeurt dit in de vorm van een reünie van
oud leerlingen!
We zijn zuinig op traditie, in de zin dat wij het goede
graag behouden en verrijken met nieuwe inzichten en
behoeften.
De school is betrokken bij het dorp en het dorp is
betrokken bij de school. We maken graag gebruik van
ieders mogelijkheden en ondersteunen elkaar. Daarbij
laten we ook de trots op ons dorp blijken.
Breed Ankeveen
In een klein dorp behouden wij graag onze
voorzieningen. Sterker nog: we breiden ze uit!
Een voorbeeld van de bijzondere Ankeveense
samenwerking is het tot stand brengen van de
buitenschoolse opvang (BSO) in Ankeveen. Door
nauw samen te werken vonden we een eerste
huisvesting voor de BSO in de voetbal/handbalkantine
van ASV.
Tevens maakt de school zich hard voor het
voortbestaan van de peuterspeelzaal.
We zijn heel blij om te kunnen melden dat deze
vormen van kinderopvang zullen voortbestaan in
Ankeveen. Ook wij leveren daar een belangrijke
bijdrage aan. Zo zijn wij blij om de BSO
(buitenschoolse opvang) en de peuterspeelzaal in ons
gebouw huisvesting te kunnen bieden en steeds
intenser met hen samen te werken.
Dit alles is alleen mogelijk door een grote mate van
samenwerking op tal van niveaus:
kinderopvangorganisatie Eigen&Wijzer voor BSO
Ankeveen en peuterspeelzaal ‘t Knuttegrut, ASV,
VSK, IJsclub Ankeveen en de Joseph Lokin School.
Ouderparticipatie
Die Ankeveense kracht om samen te werken werkt
ook door in de school. Onze ouderparticipatie is groot.
Onze schoolorganisatie is kleinschalig. Op school
kennen wij elkaar van jong tot oud. In de
communicatie heeft dat beslist voordelen: men is
betrokken en meelevend, er is daadkracht, de sfeer is
toegewijd, maar wij zijn ons ook bewust van het
belang van integriteit. Wij hopen een klimaat te
scheppen waarin de drempel laag is en een ieder zich
welkom voelt voor het delen van een lach en een
traan.
Ook de kwaliteiten van het team mogen genoemd en
geroemd worden. Het team kenmerkt zich door
ambitie, saamhorigheid, wellevendheid, een hoge
inzet, grote zorgzaamheid en hoge pedagogische
waarden. Dat alles vertaalt zich terug in het gedrag
van en naar onze kinderen. Zij ervaren veiligheid,
duidelijkheid, eenduidigheid, zijn sociaal, hebben een
ruime tolerantie en respect, zijn rustig in het gedrag en
gemakkelijk in de omgang.
Kwaliteitsbewaking en -zorg
Bovenstaande constateringen zijn niet de indicatoren
waarmee kwaliteit en ontwikkeling gemeten wordt,
maar het is een niet mis te verstane basis.
Het weerhoudt ons niet om kritisch onze kwaliteit en
ontwikkeling professioneel in kaart te brengen.
Bij de uitwerking van onze onderwijskundige visie en
uitgangspunten in de dagelijkse praktijk gaan wij
regelmatig na of ons onderwijs de gewenste
resultaten oplevert en of bijstellingen noodzakelijk zijn.
We gaan na of de resultaten en ontwikkelingen van de
leerlingen naar verwachting zijn
We maken een periodieke analyse met het team om
te bepalen waar onze sterke en zwakke punten liggen
en letten tevens op de voortgang die wij maken.
We vragen ook om de twee jaar aan kinderen en
ouders om hun mening en nemen dit mee in onze
beleidskeuzes.
We gaan na wat er van buiten de school van ons
verwacht en gewenst wordt.
De zorg voor kinderen en de kwaliteitsbewaking van
ons onderwijs is altijd een belangrijk aandachtspunt
wat wij momenteel als volgt bewaken:
48







De intern begeleider en de directeur dragen zorg
voor het volgen van de leeropbrengsten en zijn
aansturend in het beleid. Zij analyseren en
interpreteren minimaal 2 maal per jaar de
toetsgegevens, signaleren, observeren,
“klankborden”, houden voortgangsgesprekken,
monitoren, volgen de onderwijsvernieuwingen en
participeren in netwerken. In groepsbesprekingen
tussen intern begeleider en groepsleerkracht komt
dit uitgebreid aan de orde. Ook in de
teamvergadering informeren we elkaar, delen de
zorg en nemen besluiten. Indien nodig schakelen
wij op bestuurlijk niveau het interne zorgteam in.
Leerkrachten blijven zo gespitst op de invloed van
hun handelen op de prestaties en ontwikkeling van
kinderen. Ouders van zorgleerlingen worden
betrokken bij onze bevindingen en acties. Zij zijn
waardevolle partners om mee te denken en te
doen. De directeur, het bovenschoolse
management en het bestuur sturen op de
visieontwikkeling, de motivatie, facilitering en
deskundigheidontwikkeling van de school.
Periodiek beoordelen wij de volgende
kwaliteitsaspecten (die zijn afgeleid van de
inspectienormen): leerstofaanbod,
onderwijsleerproces, kwaliteitszorg, toetsing,
tijdgebruik, schoolklimaat en opbrengsten.
Onderzoeksresultaten zullen ook worden
teruggekoppeld en er zal worden aangegeven
welke consequenties in beleid hier uit voortkomen
De jaarlijkse schoolzelfevaluatie brengt op basis
van het CITO-LOVS de leeropbrengsten in kaart,
analyseert deze en te interpreteert om er
vervolgens beleid op te maken. Zo wordt duidelijk
wat de relatie is tussen ons aanbod en de
organisatie en de leeropbrengsten en welke
behoeftes noodzakelijk zijn.
Ouders en leerlingen vragen wij regelmatig om
hun mening. Zij komen ook steeds meer
opbouwend uit voor hun mening. Wij laten merken
belang te stellen in hun zienswijze en beleid te
willen ontwikkelen op basis van draagkracht. Wij
staan het voor om naar elkaar te luisteren. Dat kan
informeel, maar ook formeel middels de ouderenquête.
Met het team houden we jaarlijks individuele werken resultaatsgesprekken(IWR) waarbij de
kwalitatieve aspecten van het functioneren en
ontwikkelkansen aan de orde komen.
Als team maken we gebruik van ieders ervaring,
deskundigheid en sterke kanten. Dat gebeurt bij
informeel en formeel overleg. Ook benutten we
steeds meer de persoonlijke kwaliteiten op een
groepsoverstijgend niveau. Wij inspireren elkaar,
staan elkaar bij, gebruiken ieders advies en kijken
we of afgesproken werkwijzen ook toepasbaar zijn.
En last but not least zijn er door de dag heen
verschillende informele contactmomenten met
voor ons team. Het is een ontspannend, maar ook
een waardevol moment om samen ervaringen,
wensen en behoeften te delen of te peilen.
Nieuwe ontwikkelingen
In deze tijden gaan wij nog efficiënter en
doeltreffender met onze middelen om. Het doet ons
terdege kiezen en op creatieve wijze toch exploreren!
Bestuurlijke reorganisatie en bovenschoolse
ontwikkelingen
Vanaf januari 2012 hoort onze school bij de stichting
Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm Primair
Onderwijs.
Het bestuur werkt als een toezichthoudend bestuur,
waarbij het behouden en vergroten van de
onderwijskwaliteit het grote speerpunt is in
samenhang met de middelen
Door de bestuurlijke samenwerking kan expertise op
het gebied van management en ICT worden
gebundeld. De scholen kunnen zich daardoor zoveel
mogelijk bezighouden met hun primaire taak:
onderwijs bieden aan leerlingen zonder onderscheid
naar geloof of levensovertuiging, vanuit het geloof in
elkaar en in de toekomst van onze leerlingen. Een
school van de Stichting Verenigde Scholen J.A.
Alberdingk Thijm staat garant voor internationaal
georiënteerd en modern onderwijs van de beste
docenten: onderwijs dat ertoe doet!
De duidelijke speerpunten van ons nieuwe bestuur
zijn het invoeren van tweetalig onderwijs en dat ICT
zoveel mogelijk zal worden geïntegreerd in het
onderwijs.
Daarnaast heeft de stichting een opleidingsinstituut
opgericht – het Alberdingk Thijm Institute – dat zorgt
draagt voor de verdere professionalisering van het
onderwijzend personeel.
Wij merken in deze korte tijd nu al de positieve
effecten van ons nieuwe bestuur en maken daar
dankbaar gebruik van:
 we hebben hard gewerkt aan een forse
renovatie en kwaliteitsverbetering van onze
huisvesting

Early English is ingevoerd in alle groepen.
 in alle klassen gebruiken wij digiborden of
smartborden.
 ParnsSys is ingevoerd (webbased
leerlingvolgsysteem en
leerlingadministratiesysteem)
 onze school beschikt over een dagdeel
coördinator leerlingenzorg
 wij hebben snel steun van het bestuurlijke
interne zorgteam
Onderwijskundige ontwikkelingen
Het team heeft in de afgelopen jaren een aantal
methodische vernieuwingen ingevoerd op het gebied
van het aanbod in groep 1/2, taal, spelling,
wereldoriëntatie, expressie, voortgezet technisch
lezen en begrijpend en studerend lezen.

Methodische vernieuwingen 2012-2013: dit
schooljaar werd onze rekenmethode vervangen
voor de methode Pluspunt
49





Teamscholing handelingsgericht werken: Door
breder en positiever kijken naar de mogelijkheden
van onze kinderen maken wij een doelgerichte en
efficiënte vertaalslag naar ons instructieniveau. De
instructie binnen het klassenverband op drie
niveaus blijft centraal staan. Samen met de intern
begeleider wordt dit schooljaar gebruikt om het
handelingsgericht werken onder de loep te nemen
en te borgen.
Groep 1 en 2 taalverwerving: In groep 1 en 2
gaan wij voort met de aandacht op het gebied van
de woordenschat, het interactieve lezen, de kleine
kring en het fonemisch bewustzijn. Dit zijn allen
voorwaardes om tot lezen te komen en prikkelt de
beginnende geletterdheid.
Invoering en ontwikkeling tweetalig onderwijs:
vanaf 2011-2012 werken alle groepen volgens het
principe van integrated learning (d.m.v. luisteren,
spreken, ontdekkend leren en creativiteit) aan
Engels.
Zelfstandig werken: al meerdere jaren werken wij
aan het concreet uitwerken van een doorgaande
lijn uit op het gebied van zelfstandig werken in de
groepen 1 tot en met 8. Dit blijft een
aandachtspunt. Wij borgen de organisatie door de
leerkracht, de vrijheden en verantwoordelijkheden
van het zelfstandig werken voor de kinderen en
het scheppen van ruimte voor meer
zorgbegeleiding in de klas. Steeds meer zal nu
onze aandacht gaan naar het leren plannen en het
geven en nemen van verantwoordelijkheid aan
kinderen.
Invoering digitaal schoolbord: Al onze groepen
zijn voorzien van een digitaal schoolbord. Steeds
meer leren wij gebruik maken van de vele
mogelijkheden. .
Zorgbeleid en kwaliteitsbeleid
De speerpunten van dit schooljaar zijn:
 Passend Onderwijs: In het kader van Passend
Onderwijs gaan wij verder op de weg van
handelingsgericht werken. Tevens gaan wij ons op
bestuurs- en schoolniveau beraden op de
zorgprofielen.
 CITO- schoolzelfevaluatie: Wij continueren de
CITO-LOVS schoolzelfevaluatie om meer grip op
de onderwijsinput en –output te krijgen. Inmiddels
is dit bestuursbreed opgepakt en is benchmarken
(onderling vergelijken) mogelijk.
 Leerlingvolgsysteem: Dit schooljaar maken wij
een keuze voor een leerlingvolgsysteem voor de
sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen
 Monitoring intern zorgplan: De zorgverbreding in
de school is onlangs gereorganiseerd en bedt
steeds meer in. Met de komst van ParnasSys
(webbased leerlingvolg- en administratiesysteem)
is het zorgplan herzien. Het team ervaart nu het
gemak van alle vernieuwingen en maakt een
kwaliteitsslag in het opbrengstgericht denken en
handelen. De dossiervorming valt positief op bij
externe hulpverleners. Speerpunt is het invoeren
van handelingsgericht werken en de

