Rapport activiteiten College Geneesheren

advertisement
Rapport activiteiten College Geneesheren Moeder Kind (sectie neonatologie) jaar 2015
Samenstelling :
President : Dr Gunnar Naulaers
Leden : Drs L Cornette, A Johansson, C Lecart, K Mathé, J Rigo, K Plaskie en F Cools.
1. Vergaderingen college.
Het college vergaderde vier maal in het jaar 2015 : 18/3; 18/6; 15/9 en 16/12.
Op 18-6-2015 betrof het een vergadering met alle diensthoofden neonatologie om een overzicht
te geven van de activiteiten van het college en deze met allen te bespreken.
De andere drie vergaderingen betrof het voorstellingen van de verschillende subgroepen en het
nemen van beslissingen betreffende de vorderingen van het werk van het college.
Deze verslagen en voorstellingen kan U vinden in bijlage.
2. Resultaten NicAudit.
In 2014 hebben 18 van de 19 centra de data van patienten jonger dan 32 weken en/of minder dan
1500 gram in NicAudit ingevoerd. De database is dus voor de vierde keer op rij volledig. Een
nieuw overzicht werd gemaakt van de mortaliteit en outcome voor de leeftijden tussen 22 en 28
weken in België en dit werd voorgesteld op verschillende meetings. De voordrachten vindt u in
de bijlage.
3. NeoKiss werkgroep : surveillance van nosocomiale infecties in NICU.
In 2014 namen 12 diensten neonatologie deel aan de registraties van nosocomiale infecties bij
prematuur geboren baby’s. Een nieuw rapport hierover werd gemaakt en is beschikbaar voor
de deelnemende diensten waarbij ze zich kunnen vergelijken met de andere diensten.
De werkgroep vraagt in het bijzonder een financiering voor een externe audit van de database
om nog beter te kunnen werken in de toekomst. Deze aanvraag voor financiering zit vervat in de
aanvraag voor uitgaven 2016 voor het college.
4. N* Werkgroep.
Een N* werkgroep werd opgestart waarbij leden van het college, leden van het college
Pediatrie, vertegenwoordigers van de N*eenheden en vertegenwoordigers van de NICU
aanwezig zijn. De groep is als volgt samengesteld :
• NIC-College : G Naulaers, Luc Cornette ,P Van Reempts(expert), AB Johansson, C
Lecart , K Mathé
• N*: J Goedseels (HIS,Ixelles) , N Saive ( Bois Abbaye Liège), M Melchior (St
Elisabeth Namur) , Hilde Van Hauthem (Halle/ College pédiatrie), Philip Jeannin
(Gent), Peter Aerssens (Hasselt)
• Collège de pédiatrie : M Pletinckx (College pediatrie)
• Administration Cellule qualité : A Clercx
Data Management : Ingrid Mertens
De werkgroep heeft in het jaar 2015 éénmaal vergaderd. Men wacht voornamelijk op verdere
gegevens van het RIZIV om de cijfers helemaal uit te werken. Er werd besloten in de
vergadering in maart 2016 om nu toch reeds een volledig verslag te maken met de gegevens die
beschikbaar zijn en tevens aanbevelingen en dit door de groep goed te laten keuren zodat het
verslag naar FOD Volksgezondheid kan gestuurd worden.
5. Follow-up werkgroep.
In 2015 werd beslist een werkgroep follow-up op te starten om een database te verwezenlijken
die de follow-up gegevens van 4 maanden, 1 jaar, 2 jaar en 5 jaar kan weergeven en kan koppelen
aan de NicAudit database. Dit wordt zo specifiek gevraagd in de wettekst betreffende de conventie
follow-up. De beslissing werd genomen om daarvoor Eveline Himpens halftijds voor één jaar aan
te nemen. Zij heeft een grote ervaring in follow-up (Cfr Postdoc na doctoraat over follow-up) en
kent de verschillende groepen goed.
In 2015 werden in totaal vier vergaderingen georganiseerd waarin de mensen van follow-up en
neonatologen samenkwamen en waarbij aan de hand van de voorstellen door Eveline Himpens een
database gecreëerd werd voor de follow-up. In één jaar tijd werd een database gecreëerd die de
goedkeuring meedraagt van alle follow-up centra en de diensten neonatologie in België. De
database werd opgemaakt door Néonid en is gekoppeld aan de NicAudit database zodat ze kan
gebruikt worden voor verdere koppeling. Alle data werden goed gedefinieerd en getoetst aan de
internationale literatuur. Omwille van de anonimiteit werd besloten te werken met het unieke
nummer per patiënt voor de koppeling van de databases.
Deze vergaderingen hebben niet alleen geleid tot de opbouw van een mooie database maar hebben
ook de onderlinge samenwerking tussen de follow-up centra verder bevordert en geleid tot een
uniforme manier van opvolging van de prematuren.
Download