Inhoudsopgave Uitdiensttredingsprocedure ....................................................................................................... 2 Inleiding ...................................................................................................................................... 2 1.1 Algemeen ..................................................................................................................... 2 1.2 Doelstelling .................................................................................................................. 2 Uitdiensttredingsprocedure ....................................................................................................... 3 2.1 Betrokkenen ................................................................................................................ 3 2.2 Formulieren ................................................................................................................. 4 2.3 Procedure .................................................................................................................... 4 Uitdiensttredingsprocedure 01-01-2014 Uitdiensttredingsprocedure Inleiding 1.1 Algemeen Er zijn verschillende manieren waarop werknemers de organisatie verlaten: Met wederzijds goedvinden op initiatief van de werknemer; op initiatief van organisatie; tijdelijk arbeidsovereenkomst wordt niet verlengd; ontslag op staande voet; ontslag wegens bedrijfseconomische redenen. Op het moment dat een werknemer de organisatie verlaat moeten er een aantal processen opgestart worden. Ten eerste is het belangrijk alle financiële, contractuele en organisatorische zaken richting de werknemer goed te regelen. Maar het is zeker zo belangrijk om, vanaf het moment dat bekend is dat de werknemer gaat vertrekken, het eventuele werving en selectie proces op te starten om de werknemer te vervangen. Dit is alleen het geval als zeker is dat er voor deze functie een nieuwe collega in de plaats moet komen. In de uitdiensttredingsprocedure legt u alle zaken vast die uitgevoerd moeten worden indien een werknemer de organisatie verlaat. 1.2 Doelstelling In dit hoofdstuk omschrijft u de doelen van de uitdiensttredingsprocedure Voorbeeld: Het beschrijven van een uitdiensttredingsprocedure heeft de volgende doelen: Zorgen dat alle acties op het juiste moment genomen worden (starten werving en selectie); zorgen dat de werknemer op de juiste wijze afscheid kan nemen van de organisatie; zorgen dat alle financiële, contractuele en organisatorische zaken op de juiste wijze afgehandeld worden. Uitdiensttredingsprocedure 01-06-2016 Uitdiensttredingsprocedure 2.1 Betrokkenen Hierin beschrijft u wie er betrokken zijn in de procedure en wat zijn/haar verantwoordelijkheden en taken zijn. Voorbeeld: Binnen de organisatie zijn de volgende functionarissen betrokken bij de uitdiensttreding van een werknemer en hebben de volgende taken en verantwoordelijkheden: Betrokkene Taken en verantwoordelijkheden HR Direct leidinggevende Salarisadministrateur Directie Werknemer . Uitdiensttredingsprocedure 01-06-2016 2.2 Formulieren In dit hoofdstuk geeft u aan van welke middelen gebruik gemaakt wordt tijdens de procedure en met welke doeleinden. 2.3 Procedure Hierin omschrijft u uitgebreid de procedure, op welk moment moeten welke stappen ondernomen worden. Bij de uitdiensttreding van een werknemer kan gebruik gemaakt worden van de hierna beschreven procedure. Uitdiensttreding op initiatief werknemer 1. Op het moment dat de werknemer weet dat hij de organisatie gaat verlaten moet hij dit schriftelijk en mondeling melden aan zijn direct leidinggevende. 2. De direct leidinggevende draagt de opzegbrief over aan HR. 3. De direct leidinggevende en HR bepalen of de werknemer vervangen moet worden en start zo nodig een wervingscampagne op. 4. HR bevestigt de opzegging schriftelijk aan de werknemer. 5. HR is er verantwoordelijk voor dat alle acties uitgevoerd worden die op de checklist uitdienst staan. Uitdiensttreding op initiatief van de organisatie 1. Twee maanden voor de einddatum van het tijdelijke arbeidsovereenkomst informeert HR de direct leidinggevende. 2. In overleg met HR bepaalt de direct leidinggevende of de arbeidsovereenkomst al dan niet en in welke vorm verlengd wordt. 3. De direct leidinggevende plant een maand voor de einddatum van het tijdelijke arbeidsovereenkomst een gesprek met de betreffende werknemer. 4. In dit gesprek wordt aangegeven dat het arbeidsovereenkomst niet wordt verlengd en wordt dit schriftelijk aan de werknemer bevestigd. 5. HR is er verantwoordelijk voor dat alle acties uitgevoerd worden die op de checklist uitdienst staan. Uitdiensttredingsprocedure 01-06-2016