Nederlands vertaald Het verhaal van de Profeet Moesa / Koning

advertisement
Nederlands vertaald
Het verhaal van de
Profeet Moesa / Koning
Farao
Het verhaal van profeet Moesa / Koning Farao
Yacoeb en zijn familie verhuisden naar Egypte om bij Yoesef te wonen.
De mensen van Egypte hielden veel van hun gasten, dit bleef een lange tijd zo.
De Egyptenaren herinnerden zich hoe goed Yoesef en zijn familie en nakomelingen
voor hun waren.
Maar later veranderden de zaken, het gedrag van de nakomelingen van Yacoeb die
de Banoe Israa’iel (Kinderen van Israël) werden genoemd, raakte bedorven, en ze
hielden op met het aanbidden van Allah.
De bewoners van Egypte veranderden van houding tegenover Banoe Israa’iel.
Egypte kreeg een bijzonder tirannieke man als leider, Allah noemt hem in de
Koran Fir3awn (Farao).
Hij dacht dat zijn volk, de Kopten, een ras waren om te heersen en de Banoe
Israa’iel een ras om als slaven te dienen.
Alle mannelijke baby’s moesten dood
Op een dag gaf Fir3awn (Farao) het bevel om alle mannelijke baby’s te doden die
vanaf die dag geboren werden bij Banoe Israa’iel.
Hij gaf dit bevel omdat hij had gehoord dat Banoe Israa’iel zeiden, dat zij de
geboorte van hun verlosser verwachtten.
Deze verlosser zou Fir3awn en zijn aanhangers vernietigen.
Fir3awn probeerde op deze manier zijn troon en zijn aanzien bij zijn gemeenschap te
beschermen.
Hij maakte van Banoe Israa’iel slaven, zij moesten alles voor hem doen en hij deed
hen veel pijn.
Hij was bang dat de aankomende verlosser Banoe Israa’iel van hem zou bevrijden.
Hij beweerde dat hij god was, en hij was bang dat de aankomende verlosser niet in
hem zou geloven en dat zijn komst ook zijn einde zou betekenen.
Dus hij deed er alles aan om dit tegen te gaan.
Alle tirannen zijn zo; ze zijn altijd bereid iedereen te doden, zelfs baby’s, als ze maar
aan de macht blijven.
Maar als Allah iets wil, niemand kan dat tegenhouden, Allah had besloten dat deze
verlosser op een schitterende wijze werd gered.
Hij had besloten dat Moesa in leven zou blijven en dat hij in het huis van de Farao,
recht onder zijn eigen neus, zou worden opgevoed.
Moussa wordt grootgebracht door Fir3awn
De zwangerschap van de moeder van Moesa was Qawmoe Fir3awn (het volk van
Fir3awn, de Kopten) niet opgevallen.
Dit was een gunst van Allah, want het waren immers gevaarlijke tijden voor de
pasgeborenen van Banoe Israa’iel.
Toen de baby geboren werd openbaarde Allah aan de moeder van Moesa, hoe ze
hem kon beschermen als zij vreesde dat hij ontdekt zou worden: ze moest hem in
een kistje leggen en vervolgens het op de zee laten drijven.
De zee dreef het kistje met Moesa erin weg, het gleed over de Nijl tot aan het paleis
van de Farao waar men het kistje met de baby oppakte.
De vrouw van de Farao was zo erg onder de indruk van Moesa, dat zij er bij haar
echtgenoot op aandrong de baby niet te doden. Ze zei:
“Een verblijding van het oog voor mij en jou. Doodt hem niet, misschien zal hij ons
van nut zijn, of kunnen wij hem als een zoon nemen.” (Soerah al-Qassas: 9)
De moeder van Moesa stuurde Moesa’s oudere zus om te kijken wat er met hem is
gebeurd.
Maar Allah had voor Moesa bepaald dat hij terug zou komen bij zijn moeder.
De vrouw van de Farao ging namelijk op zoek naar een zoogvrouw voor Moesa.
Maar Moesa wilde van niemand borstvoeding hebben, totdat zijn zus naar de Farao
ging en zei:
“Zal ik jullie iemand laten zien die hem zal verzorgen?” (Soerah Ta Ha: 40)
Wij brachten jou dan bij je moeder terug, zodat haar oog verblijd zou worden en dat
zij niet bedroefd zou zijn. (Soerah Ta Ha: 40)
Moesa doodt een man uit het volk van Fir3awn
Moesa groeide op in het paleis van de Farao tot een slimme en bekwame man.
Op een dag liep Moesa op straat en zag twee mannen met elkaar vechten, een
Egyptenaar en een Israëliet.
De Israëliet vroeg Moesa om hulp, dus sloeg Moesa de Egyptenaar één keer met zijn
vuist en hierdoor overleed de man.
Moesa wilde de Egyptenaar niet doden, maar hij was zo sterk dat deze ene klap hem
al doodde.
Moesa betreurde het dan ook zeer en was berouwvol en bad tot Allah dat Hij hem
zou vergeven, dit deed Allah ook.
