INDUSTRIËLE WETENSCHAPPEN TWEEDE GRAAD TSO LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS LICAP – BRUSSEL D/2007/0279/005 September 2007 (vervangt leerplan D/2000/0279/007 met ingang 1 september 2007 of 1 september 2008 of 1 september 2009) ISBN 978-90-6858-728-9 Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel Inhoud Plaats van dit leerplan in de lessentabel ......................................................................... 5 1 Studierichtingprofiel ............................................................................................. 7 1.1 1.2 1.3 1.5 Situering ............................................................................................................................................. 7 Instroom ............................................................................................................................................. 7 Industriële wetenschappen in het tso-curriculum van de studiegebieden Mechanica-elektriciteit, Auto, Koeling en Warmte ......................................................................... 8 Profilering van Industriële wetenschappen tso t.o.v. aanverwante studierichtingen in de tweede graad van het studiegebied Mechanica-elektriciteit ........................................................ 9 Competenties en algemene doelstellingen .................................................................................... 9 2 Algemene pedagogisch-didactische wenken ................................................... 12 2.1 2.2 2.3 Inleiding ............................................................................................................................................12 Geïntegreerd en projectmatig werken...........................................................................................12 Het gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ict) .................................................13 3 Evaluatie .............................................................................................................. 14 3.1 3.2 3.3 3.4 Wat en waarom evalueren? ............................................................................................................14 Wanneer evalueren? .......................................................................................................................14 Hoe evalueren? ................................................................................................................................14 Hoe rapporteren? ............................................................................................................................15 4 Leerplandoelstellingen, leerinhouden en didactische wenken gemeenschappelijk voor alle vormingsclusters ............................................... 16 4.1 4.2 4.3 4.4 Vervolgstudies – professionele loopbaan ....................................................................................16 Planning – Organisatie ...................................................................................................................16 Veiligheid – Milieu ...........................................................................................................................17 Evaluatie ...........................................................................................................................................19 5 Leerplandoelstellingen, leerinhouden en didactische wenken voor de vormingscluster elektriciteit-elektronica .......................................................... 21 5.1 5.2 Elektriciteit .......................................................................................................................................21 Elektronica .......................................................................................................................................31 6 Leerplandoelstellingen, leerinhouden en didactische wenken voor de component mechanica ....................................................................................... 35 6.1 6.2 Mechanica ........................................................................................................................................35 Realisaties mechanica ....................................................................................................................40 7 Realisaties industriële wetenschappen (complementaire component) (U).... 49 7.1 7.2 Elektrische schakelborden .............................................................................................................49 Eenvoudige machines en machinesturingen ...............................................................................50 8 Minimale materiële vereisten ............................................................................. 53 8.1 8.2 Infrastructuur ...................................................................................................................................53 Specifieke minimale materiële vereisten per vak ........................................................................53 1.4 2de graad tso Industriële wetenschappen 3 D/2007/0279/005 9 Bibliografie .......................................................................................................... 58 10 Nuttige adressen ................................................................................................. 60 4 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen Plaats van dit leerplan in de lessentabel Studierichting Industriële wetenschappen tweede graad tso Pedagogische vakbenaming Elektriciteit-Elektronica Administratieve vakbenaming TV Elektriciteit/Elektromechanica + TV Elektronica/Elektriciteit Specifiek gedeelte 4 uur in eerste en tweede leerjaar Pedagogische vakbenaming Mechanica Administratieve vakbenaming TV Elektromechanica/Mechanica Specifiek gedeelte 2 uur in eerste en tweede leerjaar Pedagogische vakbenaming Realisaties mechanica Administratieve vakbenaming PV + TV Elektromechanica/Mechanica Specifiek gedeelte 3 uur in eerste en tweede leerjaar Pedagogische vakbenaming Realisaties IW Administratieve vakbenaming PV + TV Elektromechanica/Elektriciteit + PV + TV Mechanica Complementair gedeelte 2de graad tso Industriële wetenschappen 0-3 uur in eerste en tweede leerjaar 5 D/2007/0279/005 1 Studierichtingprofiel 1.1 Situering Industriële wetenschappen is een doorstromingsrichting. De nadruk ligt in deze studierichting op de vormende waarde van de aangeboden leerplandoelstellingen en leerinhouden van zowel de algemene, als de theoretisch technische vakken. Het specifiek deel dat is opgebouwd rond toegepaste fysica met een technologische invulling is sterk wiskundig en wetenschappelijk onderbouwd. Aan de talenkennis en de taalvorming wordt er veel aandacht besteed zowel via als in functie van analyse en rapportering. De studierichting streeft er vooral naar de leerlingen in staat te stellen om succesvol de derde graad Industriële wetenschappen aan te vatten die leidt naar hoger onderwijs van het niveau academische bachelor en master binnen het domein van de techniek. Het gestructureerd inzichtelijk en creatief denken en handelen, in het kader van het technologisch proces, staat centraal in het specifieke van deze vorming. Er is voldoende aandacht voor uitvoeringstechnische aspecten in functie van concrete realisaties. De doelstellingen hebben een grote transfer- en abstraherende waarde, zij zijn gericht op het verwerven van competenties die gericht zijn op het doorstromen. De studierichting heeft dan ook een dubbele doelstelling. Voldoende inzichten, vaardigheden en attitudes verwerven om • de vervolgopleiding derde graad tso Industriële wetenschappen te volgen; • via realisaties de verworven kennis en vaardigheden op een gestructureerde wijze te toetsen door technologisch–wetenschappelijk het werkingsprincipe of de vormgeving toe te lichten. 