consequenties die dat heeft voor onze
zorgstructuur.
Vernieuwen methodeonafhankelijke toetsen:
Wat betreft het methodeonafhankelijke
leerlingvolgsysteem gebruiken wij de meest up-todate toetsen.
Teamontwikkelingen
Ook het onderwijs heeft te maken met bezuinigingen.
Dat betekent pas op de plaat maken op tal van
gebieden, keuzes weloverwegen en op creatieve wijze
zoeken naar alternatieven. Op opleidingsniveau
maken onze teamleden goed gebruik van de
lerarenbeurs en de interne opleidingsmogelijkheden
van ons nieuwe bestuur. De medewerksters van de
overblijf hebben de afgelopen jaren een opleiding
gevolgd en voldoen hiermee aan de eisen. Nog
enkele medewerksters geven zich op voor scholing
De speerpunten van dit schooljaar zijn:
 Talentontwikkeling op teamniveau breed inzetten
door specialisten binnen de school een specifieke
rol te geven in de zorg en kwaliteitsbewaking
(ICT/ICC/rekenspecialist/gedragspecialist)
 Een kwaliteits-inhaalslag v.w.b. het onderwijsleerproces en de opbrengsten (in samenwerking
met de onderwijsinspectie).
 Het voortzetten van het traject handelingsgericht
werken en het borgen daarvan.
 Het zelfstandig werken borgen en verder uitwerken
op de aspecten van leren plannen en het geven en
nemen van eigen verantwoordelijkheid
 De invoering sociaal emotioneel
leerlingvolgsysteem
 Individuele ontwikkeltrajecten voor onze
teamleden
 Onze teamleden gaan zich het omgaan met
Sharepoint (bestuurlijk netwerk) eigen maken
Kunst/cultuur
Dit schooljaar staan een aantal projecten op het
programma:
 Het gezamenlijke project van de Kortenhoefse en
Ankeveense school over het erfgoed van beide
veendorpen.
 Onze samenwerking met de VSK voor een
wekelijkse muzikale les voor de bovenbouw
 Onze traditionele voorstellingen van het IKC met
de scholen van Kortenhoef en Ankeveen
Huisvesting en onderhoud
Vorig schooljaar hebben wij dubbele beglazing
gekregen en is ons schoolplein flink onder handen
genomen. Daarna is er grootscheeps gerenoveerd in
ons schoolgebouw. Wanden, vloeren, plafonds,
keukens en kasten hebben een frisse en eigentijdse
uitstraling gekregen.
Klein onderhoud blijft onze aandacht behouden. De
inzet van ouders is hierbij onmisbaar.
ICT (informatie en communicatietechnologie)
50
Een werkgroep vanuit van ons bestuur buigt zich over
de vele vooruitstrevende ICT-ontwikkelingen voor alle
scholen van ons bestuur.
Dit schooljaar hebben wij de volgende speerpunten:
 Wij blijven ons ook als team verder ontwikkelen in
onze digitale vaardigheden. Alle AT-scholen worden
aangesloten bij Sharepoint (netwerk van de
Verenigde Scholen J.A. Alberdingk Thijm), waardoor
veel informatie van bestuur en scholen gedeeld zal
worden. Onze teamleden gaan hier mee leren
werken.
 Onze website zal overgaan op het format van de
AT-scholen.
 Optimaal leren benutten van het digitale schoolbord.
 Net als de overige scholen van de Verenigde
Scholen J.A. Alberdingk Thijm zullen wij steeds
meer de mogelijkheden van ParnasSys (een
webbased administratie- en leerlingvolgsysteem in
een geheel) leren benutten
Communicatie
Als team willen wij openstaan voor alle vragen en
opbouwende suggesties, maar wel met realiteitszin.
Anderzijds doen wij van onze kant veel moeite om
ouders en kinderen zo zorgvuldig mogelijk te
informeren. Al onze nieuwsbrieven worden digitaal
verstuurd. Ook tussen de leerkrachten en de ouders
vindt regelmatig mailverkeer plaats. Het garandeert
een snelle en eenduidige communicatie en verhoogt
de wederzijdse betrokkenheid.
De beheer en de inrichting van de website is onlangs
vernieuwd.
Door het samengaan met de Verenigde Scholen J.A.
Alberdingk Thijm zullen wij op bestuurlijk niveau de
informatie gaan delen middels Sharepoint en gaan wij
over op ParnasSys.
De uitdaging is om kinderen en ouders zodanig bij
onze schoolontwikkelingen te betrekken dat zij
werkelijk goed geïnformeerd zijn en zich gehoord
voelen.
51
8. De resultaten van het onderwijs
Wij vinden het belangrijk dat kinderen op de Joseph
Lokin Basisschool naar vermogen leren. Daarnaast is
het erg belangrijk dat de kinderen opgroeien tot
sociale en weerbare mensen die kunnen omgaan met
verantwoordelijkheden en kansen.
Tijdens de schoolloopbaan volgen we nauwlettend de
ontwikkeling van uw kind bij het verwerven van
kennis, vaardigheden en attitudes. Indien nodig
vinden aanpassingen plaats in de aanbieding van de
leerstof of wordt extra uitdaging geboden.
Toetsresultaten
Toetsgegevens zijn bedoeld om het onderwijs aan uw
kind te optimaliseren. Daarbij staan de belangen van
uw kind voorop. Behalve het feit dat we de voortgang
van uw kind nauwlettend volgen, is het ook goed door
middel van toetsresultaten ons onderwijs te evalueren
en zonodig bij te stellen. Door middel van tussentijdse
methodische toetsen houden we zicht op de
vorderingen van de leerlingen. Meetbaar zijn de
prestaties die kinderen leveren bij vakken als lezen,
rekenen en spelling. We letten op prestatie en
voortgang en stemmen deze af op onze
verwachtingen en de specifieke omstandigheden.
Deze gegevens zijn voor ons van belang om te zien of
kinderen inderdaad opnemen wat wij aanbieden. We
gaan uit van het kunnen van de kinderen zelf, maar
daarbij houden wij ook altijd in het oog wat gemiddeld
van kinderen op een bepaalde leeftijd verwacht kan
worden en bewaken wij de ondergrens. Indien deze
wordt overschreden, voelen wij ons verplicht om een
aantoonbare en deskundige verklaring te kunnen
aanreiken waarop wij kunnen anticiperen. Ouders
worden op de hoogte gebracht van de toetsresultaten
en structurele leer- en gedragsaanpassingen.
Niet alle waardevolle onderdelen van ons onderwijs
zijn te meten in getallen. We denken dan onder
andere aan leergebiedoverstijgende kenmerken:
zelfstandigheid, doorzettingsvermogen, oplossen van
problemen, sociale vaardigheden en creativiteit.
Hoe wij de zorg voor de kinderen hebben
georganiseerd heeft u kunnen lezen in hoofdstuk 4.
Resultaten melden wij met de grootste omzichtigheid,
aangezien vele factoren van invloed zijn en cijfers
alleen niet alles zeggen over de opdracht die wij als
school hebben om zoveel mogelijk uit het kind te
halen en het gelukkig te laten zijn. Bovendien is op
lokaal niveau is afgesproken in de schoolgids geen
cijfers te publiceren over uitkomsten van CITO-toetsen
of gegevens over het aantal zittenblijvers enzovoort.
Onze school participeert in het
samenwerkingsverband Verenigde Scholen J.A.
Alberdingk Thijm. Binnen het samenwerkingsverband
wordt er naar gestreefd het kind die zorg te geven die
het nodig heeft. Afgelopen schooljaar hebben wij geen
zorgleerlingen verwezen naar het speciaal
basisonderwijs. Wij hebben drie kinderen met een
zogenaamde rugzak (leerling-gebonden financiering).
Doorstroming voortgezet onderwijs
Als de kinderen de basisschool verlaten is hun
opleiding nog lang niet afgerond. Alle kinderen gaan
na de achtste groep door naar het voortgezet
onderwijs. Het is belangrijk om na te gaan of het
vervolgonderwijs goed aansluit en onze kinderen naar
verwachting zullen presteren. Om dit te kunnen
volgen, krijgen wij gedurende een aantal jaren
rapportgegevens van het voortgezet onderwijs
toegestuurd en hebben wij tussentijds contact met
mentoren en coördinatoren. Zo streven wij ernaar dat
onze kinderen goed zijn voorbereid en toegerust om
te slagen in het voortgezet onderwijs en wij trots
kunnen zijn op onze oud-leerlingen.
Ook hier geldt dat wij terughoudend zijn met het
openbaar maken van exacte gegevens. Desgewenst
zijn gegevens op school op te vragen en toe te lichten.
Uitstroomgegevens
Schooladvies
Aantal
Aantal
Aantal
voortgezet
kinderen in kinderen in
kinderen in
onderwijs
2010-2011
2011-2012
2012-2013
VWO
1
1
1
3
5
1
1
6
/gymnasium
HAVO / VWO
HAVO
VMBO-T / HAVO
2
2
4
VMBO-T
3
2
5
VMBO-K
3
2
1
VMBO-B
1
Met LWOO
2
2
2
0
Uitstroom naar speciaal basisonderwijs / instroom
vanuit het speciaal (basis)onderwijs
52
Bijlage1
regeling tussenschoolse opvang 2013-2014
De Joseph Lokin Basisschool biedt op vrijwillige basis tussenschoolse opvang en hanteert de volgende
regelingen en uitgangspunten.
Wettelijk is het volgende geregeld voor de tussenschoolse opvang (verkorte weergave):

Tussenschoolse opvang is een zaak van scholen en ouders.

De school is verplicht en draagt zorg tot het mogelijk maken van een overblijfgelegenheid. Artikel 45 van de
Wet op Primair Onderwijs stelt: scholen moeten leerlingen in de gelegenheid stellen om onder toezicht de
middagpauze in het schoolgebouw en op het terrein van de school door te brengen.

Ouders krijgen via de oudergeleding van de Medezeggenschapsraad instemmingsrecht over hoe de overblijf
geregeld is.

De school informeert de ouders over de overblijfregeling middels de schoolgids.

De kosten van het overblijven komen voor rekening van de ouders/verzorgers.

Uitgangspunt is dat per 20 kinderen 1 overblijfkracht aanwezig is en er altijd minimaal twee overblijfkrachten
werkzaam zijn. Wij hanteren een enkelvoudige bezetting als de onderbouw geen gebruik maakt van de
overblijf i.v.m. een vrij middag. Ervaring leert dat de groep overblijvers dan klein is.

Het schoolbestuur is juridisch verantwoordelijk.

De directeur heeft formeel geen bemoeienis maar heeft wel een waak- en overlegfunctie. Samen met de
overblijfcoördinatoren wordt een visie ontwikkeld en geformuleerd, een regeling uitgewerkt en kwaliteitseisen
gesteld. Ook blijft de directeur betrokken bij de uitvoering.

Het schoolbestuur draagt zorg voor een wettelijk aansprakelijkheidsverzekering van alle betrokkenen
(overblijfkrachten en kinderen).

De directeur blijft altijd eindverantwoordelijk voor de algemene gang van zaken rond het overblijven.
53
Indien wordt gekozen voor overblijfmedewerkers die werkzaam zijn op vrijwillige basis dan valt de vergoeding
voor overblijfmedewerkers onder de vrijwilligersregeling die uitgaat van een niet marktconforme beloning. De
vrijwilligersregeling is een vergoeding zonder loon-, inkomstenbelasting en bedraagt maximaal 1500 euro per
jaar. Bij overschrijding heeft de school een meldingsplicht aan de Belastingdienst met alle gevolgen van dien.
Deze regelgeving beperkt de inzetbaarheid van overblijfmedewerkers op vrijwillige basis. Voor
uitkeringsgerechtigden gelden andere regels.
Uitgangspunten tussenschoolse opvang Joseph Lokin Basisschool
Bij het opzetten van de overblijfregeling hanteren wij de volgende uitgangspunten:

Uitgangspunt van de school is het bieden van een vrijwillige overblijffaciliteit voor alle kinderen.

