Vrouwen en epilepsie - Epilepsie Vereniging Nederland

advertisement
Vrouwen en epilepsie
Hormonen op de agenda
Vrouwen zijn complexe wezens, hoor je mannen wel eens zeggen. Daar kun je over discussieren, maar
vrouwen met epilepsie worden wél met complexe vrouwspecifieke problemen geconfronteerd. Gedurende
hun hele leven worden ze beïnvloed door wisselende spiegels van geslachtshormonen: bij het begin van
de puberteit, tijdens de menstruatiecyclus, tijdens zwangerschap en de menopauze. Dit kan bij sommige
vrouwen invloed hebben op de epilepsie. Dit hoeft niet, maar het kan wel, vandaar dit artikel. Want een
ingelichte vrouw is er twee waard…
Er zijn twee belangrijke geslachtshormonen
die in het vrouwelijk lichaam circuleren,
namelijk oestrogeen en progresteron.
Ze worden beide aangemaakt in de eierstokken, die op hun beurt aangestuurd
worden door bepaalde hersengebieden.
Geslachtshormonen hebben verschillende
functies. Zij beïnvloeden met name onze
voortplantingsorganen, maar ook de
spiermassa, botsterkte, emoties en gedrag.
Geslachtshormonen interacteren ook met
de hersencellen. Zo is oestrogeen een
‘excitatoir’ hormoon: het laat de hersencellen méér elektrische signalen afgeven.
Progesteron is een ‘inhibitoir’ hormoon,
en kalmeert de hersencellen.
Wanneer het lichaam meer oestrogeen
dan progesteron aanmaakt, kunnen de
hersencellen extra prikkelbaar worden.
De hormonen zijn geen ‘oorzaak’ van
epilepsie, maar ze kunnen je wel gevoeliger
maken voor epileptische aanvallen als je
al epilepsie hebt.
Epilepsie en de menstruatiecyclus
Sommige vrouwen met epilepsie hebben
meer aanvallen in periodes dat hun hormoonspiegels fluctueren. Zo hebben sommige jonge vrouwen hun eerste aanval bij
het begin van de puberteit, wanneer het
lichaam meer geslachtshormonen aanmaakt. Andere vrouwen hebben duidelijk
meer aanvallen in bepaalde periodes van
de menstruatiecyclus. Deze laatste vorm
van epilepsie noemt men ‘catameniale
epilepsie’ en dit komt voor bij ongeveer
10% van de vrouwen met epilepsie.
Tijdens de menstruatiecyclus van een
vrouw stijgen en dalen de oestrogeen- en
4 - Transmissie 3 - juli 2011
progesteronspiegels. Rond de eisprong
(2 weken vóór de menstruatie) stijgt het
oestrogeengehalte in het bloed en dit
kan bij sommige vrouwen voor een
toename van aanvallen zorgen. Ook het
dalen van de progesteronspiegel net vóór
en tijdens de menstruatie kan aanvallen
bij bepaalde vrouwen doen toenemen.
Tot slot bestaat er nog een derde patroon
van catameniale epilepsie, waarbij er een
toename van aanvallen is in de volledige
tweede helft van de menstruatiecyclus.
Dit gebeurt wanneer er geen eisprong is,
doordat er (anders dan normaal) geen
stijging van progesteron plaatsvindt in
deze tweede helft van de cyclus. Zulke
‘anovulatoire cycli’ komen ook soms voor
bij vrouwen zonder epilepsie, maar komen
duidelijk frequenter voor bij vrouwen
mét epilepsie. Waarom dit zo is is nog
niet helemaal duidelijk. Eén reden is
waarschijnlijk dat epileptische activiteit in
de hersenen de hormoonproductie kan
beïnvloeden. Ook anti-epileptica kunnen
Door: Sarah Weckhuysen
foto: Jaap van der Linden
een rol spelen, en anovulatoire cycli lijken
frequenter voor te komen bij vrouwen
die valproïnezuur (Depakine) nemen.
ken of er een patroon zit in de aanvalsfrequentie, en of het nuttig is je behandeling aan te passen.
Wanneer je kunt aantonen dat hormonen
een rol spelen bij je aanvallen, kan dit de
behandeling beïnvloeden. Soms helpt het
rond de menstruatie of rond de eisprong
de dosis van de anti-epileptica op te hogen. Of er kan tijdelijk een extra medicijn
zoals Frisium gegeven worden. Er wordt
momenteel ook heel wat onderzoek
gedaan naar het nut van het innemen
van extra natuurlijk progesteron in deze
periode. Probeer dus een kalender bij te
houden waarop je niet alleen je aanvallen,
maar ook je menstruatiedagen noteert.