1.2 Instroom Alle leerlingen uit het tweede leerjaar van de eerste graad kunnen instromen op voorwaarde dat ze over de nodige capaciteiten beschikken om te werken en te leren in het kader van de theoretische, abstracte, wetenschappelijk-wiskundige dimensie van deze studierichting. Gezien het doorstromingskarakter zijn de algemene vakken belangrijke factoren in de oriëntering van de leerlingen naar deze studierichting. Bovendien moeten de leerlingen interesse hebben voor wetenschap en technologie. Ze hebben in de eerste graad technologisch-technische basisinzichten, -vaardigheden en attitudes verworven in het vak Technologische opvoeding. Leerlingen vanuit de basisopties Mechanica-elektriciteit en Industriële wetenschappen hebben bovendien via Realisatietechnieken en Technologische activiteiten of Realisaties industriële wetenschappen al heel wat kennis en vaardigheden verworven. In de tweede graad Industriële wetenschappen wordt hierop verder gebouwd. 2de graad tso Industriële wetenschappen 7 D/2007/0279/005 1.3 Industriële wetenschappen in het tso-curriculum van de studiegebieden Mechanica-elektriciteit, Auto, Koeling en warmte Eerste graad 2de leerjaar Tweede graad 1ste en 2de leerjaar Derde graad 1ste en 2de leerjaar Derde graad 3de leerjaar Autotechnieken Toegepaste autotechnieken Mechanische vormgevingstechnieken Computergestuurde mechanische productietechnieken Mechanica constructieen planningstechnieken Mechanische technieken Koel- en warmtetechnieken Mechanica-elektriciteit Industriële koeltechnieken Industriële warmtetechnieken Kunststoftechnieken Kunststof vormgevingstechnieken Orthopedische technieken Orthopedische instrumenten Vliegtuigtechnieken Elektrotechnieken Industriële wetenschappen Elektrische installatietechnieken Stuur- en beveiligingstechnieken Elektronische installatietechnieken Audio-, video-, en teletechnieken Industriële ICT Industriële computertechnieken Industriële wetenschappen Industriële wetenschappen Elektromechanica Elektromechanica Industriële onderhoudstechnieken ElektriciteitElektronica ElektriciteitElektronica Regeltechnieken De plaats van de 2de graad Industriële wetenschappen tso wordt in bovenstaand curriculumschema aangegeven. Dit schema – dat van links naar rechts wordt gelezen – geeft een aantal studierichtingen weer in een aantal studiegebieden van de tweede en de derde graad. 8 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen 1.4 Profilering van Industriële wetenschappen tso t.o.v. aanverwante studierichtingen in de 2de graad van het studiegebied Mechanicaelektriciteit Industriële wetenschappen tso Technieken tso Basismechanica bso De studie van technologische en wetenschappelijke fenomenen De studie van een uit te voeren project Het uitvoeren van een project Communiceren om het concept van wetenschappelijke en technologische fenomenen te analyseren. Communiceren om het concept van de werkzaamheden te begrijpen en de uitvoering voor te bereiden. Kenmerken van wetenschappelijke en technologische fenomenen en hun gevolgen voor realisaties analyseren. De noodzakelijke uitvoeringsrichtlijnen formuleren om de gevraagde kwaliteitscriteria te bereiken. De impact van de kenmerken van wetenschappelijke fenomenen op technologische realisaties duiden. De uitvoering voorbereiden opvolgen en bijsturen. Onder leiding de werkzaamheden uitvoeren volgens opgelegde kwaliteitscriteria. 75 % van de beschikbare tijd gaat naar conceptstudie, 25 % naar uitvoering. 50 % van de beschikbare tijd gaat naar conceptstudie, 50 % naar uitvoering. 25 % van de beschikbare tijd gaat naar conceptstudie, 75 % naar uitvoering. 1.5 Communiceren werkzaamheden uitvoeren. om de te kunnen De kenmerken van het concept begrijpen en voorzieningen treffen om de uitvoering ervan mogelijk te maken. Competenties en algemene doelstellingen Industriële wetenschappen is een veeleisende studierichting die zich richt naar jongeren met een voldoende hoog wetenschappelijk wiskundig en technologisch abstractievermogen en met een ruime belangstelling voor techniek. Een basisvoorwaarde om later in de derde graad Industriële wetenschappen te slagen, is de capaciteit om voldoende wetenschappelijk en wiskundig inzicht te verwerven om de principes en wetmatigheden van de wetenschap en de technologie te verklaren. Technologie wordt in 'Industriële wetenschappen' in de eerste plaats gezien als het resultaat van het gestructureerd, probleemoplossend inzichtelijk leren denken en handelen. Dit dient flexibel, creatief en zelfstandig te gebeuren. 1.5.1 Doelstellingen 1.5.1.1 Gemeenschappelijke doelstellingen Vervolgstudies – professionele loopbaan De leerling kan zich situeren in de leer- en loopbaanmogelijkheden van de studierichting industriële wetenschappen. Planning – organisatie De leerling kan rekening houdend met kostprijs, planning en organisatie zijn realisaties voorbereiden. Veiligheid – Milieu De leerling kan zijn realisaties voorbereiden en uitvoeren rekening houdend met veiligheid, preventie en milieu. 2de graad tso Industriële wetenschappen 9 D/2007/0279/005 Evaluatie De leerling kan bij zijn realisaties het proces en het product evalueren. 1.5.1.2 Hoofddoelstellingen elektriciteit-elektronica In de tweede graad wordt in de vormingscomponent elektriciteit-elektronica hoofdzakelijk gewerkt rond het stimuleren van de creativiteit, meetvaardigheid en het inzichtelijk denken van de leerlingen. Concreet worden onderstaande competenties vooropgesteld: De leerling kan: • door zijn meetvaardigheid de resultaten van een zelfstandig uitgevoerd experiment wiskundig duiden in het kader van de wetmatigheden van het domein elektriciteit-elektronica; • door zijn rekenvaardigheid de wetmatigheden van de elektriciteit-elektronica toepassen; • zelfstandig eenvoudige experimenten opzetten met als doel wetmatigheden uit het domein elektriciteitelektronica te toetsen aan de praktijk; • door zijn kritische en analytische ingesteldheid eenvoudige processen uitrafelen tot eenduidige algoritmen die hen in staat stellen processen te automatiseren; • door zijn creativiteit en zijn probleemoplossende ingesteldheid bij het uitvoeren van realisaties actief en zelfsturend deelnemen aan zijn leer- en evaluatieproces; • na het uitvoeren van een experiment of realisatie, nauwgezet rapporteren in functie van de werking van de realisatie en/of het theoretische kader van het experiment. 1.5.1.3 Hoofddoelstellingen mechanica In de tweede graad wordt in de vormingscomponent mechanica gewerkt rond de wetmatigheden van de theoretische mechanica en zijn toepassingen, het communiceren en ontwerpen via de tekentaal en het realiseren van eenvoudige constructieonderdelen. Concreet worden onderstaande competenties vooropgesteld: De leerling kan: • via de basisinzichten in de wetmatigheden van de mechanica lab opstellingen realiseren en experimenten uitvoeren; • de functie, de onderlinge relatie van constructieonderdelen van een geheel en componenten uit een kring, toelichten via tekenen en communiceren tussen het ontwerp en de uitvoering; • een realisatie uitvoeren in het domein van de verspaning, plaatbewerking en montage, door zelf een productieproces en uitvoeringscriteria te kiezen. 