De kinderen blijven over in de aula en spelen op het schoolplein.

Tijdens de overblijf nuttigen de kinderen hun lunch en ontspannen zij zich. De overblijf is leuk en gezellig en
de kinderen komen tot rust in een pedagogisch verantwoorde omgeving die aansluit op de schoolsituatie.
Het eten gebeurt in de aula van de school en op het schoolplein wordt buiten gespeeld. Bij slecht weer
worden er binnen activiteiten geboden die zich voornamelijk concentreren in de aula.

De kinderen maken uitsluitend gebruik van de beveiligde computers in de aula en niet in de klas. Hierbij is
toezicht op afstand aanwezig. Zij mogen niet op internet.

Ouders/verzorgers verzorgen zelf de lunch (eten en drinken). Er wordt verwacht dat de lunch gezond is
(snoep is ongewenst) en qua hoeveelheid passend bij de behoefte van het kind. Bij groep 1-4 is er toezicht
op het eten/drinken van de meegenomen hoeveelheid. Bij de hogere groepen sporen de
overblijfmedewerkers aan maar eisen zij niet.

De bijdrage voor de overblijfkosten wordt gebruikt voor de personele lasten voor overblijfmedewerkers en
overige onkosten voor het overblijven (administratieve benodigdheden, medegebruik gebouw en materialen,
aanschaf verbruiks- en recreatiematerialen, teambuilding).

De kosten voor het overblijven per kind bedragen € 1,50 per keer en zijn als volgt over te maken:
Rekeningnummer NL33RABO0125929226
t.n.v. AT Scholen PO TSO LOK
o.v.v. voornaam en achternaam kind
Bedragen vanaf € 15,-- (= 10x) of een veelvoud hiervan

Het werk van de overblijfmedewerker wordt beschouwd als ondersteunende taak waar een kleine
onkostenvergoeding tegenover staat waarbij de vrijwilligersregeling gehanteerd wordt. Het werk is met
regelmaat en verantwoording belast en dus geen onderdeel van de ouderparticipatie op de school. Hiermee
zetten we een goede traditie voort en houden we de overblijfkosten voor de ouders laag. Voor de
regelgeving klik tweemaal op:
54
M:\ELLEN\tso\
Vrijwilligersvergoedingen.doc

Per overblijfbeurt ontvangen de overblijfmedewerkers 13,00 euro per keer. Coördinatoren ontvangen
maandelijks 13,00 euro voor administratieve werkzaamheden en overleg. Er wordt maandelijks digitaal per
bank uitbetaald. De coördinatoren bewaken het maximum inkomen voor de vrijwilligersbijlage en houden de
werktijden bij. Kinderen van overblijfmedewerkers die één dag werken kunnen die dag gratis overblijven. Bij
twee of meer werkdagen is de hele week gratis.

Kwaliteit garanderen wij door scholing van de coördinatoren en overblijfmedewerkers, een structureel
overleg met alle medewerkers en een nauw en structureel overleg tussen school en de coördinatoren. Ons
bestuur oriënteert zich op de interne scholingsmogelijkheden om deze eis te onderhouden.

De coördinator stelt een jaarverslag op. Als onderdeel van het jaarverslag wordt een financieel jaaroverzicht
(inkomsten, uitgaven en winstbesteding) opgesteld. In het jaarverslag wordt ook informatie gegeven over
ontwikkelpunten, scholing en verbeterpunten dan wel wensen). De coördinator legt verantwoording af aan de
directeur die het jaarverslag ook goedkeurt namens het bestuur.

Coördinatoren, overblijfmedewerkers of oproepkrachten kunnen in- en extern worden geworven. De
coördinatoren selecteren en informeren kandidaten overblijfmedewerkers middels een persoonlijk gesprek.
Bij de keuze van een coördinator is de directeur ook betrokken.

Om de kwaliteit van de overblijf eveneens te borgen vindt elke tweede week na een vakantie een overleg
plaats met alle medewerkers van de overblijf en de directeur.

De overblijfmedewerkers spreken nooit zelf de ouders van overblijvende kinderen aan. Leerkrachten en de
directeur zijn de contactpersonen.
Aanmelding bij aanvang van de overblijf:

Ouders worden bij het intakegesprek met de directeur benaderd om zich middels een inschrijvingsformulier
aan te melden om gebruik te gaan maken van de overblijf. Zonder dit document is overblijven niet mogelijk.
In de schoolgids en op de website staat de regeling tussenschoolse opvang vermeld. Op het
inschrijvingsformulier verstrekken ouders gegevens, geven aan op de hoogte te zijn van de regeling
tussenschoolse opvang en geven zo nodig bijzonderheden (ziekte, voedselallergie, medicijngebruik en
bijzonderheden in het gedrag) over hun kind aan. Tevens wordt gesteld dat overblijfmedewerkers naar
vermogen toezien, maar nooit eindverantwoordelijk zijn. De directeur van de school is dat wel. De gegevens
van het inschrijfformulier vallen onder de privacyregeling van de school. Het verstrekken van medicatie aan
kinderen behoort niet tot de mogelijkheden van de overblijfmedewerkers. .
55

De registratie van de overblijfinschrijfformulieren wordt beheerd door de coördinator.

De coördinator verwerkt de ingeschreven kinderen op de overblijflijst.

Zo nodig wordt persoonlijke informatie verstrekt door de leerkrachten aan de overblijfmedewerksters als dit
het belang van het kind dient.
Opgeven overblijf:

Dagelijks kunnen kinderen worden opgegeven voor de overblijf. Dit kan zowel structureel als incidenteel.

In de ochtend worden de namen van de overblijfkinderen opgeschreven in een klassenmap met een
maandoverzicht van ingeschreven kinderen. Van de kinderen van de groepen 1 tot en met 4 wordt verwacht
dat de ouders dat doen. De oudere kinderen mogen zelf hun naam opschrijven.
Profiel overblijfmedewerker:

Een overblijfmedewerker heeft affiniteit met kinderen, is kindvriendelijk en kan ook met groepen kinderen
overweg.

Een overblijfmedewerker is staat stevig in de schoenen, treedt kordaat op, is consequent, geduldig, heeft
sociale vaardigheden en weet om te gaan met conflicten.

Een overblijfmedewerker is op de hoogte van de overblijfregels, de buitenspeelregels van de school en het
ontruimingsplan.

Een overblijfmedewerker is bekend met het takenpakket en bereid om dit uit te voeren. Een
overblijfmedewerker is bereid aan te pakken en ziet zelf het werk.

Een overblijfmedewerker kan in een team van overblijfkrachten functioneren.

Een overblijfmedewerker gaat discreet om met privacygevoelige informatie.

Een overblijfmedewerker neemt niet direct contact op met ouders over hun kinderen, maar laat dit over aan
de leerkrachten of de directeur.

De overblijfmedewerkers wordt verwacht op de hoogte te zijn van de regeling tussenschoolse opvang, het
ontruimingsplan, de notulen van de bijeenkomsten en de gemaakte afspraken.

De overblijfmedewerkers dragen bij aan een positieve teamgeest
Profiel coördinator:
56

Zie profiel overblijfmedewerker

Extra taken: werving en selectie overblijfmedewerkers, regeling vervanging, opstellen roosterindeling,
leidinggevende bij calamiteiten (ook overdraagbaar aan overblijfmedewerker bij afwezigheid), bijhouden
administratie aanwezigheid overblijfkinderen (ook overdraagbaar aan overblijfmedewerker bij afwezigheid),,
bijhouden betalingen overblijfkinderen, bijhouden betalingen overblijfmedewerkers en coördinatoren,
bijhouden inschrijfformulieren, bijhouden incidentenregistratie(ook overdraagbaar aan overblijfmedewerker
bij afwezigheid), desgewenst hulp inroepend van directeur of leerkracht, besluiten en uitvoeren van
aankopen, opstellen jaarverslag, attenties personeel.
Uitvoering
Organisatie en leiding door de coördinatoren
De coördinatoren zijn verantwoordelijk voor de goede gang van zaken bij het overblijven. Hij of zij is belast met de
dagelijkse leiding van de overblijfkrachten, coaching, werving /selectie en de roosterindeling. De coördinator is tevens
contactpersoon voor de overblijfmedewerkers en de directeur, De coördinator houdt de overblijfinschrijvingen bij, int
de overblijfbijdrage, betaalt overblijfmedewerkers uit binnen de maximum toegestane vergoeding, houdt de
kindregistratie bij en de financiële administratie, handelt klachten af, houdt de incidentenregistratie bij regelt de
winstbesteding en stelt het jaarverslag op. De coördinator legt verantwoording af aan het bestuur.
Kosten en overblijfregistratie van de kinderen
De kosten voor het overblijven per kind bedragen € 1,50 per keer en zijn als volgt over te maken:
Rekeningnummer NL33RABO0125929226
t.n.v. AT Scholen PO TSO LOK
o.v.v. voornaam en achternaam kind
Bedragen vanaf € 15,-- (= 10x) of een veelvoud hiervan
Op de overblijfkaart tekent de coördinator af wanneer de kinderen zijn geweest. Deze gaat mee naar huis als de kaart
vol is. Ook wordt een schaduwkaart gemaakt. Deze kaart gaat mee naar huis, zodat ouders tijdig kunnen bijhouden
wanneer de aanschaf van een nieuwe kaart noodzakelijk is. De schaduwkaart is tevens een bewijs van betaling. Het
onbetaald overblijven wordt op een rode kaart bijgehouden.
Het aantal overgebleven kinderen wordt door de coördinator in de map per keer bijgehouden en geeft overzicht over
de inkomsten.
Aan het eind van het schoolseizoen ontvangen de schoolverlaters hun openstaande beurten op de overblijfkaart in
geld terug.
Incidentenregistratie
57
Middels een formulier wordt de incidentenregistratie bijgehouden. Het gaat hierbij om ongelukken of ongewenst
gedrag. De betreffende overblijfmedewerkster vult het formulier in en draagt het over aan de directeur. De registratie
wordt beheerd door de directeur.
In het overleg met overblijfmedewerkers en directeur worden incidenten besproken. Zo nodig is dit eerder ook
mogelijk met teamleden en directeur. Bij ernstige of veelvuldige incidenten worden de ouders betrokken van het
betreffende kind. Dit gebeurt door de leerkracht of de directeur, desgewenst in aanwezigheid van de coördinator.
Indien het gedrag van het kind ook het oudercontact onacceptabel blijft, kunnen de directeur en coördinator besluiten
om het betreffende kind voor kortere of langere tijd uit te sluiten van de overblijf.
Overblijfregistratie van de overblijfkrachten
In de map houdt de coördinator bij welke overblijfmedewerkers hebben gewerkt. Maandelijks ontvangen de
overblijfmedewerkers hun vrijwilligersvergoeding binnen de maximaal toegestane regeling.
Overleg overblijfkrachten onderling en overleg coördinator met directeur/leerkrachten
Om de kwaliteit van de overblijf eveneens te borgen, vindt in de tweede week na elke vakantie een gezamenlijk
overleg plaats met alle medewerkers van de overblijf en de directeur om informatie uit te wisselen, ontwikkelingen in
te zetten en te volgen en het wel en wee te bespreken. De coördinatoren hebben tijdens dit overleg de leiding.
Uiteraard is de coördinator voor ernstige incidentele / persoonlijke zaken altijd bereikbaar tijdens de overblijf en
volgens afspraak,
Hetzelfde geldt voor het overleg met de coördinator en de directeur.
Ouders geven bijzonderheden als ziekte, voedselallergieën, medicijngebruik en bijzonderheden in het gedrag door
aan de coördinator. Met deze informatie dient uit privacyoverwegingen zorgvuldig om te worden gegaan. Wel wordt
gesteld dat overblijfmedewerkers toezien, maar nooit eindverantwoordelijk zijn. Bijzonderheden tijdens de overblijf
worden direct aan het einde van de overblijf doorgegeven aan de leerkrachten.
Contactpersoon vanuit de overblijfouders is Els Hilhorst. Contactpersoon vanuit het team is de directeur.
Tijden overblijf kinderen
Maandag
12.00-13.00 uur
Dinsdag
12.00-13.00 uur (groep 5-8 heeft een gratis
continurooster i.v.m. gymnastiek)
Donderdag
12.00-13.00 uur
Vrijdag
12.00-13.00 uur
Bezetting overblijf
Per overblijfkeer zijn er minimaal twee overblijfmedewerksters aanwezig. In enkele gevallen zal dit niet mogelijk zijn
en is een teamlid stand-by (m.n. vrijdag bij een klein aantal kinderen). Bij een opkomst van meer dan 20 kinderen
geldt de bezettingsnorm 1: 20.
58
Bij verhindering/ziekte worden de andere medewerkers benaderd om in te vallen. Tevens worden oproepkrachten
geworven door de coördinatoren.
In geval van opzegging is een opzegtermijn van een maand prettig werkbaar om tijdig de vacature in te kunnen vullen.
Coördinatoren zijn niet alle dagen aanwezig. De relevante taken voor die dagen zijn overdraagbaar aan de dan
aanwezige overblijfmedewerker.
Procedure bij probleemsituatie / klachten
Klachten over kinderen:
De overblijfmedewerker treft tijdens de overblijf zelf een maatregel of gaat zonodig (zelf) met het kind naar de
coördinator. Bij herhaalde klachten wordt overleg gepleegd met de leerkracht of de directeur.
Klachten over de overblijf en over overblijfmedewerkers
Klachten van ouders
Ouders kunnen zicht met klachten wenden tot de leerkracht of directeur. Zij zullen contact opnemen met de
coördinator. Hoor en wederhoor wordt toegepast. Indien de klachten onoplosbaar zijn, wordt de directeur
ingeschakeld.
Klachten van kinderen en of van het team
Wij verwachten van de kinderen dat zij hun klachten allereerst direct kenbaar maken bij de overblijfmedewerker.
Indien dit de klacht niet zal verhelpen, kunnen kinderen kunnen met hun klacht bij de leerkrachten of directeur terecht.
Deze spelen de klacht weer door naar de coördinator. Hoor en wederhoor wordt toegepast. Structurele klachten
worden besproken met de coördinator en de contactpersoon van de school.
Kwartaaloverleg met overblijfmedewerkers
Tijdens het overleg kunnen klachten in zijn algemeenheid besproken worden. Tevens wordt structureel de
incidentenregistratie doorgenomen.
Taakomschrijving overblijfkrachten
Vooraf

