Onderwijs in de grondwet

Doelen PW3
Onderwijs in Vlaanderen.
-
België als federale staat toelichten.
De gevolgen van de federalisering van België in 1989 voor het onderwijs aangeven.
De initiatieven met betrekking tot onderwijs binnen de Europese unie kort
toelichten.
De basisgedachte van de millenniumdoelen verwoorden. VN stelt doel om voor 2015
de grootste armoedeproblemen aan te pakken
Het belang van de millenniumdoelen bespreken in het kader van onderwijs en
armoede bespreking.
De huidige Vlaamse minister van onderwijs en vorming kunnen noemen. Frank
Vandenbroucke.
Het verschil tussen een wet en een decreet aangeven.
Het tot stand komen van een decreet verwoorden.
Onderwijs in de grondwet
-
De dubbele impact van de vrijheid van onderwijs als grondwettelijk recht bespreken
(artikel 17 van de vroegere grondwet, artikel 24 van de huidige grondwet).
Het schoolpact uit 1958 bespreken.
Actuele (politieke) of netgebonden spanningen rond onderwijs thema’s en om de
leerlingen doorvaar middags dan mag wel dan?
De verschillende onderwijsnetten opnoemen.
Het officieel gesubsidieerd onderwijs als inrichter van onderwijs bespreken.
Het vrij gesubsidieerd onderwijs als inrichter van het onderwijs bespreken.
De verschillen in werkingsmiddelen van de onderwijsnetten tot 2007 kunnen
bespreken.
De kenmerken van de nieuwe financiering van de onderwijsnetten kunnen aangeven.
Scholengroep en scholengemeenschap onderscheiden.
Schoolplicht en leerplicht onderscheiden.
De wet op de leerplicht van 1914 en 1983 bespreken.
Het begin, het einde en de looptijd van de leerplicht in België bespreken.
Toelichten hoe de leerplicht wordt toegepast.
Enkele kritische kanttekeningen maken bij de benedengrens en de bovengrens van
de leerplicht.
Bespreken wie onderhevig is aan de leerplicht.
Huisonderwijs kaderen als mogelijkheid om te voldoen aan de leerplicht.
Onderwijsbeleid
-
Het onderwijs in Vlaanderen bespreken als gemeenschapsmaterie.
De minister van onderwijs en zijn kabinet bespreken inzake beleidsvoering.
De huidige minster van onderwijs opnoemen.
Het departement onderwijs in het kader van beleidsvoering bespreken.
De VLOR bespreken als polsslag van het vlaamse onderwijs.
De eindtermen bespreken als intrument voor kwaliteitsbewaking.
In eigen woorden uitliggen wat eindtermen en ontwikkelingsdoelen zijn.
Kort toelichten waarvoor de entiteit curriculum staat.
Kort toelichten wat het beroepsprofiel van de leraar inhoudt.
Kort toelichten wat er met basiscompetenties voor de leraren bedoeld wordt.
De basiscompetenties bespreken als middel voor kwaliteitsbewaking.
De taken van de inspectie bespreken.
Toelichten op welke manier een doorlichting plaats vindt.
Bespreken welke informatie je kan terugvinden in een doorlichtingverslag.
Voor het eigen vakgebied bespreken waarop de inspectie focust bij een doorlichting.
De waarde van een doorlichtingverslag bespreken.
De taken van de pedagogische begeleidingsdiensten bondig bespreken.
De taken van de centra voor leerlingenbegeleiding bondig bespreken.
Het gelijke onderwijskansenbeleid bespreken.
Beleidsmaatregelen en –initiatieven inzake gelijke kansen en zorg kaderen binnen het
concrete beleid van de school.
Aantonen dat een GOK-plan een individueel plan van een specifieke school is.
Aangeven op welke manier de overheid optreedt om communicatie met leraren,
directies, ouders en leerlingen te verzekeren.
In eigen woorden de taken van de LOP’s bespreken.
De relatie bespreken tussen de samenstelling van een LOP enerzijds en de
doelstellingen en het takenpakket van een LOP anderzijds.
Informatie over het inschrijvingsbeleid van scholen op het net terugvinden.
Basis- en secundair onderwijs.
-
De globale structuur van het onderwijs in Vlaanderen Schematisch weergeven.
Basisonderwijs
-
Doelgroep, instapmomenten en doelen van het kleuteronderwijs bespreken.
‘welbevinden’ en ‘betrokkenheid’ bespreken binnen het kader van ervaringsgericht
kleuteronderwijs.
Doelgroep, organisatie en eindtermen van het lageronderwijs bespreken.
De 4 principes die in de eindtermen beklemtoond worden uitleggen.