1.5.2 Na te streven attitudes Het is enorm belangrijk om attitudes bewust en expliciet na te streven. Attitudes die bijzondere aandacht verdienen zijn: • erop gericht zijn om volgens afgesproken regels en afspraken binnen de vooropgestelde tijd en ondanks moeilijkheden, toch willen verder werken om zo een opgedragen taak kwaliteitsvol te voltooien; • om zich aan te passen aan wijzigende omstandigheden (andere materialen, nieuwe technologieën, …) door de bereidheid om informatie te raadplegen en om probleemoplossend te handelen; • om in team te willen functioneren, met het oog op tevredenheid van zichzelf en van anderen door het zich kunnen inleven in de situatie, cultuur en de filosofische overtuiging waarin de teamleden leven, er begrip voor opbrengen en er tactvol mee kunnen omgaan; 10 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen • om de realisaties op een correcte manier kritisch te beoordelen dit met het oog op een algemene tevredenheid; • om via taal functioneel en op correcte wijze te communiceren met het oog op: de samenwerking in teamverband te bevorderen door het correct en duidelijk verwoorden van de te maken afspraken; het actief deelnemen aan een maatschappelijk debat om zijn eigen besluitvaste mening te vormen en te uiten; om in de eigen beroepscontext tal van documenten correct te gebruiken en om een verslaggeving te maken van realisaties; de bereidheid om actief mee te werken aan het veiligheidsbeleid, de voorschriften op het vlak van gezondheid, hygiëne en ergonomie naleven en de collectieve veiligheidsvoorzieningen te treffen; de bereidheid om actief mee te werken aan de bescherming van het milieu en de milieuvoorschriften correct toepassen. Al deze attitudes terzelfder tijd nastreven is uiteraard onmogelijk. Het is daarom aangewezen om telkens één of enkele attitudes expliciet te benadrukken. 2de graad tso Industriële wetenschappen 11 D/2007/0279/005 2 Algemene pedagogisch-didactische wenken 2.1 Inleiding Dit leerplan is een graadleerplan. Het lerarenteam dient, in overleg, de leerplandoelstellingen en leerinhouden te spreiden over de twee leerjaren. Dit moet resulteren in een gezamenlijk opgestelde jaarplanning. De realisatie van het leerplan op zich mag geen excuus zijn om geen ruimte te laten voor de noden die rijzen vanuit de maatschappij ten aanzien van ons onderwijs of voor de bekommernissen en de verwachtingen van de leerlingen. Daarom is het noodzakelijk dat er voldoende aandacht blijft bestaan voor opvoeding, voor ontplooiingskansen van elke individuele leerling, voor geloofsovertuiging … De geboden vorming is attractief en levensecht en sluit waar mogelijk aan bij de realiteit van het bedrijfsleven. Leerdoelen worden gecombineerd en afhankelijk van de visie van het team kunnen doelstellingen best worden gerealiseerd daar waar het leerrendement voor de lerende het grootst is. Het is belangrijk dat leerlingen tijdens hun leerproces zo dikwijls mogelijk succes beleven. 2.2 Geïntegreerd en projectmatig werken 2.2.1 Betekenis geïntegreerd werken Onder “geïntegreerd werken” verstaan we een pedagogisch-didactische aanpak waarbij we gelijktijdig in een bepaalde context een verband weten te leggen tussen kennis, vaardigheden en attitudes met het oog op het bereiken van leerplandoelstellingen zowel op het vlak van het leren – leren als het aanleren en het zich eigen maken van attitudes, vaardigheden en het toepassen van kennis bij het realiseren. 2.2.2 Voordelen van geïntegreerd werken Just in time learning: het geïntegreerd werken biedt de kans om de theorie te plaatsen daar waar de kans op effect het grootst is. Krachtige leeromgeving: de klemtoon dient gelegd op zinvol leren. Er wordt zo attractief mogelijk geleerd aanleunend bij de beroepsrealiteit en met mogelijkheid om de leerling creatief bezig te laten zijn. Het geïntegreerd werken wordt nog leerkrachtiger en boeiender door, in het verloop van de graad, met de klasgroep aan projecten of thema’s te werken. Het leerproces van de leerling staat centraal: de didactiek vertrekt niet van kennisoverdracht, maar van het verwerven van kennis door zelfwerkzaamheid. Door het geven van opdrachten, uitdagingen stimuleert de leraar het leerproces van de leerling. Werken in team: het opzetten van projecten, waaraan meerdere leerlingen samenwerken, is de pedagogische aanpak bij uitstek om het werken in team aan te leren. 2.2.3 Werken met projecten en thema’s Een mogelijkheid om integratie te bevorderen is het werken met projecten en thema’s. • In de context van dit leerplan verstaan we onder project:”Technologisch-wetenschappelijke fenomenen bestuderen, de resultaten wiskundig verwerken, besluiten formuleren en toetsen door een realisatie.” • Onder thema verstaan we :”Technologisch-wetenschappelijke fenomenen bestuderen, de resultaten wiskundig verwerken en besluiten formuleren.” 12 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen • Binnen een project en een thema komen zowel kennis, vaardigheden en attitudes aan bod. Ook is er voortdurend aandacht voor (zelf)evaluatie en bijsturing. • De gemeenschappelijke doelstellingen uit 1.5.1.1 kunnen binnen projecten of thema’s voldoende aan bod komen. Kennis: begrippen en inzichten om technisch wetenschappelijke fenomenen te kunnen bestuderen. Vaardigheden: elementen nodig om concrete invulling te geven bij de realisatie van een project of thema. Attitude: resultaatsgerichtheid, initiatief nemen, kwaliteitszorg, werkmethodiek, discipline, interesse, sociale houding, We verwijzen in verband hiermee naar de aandacht die de bedrijfswereld hecht aan de attitudemeting via de SAM-schalen. 2.3 Het gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ict) Het is evident dat van de mogelijkheden die de informatica, op het didactisch vlak biedt, optimaal gebruik moet worden gemaakt. Typische mogelijkheden die op dit leerplan betrekking hebben zijn: • 3D-CAD technologie in verband met het lezen en maken van tekeningen, ruimtelijk voorstellings- en waarnemingsvermogen; • het opzoeken van onder meer: kenmerken van materialen, gereedschappen en uitvoeringstechnieken via Internet, cd-roms, …; • eenvoudige rekenbladen of geprogrammeerde formulieren om de kostprijs te berekenen; • programma’s ter ondersteuning van zelfevaluatie; • eenvoudige software om op een actieve manier kennis en inzichten te verwerken. Er dient opgemerkt dat de programma’s die men aanwendt dermate gebruiksvriendelijk zijn dat de klemtoon ligt op de te verwerven leerplandoelstellingen en zeker niet op de beheersing van één of ander softwarepakket. Leerplannen van het VVKSO zijn het werk van leerplancommissies, waarin begeleiders, leraren en eventueel externe deskundigen samenwerken. Op het voorliggende leerplan kunt u als leraar ook reageren en uw opmerkingen, zowel positief als negatief, aan de leerplancommissie meedelen via e-mail ([email protected]) of per brief (Dienst Leerplannen VVKSO, Guimardstraat 1, 1040 Brussel). Vergeet niet te vermelden over welk leerplan u schrijft: vak, studierichting, graad, licapnummer. 2de graad tso Industriële wetenschappen 13 D/2007/0279/005 3 Evaluatie 3.1 Wat en waarom evalueren? Evalueren is geen doel op zich. Het maakt deel uit van het didactisch proces. Via allerlei vormen van evalueren krijgen de leerlingen en de leraar informatie over de bereikte en de niet-bereikte leerdoelen. Zowel het proces als het product worden geëvalueerd. De klemtoon ligt daarbij uiteraard op het proces want de hoofdbedoeling van het evalueren is bijsturen, remediëren. Bij het evalueren wordt aandacht besteed aan: • kennis, • vaardigheden, • attitudes. De einddoelstelling is dat de leerling door zelfevaluatie zijn eigen leerproces leert bijsturen om te komen tot kwaliteitsverbetering. 3.2 Wanneer evalueren? Het lerend bezig zijn van de leerlingen en de vorderingen die ze daarbij maken worden permanent beoordeeld en geëvalueerd. De evaluatie gebeurt bij elke stap die ze zetten in hun leerproces. Hun wetenschappelijk, technisch en technologisch kennen en kunnen wordt permanent getoetst. Daarbij kunnen de leerlingen ook nog periodiek aan de hand van goed gekozen en duidelijk omschreven opdrachten bewijzen dat ze bepaalde kennis en vaardigheden verworven hebben. Evalueren helpt ook het onderwijsproces sturen. Daarom wordt het evalueren doorgedreven geïntegreerd in dat onderwijsproces. Evaluatie is geen afzonderlijke activiteit en is meer een leermoment dan een beoordelingsmoment. Daardoor worden het leerproces van de leerling en de instructie van de leraar geoptimaliseerd. 3.3 Hoe evalueren? Naast het toetsen van cognitieve elementen via schriftelijke opdrachten als ‘Verklaar ...’, ‘Omschrijf ...’, ‘Leg uit met je eigen woorden ...’ zijn andere vormen mogelijk: • meerkeuzevragen; • aanvullen van een tekening of schema (geen loutere invuloefening!); • opdrachten als ‘verbind de overeenkomstige elementen met een pijl’, ‘plaats in de juiste volgorde’ ...; • vooraf klaargemaakte tabellen of controlelijsten kunnen door de leerlingen individueel of in groep ingevuld worden en als basis dienen voor de evaluatie - mogelijke inhouden daarbij zijn: de opgemeten hoeveelheden, de te bestellen materialen, de beschrijving van de werkvolgorde, de geraamde en de werkelijke tijdsduur, de toegepaste veiligheidsvoorzieningen; • het kunnen lezen van een werktekening kan men evalueren door bijvoorbeeld het nodige aantal te bestellen materialen te laten berekenen. 14 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen Voor wat betreft het ‘kunnen’ is het vooral ook de bedoeling dat de leerling zijn eigen werk leert beoordelen, dus aan zelfevaluatie doet. Het zelf kunnen deelnemen aan de evaluatie werkt stimulerend en motiverend voor de leerling. Bij iedere opdracht wordt duidelijk op voorhand opgegeven welke items zullen worden geëvalueerd en hoe de beoordeling zal worden opgevat. 3.4 Hoe rapporteren? De rapportering gebeurt niet louter via een cijferrapport. De vorderingen van de leerling en vooral de tips voor remediëren worden in een eenvoudige en directe taal omschreven. Een soort portfolio of dossier bijhouden van de gerealiseerde projecten en thema’s (eventueel geïllustreerd met foto’s) kan een middel zijn om de succesbeleving te bevorderen. 2de graad tso Industriële wetenschappen 15 D/2007/0279/005 4 Leerplandoelstellingen, leerinhouden en didactische wenken gemeenschappelijk voor alle vormingsclusters 4.1 Vervolgstudies – professionele loopbaan De leerling kan zich situeren in de leer- en loopbaanmogelijkheden van de studierichting Industriële wetenschappen. LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 1 • Diverse beroepen van de Master in de toegepaste of industriële wetenschappen • Eigenheid De bedrijven in de buurt van de school herkennen. • Ontwerp Productie Bedrijven in de buurt van de school Factoren die de eigen keuze naar vervolgonderwijs beïnvloeden met eigen woorden uitleggen. • 2 3 De eigenheid van de diverse beroepen uit de Industriële sector met eigen woorden uitleggen. • Productengamma Tewerkstelling De hoofddoelstellingen van de studierichtingen Master in de wetenschappen toegepaste of industriële PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Het is belangrijk dat de leerlingen de band ervaren tussen de leerplandoelstellingen die aan bod komen en de realiteit van het toekomstig beroep. Dit werkt tegelijkertijd motiverend en oriënterend. • Verzorg de relaties met de bedrijven in de buurt en nodig ze regelmatig uit op de school. • Bovenstaande doelstellingen kunnen onderdeel uitmaken van een te behalen communicatieve doelstelling in een taalvak. Overleg met de leerkrachten taal is aanbevolen. 4.2 Planning – Organisatie De leerling kan rekening houdend met kostprijs, planning en organisatie zijn realisaties voorbereiden. LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 4 • Planning van de gezamenlijke werkzaamheden • Planning van de eigen werkzaamheden • Afspraken in overleg De materialen- en productenstroom in de school herkennen. • Materialen, producten De eigen werkplek inrichten en deze zo efficiënt mogelijk organiseren. • Werkplekinrichting • Werkplekorganisatie De eigen werkplek onderhouden. • Het opruimen van de werkplek • Het onderhouden van de werkplek 5 6 7 Een planning van de gezamenlijke werkzaamheden in overleg opstellen, bijsturen en evalueren. 16 D/2007/0279/005 opruimen en Toevoer, verwerking, afvoer 2de graad tso Industriële wetenschappen PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Probeer aan de hand van sprekende voorbeelden de leerlingen te laten inzien dat het team met een bepaalde planningsmethode antwoord moet geven op de vraag: 'wie', 'wat' gaat doen, 'hoe', 'wanneer' en 'voor hoeveel'. • Geef leerlingen de kans om in overleg werkzaamheden te plannen, bij te sturen en te evalueren. Geef voldoende feedback en beklemtoon voornamelijk de positieve kanten van hun voorstellen. Laat hun ook ervaren wat minder goede voorstellen inhouden op het vlak van efficiëntie, het afstemmen van ieders inbreng, op kwaliteit… Laat de leerlingen ook een verslag maken over dit overleg. Spreek terzake ook af met de leraren algemene vakken. • Toon, aan de hand van beeldend materiaal uit de praktijk, het belang aan van de plaats van het materieel en het materiaal bij een werkplaatsinrichting. Leg ook het verband tussen een goed ingerichte werkplek, het rendement, de netheid, de productiekostprijs en het opruimen na de werktijd. • Voldoende toelichten dat bij de aanvang van het project niet alle parameters in detail gekend zijn, maar duidelijker worden naargelang de vorderingen van de werkzaamheden. Het is dus belangrijk dat in de beginfase de parameters zo goed mogelijk worden omschreven en bij opvolging zo goed mogelijk wordt geanticipeerd op onverwachte gebeurtenissen. • Schenk tijdens bedrijfsbezoeken aandacht aan de bedrijfsorganisatie en bestudeer de inrichting van de werkplaats en de goederenstroom. Laat eventueel bedrijfsdeskundigen een les in de school mee ondersteunen. • Laat de leerlingen zelf voorstellen schetsen hoe zij hun werkplek zouden inrichten. Probeer dit te kaderen in de werkplaatsinrichting. • Schenk voldoende aandacht aan het naleven van de interne afspraken in de school. Leg de link met afspraken die in het bedrijfsleven worden gemaakt. • Laat de leerlingen ervaren dat een degelijke werkvoorbereiding noodzakelijk is om rendabel en efficiënt te werken. • Stel gegevens ter beschikking van werkelijke uitvoeringstijden en laat leerlingen deze noteren van de werkzaamheden die ze zelf uitvoeren. Toon de invloed ervan aan op de voorziene planning en licht de bijsturingmogelijkheden voldoende toe. • Laat tabellen maken/invullen met de nodige materiaalhoeveelheden. Maak gebruik van eenvoudige computerprogramma’s om de berekeningen uit te voeren/ te controleren. 4.3 Veiligheid – Milieu De leerling kan zijn realisaties voorbereiden en uitvoeren rekening houdend met veiligheid, preventie en milieu. LEERPLANDOELSTELLINGEN 8 9 De voorschriften in basisveiligheid naleven. LEERINHOUDEN verband De eigen bevoegdheid toelichten. 2de graad tso Industriële wetenschappen met • Aandachtspunten Mogelijke risico’s en ongevallen Gevaarlijke producten Brand en ontploffingsgevaar Gereedschap en machines Struikelen, uitglijden en vallen Elektrocutiegevaar • Signalisatie • Te treffen maatregelen • Codificatietabel art. 47 van het AREI 17 D/2007/0279/005 10 11 De gevaren verbonden aan elektriciteit in het algemeen en de betrokken installatie in het bijzonder toelichten. • Gevaren van elektriciteit • Gevaren van de betrokken elektrische installatie Handelen volgens de procedures eigen aan de betrokken elektrische installaties. • Werken en werkzaamheden Buiten spanning Onder spanning • Procedures voor exploitatiewerkzaamheden op de oefeninstallaties • Procedures voor exploitatiewerkzaamheden op de vaste elektrische installatie 12 De collectieve veiligheidsvoorzieningen herkennen en volgens de verstrekte richtlijnen handelen. • Collectieve beschermingsmiddelen 13 Persoonlijke beschermingsmiddelen volgens verstrekte richtlijnen gebruiken. • Persoonlijke beschermingsmiddelen 14 Gevaarlijke situaties herkennen, melden en volgens verstrekte richtlijnen handelen. • Gevaarlijke situaties eigen aan werkplek 15 De werking en veiligheidsvoorschriften van de • te gebruiken machines, gereedschappen en • hulpmiddelen toelichten. • Machine-, gereedschaps- en hulpmiddelen Machine-instructiekaart Machineveiligheidsinstructies 16 De elementaire voorzieningen van een EHBO-kit kennen en kunnen toepassen. • EHBO-kit 17 De nodige maatregelen die men bij een ongeval mag en kan treffen kennen en deze bij een ongeval volgens procedures toepassen. • EHBO • Evacuatie bij brand • Verwondingen De verstrekte richtlijnen op het vlak van milieu naleven. • Milieuvoorschriften Maatregelen nemen om op milieuvriendelijke wijze te werken. • Duurzaam construeren • Duurzaam materiaalgebruik • Levenscyclus van materialen • Recyclage • Kenmerken van producten en materialen • Verhandelen, bewerken, verwerken • Sorteren • Opslaan • Aangepaste voorzieningen • Ergonomische werkhouding • Lasten tillen, dragen, hijsen 18 19 20 21 een Producten, materialen, afvalstoffen volgens afspraak en voorschriften verhandelen, bewerken, verwerken, sorteren en opslaan. De ergonomische voorzieningen bij een werkpost herkennen, bij het werken een ergonomische werkhouding aannemen en lasten ergonomisch tillen, dragen en hijsen. 