17.06 Maggie De Block (Open Vld): Het onderdeel werkgelegenheid beoordelen wij positief. De verminderingskaart voor werknemers van ondernemingen in faling krijgt een structureel karakter, de elektronische aangifte voor de melding van tijdelijke werkloosheid wordt verplicht en de erkenningvoorwaarden in het stelsel van de dienstencheques worden strenger. We juichen deze vereenvoudigingen toe. Wij zijn ook verheugd over het programma „Back to work‟, dat werk maakt van de reïntegratie van arbeidsongeschikten en invaliden in het arbeidsproces. Het is beter dat deze mensen deeltijds het werk kunnen hervatten. Dat is belangrijk voor hun professionele ambities en voor hun plaats in het gezin en de maatschappij. Er moet nog verduidelijkt worden hoe de minister een deeltijdse baan, gecombineerd met een deeltijdse uitkering, op permanente wijze wil regelen. Er werd lang gedebatteerd over het afromen van de PWA-reserves. Dat werd beslist bij de begrotingsopmaak 2010-2011, tegelijkertijd met het win-winplan van minister Milquet, die jammer genoeg niet aanwezig is. Na een nogal betwiste studie van Ernst & Young werd beslist gewoon de helft van die reserves af te romen. Het gaat om federaal geld. Dat kan nu niet gauw even via een amendement aan lokale werkgelegenheidsinitiatieven worden besteed. Wel moeten we PWA per PWA nagaan of dit het PWA niet in financiële problemen brengt. 17.07 Hans Bonte (sp.a): De aanwezigheid van minister Milquet zou inderdaad nuttig zijn, omdat ze in de commissie gesproken heeft over een aantal stappen die ze zou zetten bij de regering. We moeten nu feedback krijgen. (De vice-eersteminister, minister van Werk en Gelijke kansen, komt binnen in het halfrond) 17.08 Maggie De Block (Open Vld): Ik verwelkom de minister. Blijkbaar was ze vragen aan het beantwoorden in een andere assemblee, wat meteen bewijst hoe nuttig ons stelsel is. In de commissie heeft de minister aangekondigd dat ze een andere regeling zou overwegen en dit te bespreken op het kernkabinet. Wat is het resultaat? Het geld dat afgeroomd wordt, dient om het winwinplan te financieren. Mijn vraag was om per PWA na te gaan welk deel van het budget het kan missen, wat kan worden teruggeven aan de federale Staat zonder dat de werking in het gedrang komt. Wij zijn het er allemaal over eens dat het geld dat de minister voor tewerkstelling zal gebruiken, even nuttig zal zijn als wanneer het voor een ander niveau bestemd zou zijn. Het gaat om federaal geld en als het niet door middel van een PWA gebruikt wordt, dan moet het ook niet voor de lokale tewerkstelling bestemd worden. Bij de bespreking van de programmawet in de commissie werd de nood aan hervormingen op de arbeidsmarkt nogmaals aangetoond. We moeten dringend evolueren naar een moderne arbeidsorganisatie die gericht is op een verhoging van de werkzaamheidsgraad en langer werken. Zal de minister het bijvoorbeeld mogelijk maken dat gehandicapten en chronisch zieken deeltijds werken en een deeltijdse uitkering genieten? Als men nog langer de ogen sluit voor de noodzaak van grondige sociaaleconomische hervormingen, dan pleegt men schuldig verzuim. Zowel de gouverneur van de Nationale Bank als de Europese Commissie hebben aangedrongen op structurele reconversiemaatregelen. Wij moeten de toekomst veilig stellen, onze concurrentiepositie verbeteren, onze activiteitsgraad verhogen. Zelfs de overheidspensioenen komen nu in gevaar omdat er niet genoeg mensen werken. We moeten een mentaliteitswijziging realiseren, zodat mensen ook een beetje langer willen werken. Er is nood aan een hervormingsplan dat voorrang geeft aan werkgelegenheid, zonder taboes. Degressiviteit van werkloosheidsuitkeringen moet gepaard gaan met een verhoogde activering van werkzoekenden. Langdurig werklozen moeten niet naar het OCMW geloodst worden, maar naar een job. Om een activiteitsgraad van 73,2 procent te realiseren, moeten tegen 2020 een half miljoen mensen meer aan de slag. Dat is een immense opdracht. De loonkostenverlaging wordt terecht eerst toegepast op de lage lonen, want het zijn precies die mensen die afwegen of zij voor wat extra geld gaan werken of liever van een uitkering blijven leven. De economische groei blijkt hoger te zijn dan voorspeld, maar dat mag er niet toe leiden dat wij passief blijven. We moeten de overheidsfinanciën op orde krijgen en de mensen duidelijk maken dat structurele hervormingen onvermijdelijk zijn en dat onze tewerkstellingsgraad moet toenemen. Wie het tegengestelde beweert, liegt. Wie beweert dat de hervormingen onze sociale zekerheid willen afbouwen, liegt nog meer. (Applaus bij Open Vld) 17.15 Minister Joëlle Milquet (Nederlands): Sommige uitlatingen hier hebben wij ook al in de commissie gehoord. Het geld komt van de RVA en het is dus federaal geld. Het gaat niet om een belasting, het is een eenmalige heffing. De grondwettelijkheid van onze maatregel is door het Grondwettelijk Hof bevestigd. Wij hebben ook een verschillende mening over aanvullende maatregelen voor de toekomst. Ik ga ermee akkoord dat er aanvullende maatregelen nodig zijn voor een betere betrokkenheid van de PWA‟s in de werkzaamheden van de VDAB, FOREM of Actiris en betere onderlinge betrekkingen. Het regeringsstandpunt blijft hetzelfde: het geld zal worden gebruikt voor de financiering van het win-winplan. (Uit Beknopt Verslag, Plenaire, 16/06/2011, in de namiddag)