De overblijfmedewerkster komen minimaal 10 minuten voor aanvang pauze naar de aula.

Stoelen worden klaar gezet, tafels zonodig gereinigd en de afvalmandjes komen op tafel (de mandjes staan
in de vensterbank van de keuken).

59
Tijdens het eten
Taken coördinator: administratie en kindregistratie

De overblijfadministratie en overige benodigdheden liggen in het linkerbovenkastje van de keuken.

De coördinator telt de kinderen en schrijft dit op in de map. Ook controleert de coördinator of de opgegeven
kinderen aanwezig zijn. Indien dit niet het geval is wordt direct navraag gedaan bij de leerkracht. De
leerkracht geeft duidelijkheid of zoekt het uit.

De coördinator vult de overblijfkaarten van de kinderen in noteert de aanwezigheid op de overblijfkaart.

De coördinator noteert in de map welke overblijfkrachten werken. Ook het aantal kinderen wordt genoteerd.
Taken overblijfmedewerker

De kinderen van groep 1 tot en met 4 worden opgehaald en wassen eerst hun handen bij de wasbakken van
de klas. Het overblijfschriftje wordt meegenomen. Hier staan de namen in van de overblijvers.

De groepen 5 tot en met 8 gaan op eigen gelegenheid en nemen zelf hun schriftje mee.

De overige kinderen komen zelfstandig en wassen hun handen in de toiletruimtes van groep 7/8.

Bij het binnenkomen letten de overblijfkrachten erop dat dit rustig gaat.

Kinderen van groep 1/2 worden zoveel mogelijk aan de lage tafel geplaatst.

De oudere kinderen zijn vrij om een plaats te kiezen. Soms reserveren we tafels per jaargroep.

Tassen hangen aan de stoelen. Er horen geen tassen op tafel!

Overblijfmedewerkers zien erop toe dat kinderen zitten tijdens het eten en als zij klaar zijn.

Overblijfmedewerkers letten bij de groepen 1-4 op dat het eten en drinken ook werkelijk genuttigd wordt. Bij
tegenzin wordt vooral op het drinken aangedrongen. Voor de groepen 5-8 zal d overblijfmedewerkster wel
stimuleren, maar niet eisen.

Als kinderen drinken vergeten zijn wordt dit verstrekt door de overblijfmedewerkers.

Kinderen gooien hun afval in de mandjes.

Kinderen vragen aan de overblijfkrachten of ze naar het toilet mogen en doen dit bij de klas.

Op de overblijf wordt normaal gepraat zonder stemverheffing. Dit geldt voor kinderen en ook voor de
overblijfmedewerkers.
60

Om de aandacht te vragen geven we een geluidssignaal (dus zonder de stem te moeten verheffen). Dit is
ook de manier om te vragen of er minder hard gepraat kan worden. Er volgen sancties bij een herhaald
waarschuwen en zonodig wordt de leerkracht of directeur ingezet.
Na het eten bij droog weer

Als vrijwel alle kinderen klaar zijn met eten en de administratie klaar is mogen de kinderen naar buiten.

De overblijfmedewerkers letten erop dat de kinderen hun spullen opruimen, hun stoel aanschuiven, hun tas
terugbrengen naar de kapstok om vervolgens rustig naar buiten te gaan. Als er veel kinderen zijn kan dit per
tafelgroep gebeuren.

Kinderen zijn nooit zonder toezicht buiten. Minimaal 1 overblijfmedewerker gaat direct mee naar buiten.

De overblijfmedewerkers controleren bij het naar buiten gaan of de hekken dicht zijn en openen de schuur
met buitenspeelgoed.

Kinderen vragen aan de overblijfkracht of er iets uit de schuur gepakt mag worden.

Buiten gelden de schoolpleinregels.

In geval van achterblijvers zal de binnenblijvende overblijfmedewerker zonodig verder werken aan de
administratieschriften, het schoonmaken van de tafels schoon, het vegen van de vloer en letten op trage
eters. Als dit klaar is gaat de overblijfmedewerker met het laatste kind mee naar buiten om de andere
overblijfkracht(en) bij te staan. Zonodig worden de genoemde taken voltooid na de overblijf om 13.00 uur.

Niet overblijvende kinderen mogen pas om 13.00 uur het schoolplein op. Als zij te vroeg zijn dan moeten zij
wachten. Een uitzondering vormt groep 7/8 op dinsdag i.v.m. het eerder vertrekken naar de gymnastiek.

Vijf minuten voordat de overblijf is afgelopen wordt er opgeruimd. Alle fietsen worden dan voor het lokaal van
groep 1/2 gezet. Overige materialen worden ook gesorteerd bij groep 1/2. Als de kleuters 's middags niet
meer gaan buitenspelen wordt er opgeruimd en gaat het net over de zandbak.

Als de leerkrachten op het schoolplein zijn kunnen de overblijfmedewerkers naar huis. Eventuele incidentele
problemen/bijzonderheden kunnen dan ook doorgegeven worden aan de desbetreffende leerkracht.

Bij ongelukken wordt overlegd met de bedrijfshulpverlener van het team (Leontien, Maaike). De
overblijfkracht zorgt wel dat een collega het toezicht overneemt.
Na het eten bij nat weer

Bij twijfel over het weer besluit de coördinator.
61

Kinderen verblijven in de aula. Ter vermaak zijn er spelletjes, bouwmaterialen, kleurplaten en video.

Kinderen mogen alleen op de computers in de aula. Het is verboden om gebruik te maken van het internet
tijdens de overblijf. Regelmatig toezicht door de overblijfmedewerkers op de activiteiten is verplicht.
Schoolpleinregels vóór, tijdens, tussen en na schooltijd / gebruik van het materiaal.
Pestprotocol is eveneens van toepassing
De buitendeuren zijn op slot m.u.v. de auladeur en de buitendeur bij groep 1/2 naar het schoolplein
Regels voor alle kinderen (inclusief kleuters)
Regels voor alle kinderen (inclusief kleuters)

Tijdens de overblijf spelen alle kinderen op het schoolplein, maar niet daarbuiten (fietsenstalling, in school
enz)

Kinderen mogen een kwartier voor aanvang van de lessen op school/het schoolplein. Er is dan ook toezicht
van de teamleden

Fietsen: Jongere kinderen lopen met de fiets aan de hand over het schoolplein naar het fietsenrek of naar de
straat. De oudere kinderen (vanaf groep 5) mogen ook over het schoolpad via het Hollands End. Kleuters
mogen hun fiets, step of ander rijdend materiaal in het fietsenrek op het schoolplein plaatsen.

Kinderen mogen alleen voor of na schooltijd skeeleren op het schoolplein.

Kinderen mogen wel op een step, tractor of ander rijdend materiaal naar school komen maar parkeren deze
materialen onder schooltijd in het fietsenrek

Tijdens het speelkwartier en als de kleuters buiten spelen is het hek aan de straatkant gesloten en de twee
hekken bij het voetbaldeel dicht
Kleuters:

De kleuters spelen tussen de rode prullenbak en tussen de regenpijp naast het kleuterlokaal

De kleuters mogen alleen met begeleiding naar de schuur om buitenspeelmaterialen te pakken.

De schuur gaat op slot, nadat er materiaal uit gehaald is.

Met de karren en fietsen rijden de kleuters alleen op de tegel(zand is slecht voor de wielen)
Zandbak:

Als de zandbak dicht is blijven de scheppen en ander zandbakmateriaal in de schuur

De zandbak blijft dicht als het geregend heeft of als het zand nog erg nat is van de regen

Zand moet in de zandbak blijven of worden opgeveegd
Bosjes

Dit mag mits de ondergrond niet te modderig is
62

In de boom klimmen mag tot 1,5 meter hoogte, mits t6akken niet vernield worden
Buitenspeelmateriaal:

De karren en fietsen zijn bedoeld voor de groepen 1-4

Daarnaast mogen groep 3 / 4 gebruik maken van het kleutermateriaal als zij buiten spelen

De karren, fietsen, planken en ander kleutermateriaal worden na het overblijven en elke pauze teruggezet in
de berging of in overleg met de leerkracht van groep 1/2 bij het kleuterlokaal. Er wordt dan geen gebruik
meer gemaakt van het materiaal tot het volgend speelkwartier.