18 D/2007/0279/005 Sorteren van afval Afvalvoorkoming en –verwerking … 2de graad tso Industriële wetenschappen 22 De gevaren van de elektriciteit voor personen en omgeving toelichten. • Gevaren Kortsluiting Overbelasting Brandgevaar PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Wijs op de overeenkomsten tussen de in de school na te leven afspraken en deze die in het bedrijfsleven gelden. • Bij de doelstelling over de persoonlijke veiligheidsvoorschriften verwijzen sommige leerinhouden naar het te behalen VCA-attest. • Besteed bijzondere aandacht aan voorschriften in verband met preventie, persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen, hygiëne en milieu. Let er op dat elke leerling alvorens aan het werk te gaan aan een machine voldoende geïnstrueerd is over het werken ermee en de gevaren die ermee gepaard gaan. Zie toe op het noteren ervan in de agenda. Heb oog voor eventuele afwezigen. • Verwijs naar de impact van op het milieu bij de winning, productie, verwerking gebruik en verwerking na gebruik van materialen. • Laat niet toe dat de leerlingen werken onder spanning, ook niet op zeer lage veiligheidsspanning. Het is belangrijk dat de leerlingen de attitude ontwikkelen om voor het aanvatten van de werkzaamheden hun installatie te scheiden. • Bij het opvolgen en handelen volgens voorgeschreven procedures dienen controlewerkzaamheden zoals, visueel onderzoek, metingen, proeven en fouten opsporen te gebeuren met meetsnoeren die het onmogelijk maken naakte onder spanning staande delen aan te raken. • De overdracht van bevoegdheid geldt zolang de leerlingen zijn toevertrouwd aan een bevoegd verklaarde leerkracht. Zorg ervoor dat de leerlingen zich bewust zijn van hun bevoegdheden. • Laat leerlingen handelen volgens de geest van het AREI. 4.4 Evaluatie De leerling kan bij zijn realisaties het proces en het product evalueren. LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 23 Na het uitvoeren van de werkzaamheden, in team, de constructie en het constructieproces evalueren en op basis daarvan voorstellen formuleren tot bijsturen. • Productevaluatie • Procesevaluatie Tijdens de uitvoering van constructies, uitvoeringsfouten ontdekken en oplossingen formuleren. • Uitvoeringsfouten • Suggesties tot bijsturen 24 2de graad tso Industriële wetenschappen 19 D/2007/0279/005 PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Bij het evalueren is het belangrijk dat individuele leerlingenevoluties kunnen worden vastgesteld. • Leer de leerling meer en meer zichzelf en het eigen werk te evalueren. • Zorg ervoor dat evaluaties dicht aansluiten bij de werkzaamheden waarmee de leerlingen echt bezig zijn. Enkel op die manier kan er aan remediëring worden gedaan. 20 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen 5 Leerplandoelstellingen, leerinhouden en didactische wenken voor de vormingscluster elektriciteit-elektronica In de tweede graad wordt in de vormingscomponent elektriciteit-elektronica hoofdzakelijk gewerkt rond het stimuleren van de creativiteit, meetvaardigheid en het inzichtelijk denken van de leerlingen. Concreet worden onderstaande competenties vooropgesteld: (U): doelstellingen en leerinhouden die als uitbreiding kunnen worden behandeld. De leerling kan: door zijn meetvaardigheid de resultaten van een zelfstandig uitgevoerd experiment wiskundig duiden in het kader van de wetmatigheden van het domein elektriciteit-elektronica; door zijn rekenvaardigheid de wetmatigheden van de elektriciteit-elektronica toepassen; zelfstandig eenvoudige experimenten opzetten met als doel wetmatigheden uit het domein elektriciteitelektronica te toetsen aan de praktijk; door zijn kritische en analytische ingesteldheid eenvoudige processen uitrafelen tot eenduidige algoritmen die hen in staat stellen processen te automatiseren; door zijn creativiteit en zijn probleemoplossende ingesteldheid bij het uitvoeren van realisaties actief en zelfsturend deelnemen aan zijn leer- en evaluatieproces; na het uitvoeren van een experiment of realisatie, nauwgezet rapporteren in functie van de werking van de realisatie en/of het theoretische kader van het experiment. 5.1 Elektriciteit 5.1.1 De basisbegrippen van de elektriciteit verklaren LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 25 • Elektrische stroom (verplaatsing van ladingen per tijdseenheid) • Hoeveelheid elektriciteit (Wet van Faraday) 26 De basisgrootheid van elektriciteit definiëren. Een elektrische stroomkring tekenen en de • functie van de componenten toelichten. • • 1 Soorten kringen Open kring Gesloten kring Componenten Bron (spanning, polariteit, stroomzinnen) Geleiders (goede en slechte) Halfgeleiders1 Isolatoren Schakelaar Gebruiker, weerstand, belasting Functie van de componenten Integratie van de doelstellingen halfgeleiderbouwstenen (5.2 Elektronica) is aanbevolen. 2de graad tso Industriële wetenschappen 21 D/2007/0279/005 Meettoestellen schakelen in een elektrische • kring en elektrische grootheden meten2. 27 Soorten meettoestellen • Voltmeter Ampèremeter Multimeter Correct gebruik van meettoestellen • Polariteit Aansluiten van meettoestellen De relatie tussen ingesteld meetbereik en afgelezen waarde Aan de hand van metingen het verband • tussen de spanning over - en de stroom door een gebruiker verklaren en wiskundig duiden. 28 Wet van Ohm PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Maak zinvolle, in een experiment kaderende, oefeningen. • Meet ook spanningen over open en gesloten schakelaars. • Breng de stroomkring én halfgeleiderbouwstenen aan met behulp van het hydrodynamisch model. • Er wordt in dit stadium van het onderzoekend leren niet verder gekeken dan nodig, de verplaatsing van lading in functie van de tijd volstaat als definitie van elektrische stroom. 5.1.2 Elektrische arbeid en vermogen meten en berekenen LEERPLANDOELSTELLINGEN 29 LEERINHOUDEN De relatie tussen de elementen van elektrische • arbeid en vermogen interpreteren3. • Elementen van elektrische arbeid Spanning Stroom Tijd Joule-effect • 30 De relatie tussen de elementen van elektrisch vermogen interpreteren, waardes berekenen. Joule verliezen in geleiders Toepassingen Smeltveiligheden Verwarmingselementen Gloeilampen • Definitie van vermogen • Afgeleide formules 2 In het hoofdstuk metrologie van het leerplan toegepaste fysica worden verbandhoudende doelen en inhouden aangebracht, voornamelijk het gebruik van beduidende cijfers en wetenschappelijke voorvoegsels wordt in overleg met de leerkracht toegepaste fysica eenduidig toegepast. 3 Doelstelling 115 en volgende uit de component mechanica behandelt eveneens elementen uit de wet van behoud van energie. 22 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen 31 Elektrische vermogens meten. 32 Het begrip rendement toelichten. • Stroom-spanningmeting • Wattmeter • Rendement • Nuttig vermogen / energie Geleverd vermogen / energie Verliesvermogen / energie Praktische rendementen PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Duid op analogieën met de mechanica, de wet van behoud van energie bindt de mechanica en de elektriciteit. 