De geruchten hadden het paleis van de Farao al bereikt dus besloot Moesa voor zijn
leven te vluchten.
Moesa vlucht naar Madyan
Moesa vluchtte uit Egypte en kwam aan in Madyan, de stad van de Profeet Sjoe3aib.
De mensen daar waren Arabieren, hij was erg moe van het reizen dus rustte Moesa
uit onder een boom vlak bij een waterput.
Moesa zag daar twee vrouwen, die ook hun schapen te drinken wilden geven.
Maar ze konden het water uit de put niet bereiken, Moesa hielp hen toen om het
water aan hun kudde te geven.
Toen de vrouwen thuiskwamen vertelden ze hun oude vader, Sjoe3aib wat er was
gebeurd.
Hij stuurde één van hen terug om Moesa uit te nodigen bij hun thuis.
Later bood de vader één van z'n dochters aan Moesa om mee te trouwen.
Moesa accepteerde dit aanbod en leefde naderhand een gelukkig leven met zijn
familie en de oude vader bij de put.
Moesa bleef voor een periode van ongeveer tien jaar bij Sjoe3aib.
Na deze periode vertrok Moesa met zijn familie.
Op een avond verdwaalde hij in een donkere nacht, hij zag een vuur in de richting
van een berg.
En zei tegen z’n familie dat ze achter moesten blijven, waarop hij in z’n eentje
besloot om het vuur te naderen.
Toen hij in de vallei van Toewwa was aangekomen, zag hij iets vreemds.
Een struik dat in brand stond, toen Moesa dichterbij kwam hoorde hij een stem:
“O Moesa’’, zei de stem, “Ik ben Allah”
De stem droeg hem vervolgens op naar de mensen te gaan, en hun te vertellen dat
er maar een god is, namelijk Allah die hen geschapen heeft.
Daarom moeten ze dankbaar zijn en alleen tot hem bidden en streven om goede
daden te doen.
Verder zei Allah tegen Moesa dat hij zijn broer Haroen mee moest nemen en naar
Fir3awn en z’n volk moesten gaan.
Om hem de boodschap van Allah door te geven.
Moesa gaat naar de Farao
Moesa kreeg van Allah twee tekenen mee, zijn staf veranderde in een slang als
Moesa het op de grond gooide en als hij zijn hand onder zijn arm plaatste, dan werd
het wit en begon het te stralen.
Moesa was bang om terug te gaan omdat hij juist was gevlucht uit Egypte toen hij
iemand had gedood. Allah zegt hierover in de Koran:
En (gedenk) toen jullie Heer Moesa riep en zei: “Ga naar het volk dat onrechtvaardig
is, het volk van de Farao.
Zullen zij Allah dan niet vrezen?” Hij zei (Moesa): “Mijn Heer! Waarlijk, ik vrees dat zij
mij zullen loochenen, en mijn borst is beklemd en mijn tong drukt zich niet goed uit.
Laat Haroen dus meekomen.
En zij beschuldigen mij van een misdrijf, en ik ben bang dat zij mij zullen doden.”
Allah zei: “Nee! Gaan jullie beiden met Onze tekenen. Waarlijk Wij zullen bij jullie
zijn, luisterend.
En wanneer jullie beiden tot de Farao komen, zeg: “Wij zijn de Boodschappers van
de Heer van de werelden laat de kinderen van Israël met ons meegaan.”
Hij (Farao) zei: “Hebben wij jou niet als een kind van ons opgevoed? En jij hebt vele
jaren van je leven bij ons gewoond. En je hebt je daad gepleegd, die je gedaan
hebt (iemand vermoord). En jij bent één van de ondankbaren.” Moesa zei: “Ik heb
het gedaan toen ik onwetend was. Dus vluchtte ik van u, want ik was bang voor u.
Maar mijn Heer heeft mij wijsheid gegeven en mij als één van de Boodschappers
aangewezen. En dit is de vroegere gunst die u mij bewees; dat u de kinderen van
Israël tot slaven heeft gemaakt. (Soerah as-Shoe3araa’: 10-22)
Moesa ging naar Egypte en vertelde Farao over de Enige echte God, Allah, de Heer
van de werelden.
Hij vertelde hem, dat hij de Boodschapper van Allah was en dat hij samen met zijn
broer Haroen was gestuurd.
De Farao werd erg boos en begon te dreigen.
Hij (Farao) zei: “Als je een god buiten mij neemt, zal ik je zeker onder de
gevangenen plaatsen.” Moesa zei: “Zelfs als ik u iets duidelijks breng?” Farao zei:
“Breng het dan, als je één van de waarachtige bent!” Dus gooide Moesa zijn staf en
het werd een duidelijke slang.
En hij stak zijn hand uit en die werd wit voor alle toeschouwers. (Soerah asShoe3araa: 29-33)
Maar in plaats van dat de Farao Moesa zou geloven, maakte hij hem uit voor een
tovenaar.
De Farao liet de beste tovenaren uit het hele land bijeenkomen om te laten zien dat
zij ook dezelfde trucjes als Moesa konden.
