Broei3

advertisement
De eerste tijdsperiode die we kennen is het Precambrium. Over het klimaat in het
Precambrium is weinig bekend. We weten alleen dat de temperatuur minimaal 0 graden
Celsius moet zijn geweest en dat de bovengrens 80 graden Celsius was.
De aarde heeft ook verschillende periodes met ijstijden gehad. De oudste lag tussen de 2.7
en de 2.3 miljard jaar geleden. Er is bewijs gevonden voor deze vergletsjering.
Er is meer bekend over het klimaat in het Paleozoïcum en Mesozoïcum. Ze hebben fossielen
en gesteente onderzoek gedaan en zijn zo veel te weten gekomen. Sedimenten uit die tijd
kunnen door zeeboringen omhoog worden gehaald. Vooral vanaf de tijd Perm is het gelukt
om de ligging van de continenten in het verleden te bepalen. In Perm lagen alle continenten
tegen elkaar aan. Het was een groot super continent genaamd Pangea. Er is onderzocht dat
oceanen dieper zijn naarmate de oceanische bodem ouder is. Omdat er is deze periode
weinig beweging was in de platen werd er bijna geen nieuwe oceanische korst aangemaakt.
Hierdoor werden de oceaanbekkens groot en diep. Dit leidde tot een lage zeespiegelstand.
Door zo’n lage zeespiegelstand komen er meer gesteenten boven het water uit en zijn ze
gevoeliger voor verwering en erosie. De afgebroken gesteenten en materiaal werden dan
weer door de rivieren naar de oceanen vervoerd. De flora en fauna in de oceanen kregen zo
dus meer voedingstoffen en konden harder gaan groeien. Deze plantengroei leidde weer tot
weinig CO2 in de atmosfeer met als gevolg afkoeling van de aarde. Daardoor groeiden de
ijskappen en daalde de zeespiegel nog verder.
Het Krijt is de warmste periode die de aarde tot nu toe ooit heeft gekend. Vooral in de
huidige poolgebieden was het veel warmer. Pangea brak open en de continenten dreven uit
elkaar. Dit had als gevolg dat er veel co2 vrijkwam en daardoor kwam er een versterkt
broeikaseffect.
De continenten kregen in de tijd Krijt zo ongeveer hun huidige vorm. Door de hoeveelheden
magma die bij vulkaanuitbarstingen naar boven kwamen, kwam er steeds minder ruimte voor
het water. Al het smeltwater van de ijskappen verdween in de oceanen. Het klimaat op de
aarde was gematigd/subtropisch. Nergens lagen ijskappen.
Voor wetenschappers was het Krijt vooral interessant omdat het CO2 gehalte zo hoog was.
Nog nooit is het zo hoog geweest.
Download