3 VMBO- Handelingsdeel Biologie 2004 Onderwerp: Evolutie Foto: Charles Darwin, grondlegger van de evolutietheorie Wat ga je doen? Je gaat een klein werkstuk maken over evolutie. Het werkstuk bestaat uit drie delen. Deel 1 In het eerste deel geef je antwoord op de volgende vragen. 1. Beschrijf aan de hand van een voorbeeld wat evolutie (bij dieren en planten) is Let op: in eigen woorden, dus geen plak en knipwerk van internet. >>Voor het antwoord gebruik je informatie die je vindt op internet of in de boeken van de mediatheek of de openbare bibliotheek. 2. Beschrijf aan de hand van een voorbeeld uit wat natuurlijke selectie is (in eigen woorden). Voorbeeld: Evolutie is…. Een voorbeeld van evolutie is… Natuurlijke selectie is…. Een voorbeeld van natuurlijke selectie is… Deel 2 In het tweede deel van je werkstuk beschrijf je, aan de hand van een verhaal over een eiland met konijnen (z.o.z.), hoe een diersoort in de loop van de tijd verandert onder invloed van natuurlijke selectie. Hoe je dat moet doen vind je op de achterzijde van dit opdrachtblad. Het verhaal: Het konijneneiland Op een heuvelachtig eilandje wonen konijnen. Ze gebruiken holen, die ze graven in het droge zand van een helling om zich in te verschuilen voor de aanwezige roofvogels. Hun voedsel, sappig gras, halen ze uit het dal. Het dal is te nat om holen te graven. Op de helling groeien alleen distels die weinig voedingswaarde hebben. Tussen de helling en de weides met sappig gras loopt een geul met zeewater, die de konijnen over kunnen springen. Ze kunnen zo, als er een roofvogel aankomt toch snel van de weides naar hun holen komen. De grond waar Tijdens een heftige storm stort aan beide zijden een deel van de oevers in, zodat de konijnen niet meer kunnen oversteken. De konijnen zaten vanwege de storm in hun holen en kunnen nu niet meer bij hun voedsel omdat de geul te breed is om over te steken. Het grootste gedeelte van de dieren gaat dood van de honger. Slechts een paar dieren overleven, omdat ze er iets anders uitzien dan de konijnen die niet overleefden. Wat ga je doen met dit verhaal? 1. Bedenk een eigenschap die de 'afwijkende' konijnen in staat stelt te overleven. Je moet denken aan een erfelijke eigenschap, waardoor de konijnen toch voldoende voedsel binnenkrijgen, zonder dat ze de geul over kunnen steken. 2. Maak een illustratie waarin je laat zien hoe deze eigenschap zich over enkele honderden jaren ontwikkelen. 3. Beschrijf hoe deze eigenschappen onder de individuen binnen de populaties worden verspreid. Voorwaarden: Kies eigenschappen die logischer wijs ook echt zouden kunnen ontstaan, door verschillen die je hebt tussen individuen en die dus makkelijk binnen korte tijd kunnen uitgroeien tot een nieuwe eigenschap. Bijvoorbeeld: langere oren, nagels, staart, andere kleur vacht, ander gebit. Deel 3 In het derde deel van je verslag beantwoord je de volgende vragen: 1. Het verhaal over de konijnen op het konijneneiland is simpeler dan werkelijkheid. Beschrijf welke 'onderdelen' van het verhaal zijn versimpeld en waarom je dat vind. 2. Leg uit waarom dieren en planten zich alleen kunnen aanpassen aan hun omgeving als ze zich geslachtelijk voortplanten. Verwerk in je antwoord de termen 'genotype', 'geslachtelijke voortplanting' en 'ongeslachtelijke voortplanting'. Let op, let op, let op, let op, let op, let op, let op! Typ het werkstuk op de computer. Gebruik voor elk deel van het werkstuk 1 bladzijde. Dus het werkstuk wordt in totaal 3 bladzijden groot. Vermeld op de laatste bladzijde de bronnen die je hebt gebruikt: boeken en internetsites. Maak van het werkstuk een leesbaar geheel. Geef dus niet alleen antwoord op de vragen, maar maak ook duidelijk om welke vraag het gaat. Bijvoorbeeld: Evolutie is… of: Het verhaal over het konijneneiland is een simpeler dan de werkelijkheid want… Maak gebruik van plaatjes, illustraties als je denkt dat je daarmee het verhaal of de antwoorden op de vragen kunt verduidelijken. Als je werkstuk af is, kijk dan of je alle vragen hebt beantwoord en alles hebt gedaan volgens bovenstaande punten.