5.1.3 Het schakelen van gebruikers wiskundig duiden LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 33 De verdeling van spanning in een elektrische kring experimenteel bepalen en wiskundig duiden. • Metingen • Bepalen van een kringwet De kringwet op een serieschakeling van weerstanden, wiskundig duiden en toepassen. • Serieschakeling • Algemeen toepasbare eigenschappen De verdeling van elektrische stroom in een knooppunt experimenteel bepalen en wiskundig duiden. • Metingen • Bepalen van een knooppuntwet De knooppuntwet op een parallelschakeling van weerstanden, wiskundig duiden en toepassen. • Parallelschakeling • Algemeen toepasbare eigenschappen 34 35 36 37 38 De eigenschappen van serieen • parallelschakeling van weerstanden toepassen in een gemengde schakeling en de berekende resultaten toetsen in een praktische opstelling. De eigenschappen van een onbelaste en belaste spanningsdeler experimenteel vaststellen. 39 De eigenschappen van een onbelaste en belaste spanningsdeler wiskundig duiden. 40 De invloed van wijzigingen in de waarden van de componenten voorspellen. Vervangingsweerstand Deelspanningen en -stromen Metingen • Eigenschappen • Onbelaste spanningsdeler • • 2de graad tso Industriële wetenschappen Gemengde schakelingen Metingen Grafische oplossingsmethode Berekeningen Belaste spanningsdeler Metingen Grafische oplossingsmethode Berekeningen Regels voor het belastingsweerstanden verwaarlozen van 23 D/2007/0279/005 PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Vermijd niet-lineaire gebruikers (gloeilampen, motoren) te gebruiken voor metingen op de eigenschappen van serie- en parallelschakeling. • Vermijd te complexe gemengde schakelingen op te lossen, in de meeste gevallen wordt gewerkt met een onbelaste of belaste spanningsdeler. 5.1.4 De eigenschappen van bronnen toelichten LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 41 • Een eenvoudige galvanische cel opbouwen en de principewerking ervan toelichten. 42 Het begrip ladingscapaciteit van een • chemische bron met behulp van een voorbeeld toelichten. 43 De inwendige weerstand spanningsbron meten. 44 45 46 van een De karakteristiek van een spanningsbron opmeten, tekenen, en het verloop ervan verklaren. • 24 D/2007/0279/005 Anode Kathode Zuur of alkalisch midden Ladingscapaciteit van een bron Inwendige weerstand Kortsluitstroom van een bron Uitwendige spanning Inwendige spanning Inwendige spanningsval • Ideale spanningsbron • Metingen • Besluiten De karakteristiek van een stroombron opmeten, • tekenen, en het verloop ervan verklaren. (U) • De relatie tussen de eigenschappen van een galvanische cel en die van een samengestelde galvanische spanningsbron experimenteel vaststellen. Opbouw en principewerking • Ideale spanningsbron Praktische spanningsbron Metingen Besluiten Ideale stroombron Praktische stroombron Eigenschappen van de serieschakeling van bronnen Metingen Inwendige weerstand Klemspanning Ladingscapaciteit 2de graad tso Industriële wetenschappen 47 De relatie tussen de eigenschappen van een galvanische cel en die van een samengestelde galvanische spanningsbron wiskundig duiden. • • Eigenschappen van de parallelschakeling van bronnen Metingen Inwendige weerstand Klemspanning Ladingscapaciteit Voorwaarden voor het parallel schakelen van bronnen. PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Het is bij het werken rond doelstelling 44 niet aanbevolen om de chemische reactie te bespreken, er dient rond de elektrische eigenschappen van een cel gewerkt te worden. • Een eenvoudige galvanische cel bestaat uit een glas gevuld met een mengsel van water en geconcentreerd citroensap, daarin wordt een koperplaatje en een zinkplaatje ondergedompeld. • De ladingscapaciteit van een zelfbouwcel kan snel experimenteel bepaald worden, in het hydrodynamische model wordt een chemische bron vergeleken met een vat. De ladingscapaciteit is vergelijkbaar met de inhoud van het vat. • Gebruik bij het werken rond doelstelling 45 een labvoeding met regelbare stroombegrenzing, die gedraagt zich, bij ingeschakelde stroombegrenzing als een ideale stroombron. • De vergelijking van karakteristiek van een bron wordt aangebracht nadat de belastingslijn werd opgemeten; U E I Ri 5.1.5 De factoren die de weerstand van een geleider beïnvloeden duiden LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 48 • Lengte van de geleider • Doorsnede van de geleider • Aard van de geleider • Temperatuur • Wet van Pouillet 49 50 De factoren duiden die de weerstand van een geleider beïnvloeden. De wet van Pouillet verklaren en duiden. De invloed van de temperatuur op een geleider verklaren en duiden. (U) Soortelijke weerstand Soortelijke geleidbaarheid (U) • Spanningsval over geleiders. • Invloed van de temperatuur • PTC NTC Supergeleiding PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • De wet van Pouillet leent zich uitstekend voor onderzoekend leren. 2de graad tso Industriële wetenschappen 25 D/2007/0279/005 5.1.6 De begrippen van het elektromagnetisme duiden LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 51 • 52 De basisbegrippen van het magnetisme toelichten. Basisbegrippen De specifieke begrippen van het magnetisme • duiden. Magnetische massa Poolpunt, poolas en poolafstand Krachtwerking tussen magneten (wet van Coulomb) Permeabiliteit Specifieke begrippen Magnetisch veld Magnetische veldsterkte Magnetische flux Magnetische inductie (fluxdichtheid) PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Sta voldoende lang stil bij de fysische betekenis van de verschillende begrippen. • Verduidelijk de begrippen magnetisch veld en magnetische veldsterkte aan de hand van analogieën in de mechanica zoals de gravitatieveldsterkte (valversnelling) en de derde wet van Newton. • Geen oefeningen om de oefeningen, we streven naar inzicht in de wetenschap achter de elektriciteit, eindeloze oefeningen dragen daar niet toe bij. • De flux uitgaande van een magnetische massa is gelijk aan de magnetische massa. LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 53 De proef van Oersted uitvoeren en de waarneming verklaren. • Proef van Oersted • Besluit De factoren die de elektromagnetische veldsterkte beïnvloeden toelichten. • Magnetische veldsterkte 54 55 56 De factoren die de veldsterkte beïnvloeden experimenteel vaststellen met behulp van een zelfbouwelektromagneet. De magnetische keten toelichten. 26 D/2007/0279/005 • Rond een rechte geleider In een winding In een solenoïde In een elektromagneet Magnetische keten Gesloten Open • Toepassingen elektromagnetisme • Wet van Hopkinson 2de graad tso Industriële wetenschappen 57 58 Het hysteresisverschijnsel vaststellen. experimenteel Hysteresis (B-H) curven toelichten. • Metingen met een relais • Hysteresiscurve • Remanent magnetisme • Magnetische saturatie PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Magnetisme en elektromagnetisme lenen zich uitstekend voor onderzoekend leren. • Doe bij het uitvoeren van de proef van Oersted beroep op het waarnemingsvermogen van de leerlingen, formuleer geen besluit voor de proef werd uitgevoerd. • Deze leerinhouden worden zo veel mogelijk aangebracht aan de hand van doeproeven. • Het gebruik van mnemotechnische handgrepen om de zin van een magnetisch veld te verklaren wordt pas aangebracht nadat de leerlingen inzicht verworven hebben in het ontstaan van het verschijnsel. • Het is geenszins de bedoeling magnetische ketens uitvoerig te berekenen. LEERPLANDOELSTELLINGEN 59 60 61 LEERINHOUDEN Het gedrag van een stroomvoerende geleider • in een magnetisch veld toelichten. De werking van verschillende toepassingen van de Lorentzkracht experimenteel vaststellen. Het ontstaan van de kracht tussen twee evenwijdige stroomvoerende geleiders toelichten. • • Lorentzkracht Toepassingen Lorentzkracht Luidspreker Draaispoelinstrument Gelijkstroommotor Kracht tussen geleiders • Grootte, zin en richting evenwijdige stroomvoerende Zin en richting Praktische voorbeelden PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Sta voldoende lang stil bij de fysische betekenis van de verschillende begrippen. • Magnetisme en elektromagnetisme lenen zich uitstekend voor onderzoekend leren. • Het gebruik van mnemotechnische handgrepen om de zin van de krachten te verklaren wordt pas aangebracht nadat de leerlingen inzicht verworven hebben in het ontstaan van het verschijnsel. Gebruik de correcte, verduidelijkende terminologie: veldverzwakking, veldversterking, … • Enkel de basisformule voor de Lorentzkracht is belangrijk. 