Aan het einde van de schooldag wordt al het kleutermateriaal teruggezet in de schuur

Opruimen gebeurt altijd onder begeleiding van een volwassene bij de schuur
Balspelen:

Er mag één bal op het schoolplein voor het voetballen en één zachte bal voor een spel zoals “Iemand is het,
niemand is hem”

Voetballen mag vóór schooltijd en tijdens het speelkwartier voor groep 4-5-6-7-8

Voetballen mag uitsluitend op het voetbaldeel van het schoolplein tijdens het overblijven voor groep 3-4-5-67-8 alle dagen tot 13.00 uur

Bij het overblijven wordt een eigen bal gebruikt

Kinderen moeten eerst vragen aan de leerkrachten of overblijfmedewerkers of ze een bal mogen pakken die
over het hek geschoten of gevallen is
Speeltoestellen;

Het zand onder de speeltoestellen is bedoeld voor de veiligheid. Omwonende dieren gebruiken het als
“kattenbak”. Spelen met dat zand is onhygiënisch

Speeltoestellen zijn voor groep 3-8

Het houten huisje met glijbaan bij de kleuters is voor groep 1-4

In het houten huisje wordt niet met touwen gespeeld

Alle kinderen spelen op de tegels. Daarop maken we een uitzondering bij de speeltoestellen

Hang- en trekspelletjes lopen vaak uit op ruzie. Tikspelen zijn prima

Ouders/verzorgers verzorgen zelf de lunch (eten en drinken). Er wordt verwacht dat de lunch gezond is
(snoep is ongewenst) en qua hoeveelheid passend bij de behoefte van het kind. Bij groep 1-4 is er toezicht
63
Bijlage 2
Regeling buitenschoolse opvang met stichting De Klimboom en
Eigen&Wijzer
peuterspeelzaal/peuteropvang met Eigen&Wijzer
De Joseph Lokin Basisschool biedt aansluiting op de buitenschoolse opvang en hanteert de volgende regelingen
en uitgangspunten.
Wettelijk is het volgende geregeld voor de BSO (buitenschoolse opvang) middels gastouders met de
Klimboom (verkorte weergave):
In een nieuwe wet is vastgelegd dat het schoolbestuur vanaf het schooljaar 2007-2008 de aansluiting met de
buitenschoolse opvang moet organiseren. Ouders kunnen de opvang natuurlijk ook zelf regelen; ouders zijn niet
verplicht gebruik te maken van de BSO
Voortaan kunnen ouders met de school overleggen over de mogelijkheden voor buitenschoolse opvang. De
school hoeft dit alleen te doen als ouders daarom vragen. Dit betekent niet dat de school de opvang ook zelf
verzorgt.
De besluitvorming over de organisatie van de BSO ligt bij het bestuur.
Informatie over de BSO wordt vermeld in de schoolgids
Kinderen gaan voor de buitenschoolse opvang bijvoorbeeld naar een kindercentrum. Ook is opvang door
gastouders mogelijk. Een andere mogelijkheid is buitenschoolse opvang in het eigen schoolgebouw. Ook kunnen
kinderopvangorganisaties activiteiten van sportverenigingen, muziekverenigingen of culturele instellingen
inpassen in hun activiteitenaanbod.
Kinderopvangorganisaties vallen onder de Wet Kinderopvang.
Bij een bestaande organisatie voor buitenschoolse opvang heeft de oudercommissie aldaar adviesrecht op de
wijziging van de organisatie of de locatie.
Nadat de school afspraken heeft gemaakt met een kinderopvangorganisatie over de aansluiting, regelen ouders
zelf de inschrijving van uw kind bij de buitenschoolse opvang. Als uw kind al bij deze kinderopvangorganisatie is
ingeschreven, hoeft u zich niet opnieuw aan te melden.
De kosten worden door de ouders zelf betaald. Als arbeid en zorg wordt gecombineerd krijgen ouders minimaal
een 33 tot 90 procent terug via de kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst. Via de website www.toeslagen.nl
kunnen ouders berekenen wat zij terugkrijgen.
Uitgangspunten BSO op de Joseph Lokin Basisschool
Uitgangspunt van de school is het bieden van een goede aansluiting met de BSO waar ouders en kinderen als
volgt op vrijwillige basis gebruik van kunnen maken:
BSO vindt buiten de school plaats, daar een geschikte recreatieve ruimte die voldoet aan de BSO-eisen, in de
school ontbreekt.
De BSO wordt geregeld door een professionele kinderopvangorganisatie die voldoet aan de wettelijke criteria.
De BSO voorziet in de opvang na schooltijd, in de vakanties en op extra vrije dagen die vooraf (in de
jaarkalender) gepland zijn. Opvang dicht bij huis in een huiselijke sfeer heeft de voorkeur. Flexibele opvang is
eveneens mogelijk.
De aansluiting met de BSO en school wordt geregeld middels een convenant.
Uitwerking BSO op de Joseph Lokin Basisschool met stichting De Klimboom
De Joseph Lokin Basisschool werkt samen met De Klimboom (stichting voor kinderopvang-gastouderbureau).
Voor meer informatie zie www.de klimboom.nl.
De samenwerking wordt in een convenant vastgelegd.
In het convenant wordt overeengekomen dat:
De school zal de ouders informeren over de mogelijkheid van BSO in de schoolgids en middels foldermateriaal.
Deze wordt eenmalig bij aanvang en vervolgens aan nieuwe leerlingen verstrekt. Op school is foldermateriaal ook
op aanvraag beschikbaar.
64
Een periodiek afstemming zal plaatsvinden tussen school en gastouderbureau over de relevante informatieuitwisseling die een soepele aansluiting tussen school en gastoudergezin garanderen.
De informatie-uitwisseling zal informatie over schooltijden, vakanties en vrije dagen betreffen.
Afspraken over de algemene informatie-uitwisseling worden schriftelijk vastgelegd
Op individueel niveau zal de school zonodig informatie verstrekken aan de gastouder in een acute situatie van
fysiek of emotioneel onwelbevinden van het kind. Overige informatie over het kind wordt via de ouders verstrekt
aan de gastouders.
Jaarlijks vindt een evaluatie plaats tussen het gastouderbureau (met inbreng van de oudercommissie van het
gastouderbureau) en de school (met inbreng van de MR van school). Op basis van deze evaluatie wordt de
samenwerkingsvoortgang (al dan niet met aanpassingen) besproken. Vanuit het gastouderbureau is Lindon
Mooiweer (Tel. 06-30307433 of 0346-260404 email: [email protected]) de contactpersoon en
vanuit school is dat Ellen Melchers
Uitwerking BSO op de Joseph Lokin Basisschool met stichting Eigen&Wijzer
De Joseph Lokinschool werkt samen met Stichting Eigen&Wijzer, verder Eigen&Wijzer, (zie www.eigen-enwijzer.nl) Dit wordt in een convenant vastgelegd. In het convenant wordt overeengekomen dat:

De school zal de ouders informeren over de mogelijkheid van BSO in de schoolgids en middels
foldermateriaal. Deze wordt eenmalig bij aanvang en vervolgens aan nieuwe leerlingen verstrekt. Op
school is foldermateriaal ook op aanvraag beschikbaar.

Tevens zal bij de aanvang van de BSO een introductie / informatieavond op school worden gepland.

Een periodiek afstemming zal plaatsvinden tussen school en Eigen&Wijzer over de relevante
informatie-uitwisseling die een soepele aansluiting tussen school en BSO garanderen.

De informatie-uitwisseling zal informatie over schooltijden, vakanties en vrije dagen betreffen.

Afspraken over de algemene informatie-uitwisseling worden schriftelijk vastgelegd

Op individueel niveau zal de school zonodig informatie verstrekken aan de pedagogische medewerker
BSO in een acute situatie van fysiek of emotioneel onwelbevinden van het kind. Overige informatie over
het kind wordt via de ouders verstrekt aan de pedagogische medewerkers BSO .

Jaarlijks vindt een evaluatie plaats tussen Eigen&Wijzer (met inbreng van de oudercommissie BSO
Ankeveen en de school (met inbreng van de MR van school). Op basis van deze evaluatie wordt de
samenwerkingsvoortgang (al dan niet met aanpassingen) besproken.

Vanuit het Eigen&Wijzer is Mirjam Companjen (regio-coördinator) de contactpersoon en vanuit school
is dat Ellen Melchers
Peuterspeelzaal en peuteropvang Knuttegrut op de Joseph Lokin Basisschool met stichting
Eigen&Wijzer
Vanaf schooljaar 2012-2013 wordt gedurende de 40 schoolweken op de Joseph Lokinschool de mogelijkheid gegeven voor
peuterspeelzaal en peuteropvang onder één dak. Peuteropvang is inhoudelijk hetzelfde als de peuterspeelzaal met het
verschil dat u als werkende ouder recht heeft op kinderopvangtoeslag. door het verkrijgen van kinderopvangtoeslag is het
goed mogelijk dat de netto kosten zelfs lager zijn dan de kosten voor de peuterspeelzaal. De kinderopvangtoeslag is zelf te
berekenen via de website www.toeslagen.nl. Indien u hulp nodig heeft kunt u contact opnemen met de afdeling Planning:
[email protected] of 035-5826035.
De peuteropvang kent exact dezelfde openingstijden als de peuterspeelzaal. Indien er voldoende vraag is wil Eigen&Wijzer
ook graag kijken naar peuteropvang tijdens de vakanties. Wij horen graag wat uw wensen zijn. Ouders die gebruik maken
van de peuterspeelzaal/peuteropvang Knuttegrut garanderen wij een plek op de BSO.
65
Bijlage 3
Pestprotocol
Waarom een pestprotocol?
De Joseph Lokinschool wil haar kinderen een veilig pedagogisch klimaat bieden, waarin zij zich harmonieus en op een prettige en
positieve wijze kunnen ontwikkelen. Het is vervelend, maar het is ook een feit: op scholen worden kinderen gepest. Dat is ernstig
en het moet bestreden worden.
Onze school heeft het pestprotocol opgesteld, omdat pesten helaas overal gebeurt. Het is belangrijk om in de gehele school een
duidelijk en helder beleid te hebben waar alle betrokkenen op kunnen terugvallen in voorkomende gevallen.
Natuurlijk is het beter om het pesten te voorkomen door het scheppen van een goed pedagogisch klimaat en daar gaat dan ook in
eerste instantie de aandacht naar uit. De leerkrachten bevorderen deze ontwikkeling door het scheppen van een veilig klimaat in
een prettige werksfeer in de klas en op het schoolplein. In veruit de meeste gevallen lukt dit door de ongeschreven regels aan te
bieden en deze te onderhouden, maar soms is het gewenst om duidelijke afspraken met de kinderen te maken. Een van die
duidelijke regels is dat kinderen met respect met elkaar dienen om te gaan. Dat het niet altijd als vanzelfsprekend wordt
ervaren, geeft aan dat we het kinderen moeten leren en daar dus energie in moeten steken.
Ons pedagogisch uitgangspunt is dat alle kinderen met elkaar moeten leren omgaan
Dat leerproces verloopt meestal vanzelf goed, maar het kan ook voorkomen dat een kind in een enkel geval systematisch door
andere kinderen wordt gepest. Dan kan een kind zodanig in de knoop komen met zijn schoolomgeving, dat de ongeschreven
regels van de leerkracht niet meer voldoende veiligheid bieden en daarmee de gewenste ontwikkeling onderbreken. In een
dergelijk geval is het van groot belang dat de leerkracht onder ogen ziet, dat er een ernstig probleem in zijn of haar groep is. In
een klimaat waarin het pesten gedoogd wordt, worden ook de pedagogische structuur en de veiligheid daarin ernstig aangetast.
Voor de Joseph Lokinschool is dat een niet te accepteren en ongewenste situatie. Dit protocol is een vastgelegde wijze waarop we
het pestgedrag van kinderen in voorkomende gevallen benaderen. Het biedt alle betrokkenen duidelijkheid over de impact, ernst
en ook specifieke aanpak van dit ongewenste gedrag.
Op de informatieouderavonden aan het begin van het schooljaar zal het pestprotocol aan de orde worden gesteld.
Begripsomschrijvingen
Plagen en pesten, wat is daar het verschil tussen?
Iemand op het schoolplein een stevige duw geven kan plagen zijn, maar het kan net zo goed gaan om echt pestgedrag. We spreken
over plagen wanneer kinderen min of meer aan elkaar gewaagd zijn en het vertoonde gedrag een uitnodigend karakter heeft om
iets terug te geven vanuit een onschuldige sfeer. Het gaat dan om een prikkelend spelletje, dat door geen van de betrokkenen als
bedreigend of echt vervelend wordt ervaren. Er is sprake van een pedagogische waarde: door elkaar eens uit te dagen leren
kinderen heel goed om met allerlei conflicten om te gaan. Dat is een vaardigheid die ze later in hun leven van pas komt bij
conflicthantering, waar iedereen in zijn leven mee te maken krijgt.
Voorbeelden van specifiek pestgedrag:
Verbaal:




Vernederen: ”Haal jij alleen de ballen maar uit de bosjes, je kunt niet goed genoeg voetballen om echt mee te doen”.
Schelden: “ Viespeuk, etterbak, mietje” enz.
Dreigen: “Als je dat doorvertelt, dan grijpen we je.”
Belachelijk maken, uitlachen bij lichaamskenmerken of bij een verkeerd antwoord in de klas.
66


Kinderen een bijnaam geven op grond van door de kinderen als negatief ervaren kenmerken: “Rooie, dikke, dunne,
flapoor, centenbak” enz
Gemene briefjes of mails schrijven om een kind uit een groepje te isoleren of echt steun te zoeken om samen te kunnen
spannen tegen een ander kind.
Fysiek:



