DE AVOND VAN DE RAAD Programmatafel Woerden Jong CONCEPT (2) VERSLAG - Initiatiefvoorstel probleemjongeren - Voorstel Leonardoschool a. b. c. d. Datum: 8 november 2007 aanvang: 20:00 uur einde: 21:00 uur Aanwezig namens de Raad Raadsleden en fractieassistenten De heer Van Dam (CDA) (punt Leonardoschool) Mevrouw Streng (CDA) De heer Arbarkane (Progressief Woerden) De heer Van Geelen (Progressief Woerden) (punt Leonardoschool) De heer Van der Lit (Progressief Woerden) Mevrouw Van den Berg (VVD) (punt Leonardaschool) Mevrouw Berkhof (VVD) De heer Bom (Inwonersbelangen) De heer Van der Wal (Inwonersbelangen) Mevrouw Stouthart-Van Vliet (ChristenUnie) Meesprekers De heer Zwaneveld – Kalsbeek college De heer Frantzen – Minkema college Mevrouw Van Tilburg – Jongerenwerker Harmelen Mevrouw Veldhuijzen – SKW Woerden College Wethouder mevrouw Van der Woude Gespreksleider De heer Kooijman (CDA) Ambtelijke organisatie De heer Aarts Mevrouw Dankaart Mevrouw Stam RTG-griffier Mevrouw Soede Verslag Mevrouw Koppes, Dune Office Support & Events Samenvatting door de gespreksleider Openstaande vragen Toezeggingen - De wethouder verwacht dit onderzoek rond het voorjaarsoverleg gereed te kunnen hebben. - Kunnen de werkzaamheden van het jeugdwerk inzichtelijk gemaakt worden? De wethouder antwoordt dat zij zal vragen of de jongerenwerkers in januari een presentatie voor de raad willen verzorgen. Conclusie Beide voorstellen gaan naar de hamerstukkenlijst van de raadsvergadering van 22 november 2007. Beknopt verslag Initiatiefvoorstel probleemjongeren Het betreft een initiatiefvoorstel van Progressief Woerden. Voorgesteld wordt te onderzoeken hoe groot de groep probleemjongeren in Woerden is, de haalbaarheid van het project Goal te bekijken en bij gebleken nut en noodzaak een pilotproject voor te bereiden. Wat wordt als succesvol ervaren bij het project in Amsterdam? De heer Van der Lit antwoordt dat een aantal jongeren naar een school- of werksituatie geleid is, waardoor deze jongeren structuur in hun 1 leven hebben gekregen. Hierdoor kunnen zij hun maatschappelijke carrière voortzetten. De heer Van der Lit kan geen percentages noemen. Het is goed dat deze groep in beeld gebracht wordt. Maar er zijn ook andere manieren om dit probleem op te lossen, gebaseerd op cijfers. De heer Van der Lit antwoordt dat er inderdaad onderzoek moet worden gedaan naar de grootte van deze groep. Dat er een groep probleemjongeren is, blijkt uit de berichtgeving. Wat is de mening van de jongerenwerkers? Mevrouw Van Tilburg is bekend met het project uit Amsterdam. Dergelijke projecten leggen de nadruk op scholing en werk. Slagingskansen hangen af van de motivatie van de betrokken jongeren. Een goed voorbeeld doet goed volgen. Hoe wordt de groep in beeld gebracht, met name de jongeren die niet in beeld zijn als probleemjongeren? De heer Frantzen merkt op dat jongeren in beeld komen bij trajectbegeleiding. Wethouder Van der Woude antwoordt dat de gemeente inderdaad actief is met trajectbegeleiding, maar nog niet in staat is om diverse bestanden te koppelen en een beeld te schetsen. Daarom is het goed dat eerst in beeld gebracht wordt wat het probleem precies is. Hoe lang gaat dit traject duren? De wethouder antwoordt dat in het nieuwe jaar de uren verdeeld worden. Zij verwacht dit onderzoek rond het voorjaarsoverleg gereed te kunnen hebben. Hebben de jongerenwerkers de indruk dat dit idee een kans van slagen heeft? Mevrouw Van Tilburg benadrukt dat bepaald moet worden om welke jongeren het gaat en dat er duidelijke doelen gesteld moeten worden. Er zijn buddy’s en mentoren die worden begeleid door het jeugdloket. Zij geeft diverse voorbeelden van projecten. Mevrouw Veldhuijzen (SKW) benadrukt dat als een dergelijk project gestart wordt, de vrijwilligers heel erg goed begeleid moeten worden. Kunnen de werkzaamheden van het jeugdwerk inzichtelijk gemaakt worden? De wethouder antwoordt dat zij zal vragen of de jongerenwerkers in januari een presentatie voor de raad willen verzorgen. Een vertegenwoordiger namens Dunja vraagt of de jongeren in Woerden wel zitten te wachten op een coach. De voorzitter antwoordt dat men eerst moet onderzoeken om welke jongeren het gaat en men dan ook rekening kan houden met de methoden. De heer Zwaneveld merkt op dat er twee categorieën te onderscheiden