2de graad tso Industriële wetenschappen 27 D/2007/0279/005 LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 62 Het ontstaan van gegenereerde spanning ten • gevolge van beweging verklaren. 63 De relatie tussen de factoren die ze beïnvloeden wiskundig beschrijven. • • 64 Het ontstaan van geïnduceerde spanning tengevolge van fluxverandering verklaren. 65 De relatie tussen de factoren die ze beïnvloeden wiskundig beschrijven. Elektromagnetische inductie door mechanische beweging • • • • Factoren Magnetische inductie Lengte van de geleider Loodrechte projectie van de snelheid van de geleider Praktische voorbeelden: Generatorprincipe (fietsgenerator) Microfoonprincipe (luidspreker) Elektromagnetische inductie ten gevolge van fluxverandering Grootte en zin Inductiewet van Faraday Wet van Lenz Factoren Fluxverandering Tijdsinterval Praktische voorbeelden: Ontsteking van een bromfiets Vonkvorming op schakelcontacten Zelfinductie als gevolg van elektromagnetische inductie 66 67 Grootte en zin Coëfficiënt van zelfinductie L Wederzijdse inductie aantonen met behulp van een proefopstelling. • Wederzijdse inductie, transformator • Coëfficiënt van wederzijdse inductie M Het verband tussen de factoren die wederzijdse inductie beïnvloeden wiskundig duiden. • Factoren • Respectievelijk aantal windingen Koppelfactor (U) Wervelstromen Gevolgen Toepassingen PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Sta voldoende lang stil bij de fysische betekenis van de verschillende begrippen. • Magnetisme en elektromagnetisme lenen zich uitstekend voor onderzoekend leren. • Het gebruik van mnemotechnische handgrepen om de zin van de geïnduceerde spanning te verklaren wordt pas aangebracht nadat de leerlingen inzicht verworven hebben in het ontstaan van het verschijnsel. 28 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen 5.1.7 Het werkingsprincipe van een condensator duiden LEERPLANDOELSTELLINGEN 68 69 LEERINHOUDEN De krachtwerking tussen ladingen duiden aan • de hand van de wet van Coulomb. • Wet van Coulomb Het begrip elektrostatische veldsterkte duiden • aan de hand van analogieën in de • mechanica. Elektrostatische veldsterkte Analogie met de gravitatiewet van Newton Analogie met de gravitatieveldsterkte en de derde wet van Newton. 70 Het begrip capaciteit toelichten. • Capaciteit C 71 De principiële opbouw van een condensator toelichten. • Bouw van een condensator 5.1.8 Opslag van elektrische energie duiden LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 72 Energie opgeslagen in een elektrisch veld wiskundig duiden. • Energie opgeslagen in een condensator 73 Energie opgeslagen in een magnetisch veld wiskundig duiden. • Energie opgeslagen in een spoel 74 Het gedrag van een condensator en een spoel op een constante gelijkspanning toelichten. • Metingen met condensator • Grafische voorstelling • Overgangsfase en regimetoestand • Tijdsconstante PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Duid op de analogieën met de opslag van energie in de mechanica, maar ook met het hydrodynamisch model. 5.1.9 Gelijkstroomkringen met spoelen en condensatoren meten en berekenen LEERPLANDOELSTELLINGEN 75 LEERINHOUDEN Bij de serieschakeling van spoelen of • condensatoren de vervangende zelfinductie respectievelijk capaciteit bepalen. (U) • Vervangende capaciteit Vervangende zelfinductie 76 Bij de parallelschakeling van spoelen of • condensatoren de vervangende zelfinductie respectievelijk capaciteit bepalen. (U) • Stroomverdeling Vervangende capaciteit Spanningsverdeling Vervangende zelfinductie 2de graad tso Industriële wetenschappen Spanningsverdeling Stroomverdeling 29 D/2007/0279/005 77 Bij de gemengde schakeling van spoelen of • condensatoren de vervangende zelfinductie respectievelijk capaciteit bepalen. (U) • Vervangende capaciteit Spanningsverdeling Vervangende zelfinductie Stroomverdeling PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Vermijd bij de behandeling van de serie en parallelschakelingen van spoelen het oplossen van te complexe oefeningen. 5.1.10 Wisselstroomkringen meten en berekenen LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 78 • Ontstaan van een sinusoïdale spanning • Voorstelling in de tijd • Vectorvoorstelling • Parametervoorstelling: amplitude, waarde, frequentie, periode, fase • Wiskundige (ogenblikkelijke) voorstelling • Vectorvoorstelling frequentiedomein (U) • Ideale weerstand • Ideale spoel • Ideale condensator 79 Een sinusoïdaal signaal beschrijven. Het gedrag van een spoel en condensator op wisselspanning toelichten. 80 Enkelvoudige wisselstroomketens opbouwen • en bemeten op verschillende frequenties. 81 De resultaten van experimenten toetsen aan grafisch bepaalde waarden. 82 De resultaten van experimenten toetsen aan berekende waarden. Spoel met impedantie gelijkstroomweerstand effectieve (serie), • Condensator met gelijkstroomweerstand (parallel), impedantie • Vectorvoorstelling • De complexe operator ‘j’ (‘i’) • Complexe notatie van een wisselstroom of spanning Amplitude Fase • Bewerkingen met complexe rechthoekcoördinaten (U) getallen in • Bewerkingen met poolcoördinaten (U) getallen in complexe PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Berekeningen gebeuren bij voorkeur complex, besteed geen aandacht aan rekenwerk, de grafische rekenmachines zijn in staat de complexe bewerkingen in een wip correct uit te voeren. • Coördineer desgewenst met de leerkracht wiskunde. 30 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen 5.2 Elektronica 5.2.1 Eenvoudige combinatorische digitale systemen toelichten LEERPLANDOELSTELLINGEN 83 84 85 86 87 88 LEERINHOUDEN Het verschil tussen en het kenmerk van analoge en digitale signalen toelichten. Een waarheidstabel definiëren en opstellen uitgaande van een probleemstelling. Logische vergelijkingen opstellen uitgaande van een eenvoudige probleemstelling. De functie toelichten. van de basispoorten De functie en opbouw van de afgeleide poorten toelichten. Zelfstandig een eenvoudig systeem ontwerpen. (U) 2de graad tso Industriële wetenschappen digitaal • Analoog versus digitaal signaal • Voor- en nadelen • Toepassingsvoorbeeld van een analoog/digitaal systeem • Probleemomschrijving • In- en uitgangsvariabelen • Waarheidstabel • Logische functie: begripsomschrijving • NIET-functie EN-functie OF-functie Basispoorten NIET EN OF • Waarheidstabellen • Symbolen • Logische vergelijkingen • Afgeleide poorten NEN NOF EXOF EXNOF • Waarheidstabellen • Symbolen • Logische vergelijkingen • Digitaal systeem Probleemvoorstelling In- en uitgangsvariabelen Waarheidstabel Praktische realisaties 31 D/2007/0279/005 PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Enige voorstudie van verband houdende doelen en inhouden uit het vak Technologische opvoeding is wenselijk, het is de bedoeling de draad weer op te nemen waar die in de eerste graad werd neergelegd. Differentiatie in de aangeboden oefeningen kan sterkere leerlingen blijvend motiveren. • Deze doelstellingen fungeren als opstapje naar de programmeerbare bouwstenen, maak de leerlingen attent op het feit dat logische poortjes de bouwstenen van elk computersysteem zijn. Blijf er ook niet té lang in hangen, de leerlingen staan te popelen om zich moderne technologieën eigen te maken. • Naast het bouwen van schakelingen kan simuleren zinvol zijn. 5.2.2 Digitale systemen met programmeerbare bouwstenen ontwerpen en realiseren LEERPLANDOELSTELLINGEN 89 90 91 92 Programmeerbare bouwstenen elektronica situeren. LEERINHOUDEN uit de Een programmeerbare elektronische schakeling samenstellen in functie van een eenvoudige opdracht. (U) Van een eenvoudig proces een gedetailleerd en eenduidig algoritme opstellen. De opbouw van een gestructureerd proceduregericht programma toelichten en gestructureerd programmeren. 