Datum: 7 november 2016 Ref.: 161107/JV/JS/adh Belangrijke risico informatie: advies over het risico op suïcidale gedachten en suïcidaal gedrag tijdens behandeling met apremilast (Otezla®) Geachte heer/mevrouw, In overleg met het Europese geneesmiddelenagentschap (EMA), het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) en de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) wil Celgene u informeren over het volgende: Samenvatting • Er zijn gevallen van suïcidale gedachten en suïcidaal gedrag gezien tijdens behandeling met apremilast bij patiënten met en zonder een voorgeschiedenis van depressie. Dit gebeurde in klinische onderzoeken bij 1 tot 10 op de 1.000 patiënten en als postmarketing meldingen. Daarnaast zijn er meldingen van voltooide suïcide bij patiënten die behandeld werden met apremilast. Aangepaste adviezen: • Beoordeel de balans tussen risico’s en werkzaamheid van behandeling met apremilast zorgvuldig bij: o patiënten met een voorgeschiedenis van psychiatrische klachten o patiënten die geneesmiddelen gebruiken die psychiatrische klachten kunnen veroorzaken • Stop de behandeling met apremilast wanneer: o patiënten nieuwe of verergerende psychiatrische klachten ervaren o er suïcidale gedachten of suïcidaal gedrag bij de patiënt wordt geconstateerd • Instrueer patiënten en verzorgers de voorschrijvende arts te informeren over elke gedrags- of stemmingsverandering en over elk symptoom van suïcidale gedachten De informatie voor professionele zorgverleners in de samenvatting van de productkenmerken (SmPC) en informatie voor patiënten in de bijsluiter van apremilast worden met deze nieuwe informatie aangepast. Aanvullende informatie Otezla (apremilast), alleen of in combinatie met DMARD’s (disease-modifying antirheumatic drugs), is geïndiceerd voor de behandeling van actieve arthritis psoriatica (PsA) bij volwassen patiënten die een onvoldoende respons hebben vertoond op of intolerant waren voor een eerdere DMARD-therapie. Het is ook geïndiceerd voor de behandeling van matige tot ernstige chronische plaque-psoriasis bij volwassen patiënten die geen respons hebben vertoond op of die een contra-indicatie hebben voor, of die intolerant zijn voor een andere systemische behandeling, zoals cyclosporine, methotrexaat of PUVA (psoraleen en ultraviolet-A-licht). Symptomen van suïcidaal gedrag en depressie komen vaker voor bij patiënten met psoriasis en psoriatische artritis dan bij de algemene populatie. Klinische onderzoeken en postmarketing ervaring suggereren echter een causaal verband tussen suïcidale gedachten en suïcidaal gedrag en het gebruik van apremilast. Deze conclusie is gebaseerd op een grondige beoordeling van de beschikbare data. Beschikbare gegevens over suïcidale gedachten en suïcidaal gedrag: • Vanaf de introductie tot 20 maart 2016 werden wereldwijd ongeveer 105.000 patiënten blootgesteld aan apremilast. Tijdens deze postmarketing periode zijn er 65 gevallen van suïcidale gedachten en suïcidaal gedrag als mogelijke bijwerking gemeld. Hieronder waren 5 voltooide suïcides, 4 suïcidepogingen, 50 gevallen van suïcidale gedachten, 5 gevallen van suïcidale depressie en 1 geval van suïcidaal gedrag. In 32 van de 65 gevallen, waarover de informatie beschikbaar was, rapporteerden de patiënten verbetering na het stoppen met de behandeling. • In klinische onderzoeken werd een lichte disbalans van symptomen van suïcidale gedachten en suïcidaal gedrag waargenomen bij patiënten die werden behandeld met apremilast ten opzichte van een placebo. Beschikbare gegevens over depressie: • Er is een aantal postmarketing meldingen van depressie als mogelijke bijwerking gerapporteerd, waarvan sommige ernstig. • In klinische onderzoeken werd een disbalans van gevallen van depressie waargenomen bij patiënten die werden behandeld met apremilast ten opzichte van een placebo. Melden van bijwerkingen ▼ Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Voor het snel onderkennen van bijwerkingen blijven spontane meldingen van groot belang. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. In Nederland kunt u vermoede bijwerkingen melden bij het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb. U kunt daarvoor gebruik maken van het meldingsformulier dat u op internet kunt vinden (www.lareb.nl) en via het Farmacotherapeutisch Kompas. Bijwerkingen kunnen ook altijd gemeld worden bij de houder van een handelsvergunning van het product. Contactinformatie Indien u vragen heeft of meer informatie wenst met betrekking tot Otezla, kunt u contact opnemen met de afdeling Medische Informatie van Celgene B.V., rechtstreeks te bereiken via telefoonnummer: 030 - 284 45 25, e-mail: [email protected]. Met vriendelijke groet, Celgene B.V. Jeroen Vree Sr. Manager, Regulatory Affairs Jeroen Stevens Medical Director a.i. Zorgverleners aan wie de brief is geadresseerd (doelgroepen): Reumatologen, inclusief in opleiding Dermatologen, inclusief in opleiding Ziekenhuisapothekers, inclusief in opleiding Verpleegkundig Specialisten Reumatologie en Dermatologie, inclusief in opleiding