Trekken en duwen of zelfs spugen.
Schoppen en laten struikelen.
Krabben, bijten en haren trekken.
Intimidatie:





Een kind achterna blijven lopen of een kind ergens opwachten.
Iemand in de val laten lopen, de doorgang versperren of klem zetten tussen de fietsen.
Dwingen om bezit dat niet van jou is af te geven.
Een kind dwingen bepaalde handelingen te verrichten, bijvoorbeeld geld of snoep meenemen.
Een kind “opsluiten” door de doorgang te belemmeren
Isolatie:


Steun zoeken bij andere kinderen dat het kind niet wordt uitgenodigd voor partijtjes en leuke dingetjes.
Uitsluiten: het kind mag niet meedoen met spelletjes, niet meelopen naar huis, niet komen op een verjaardag.
Stelen of vernielen van bezittingen:


Afpakken van schoolspullen, kleding of speelgoed.
Beschadigen en kapotmaken van spullen: boeken bekladden, schoppen tegen en gooien met een schooltas, banden van
de fiets lek steken.
Het specifieke van pesten is dus gelegen in het bedreigende en vooral systematische karakter. We spreken van pestgedrag als het
daarnaast ook nog regelmatig gebeurt, waardoor de veiligheid van de omgeving van een kind wordt aangetast. De inzet van het
pestgedrag is altijd macht door intimidatie. Bij dit echte pestgedrag zien we ook altijd de onderstaande rolverdeling terug bij een
aantal betrokkenen.
De betrokkenen:
Het gepeste kind
Sommige kinderen hebben een grotere kans om gepest te worden dan anderen. Dat kan komen door uiterlijke kenmerken maar het
heeft vaker te maken met vertoond gedrag, wijze waarop gevoelens worden beleefd en de manier waarop dat geuit wordt. Uit
onderzoek blijkt dat kinderen gepest worden in situaties waarin pesters al de kans krijgen om een slachtoffer te pakken te nemen.
Er is dan al sprake van een onveilige situatie, waarbinnen een pester zich kan manifesteren en zich daarin ook nog verder kan
ontwikkelen.
Kinderen die gepest worden doen vaak andere dingen dan de meeste leeftijdgenoten in hun omgeving. Ze spelen een ander
instrument, doen aan een andere sport of zitten op één ander clubje. Ze zijn goed in vakgebieden of juist niet goed. Er zijn helaas
aanleidingen genoeg om door anderen gepest te worden mits de pesters daar de kans voor krijgen.
Veel kinderen die worden gepest hebben een beperkte weerbaarheid. Ze zijn niet in staat daadwerkelijk actie te ondernemen
tegen de pestkoppen en stralen dat dan ook uit naar hun kwelgeesten. Vaak zijn ze angstig en onzeker in een groep, ze durven
weinig of niets te zeggen, omdat ze bang zijn om uitgelachen te worden. Deze angst en onzekerheid worden verder versterkt door
het ondervonden pestgedrag, waardoor het gepeste kind in een vicieuze cirkel komt waar het zonder hulp zeker niet uitkomt.
Gepeste kinderen voelen zich vaak eenzaam, hebben in hun gepeste omgeving geen vrienden om op terug te vallen en kunnen
soms beter met volwassenen opschieten dan met hun leeftijdgenoten. Jongens die worden gepest horen bijna nooit tot de
motorisch beter ontwikkelde kinderen.
De pesters
Kinderen die pesten zijn vaak juist fysiek wel de sterksten uit de groep. Ze kunnen zich permitteren zich agressiever op te stellen
en ze reageren dan ook met dreiging van geweld of de indirecte inzet van geweld. Pesters lijken in eerste indruk populair te zijn in
67
een klas, maar ze dwingen hun populariteit in de groep af door te laten zien hoe sterk ze zijn en wat ze allemaal durven.
Met het vertoonde pestgedrag gaat ze dat gemakkelijk af en ze krijgen andere kinderen mee bij het gedrag naar een slachtoffer.
Pesters hebben ook feilloos in de gaten welke kinderen gemakkelijk aan te pakken zijn en als ze zich al vergissen, gaan ze direct
op zoek naar een volgend slachtoffer De zwijgende meerderheid en potentiële meelopers krijgen een keuze die onuitgesproken
wordt opgelegd en die aan duidelijkheid niet te wensen overlaat: Je bent voor of je bent tegen me. Hier gaat een grote dreiging uit
naar de gezamenlijke omgeving van pester en slachtoffer.
Alles is immers beter dan door de “machtige pester” zelf gepest te worden. De pesters stralen juist deze dreigende zekerheid met
verve uit. Ze overtreden bewust regels en storen zich aan god noch gebod en hebben vaak de vaardigheden ontwikkeld met hun
daden weg te komen. Het profiel van de pester is sterk zelf bevestigend, hij ziet zichzelf als een slimme durfal die de dommerds
de loef afsteekt en ze dat ook bij herhaling laat merken. “Wie maakt mij wat? ” staat met grote letters op het voorhoofd
geschreven.
Het komt ook regelmatig voor dat een pestkop een kind is dat in een andere situatie zelf slachtoffer is of was. Om te voorkomen
weer het mikpunt van pesten te worden, kan een kind zich bijvoorbeeld in een andere omgeving dan die van zijn slachtofferrol,
vervolgens als pester gaan opstellen en manifesteren.”Laten pesten doet pesten”.
Meisjes pesten minder openlijk dan jongens en vaak op een subtiele manier waarbij de uitdaging naar het gezag ter plekke niet
echt aan de orde is. Ze pesten meer met woorden, maken geniepige opmerkingen of sluiten andere kinderen buiten. Meisjes
opereren minder individueel en meer met groepsvorming in de zin van er al dan niet bij te horen. Fysiek geweld komt bij deze
groep pesters veel minder voor.
Een succesvolle pester leert niet om zijn agressie op een andere manier te uiten dan door het ongewenste pestgedrag te vertonen.
Ook pesters hebben op termijn last van hun pestgedrag. Door hun verkeerde en vooral beperkte sociale vaardigheden hebben ze
vaak moeite om vriendjes op lange termijn te maken en een vriendschap op te bouwen en te onderhouden op andere gronden dan
die van macht en het delen in die macht. Pesters maken een abnormale sociale ontwikkeling door met alle gevolgen van dien voor
de pester zelf.
De meelopers en de andere kinderen
De meeste kinderen zijn niet direct betrokken bij pesten in de direct actieve rol van pester. Sommige kinderen behouden enige
afstand en andere kinderen doen incidenteel mee. Dit zijn de zogenaamde “meelopers “. Er zijn ook kinderen die niet merken dat
er gepest wordt, of er zijn kinderen die het niet willen weten dat er gepest wordt in hun directe (school) omgeving.
Het specifieke kenmerk van een meeloper is de grote angst om zelf in de slachtofferrol te geraken. Maar het kan ook zijn dat
meelopers stoer gedrag wel interessant vinden en denken daardoor in populariteit mee te liften met de pester in kwestie.
Vooral meisjes doen nogal eens mee met pesten om een vriendin te kunnen behouden. Als kinderen actiever gaan meepesten in
een grotere groep, voelen ze zich minder betrokken en verantwoordelijk voor wat er met pesten wordt aangericht. Alles wat in een
groep gebeurt, laat het individueel denken meer en meer achter zich en zo kan met name groepsgedrag leiden tot excessen die
achteraf voor iedereen inclusief de pesters onacceptabel zijn.
Het heeft absoluut zin om daadwerkelijk op te staan tegen het pesten. Zodra andere kinderen het gepeste kind te hulp komen of
tegen de pesters zeggen dat ze moeten ophouden, kan de situatie aanzienlijk veranderen. Het pesten wordt dan al direct minder
vanzelfsprekend en draagt bovendien grotere risico `s met zich mee. De situatie voor met name meelopers verandert door het
ongewenste karakter van het vertoonde pestgedrag. Het wordt duidelijk dat het geen groepsnorm is om mee te gaan in het
pestgedrag. Meelopers horen graag bij de norm en de grote groep en zijn niet bereid en ook niet in staat om grote risico `s te lopen
waarvan ze de gevolgen niet kunnen overzien, dit in tegenstelling tot de ervaren pester.
Kinderen die pestgedrag signaleren en dit bij de leerkracht aangeven vervullen dus een belangrijke rol. Ook de ouders kunnen een
belangrijke rol spelen. Ouders van kinderen die gepest worden en die dit probleem met de school of op de club willen bespreken,
zijn natuurlijk altijd emotioneel bij het onderwerp betrokken. De gevoelde onmacht bij deze ouders wordt door hen sterk ervaren
en is niet altijd een goede leidraad tot een rationeel handelen. De ouder wil maar een ding en dat is dat het pestgedrag
ogenblikkelijk stopt. Ouders van kinderen die niet direct bij het pesten zijn betrokken, kunnen meer afstand nemen. Daardoor
zijn ze beter in staat om duidelijk te maken aan hun kind dat er iets aan het pesten gedaan moet worden. Dit is ook in het belang
van de opvoeding en ontwikkeling van hun eigen kind. Als er in de omgeving van een kind gepest wordt, heeft het kind zelf ook
last van een onveilige, onprettige sfeer in de groep of de klas.
Te verwachten problemen bij de aanpak van pesten.
Bij het gepeste kind
Een gepest kind schaamt zich vaak voor zijn gedrag, het voldoet niet aan normen die de ouders graag in hun kinderen terugzien:
een vrolijk en vooral onbezorgd kind dat zelfstandig in staat is zijn boontjes te doppen. Pesten is een groot probleem voor
kinderen en zorgt ook voor een evenredig groot probleem bij de erkenning en de aanpak ervan. Veel gepeste kinderen doen er dan
uiteindelijk ook maar het zwijgen toe en vereenzamen. De angst wordt aanvankelijk nog groter als het pesten bespreekbaar
gemaakt wordt door de ouders, waardoor het gepeste kind eens te meer met de gevolgen van het pesten kan worden
geconfronteerd. Als represaille kan er in nog heviger mate gepest worden dan daarvoor al het geval was.
Bij de pester
De pester zelf ziet zich in zijn machtsspel bedreigd, en dat moet ten koste van alles voorkomen worden. Soms blijken de pesters
68
echter net zo opgelucht als de slachtoffers bij een duidelijke aanpak. Er wordt immers ook aandacht besteed aan hun onmacht om
normaal met andere kinderen een relatie op te bouwen. Bij een aantal pesters is dat hun liefste wens waardoor ze echter helaas
onmachtig zijn door het ontbreken van het hanteren van de juiste vaardigheden.
In de directe kind-omgeving geldt dat het goed is om te weten dat er altijd kinderen zijn die zich schuldig voelen omdat ze niet op
kunnen komen voor het slachtoffer door actief te helpen of een volwassene te hulp roepen. Dit is vergelijkbaar met het niet te hulp
schieten bij het verdrinken van mensen, waar een menigte bij aanwezig is. Ook zijn er altijd kinderen die helemaal niet in de gaten
hebben dat er in hun omgeving gepest wordt. Ze zien wel het een en ander gebeuren, maar kunnen de gebeurtenissen niet duiden
als pestgedrag, waar gepeste kinderen erg veel last van ondervinden.
Bij de ouders
Ouders van kinderen hebben vaak moeite om hun kind terug te zien in de rol van meeloper of pester. Ouders beschikken niet altijd
over de juiste informatie en ook het zich op beperkte schaal voordoen van conflictsituaties tussen groepen kinderen. Dat zorgt
ervoor dat er nauwelijks vergelijkingsmateriaal voorhanden is. Een pester op school hoeft zich in de thuissituatie niet als pester te
manifesteren. Sommige ouders zien ook de ernst van de situatie onvoldoende in. Zij vertalen het pestgedrag van hun kind in
weerbaar gedrag.
Hun kind maakt echter een abnormale ontwikkeling door met grote risico`s op normatief afwijkend gedrag op latere leeftijd met
grote gevolgen. Andere ouders zien er niets meer in dan wat onschuldige kwajongensstreken. De slogan: "Ach iedereen is wel
eens gepest, u toch ook?" geeft de visie van de ouders op dit gedrag aardig weer. Behalve de pester moeten dus ook vaak de
ouders doordrongen worden van het ongewenste karakter voor alle betrokkenen van het vertoonde pestgedrag.
Uitgangspunten bij ons pestprotocol
1.
2.
3.
4.
5.
Als pesten en pestgedrag plaatsvindt, ervaren we dat als een probleem op onze school zowel voor de leerkrachten als de
ouders, de kinderen, de gepeste kinderen, de pesters en de 'zwijgende' groep kinderen
De school heeft een inspanningsverplichting om pestgedrag te voorkomen en aan te pakken door het scheppen van een
veilig pedagogisch klimaat waarbinnen pesten als ongewenst gedrag wordt ervaren en in het geheel niet wordt
geaccepteerd.
Leerkrachten en overblijfouders moeten alert zijn op pestgedrag en dit tijdig inzien. Indien pestgedrag optreedt, moeten
leerkrachten en overblijfouders duidelijk stelling nemen en actie ondernemen tegen dit gedrag. De verantwoordelijkheid
blijft te allen tijde liggen bij de leerkrachten.
Wanneer pesten, ondanks alle inspanningen weer optreedt, voert de school de uitgewerkte protocollaire procedure uit.
Dit pestprotocol wordt door het hele team en de oudervertegenwoordiging onderschreven en ook alle ouders ter inzage
aangeboden.
Pestprotocol van de Joseph Lokinschool
Wat is de inhoud van het pestprotocol?
Het pestprotocol vormt de verklaring van de vertegenwoordigers van de school en de ouders waarin is vastgelegd dat men
pestgedrag op school niet accepteert en volgens een vooraf bepaalde handelwijze gaat aanpakken.
De Joseph Lokinschool wil voor alle kinderen die de school bezoeken een veilige school zijn.
Dit betekent dat de school expliciet stelling neemt tegen pestgedrag en concrete maatregelen voorstelt bij voorkomend
pestgedrag.
Om welke protocollaire maatregelen gaat het?
A Maatregelen en procedure:
Preventieve maatregelen:
1.
2.
De leerkracht bespreekt met de leerlingen de algemene afspraken en regels in de klas als normaal gebruikelijk aan het
begin van het schooljaar. Het onderling plagen en pesten wordt hier benoemd en besproken in alle groepen van de
school en vanaf groep 3 t/m 8 worden de regels van het pestprotocol expliciet besproken.
Indien de leerkracht aanleiding daar toe ziet, besteedt hij of zij expliciet aandacht aan pestgedrag in een groepsgesprek.
Repressieve maatregelen.
69
1.
Bij aanvang van het schooljaar is er voor kinderen en ouders aandacht voor de tien gouden regels. Elke regel heeft een
kleur. Hetzelfde geldt voor alle overige schoolregels. Specifieke klassenregels kunnen uit de praktijk voortgekomen
ontstaan. De gouden regels zijn opvallend zichtbaar in de school en in alle klassen.
2. Ouders worden op de algemene-ouder-informatieavond geïnformeerd over ons pestbeleid
3. Per maand staat in de school één van de gouden regels centraal. Per week een schoolregel. In de inprikbare rand van de
tien gouden regels kunnen voorvallen geprikt worden in de kleur van de regel ter illustratie. Er is een jaarplanning.
4. Indien er sprake is van pestgedrag op een van de speelpleinen van de school, wordt er tien minuten voor schooltijd,
tijdens de pauze en het buitenspelen bij het overblijven pleinwacht gelopen door de leerkrachten. De leerkrachten lopen
verspreid over het schoolplein.
5. Indien er sprake is van incidenten betreffende pestgedrag wordt dat met de betrokken kinderen besproken door de
leerkracht van het kind. Dit gesprek staat niet op zichzelf maar wordt regelmatig herhaald om het probleem aan te
pakken. Van dit gesprek worden een incidentenregistratie gemaakt en toegevoegd in het kindvolgsysteem van zowel de
pester als het gepeste kind.
6. Indien er sprake is van herhaald pestgedrag worden de ouders van de pester in het bijzijn van de pester op de hoogte
gesteld van de ongewenste gebeurtenissen in een gesprek op school. Aan het eind van dit oudergesprek worden de
afspraken met de pester uitdrukkelijk doorgesproken en ook vastgelegd. Ook de op te leggen sancties bij overtreding
van de afspraken worden daarbij vermeld. Gedacht kan worden aan uitsluiting van met name de situaties die zich in het
bijzonder lenen voor pestgedrag. Daarbij kan gedacht worden aan: buitenspelen, overblijven, bewegingsonderwijs,
excursies, schoolreisjes e.d. De directeur van de school wordt uiterlijk in dit stadium op de hoogte gesteld van de
gesprekken met de kinderen en de ouders en kan de gemaakte afspraken terugvinden in het digitale volgdossier van de
school en wel in een gespreksverslag.
7. Indien het probleem zich toch blijft herhalen meldt de leerkracht dit gedrag aan de directeur van de school. De
leerkracht overhandigt de directeur een gedocumenteerd protocol met daarin de data van de gebeurtenissen, de data en
inhoud van de gevoerde gesprekken en de vastgelegde afspraken zoals die gemaakt zijn om het pesten aan te pakken
(zie digitale volgdossier). Er wordt overlegd met het ZAT (zorgadviesteam).
8. De directeur roept de ouders op school voor een gesprek. Ook het kind kan in dit eerste directiegesprek betrokken
worden. De directeur gaat uit van het opgebouwde archief van de leerkracht en vult dit archief verder aan met het
verloop van de gebeurtenissen.
9. Indien het gedrag niet verbetert, kan er een verwijzing plaatsvinden naar het maatschappelijk zorgsysteem in de richting
van maatschappelijk werk bestuur, externe hulpverleners, jeugdzorg enz.
10. Eén en ander wordt zorgvuldig gedocumenteerd in het digitale volgdossier van het kind.
11. Indien het pestgedrag van de pester niet aanzienlijk verbetert, en / of de ouders van het kind werken onvoldoende mee
om het probleem ook aan te pakken kan de directeur van de school overgaan tot bijzondere maatregelen als daar zijn:
isoleren van de pester of een tijdelijke uitsluiting van het bezoeken van de lessen van de school met een maximum van
drie dagen als omschreven in de schoolgids en het schoolplan.
De concrete pedagogische invulling als handvat van het pestprotocol:
Formulieren en procedures leiden op zichzelf niet tot het verdwijnen van ongewenst gedrag. Wel is het belangrijk om in zaken als
pestgedrag duidelijk te monitoren hoe het verloop van een casus wordt behandeld want er is veel tijd mee gemoeid en er zijn ook
vele betrokkenen. Onderstaande tekst geeft concrete invullingen en handreikingen in het pedagogisch handelen vanuit de
professionele schoolomgeving.
Indien bij het signaleren van een pestprobleem de leerling dit niet aan de eigen leerkracht durft te vertellen, kan een kind naar een
leerkracht van eigen keuze gaan. Deze leerkracht, een zogenaamde vertrouwenspersoon voor de kinderen, koppelt het probleem
vervolgens terug naar de direct betrokken leerkracht alsmede de directeur van de school. Geheimhouding van dit probleem moet
bij deze terugkoppeling gewaarborgd zijn.
De leerkracht heeft een zeer belangrijke rol. De leerkracht zal helder en duidelijk moeten maken moet maken dat dit ongewenste
gedrag volstrekt niet geaccepteerd wordt.
De leerkracht biedt in eerste instantie de gepeste leerling bescherming, spreekt zwaar en ernstig met de pester en zijn ouders en
richt zich vervolgens op de zwijgende middengroep en de meelopers.
Hulp aan het gepeste kind:
De begeleiding van het gepeste kind is van groot belang. Het kind is eenzaam en slachtoffer en heeft recht op professionele zorg
vanuit de school. Naast het voorkomen van nieuwe ongewenste ervaringen staat het verwerken van de ervaringen. Dit gebeurt
door achtereenvolgens:

Gesprekken met de vertrouwenspersoon, bij voorkeur de leerkracht van het kind. Bij het monitoren van ontwikkelingen
is het van belang naast incidentele momenten ook vaste momenten van gesprek in te bouwen waarin het kind gevraagd
wordt naar de gewenste vooruitgang. Het doel is tweeledig: zowel het signaleren van nieuwe prikkels als het verwerken
van de eerdere ervaringen.
70

Schriftelijke verwerking door het kind. Het kind krijgt de beschikking over een “verwerkingsschriftje” dat op elk
gekozen moment door het kind kan worden ingevuld in en buiten de reguliere schooltijd om. Het gaat hier om een
vertrouwelijk instrument van kind en leerkracht. Het kind krijgt op die manier de gelegenheid de traumatische
ervaringen van zich af te schrijven/tekenen.
Hulp aan de pester:
De pesters hebben in ons pedagogisch stelsel ook recht op hulp, zij zijn niet in staat om op een normale wijze met anderen om te
gaan en hebben daar onze professionele hulp bij nodig. Die hulp kan bestaan uit de volgende activiteiten:






Een gesprek vanuit het protocol waarin ondubbelzinnig zal worden aangegeven welk gedrag niet geaccepteerd wordt op
de school. Dit gesprek wordt gevoerd als een slecht-nieuwsgesprek. Er wordt een schriftelijk verslag van gemaakt.
Een duidelijk afspraak voor een vervolggesprek op termijn ongeacht de ontwikkelingen en welke straf er zal volgen
indien het pestgedrag toch weer voorkomt.
Pestgedrag wordt binnen het team van de school gemeld zodat al het personeel alert kan reageren.
De ouders worden geïnformeerd van zowel de pester als het gepeste kind.
Van alle gesprekken met de pester en/of ouders worden verslagen gemaakt.
Indien deze activiteit geen oplossing biedt voert de leerkracht een aantal probleemoplossende gesprekken met de
leerling waarbij getracht zal worden de oorzaak van het pesten te achterhalen. Daarnaast proberen we de pester gevoelig
te maken voor hetgeen hij/zij aanricht bij het gepeste kind.
Als het pestgedrag blijft voortduren, roept de school externe hulp in.
Indien dit alles niet leidt tot een verbetering zal de ouders geadviseerd worden te kijken naar een andere school voor hun
kind.
Hulp aan de zwijgende middengroep en de meelopers.
De zwijgende middengroep is als eerder beschreven in dit stuk van cruciaal belang in de aanpak van het probleem. Als deze
groep eenmaal in beweging is gebracht, hebben kinderen die pesten veel minder te vertellen. Deze middengroep is eenvoudig
te mobiliseren, niet alleen door de leerkracht, maar ook door de ouders.
Hulp aan de ouders
Voor de ouders van het gepeste kind is het van belang dat de school ernst maakt met de aanpak van het pesten. Met de ouders
van het gepeste kind zal overleg zijn over de aanpak en de begeleiding van hun kind. De ouders van de pesters moeten
absoluut op de hoogte zijn van wat er met hun kind gebeurt. Zij hebben er recht op te weten dat hun kind in sociaal opzicht
bepaald zorgwekkend gedrag vertoont dat dringend verbetering behoeft.


