Samenvatting Hoofdstuk 3 Pruiken en revoluties Hoofdvraag: Wat werd er met de idealen van de Verlichting gedaan? 3.1 De Verlichting Deelvraag: Welke invloed had de wetenschap op het denken over staat en maatschappij? De wetenschappers gebruikten nieuwe technieken: observatie en experimenten. Hierdoor ontwikkelde de wetenschap. Ze begonnen te beseffen dat er allerlei natuurverschijnselen aan natuurwetten gebonden. Door de Verlichting nam het vertrouwen in het verstand toe. Rousseau noemde de rechten die iedereen had de Natuurlijke rechten. De Algemene Wil was de wil van het volk. Het drinken van koffie werd populairder en welgestelde mannen ontmoeten elkaar in de koffiehuizen. Rijke dames organiseerden thuis in hun salon ontvangsten. De Encyclopédie werd veel gelezen. Ook de mensen uit lagere standen lazen deze maar dan via pamfletten. 3.2 Overal onrust Deelvraag: Welke invloed had de Verlichting op de Atlantische revoluties? De kolonisten in Amerika wilden een eigen staat hebben, dit mocht niet van Engeland die daar de baas was en stuurde een leger, zo begon de Amerikaanse vrijheidsoorlog. Toen de Verenigde Staten niet meer deel uit maakten van Amerika hadden zij tien deelstaten die samen een federatie vormden. Toen er opstand kwam vergaderde de derde stand samen en noemden zichzelf de Nationale Vergadering. Zij begonnen met het opstellen van de Rechten van de Mens en de Burger. Lodewijk XVI werd afgezet en onthoofd onder de guillotine. De Radicalen grepen de macht onder leiding van Robespierre. Die later bekend stond als de Terreur. 3.3 Europa en de revolutie Deelvraag: Welke gevolgen had de Franse Revolutie voor Europa? De staat stelde de dienstplicht. Eén van de belangrijkste generaals van het leger was Napoleon Bonaparte die in 1799 een staatsgreep deed. Hij nam de macht met drie andere mannen, samen vormden zij het Consulaat. De Code Napoleon was het belangrijkste wetboek en bestond uit: het Burgerlijk Wetboek wat vaststelde wat de regels waren voor de burger, het Wetboek van Strafrecht, hierin stond wat er strafbaar was en tot slot het Wetboek van Koophandel voor de regels van de kooplieden. Ook werd er het decimale stelsel ingevoerd, zoals de meter. De mensen die geen vernieuwing wilden waren Conservatieven. 3.4 Vrij mens of slaaf? Deelvraag: Welke invloed had de Verlichting op de afschaffing van de slavernij? Er waren mensen in Engelse koloniën die als contractarbeider ging werken. De slaven die werden gekocht op een slavenmarkt moesten voor planters werken. De eerste georganiseerde beweging voor de afschaffing van de slavernij die stroming noemen we het abolitionisme. 3.6 Revoluties en mensenrechten Deelvraag: Hoe beïnvloedde de Franse Revolutie de ontwikkeling van burger- en mensenrechten? De VN oftewel Verenigde Naties werden na de tweede wereldoorlog opgericht. Hoewel zij de mensenrechten maakten, na het aanvaarden van de Universele Verklaring van de Rechten van de mens was er toch vrijheid voor ieder mens. Door oorlogen proberen ze hun land terug te winnen als zo’n vrijheidsstrijd slaagt nemen nieuwe leiders de macht over. 3.7 Bataven en prinsgezinden Deelvraag: Hoe werd de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden het Koninkrijk der Nederlanden? De staatsgezinden wilden de macht van de stadhouder beperken. Daartegen over stonden de prinsgezinden die wel voor een sterke stadhouder was. De patriotten waren Nederlandse mensen die voor de Verlichting waren. Met hulp van de Fransen veroverden de patriotten alsnog een deel van de Republiek en stichten de Bataafse Republiek. De Bataafse Republiek werd een eenheidsstaat. De prinsgezinden kregen de Oranjemonarchie.