zijn: jongeren die in problemen raken en jongeren die problemen veroorzaken. Er is een afspraak gemaakt om vanuit de scholen actie te ondernemen. Zo’n initiatief zoals bijvoorbeeld Goal is goed, maar de ervaring leert dat 1 jaar coachen erg kort is en dat er een langere periode afgebouwd moet worden. Er is bij het voorstel niet gedacht aan nazorg. De heer Frantzen meldt dat er binnen de scholen al jaren aan preventie gedaan wordt. De feitelijke uitval vindt plaats buiten hun doelgroepsituatie. Hij geeft voorbeelden van succesvolle trajecten. De vertegenwoordiger van Dunja vindt dat jongeren niet gedwongen moeten worden om met een coach samen te werken. Mevrouw Meijerink merkt op dat zij aan het Goal-project heeft meegewerkt in Amsterdam-Zuidoost. Jongeren kunnen gemotiveerd worden om aan zo’n project deel te nemen door een coach ‘cool’ te maken. 2 Voorstel Leonardoschool De raadsleden stellen een aantal vragen: - De Rembrandt van Rijnschool zit in een verzelfstandigingsproces. Hoe denkt Klasse over dit concept? - Financiering? Welke zaken op het gebied van onderwijsachterstanden gaan we niet meer doen? Hoe groot is deze reserve? - Wat gaat het kosten als het consensusoverleg niet instemt met het buiten de overschrijdingsregeling houden van de gemeentelijke bijdrage? - Hoe dan verder? -Weet de wethouder wat de slagingskansen zijn van het project? De wethouder heeft nog geen zicht op de slagingskansen van dit project. Het is nog niet eerder gebeurd dat een gemeente investeert in een dergelijk project met een dergelijke samenwerking. In het voorstel staat dat er 16 leerlingen per klas gepland zijn. Deze leerlingen hebben een hoger IQ, waarom kunnen er niet meer leerlingen in de klas? De wethouder antwoordt dat de Leonardoschool heeft bepaald dat er 16 kinderen in de klas terecht kunnen. Wordt de straal van 15 km strikt aangehouden? De wethouder antwoordt dat de grens van 15 km nog besproken moet worden. Voor de gemeente Woerden is nog niet bekend of zij dit project subsidiëren. Er kan gedacht worden aan ouderbijdragen of men kan een beroep doen op het bedrijfsleven. De wethouder benadrukt dat er in Woerden verschillend wordt gereageerd op het voorstel en daarom moet er goed overlegd worden met de betrokken partijen. Zij meldt dat de gemeente Woerden in de afgelopen jaren geld heeft ontvangen voor ‘gewichtenleerlingen’. Dit geld is niet gebruikt, waardoor er in 2002 een reserve was opgebouwd van twee ton. Is het echt zo moeilijk om sponsoren te vinden? De wethouder antwoordt dat zij niet negatief wil zijn over het binnenhalen van sponsorgelden, maar ze wil wel een reëel beeld schetsen. Als het sponsorgeld niet gegeven wordt, dan moet het gemeentegeld wel besteed worden. Wat is het tijdspad? De wethouder verwacht dat dit niet eerder gerealiseerd wordt dan volgend schooljaar. De wethouder benadrukt dat het les geven aan leerlingen een zaak is van iedereen en dat zij vindt dat er landelijk geld beschikbaar moet worden gesteld. De voorzitter vraagt om instemming om het voorstel te agenderen voor de raadsvergadering als hamerstuk. De raadsleden gaan hiermee akkoord. Reacties uit het publiek: De heer Van Selm spreekt zijn zorg uit over het feit dat andere schoolbesturen toestemming moeten geven voor het besteden van de gelden voor de Leonardoschool, hierbij spelen dubbele belangen. De wethouder antwoordt dat zij een goed gesprek gaat voeren met de schoolbesturen. De gemeente mag geen extra geld geven aan openbaar onderwijs zonder andere scholen over te slaan. Zij spreekt de hoop uit dat zij de schoolbesturen kan overtuigen van het belang van het starten van deze school. Mevrouw Boshart informeert wanneer de gemeenteraad hierover een beslissing neemt. De wethouder antwoordt dat zij dit voorstel aan het einde van de maand aan de raad wil voorleggen, dan gaat zij informele gesprekken voeren met de schoolbesturen. Tot slot worden acties ondernomen om het voorstel in het consensusoverleg aan de orde te stellen. Mevrouw Den Daas informeert wanneer de sponsoracties opgestart worden. De wethouder antwoordt dat dit een verantwoordelijkheid van de schoolbesturen is. Zijn de ouders bereid om hiervoor een ouderbijdrage te betalen? Mevrouw Meijerink antwoordt dat de meeste ouders nu ook veel moeten investeren in extra begeleiding buiten de school. 3