De ouders van de zwijgende middengroep en de meelopers moeten zich bij de leerkracht kunnen melden als zij van
hun kind vernemen dat er een kind gepest wordt. Ook voor ouders moet een klimaat geschapen worden waarin het
duidelijk is dat de school open staat voor dit soort meldingen.
Ouders kunnen hun kinderen zeggen dat zij het verschrikkelijk vinden als kinderen elkaar pesten. Dat als hun kind
het ziet, het zeker niet mee moet pesten, maar stelling moet nemen. Indien het kind die stelling niet durft te nemen,
het altijd aan de ouders of aan de leerkracht moet vertellen. Praten over pesten is fundamenteel iets anders dan
klikken. Ouders kunnen hun kind daarin ondersteunen en begeleiden.
De belangrijkste regel van het pesten luidt:
Word je gepest, praat er dan thuis en op school over.
Je mag het niet geheim houden!!
Voor in de klas:
De 10 gouden regels vanuit het pestprotocol voor de kinderen zijn:
71
11.
12.
13.
14.
15.
16.
17.
18.
19.
20.
Je beoordeelt andere kinderen niet op hun uiterlijk.
Je sluit een ander kind niet buiten van activiteiten.
Je komt niet zonder toestemming aan de spullen van een ander kind.
Je scheldt een kind niet uit en je verzint geen bijnamen.
Je lacht een ander kind niet uit en je roddelt niet over andere kinderen.
Je bedreigt elkaar niet en je doet elkaar geen pijn.
Je accepteert een ander kind zoals hij of zij is.
Je bemoeit je niet met een ruzie door zomaar partij te kiezen
Als je zelf ruzie hebt, praat het eerst uit. Lukt dat niet dan meld je dat bij de overblijfkracht of de leerkracht.
Als je ziet dat een kind gepest wordt, dan vertel je dat aan de leerkracht of de overblijfmedewerker. Dat is dan
geen klikken!!!
Is er dan verschil tussen klikken en klagen?
Nou en of!!!
Bij klikken wil je dat de ander straf krijgt, bij klagen hoop je dat het ongewenste gedrag ophoudt!!
Schoolregels
Regels
1.
We lopen door de school.
korte uitleg
Dus niet rennen.
2.
We zijn én werken rustig op de gang en in de aula
met een aulakaart.
Dat geldt zowel voor het werken in gang en aula als bij het
verlaten van de klassen in de pauzes en op andere
momenten.
3.
We houden de bibliotheek netjes.
Boeken op de juiste plaats terugzetten.
4.
In de pauzes blijven we buiten.
5.
In de pauzes spelen we op het schoolplein.
Je mag alleen naar binnen met toestemming van de juf
(plassen, regen, etc.).
Dus niet bij de fietsenhokken of buiten het hek.
6.
We laten stokken gewoon liggen of geven ze aan
een juf.
Niet spelen met stokken!
7.
We hangen onze jassen en tassen netjes aan een
haakje op de gang.
Dus niet op de grond en alles gewoon aan één haakje.
8.
Op het schoolplein lopen we met de fiets aan je
hand (vanaf groep 5 komt je via het Hollands End)
en worden de fietsen in het rek gezet.
We houden de school en het schoolplein netjes.
9.
10. Onder schooltijd (dus ook tijdens de pauzes!) zijn
mobiele telefoons uitgeschakeld.
Spullen in de prullenbakken en op de juiste plek.
Leerkrachten geven ook het goede voorbeeld. Mobiele
telefoon wordt alleen gebruikt voor noodgevallen.
Sancties:
Bij overtreding van de regels blijf je 10 minuten na en doe je relevant ‘strafwerk’ (opruimen, vegen, extra werk, o.i.d.) naar eigen
inzicht van de leerkracht. Indien het ongewenste gedrag aanhoudt en sancties niet helpen, worden de ouders geïnformeerd door de
leerkracht (als leerkracht zelf het moment bepalen afgestemd op de mogelijkheden van het kind).
72
Bijlage 4
Internetprotocol
1. Inleiding
Het gebruik van computers is breed ingevoerd in het onderwijs. Computers zijn op vele manieren in te zetten. Het kan zich
beperken tot een remediërend medium, maar daarmee laat je veel kansen liggen. De Joseph Lokinschool kiest ervoor om de
computers breed in te zetten. In het “Beleidsplan ICT 2008-2012” staan niet alleen strategische doelen geformuleerd, maar
ook zeer concrete. Daaronder valt ook het werken met internet. Het behoeft geen betoog dat het gebruik van internet vele
voordelen biedt. Daarnaast zijn er natuurlijk ook de nadelige kanten van het gebruik.
Om de nadelige kanten van het gebruik van internet te beperken, zijn er meer mogelijkheden.
Filteren op kenwoorden; Hierbij worden alle worden die in relatie staan met seks, drugs, discriminatie en geweld uitgefilterd.
Maar dit filtert ook andere zaken uit. Met een dergelijke filtering valt ook het verkeersexamen uit of de sextant. De praktijk
wijst echter uit dat niet alles is uit te filteren. Het is een illusie te denken dat filtering de ideale oplossing is. Het zoeken naar
gegevens over konijntjes kan ook verkeerde sites opleveren.
Afschermen van gekende websites;
Er zijn mogelijkheden om bepaalde sites te blokkeren. Ook deze manier is verre van ideaal omdat sites zich vernieuwen,
verplaatsen enz.
Omdat steeds meer methodische software online wordt aangeboden, kan filtering of afscherming ook hier nadelen opleveren.
De school heeft ervoor gekozen een internetfilter te gebruiken. Dit filter werkt onmerkbaar in het netwerk en grijpt in,
wanneer leerlingen websites willen benaderen waar ongewenste zaken op voorkomen.
2. Protocol
Afspraken met kinderen

Geef nooit, zonder expliciete toestemming van de leerkracht, persoonlijke informatie door op Internet, zoals
namen, adressen en telefoonnummers;

Bij gebruik van een zoekmachine worden geen woorden gebruikt die te maken hebben met grof woordgebruik,
seks of geweld;

Downloaden van bestanden is niet toegestaan;

Chatten is niet toegestaan;

Online afspreken is niet toegestaan;

Vertel het je leerkracht meteen als je informatie tegenkomt waardoor je je niet prettig voelt of waarvan je weet dat
het niet hoort. Doe het beeldscherm uit en ga naar de leerkracht;

Leg nooit verdere contacten met iemand zonder toestemming van de leerkracht;

E-mail berichten mogen alleen met toestemming van de leerkracht verstuurd worden;

Verstuur bij e-mail berichten nooit foto’s van jezelf of van anderen;

Beantwoord nooit e-mail waarbij je je niet prettig voelt of waar dingen in staan waarvan je weet dat het niet hoort;

Spreek van te voren met de leerkracht af wat je op internet wilt gaan doen.
Afspraken met leerkrachten

Internet wordt gebruikt voor opbouwende educatieve doeleinden;

Sites die wij kinderen willen laten gebruiken worden eerst door de leerkrachten bekeken;

Er worden geen sites bekeken die niet aan onze fatsoensnormen voldoen;

Er wordt aan kinderen uitgelegd waarom zij bepaalde sites wel of niet mogen bekijken;

De leerkracht zorgt voor een omgeving waarin kinderen open kunnen vertellen wanneer zij op een ongewenste,
onbedoelde, site komen. Het is meestal niet hun schuld.

Regels en wetten met betrekking tot copyright worden in acht genomen;

Informatie die terug te voeren is op leerlingen mag niet op het openbare deel van het net terecht komen;

Namen in combinatie met foto’s van kinderen worden niet op het internet gepubliceerd. In voorkomende gevallen
alleen met toestemming van ouders.

Voor e-mail geldt ook het briefgeheim, maar op grond van hun pedagogische verantwoordelijkheid mogen
leerkrachten e-mail van kinderen bekijken.
Als een leerling zich niet aan het protocol houdt, vervalt daarmee het recht op internetgebruik voor een periode, die
door de leerkracht wordt aangegeven.
73
Bijlage 5
Schoolprofiel Joseph Lokinschool
Visie
De Joseph Lokinschool is een katholieke basisschool die voor alle betrokkenen een veilige, uitdagende en kwalitatief
hoogwaardige (leer) omgeving vormt, waar iedereen zich thuis voelt en kan ontwikkelen.
Onze ambitie is dat onze leerlingen de school verlaten als evenwichtige, verantwoordelijke en zelfredzame personen die met
vertrouwen in zichzelf en hun omgeving verdere stappen in hun ontwikkeling kunnen gaan maken.
Organisatie
De kinderen volgen gedurende acht jaar het onderwijs in hun eigen jaargroep. Meestal zijn twee jaargroepen gecombineerd tot één
groep.
De lesstof wordt klassikaal aangeboden. De kinderen krijgen, volgens een opbouwende doorgaande lijn, een dag- en/of weektaak.
We bieden structuur, regelmaat en veiligheid door goede afstemming en afspraken die schoolbreed gelden.
Kinderen leren op onze school zelfstandig te werken, verantwoordelijkheid te nemen, kritisch te kijken naar hun eigen werk en
gedrag (zonder anderen te “storen”). Een kind vertoont leeftijdsconform groepsgedrag en is aanspreekbaar en leerbaar in het
gedrag. De onderwijsbehoeftes van een kind moeten in balans zijn met de draagkracht van de groep, de leerkracht en de school.
Accenten in ons onderwijs zijn:

Onze school is de enige school in Ankeveen. De betrokkenheid van een ieder is groot. Er zijn regelmatig
samenwerkingsprojecten

Engels als tweede taal wordt op onze school geïmplementeerd. Vanaf 2011 is een deel van het team gestart met het
volgen van de opleiding tot docent in de Engelse taal en worden de Engelse lessen gedurende 1 jaar verzorgd door een
native speaker, waarna de (opgeleide) groepsleerkracht het overneemt.

Digitaal onderwijs: ICT vormt een belangrijke ondersteuning bij de lessen er zijn in alle groepen digitale schoolborden
(smartboards of touchscreens)

Ontwikkelingen naar een brede school (peuterspeelzaal en buitenschoolse opvang)
Aandacht voor alle leerlingen
Wij werken vanuit de leerdoelen die passend zijn bij het onderwijsaanbod van de groep. Deze onderwijsbehoeften van de
kinderen richten zich op leerdoelen van de vakgebieden, op sociaal-emotionele én werkhoudingsaspecten.
De leerstof wordt aangeboden volgens drie instructie/begeleidingsarrangementen al naar gelang de onderwijsbehoefte van een
kind. Dit gebeurt volgens de principes van handelingsgericht werken. Kinderen die aangeven de instructie te begrijpen kunnen
snel aan het werk met de hen opgegeven taken. Kinderen die meer instructie nodig hebben blijven in de instructiekring en krijgen
verlengde instructie. Voor de kinderen die meer aankunnen bestaat de optie om de leerstof te compacten en te verrijken met meer
uitdagend werk.
Wij maken gebruik van ICT-middelen: het digitale schoolbord biedt mogelijkheden om onze instructies visueel en auditief te
ondersteunen en softwareprogramma’s bieden mogelijkheid tot extra training en differentiatie.
Aandacht op maat
Bewust maakt onze school de keuze om personeel met name in de klas in te zetten en minder in de ondersteunende taken
daarbuiten. Ouders, leerkrachten en de intern begeleider volgen nauwlettend de ontwikkeling van de kinderen en bepalen de
specifieke behoeftes van een kind. Grotendeels wordt hier binnen de klas invulling aan gegeven. Kinderen met een
leerlinggebonden financiering krijgen ook buiten de groep remedial teaching en worden begeleid door een externe ambulant
begeleider.
Lezen is de belangrijkste vaardigheid die een kind in onze maatschappij nodig heeft. Daarom zetten we in op veel begeleiding
tijdens het proces van het leren lezen en spellen. We zijn een dyslexievriendelijke school. Ook zien wij veel mogelijkheden om
vaardigheden van kinderen te begeleiden en te ontwikkelen op het gebied van werkhouding en gedrag en het begeleiden van
kinderen met een visuele handicap. Ons team kent een aantal specialisaties op het gebied van rekenen, kanjertraining en de jonge
risico kinderen (JRK)
Op de Joseph Lokinschool hebben we gedurende één dagdeel in de week de beschikking over een coördinator leerlingzorg. De
begeleiding richt zich met name op leerlingen die problemen ondervinden in de sociale omgang, het emotionele vlak of in de
thuissituatie.
Bij de zorg voor de kinderen gaan we uit van de volgende stappen:

cyclisch handelingsgericht werken door de leerkracht in de groep aan de hand van groepsplannen
74



groepsbesprekingen / leerlingbespreking door leerkracht(en), intern begeleider, coördinator leerlingzaken / n.a.v.
oudergesprekken
individuele handelingsplannen (IHP) door leerkracht in overleg met ouders en intern begeleider
externe zorg (consultatie, diagnostiek, advies en begeleiding via het Nuyens Institute verbonden aan de Stichting
Verenigde J.A. Scholen Alberdingk Thijm) en overige hulpverlenende instanties)
75
Download