Bart Peeters over Robert Mosuse

advertisement
Bart Peeters over Robert Mosuse: liever stralende
popster dan zieke mens
Print dit artikel
“Dames en Heren, ik zou durven zeggen... Hier is de Robert!” Met die woorden introduceert frontman Bart
Peeters op de live-cd van The Radio’s zijn kompaan Robert Mosuse. Mosuse demonstreert op de cd zijn
zangtalent in het ultieme zomerliedje 'She Goes Nana'. Sinds 20 april 2000 is 'de Robert' er niet meer.
Amper 30 jaar jong, knap en getalenteerd, één en al pop-attitude, gesloopt door een hersentumor. “Meer
nog dan een icoon in de popmuziek, is Robert uitgegroeid tot een symbool van zelfaanvaarding”: Bart
Peeters over het afscheid van een vriend.
Tekst: Marc Peirs, uit Leven 9, januari 2001
“Ik herinner me de meest bizarre voorvallen... Bij een optreden in 1989 zetten we een heel psychedelisch
nummer in , '26 Guitars of Love', en Robert slaakt een oerschreeuw van jewelste en maakt een on-ge-loof-lijke
sprong. Het publiek ging meteen uit zijn dak, en ik dacht “Wáw! ’t Gaat hier stuiven!”. Dan zie ik Robert vallen.
Páts op het podium. Dat was zijn eerste epileptische aanval tijdens een optreden. We hebben het concert
noodgedwongen stilgelegd.”
“Die epilepsie, dat was omdat Robert 'een bolleke' in zijn hoofd had. Een 'bolleke', niet kwaadaardig en het groeit
niet... Dat was hoe we erover spraken. Tenminste, áls er over werd gepraat. Popmuzikanten zijn harde gasten,
hé. Het is absoluut niet cool om uitgebreid te citeren uit je medische dossier. Er deed zo’n indianenverhaal de
ronde: dat Robert als kind uit een perenboom was gevallen, en dat het daardoor kwam (lacht)... Kanker? Dat
woord was taboe.”
“Zijn broer Ronny heeft het perfect raak geformuleerd op de begrafenis: “Als Ziek Mens zou Robert nog meer
aandacht hebben gekregen dan als Stralende Popster. Dat wou hij niet. Maar het wordt helemaal bizar als ziekte
wordt gemaskeerd en afgedekt door ‘popsterrengedrag’.” Dat was precies wat er gebeurd is. Kwam hij een uur te
laat voor een optreden, dan leek dat voor de buitenwereld typisch de kapsones van een popster. Wij wisten beter.
Robert had zoveel mogelijk slaap nodig. Dáárom kwam hij te laat, dáárom reed hij niet mee met het
muzikantenbusje maar liet hij zich voorrijden in een chique Mercedes met geblindeerde ramen, dáárom wou hij
soms geen extra bisnummer weggeven,… omdat hij te ziek was. Terwijl dat gedrag perfect past in het imago van
de ‘arrogante popster’. Robert wou altijd de Stralende Popster zijn. Niet de Zieke Mens. Een tussenweg was er
niet.”
“Robert was gráág popster. Hij was bijvoorbeeld een womanizer eerste klas: als het warm was, trok hij al eens
een kledingstuk uit op het podium, en als het minder warm was ook (lacht). Robert was een trotse mens die nooit
met zijn miserie te koop liep. Zelfs binnen de groep niet. Vroegen we hem hoe het ging, dan bromde hij iets als
'Die fuckin' pillen'... En daar bleef het bij. Die pillen moest hij slikken om zijn epilepsie te onderdrukken. Toch
kreeg hij vaak een aanval tijdens een optreden. Dan stapte hij het podium af, en de andere Radio’s namen
routineus zijn zangpartij over – alsof het zo hoorde. Bij een optreden in Groningen keek Robert het publiek in en
schreeuwde 'Goeie avond, Sint-Niklaas!' Een ironische grap van een verwende popster die niet de moeite doet
om te kijken waar de band optreedt? Zo leek het, voor de buitenwereld. Maar die pillen brachten zijn geheugen
soms zo in de war dat we de naam van de stad waar we optraden, op een briefje noteerden en dat naast de
playlist op het podium legden. Die pillen, die doen rare dingen met een mens. “
“De laatste maanden, toen Robert in het ziekenhuis lag, dat was ráár. Meestal hing er een heel sterke down-toearth sfeer. Kletsen over muziek, Robert plaatjes laten horen die hij graag nog eens wou beluisteren, grappen
maken en lachen… Terwijl iedereen wist, en Robert nog best van allemaal, dat hij nog hooguit drie maanden te
leven had. Hij had de dokters gevraagd om volledige en correcte informatie. En aan het einde wou hij op zijn
beurt het publiek en de collega-artiesten inlichten over zijn ziekte. Vandaar een afscheidsinterview in Humo. Hoe
filosofisch hij toen over zijn ziekte en zijn dood praatte, prachtig. “Ik heb een goed leven gehad”, vertelde hij, “dus
waar zou ik me druk over maken?” Het régende brieven. Echt waar, duizenden mensen hebben die woorden
gewaardeerd… Robert is, laat dat duidelijk zijn, de beste zanger die dit land ooit heeft gekend. Hij was Marvin
Gaye en Otis Redding in één. Maar nog meer dan een icoon uit de pop, is hij uitgegroeid tot een symbool van
zelfaanvaarding.”