Noteer ook andere factoren die een rol
kunnen spelen bij de aanvallen zoals het
vergeten van medicatie, ziekte of slaaptekort. Leg deze kalender voor aan je
behandelend neuroloog. Deze kan bekij-
Epilepsie en hormoonveranderingen
tijdens zwangerschap
Ook tijdens zwangerschap veranderen
hormoonspiegels natuurlijk. Gedurende
de hele zwangerschap stijgen zowel
oestrogeen als progesteron geleidelijk.
Het overgrote merendeel van de vrouwen
(tot +/- 80 %) zal geen verandering in
aanvalsfrequentie bemerken, op voorwaarde dat de medicatie goed ingenomen wordt. Een klein deel van de vrouwen
heeft een toename van aanvallen, en
een ongeveer even groot (of klein) deel
van de vrouwen heeft een afname van
aanvallen. Zo’n afname zie je vooral bij
vrouwen met catameniale epilepsie. Pas
wanneer na de borstvoedingsperiode
het normale patroon van menstruatiecycli zich weer hervat, zie je bij hen
meestal ook weer het oude patroon
van aanvallen terugkeren.
Epilepsie en de menopauze
De menopauze is de periode in het leven
van de vrouw waarin de eierstokken
stoppen met de aanmaak van geslachtshormonen. Dit is een geleidelijk proces,
dat gemiddeld rond de leeftijd van 51
jaar optreedt. Bij vrouwen met epilepsie
treedt de menopauze gemiddeld 4 - 5
jaar eerder op dan bij vrouwen zonder
epilepsie. Dit lijkt vooral zo te zijn bij
vrouwen met catameniale epilepsie, en
vrouwen met een hoge aanvalsfrequentie.
Een vrouw is in de overgang wanneer ze
1 jaar geen menstruatie meer heeft.
Daarvóór is er eerst een overgangsperiode
(de zogenaamde ‘peri-menopauze’) waarin de menstruaties heel onregelmatig
komen, en er ‘opvliegers’ kunnen zijn.
Tijdens deze overgangsperiode gaat eerst
het progesterongehalte in het bloed dalen,
en pas later het oestrogeengehalte. Vooral vrouwen die voorheen een catameniale
epilepsie hadden kunnen daarom in deze
overgangsperiode een toename hebben
van aanvallen.
Anderzijds is er juist bij deze groep vaak
een duidelijke afname van de aanvallen
na de menopauze. Goed nieuws dus.
Maar dit gebeurt helaas niet bij alle
vrouwen. Bij vele vrouwen verandert er
niets na de menopauze, en bij nog andere
nemen aanvallen zelfs toe.
Voor allerlei klachten rond de menopauze
zoals opvliegers, vaginale droogte en
slaapmoeilijkheden wordt soms hormonale therapie voorgeschreven (meestal
oestrogeen of een combinatie van oestrogeen en progesteron). De voordelen
moeten echter afgewogen worden tegen
de nadelen, want bij sommige vrouwen
kan dit het risico op borstkanker verhogen.
Bij vrouwen met epilepsie ziet men bovendien vaak dat het aantal aanvallen hierdoor toeneemt. Bespreek daarom zowel
met je gynaecoloog als met je neuroloog
de behandelingsmogelijkheden van menopauzale klachten.
Tot slot dient gezegd te worden dat na
de menopauze sneller osteoporose optreedt (botontkalking). Dit proces wordt
nog versneld bij vrouwen met epilepsie,
en door sommige anti-epileptica. Bespreek
met je huisarts daarom de mogelijkheid
om een screeningsonderoek naar osteoporose uit te voeren. Het kan soms nodig
zijn botversterkende medicatie in te
nemen. Versteviging van de botten op
jonge leeftijd door voldoende lichaamsbeweging, zonlicht en inname van zuivelproducten is alvast de beste vorm
van preventie.
Meer…
Je kunt boeken vullen over vrouwen, en
zo ook over vrouwen met epilepsie. Zo
vertelt dit stukje nog niks over de invloed
van sommige anti-epileptica op pilgebruik, of het gebruik van anti-epileptica
tijdens zwangerschap. Heb je dus na het
lezen van dit artikel nog vragen, bespreek ze dan met je neuroloog. n
Bij de EVN is het boekje ‘Voor vrouwen
is het anders’ te bestellen via het
landelijke bureau.
Transmissie 3 - juli 2011 - 5
Download