Aangeven dat wie met succes het basisonderwijs voltooit het getuigenschrift
basisonderwijs ontvangt.
De gemeenschappelijke kenmerken van methodescholen bespreken.
Secundair onderwijs
-
- De structuur van het secundair onderwijs schematisch weergeven.
-
-
- De structuur van het secundair onderwijs uitleggen.
De begrippen observatie, oriëntatie en determinatie duiden vanuit de structuur van
het
De overgang van het basisonderwijs naar het secundair onderwijs vanuit het oogpunt
van de leerling bespreken
De toelatingsvoorwaarden voor 1e leerjaar A en 1e leerjaar B bespreken.
Onderscheid in populatie tussen 1e leerjaar A en 1e leerjaar B aangeven.
Het onderscheid tussen ASO, TSO, KSO en BSO bespreken.
De grote indeling van de lessentabellen van de eerste, de tweede graad en de derde
graad vergelijken.
De overgangsmogelijkheden binnen en op het einde van de eerste graad beschrijven.
Oorzaken, impact en gevolgen van het ‘watervalsysteem’ toelichten.
De doelstellingen van modularisering bespreken.
De ‘geïntegreerde proef’ bespreken.
DBSO, leertijd en deeltijdse vorming als invullingen van de deeltijdse leerplicht
opnoemen.
DBSO, leertijd en deeltijdse vorming uitleggen.
Aangeven wanneer getuigschriften en diploma’s behaald worden in het secundair
onderwijs.
Het onderscheid uitleggen tussen A, B en C-attest.
Toelatingsvoorwaarden, doelstellingen en organisatie van OKAN toelichten.
De volgende begrippen verklaren: eenheidsstructuur, onderwijsvormen,
studiegebieden, studierichtingen, gemeenschappelijke basisvorming, opties,
beroepenvelden, keuzegedeelte, modularisering.
Afkortingen verklaren: ASO, TSO, BSO, KSO, OKAN, DBSO, GIP.
De vakken en lestijden voor de verschillende leerjaren aangeven.
De bedoeling van het ‘keuzegedeelte’ uitleggen.
De bepalingen i.v.m. het veranderen van studierichting of onderwijsvorm aangeven.
Studierichtingen binnen de verschillende onderwijsvormen geven.
Uitleggen hoe verschillende factoren een rol kunnen spelen bij een schoolkeuze.
Verband uitleggen tussen kansarmoede en het watervalsysteem.
Verband bespreken tussen het GOK-decreet en het watervalsysteem.
De eigenheid van het secundair onderwijs aanwenden om de diversiteit van de
leergroep te benaderen.
Buitengewoon onderwijs
-
De toelatingsvoorwaarden voor het BO uitleggen.
De structuur van het buitengewoon onderwijs schetsen.
Bedoeling van het BO uitleggen.
‘Pedagogische eenheid’ en ‘handelingsplan’ bespreken.
De 8 types van het BO opnoemen en toelichten.
Het onderscheid tussen de 4 opleidingsvormen van het BuSO uitleggen.
Afkortingen uitleggen: BuSO, BLO, BKO, GON.
Geïntegreerd onderwijs en inclusief onderwijs vergelijken.
-
-
De kenmerken, de voordelen, de motivatie, de moeilijkheden, … van inclusief
onderwijs illustreren aan de hand van ervaringsverhalen van leerlingen in een
inclusieproject.
De motieven voor leerzorg bespreken.
De principes van leerzorg bespreken.
De 5 leerzorgniveaus en 4 clusters binnen leerzorg toelichten.
De verschillende visie op handicap tussen het huidige buitengewone onderwijs en
leerzorg toelichten.
Hoger onderwijs
-
De drie krachtlijnen van het Bolognadecreet 2003 aangeven.
De functie van een associatie bespreken.
De vijf associaties in het Vlaams hoger onderwijs opsommen.
De verschillende opleidingsniveaus in de BaMa structuur toelichten.
De accreditatie van een opleiding kunnen toelichten.
De taken van een universiteit en een hogeschool kunnen onderscheiden.
De lerarenopleiding situeren in de BaMa-structuur.
De verschillen tussen een geïntegreerde en specifieke lerarenopleiding kunnen
toelichten.
Het begrip schakelprogramma toelichten.
De afkortingen BanaBa en ManaMa toelichten.
Actuele ontwikkelingen in het hoger onderwijs rond financiering en democratisering
toelichten.
Volwassenenonderwijs
-
De verschillende vormen van volwassenenonderwijs bespreken.
De begrippen levenslang en levensbreed leren kort kunnen toelichten.
De relatie tussen volwassenenonderwijs en levenslang en levensbreed leren
bespreken.