“Ik geef toe: de eerste keer dat ik Robert in zijn ziekbed opzocht, had ik lood in de schoenen. Ik had geen idee
hoe me te gedragen. Maar ik zag de kracht van Roberts vriendin Eleni, en de manier waarop Ronny alle
praktische dingen regelde, als een rots in de branding, en de kracht van Robert zelf… ik was meteen
gerustgesteld. Eén keer heb ik me verschrikkelijk geschaamd. Robert had een tekst geschreven – iets heel
fantasierijks, met zwevende varkens en zo (lacht) - en aan het eind stond ‘Wordt vervolgd. In een andere tijd, op
een andere plaats”. Ik las dat, en ik ben in tranen uitgebarsten. Ik schaamde me rot. Ik, janken, terwijl Robert zelf
zijn emoties zo goed onder controle kon houden… Later vroeg ik aan zijn vriendin: “Maar is die nu écht altijd zo
sterk?” Eleni antwoordde zacht: “Bij mij niet…”. Bij haar kon de krijger zijn harnas afleggen. Dat wens je iedereen
toe: een geliefde bij wie je het harnas kan afleggen.”
“Het is gek. Je kan denken dat je iemand goed kent, maar als collega’s voer je eigenlijk nooit diepe gesprekken,
over leven en dood en zo…Met Robert ben ik in die laatste maanden wel tot dergelijke gesprekken gekomen.
Robert keek de dood recht in de ogen en zelf had ik recent ook nogal wat ervaring met de dood dichtbij mij. Mijn
vader heeft tussen en leven en dood gezweefd na een hartoperatie die hij onderging tijdens een behandeling
tegen kanker. Mijn schoonmoeder is gestorven aan kanker. En mijn vrouw Anneke was een derde keer zwanger,
maar het kindje was niet levensvatbaar. Al die dingen zetten me aan het denken. Ik ben bijvoorbeeld volledig
popster áf. Meer nog, mijn nieuwe muzikale richting, die zich tot nu toe in geheime zolderkamertjes afspeelde, dat
is Nederlandstalige liedjes maken, met als vertrekpunt: ik ben veertig, en ik heb een gezin met twee kinderen…
Allemaal heel kwetsbaar en broos. En eerlijk. Ik vind: wie je bent en wat je doet, laat dat alsjeblief samenvallen.
Eén op één.”
“Robert heeft zijn eigen begrafenis geregeld. En Ronny heeft het draaiboek perfect uitgevoerd. Het begon al met
de lokatie: de katedraal van Antwerpen. Mijn eerste reactie was er één van pure verbazing: ‘Pardon? De
katedraal van Antwerpen?’ (lacht). Maar het klopt natuurlijk helemaal met zijn leven: een Echte Popster wordt
dáár begraven. Ronny had 800 bidkaartjes laten drukken. Maar er kwam meer dan 2.000 man opdagen! Ook de
muziek heeft Robert zelf gekozen. Aan het eind klonk zijn eigen stem door de boxen met ‘Teardrops’. De roadies
(de mannen die zorgen voor het materiaal van een popgroep, nvdr) droegen de kist naar buiten. Want: ‘We
hebben zijn hele leven met zijn koffers gezeuld. Dan dragen we ook zijn laatste koffer’.”
Enquête: Kiezen en verliezen: grenzen aan het leven
1) Is er al iemand van jouw familie of jouw naaste vriendenkring gestorven?
 Ja
2) Wie?
3) Wat het een plotse dood of eerder verwacht?
4) Hoe werd er thuis omgegaan met het verdriet? Werd er over gepraat?
5) Denk je er nog vaak aan terug?
 Neen
6) Sta je er soms bij stil dat je iemand kan verliezen?
7) Denk je af en toe na over de dood? (van jezelf of van vrienden of familie?)
8) Als mensen geconfronteerd worden met kanker, moet de behandeling dan altijd
worden gestart? Ook als er maar 0,1% kans is op slagen? Of zou men dan meer tijd
moeten besteden aan het helpen aanvaarden van de ziekte en de dood?
Download