GEERT BOURGEOIS MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED ANTWOORD op vraag nr. 54 van 14 oktober 2014 van TOM VAN GRIEKEN 1. Momenteel maken de volgende gewezen leden van de Vlaamse Regering gebruik van de mogelijkheid die geboden wordt door artikel 12 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009 tot organisatie van de kabinetten van de leden van de Vlaamse Regering: - de gewezen Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding; - de gewezen Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie. Het voormelde artikel 12 luidt als volgt : "Bij het kabinet van de minister-president wordt een cel opgericht waarin per uittredend lid van de Vlaamse Regering dat geen ministeriële functie meer uitoefent een staflid en een uitvoerend personeelslid worden voorzien. De leden van deze cel maken deel uit van het kabinet van de ministerpresident, maar worden niet in aanmerking genomen voor de berekening van het aantal stafleden en leden van het uitvoerend personeel waarover de ministerpresident volgens artikel 6, § 1, 1° en artikel 7 kan beschikken." 2. De jaarlijkse kostprijs wordt (op basis van het huidige indexcijfer) geraamd op: - 366.401 euro, wat de medewerkers betreft van de gewezen Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaamse minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding; - 128.830 euro, wat de medewerkers betreft van de gewezen Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie. 3. Zoals ik al deze zomer zei in de pers, kan je inderdaad vragen stellen bij de huidige regeling. De huidige regeling wordt op dit moment onderzocht.