Alle mensen werden verzameld op de dag van het feest.
De tovenaren hadden touwen en stokken meegenomen en door hun toverkunst leek
het net of het echte slangen waren.
Maar Allah openbaarde aan Moesa:
“Vrees niet! Zeker, jij zal de overhand hebben, en gooi dat wat in jouw rechterhand
is! Het zal wat zij gemaakt hebben inslikken.
Wat zij gemaakt hebben is slechts de truc van een tovenaar en de tovenaar zal nooit
slagen, hoeveel vaardigheid hij ook krijgt.” (Soerah Ta Ha: 68-69)
Toen Moesa zijn staf op de grond gooide veranderde de staf in een slang en at toen
alle ‘slangen’ op die de tovenaars hadden gemaakt.
De tovenaars waren diep onder de indruk en zeiden: “Wij geloven oprecht in Allah
die Moesa heeft gestuurd als Zijn Profeet.
Allah bestaat echt en is terecht machtiger dan een ieder van ons”.
Farao was woedend en zei:
“Geloven jullie in hem (Moesa), voordat ik jullie toestemming geef om erin te
geloven.” (Soerah al-A3raaf: 123)
“Ik zal zeker jullie handen en voeten aan tegengestelde kant afhakken, dan zal ik
jullie allen kruisigen.
Zij (de voormalige tovenaars) zeiden: “Voorwaar tot onze Heer keren wij terug.
En jij neemt slechts wraak op ons, omdat wij in de tekenen van onze Heer geloven,
toen zij ons bereikten.
Onze Heer! Schenk ons geduld en laat ons als moslims sterven.” (Soerah al-A3raaf:
124-126)
Deze tovenaars waren aan het begin van de dag nog veelgodenaanbidders en
stierven aan het einde van de dag als martelaren!
De Farao werd steeds volhardender in zijn ongeloof en hij spotte met Allah en zijn
Boodschapper Moesa toen hij zei:
“O Haman! Bouw voor mij een toren zodat ik de poorten kan bereiken.
De poorten van de hemelen zodat ik de God van Moesa kan zien, maar waarlijk ik
denk dat hij een leugenaar is.”(Soerah Ghaafier: 36-37)
Moesa kwam in totaal met wel negen tekenen, maar het volk van Egypte wilde maar
niet geloven. De tekenen van Moesa waren:
1. Zijn staf
2. Zijn hand dat wit werd en straalde
3. Jaren van droogte en watertekort
4. Een tekort aan oogst
5. Epidemieën onder de mensen en de dieren
6. Een sprinkhanenplaag
7. Een luizenplaag
8. Een kikkerplaag
9. Het water van de Nijl veranderde in bloed
Moesa kwam met twee eisen naar de Farao (Fir3awn), de eerste was dat de Farao
en zijn mensen moesten stoppen met het onderdrukken van de kinderen van Israël
en dat zij in Allah moesten geloven.
Als tweede kwam hij de kinderen van Israël uit Egypte halen.
Keer op keer dat de Egyptenaren werden getroffen door een ramp beloofden zij
Moesa beterschap en vroegen zij hem om aan Allah te vragen om de betreffende
ramp te laten stoppen.
Maar zij bleven hun beloften maar breken.
Moesa en de kinderen van Israel verlaten Egypte
Na al deze pogingen gaf Allah aan Moesa de opdracht om de Israëlieten ’s nachts
mee te nemen en Egypte te verlaten.
Toen de Farao erachter kwam dat Moesa met de kinderen van Israel op de vlucht
was geslagen werd hij woedend en riep een groot leger soldaten bij elkaar die hij zelf
aanvoerde.
De zee splijt in tweeën
Toen Moesa de Rode Zee bereikte kwamen de Farao en z'n soldaten achter hen aan.
Moesa sloeg met zijn staf op het water, zodat hij en z'n volk door het midden van de
zee konden vluchten.
De Farao ging samen met zijn leger Moesa achterna.
Terwijl Fir3awn en z'n soldaten nog steeds over de bodem van de zee reden en
Moesa veilig aan de andere kant was aangekomen.
Gaf Allah opdracht aan de zee om terug te stromen en zo verdronken de Farao en
zijn soldaten. Allah zegt hierover in de Koran:
En Wij namen de kinderen van Israel dwars door de zee en de Farao volgde met zijn
leger uit onderdrukking en vijandigschap.
Toen hij (Fir3awn) verdronk zei hij; “Ik geloof, dat niemand het recht heeft om
aanbeden te worden behalve Hij (Allah), in wie de kinderen van Israël geloven en ik
ben één van degenen die moslim zijn.
” Nu pas, terwijl je eerder weigerde te geloven en je tot de verderfzaaiers behoorde.
Deze dag zullen wij dus je (dode) lichaam (uit de zee) brengen, zodat je een teken
zult zijn voor degenen die na jou komen!”
(Soerah Yoenes: 90-92)
Moge Allah ons standvastig
maken, en onze weg
verlichten naar de Djennah
Download