93 Digitale gegevens verwerken proceduregericht programma. 94 Analoge data verwerken in proceduregericht programma. (U) 32 D/2007/0279/005 in • Computer (pc) • Microcomputer • Single Chip Microcomputer (Microcontroller) • PLD • Modulaire opbouw van een microcomputer systeem In- en uitvoer Microcontroller verwerkingseenheid • Kenmerken van een algoritme • Opstellen van een algoritme • Toepassingen zoals bv.; • Fietslooplichtje Kleine robot centrale Grafische programmeertaal Gebruik van gegevens, variabelen Operatoren Enkelvoudige en meervoudige selectie Lussen en iteraties Functies en procedures een • Digitale in- en uitvoer een • Analoge in- en uitvoer 2de graad tso Industriële wetenschappen PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • De leerlingen programmeren uitsluitend met grafische interfaces en grafische programmeertalen. In elk geval dient het verwerven van inzicht en een analytische ingesteldheid centraal te staan, niet de programmeertaal! • Het inspireren en motiveren van leerlingen vraagt een geïnspireerde, gemotiveerde en creatieve leerkracht, waak er echter over dat je in de leefwereld van de lerende blijft. Je kan voor het werken van rond deze doelstellingen een kleine bewegende robot gebruiken. Robotjes en geautomatiseerde systemen zijn bijzonder attractief. • Het is niet de bedoeling om de volledige werking van noch de microcontroller, noch de pc aan te leren. Het gebruik van een grafische programmeertaal maakt deze kennis in dit stadium in grote mate overbodig. Het sleutelelement in bovenvermelde doelen is enerzijds het verwerven van inzicht en anderzijds het stimuleren, motiveren, van de leerlingen. • Neem de leerlingen mee op een ontdekkingstocht door de technische informatica en de elektronica, breng diverse sensoren – detectoren aan met enige duiding van de gebruikte technologie echter zonder de leefwereld van de leerling te verlaten! Een gedetailleerde studie van de gebruikte technologieën gaat in dit stadium te ver. 5.2.3 De functie en het gedrag van halfgeleiderbouwstenen in een elektrische kring toelichten LEERPLANDOELSTELLINGEN 95 96 97 98 99 Het gedrag van de geïdealiseerde diode in doorlaat en sper beschrijven. De werking van diode als begrenzer toelichten. Logische functies met dioden opbouwen en de werking van de schakeling experimenteel toelichten. De werking van enkele eenvoudige gelijkrichterschakelingen met behulp van een experiment verduidelijken. Het toepassingsgebied van een LED belichten. 2de graad tso Industriële wetenschappen LEERINHOUDEN • Geïdealiseerde diode Symbool Gedrag in doorlaat en in sperzin • Boven een bepaald niveau • Onder een bepaald niveau • Tussen twee niveaus • Controlemetingen • Bedrade logica met dioden • • EN functie OF functie Gelijkrichterschakelingen Enkelzijdig Dubbelzijdig LED Soorten Polarisatie Symbool Karakteristieken (lichtintensiteit voorwaartse stroom) Voorschakelweerstand i.f.v. 33 D/2007/0279/005 100 101 102 Het werkingsprincipe van een fotodiode toelichten. (U) Het werkingsprincipe van fotovoltaïsche cel toelichten. (U) een Eenvoudige toepassingen met een MOSFET als schakelaar opbouwen en de werking toelichten. • • • Fotodiode: Principe Uitvoeringsvorm Karakteristiek Symbool Toepassing Fotovoltaïsche cel: Principe Uitvoeringsvorm Karakteristiek Toepassing MOSFET als schakelaar Resistieve belasting. Inductieve belasting (U) PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Maak gebruik van het hydrodynamisch model om de werking van een diode (terugslagventiel) te verklaren. Bij een functionele studie van dioden is een gedetailleerde studie van de halfgeleiderfysica overbodig. • Zorg voor een gepaste integratie van bovenstaande doelen in het vak elektriciteit. Elektronica en elektriciteit gaan hand in hand, zorg ervoor dat het ook zo overkomt bij de leerlingen. Dioden kunnen bijzonder verhelderend zijn bij het aanbrengen van stroomzin – polariteit. • Bouw, waar mogelijk, diode toepassingen op met LED’s, het oplichten van de LED bij het in geleiding treden van de diode kan, voornamelijk bij gelijkrichterschakelingen en logische functies, bijzonder inzichtverdiepend zijn. • Benader de MOSFET toepassingsgericht. Een klein relais schakelen behoort tot de mogelijkheden en bevordert de integratie van deze doelen in het vak elektriciteit. 34 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen 6 Leerplandoelstellingen, leerinhouden en didactische wenken voor de component mechanica (U): doelstellingen en leerinhouden die als uitbreiding kunnen worden behandeld, middels het realiseren van proefopstellingen en uitvoeren van experimenten. 6.1 Mechanica De leerling verwerft in de cluster mechanica, middels het realiseren van proeven, basisinzichten in de wiskundige wetenschappelijk onderbouwde wetmatigheden van de mechanica in het bijzonder de statica, kinematica en dynamica. Hij kan ze met succes toepassen in de theoretisch-technologische vakken van de vervolgopleiding. LEERPLANDOELSTELLINGEN LEERINHOUDEN 103 • De basisbegrippen van de bewegingsleer beschrijven. Scalaire en vectoriele grootheid • Rust en beweging • Baan 104 De relatie tussen de elementen van de bewegingen interpreteren en waardes berekenen. 2de graad tso Industriële wetenschappen Voorstelling Som, verschil, projectie Rechtlijnig, kromlijnig • Bewegingsrichting en -zin • Lengte- en tijdseenheden • Afgelegde weg en verplaatsing • Snelheid • Versnelling • Middelpuntshoek • Graad, radiaal • Omrekeningen bij grootheden, eenheden en symbolen • Vectoriële voorstellingen • Eenparig rechtlijnige beweging Definitie De bewegingswet Formuleringen Tijd-snelheidsdiagram; oppervlakte Berekeningen van snelheid, afgelegde weg, plaats en tijd Tijd-wegdiagram, hellingshoek 35 D/2007/0279/005 • Eenparig cirkelvormige beweging Begrippen: diameter, rotatiefrequentie omtreksnelheid, hoeksnelheid Definitie De bewegingswet Formuleringen Tijd-snelheidsdiagram Verband tussen hoek- en omtrekssnelheid Berekeningen van snelheid, afgelegde weg, doorlopen hoek, hoeksnelheid, rotatiefrequentie • Verbanden tussen ERB en ECB • Eenparig veranderlijke rechtlijnige beweging • Definitie Versnelling De bewegingswet Formuleringen Tijd-wegdiagram, hellingshoek Tijd-snelheidsdiagram, oppervlakte Berekeningen van snelheid, versnelling, gemiddelde snelheid, afgelegde weg, plaats en tijd Vrije val en verticale worp Eenparig veranderlijke cirkelvormige beweging Definitie Hoekversnelling Tangentiële en normale versnelling De bewegingswet Formuleringen Verband tussen EVRB en EVCB Berekeningen van snelheid, ogenblikkelijke hoeksnelheid hoekversnelling, gemiddelde hoeksnelheid, doorlopen hoek, afgelegde weg, plaats en tijd Relatie omtreksnelheid – snijsnelheid o o • 36 D/2007/0279/005 m/min m/s Samenstellen van twee eenparige rechtlijnige bewegingen 2de graad tso Industriële wetenschappen 105 De overbrengingswijze van eenparige bewegingen in toepassingen herkennen en de technologische begrippen van de overbrengingscomponenten toelichten. • Overbrengingen • Rechtlijnig-cirkelvormig en omgekeerd • • 106 De overbrengingsverhoudingen mechanismen berekenen. van • Kruk – drijfstang Cirkelvormig-cirkelvormig Riemen – riemschijven Tandwielen Kettingen Technologische begrippen: Kop-, steek, voetcirkel Modulus Draaizin Slip Riemen, tandwielen, kettingen Overbrengingen Berekeningen : o o Rotatiefrequenties Overbrengingsverhoudingen 107 De traagheidswet formuleren en aan de hand van voorbeelden toelichten. • Eerste wet van Newton 108 De invloed van de resulterende kracht en de massa op de bewegingstoestand, formuleren. • Tweede wet van Newton • Grootheden, eenheden en symbolen Berekenen van kracht, versnelling, massa Meten van krachten Vectoriële voorstelling van een kracht Gewicht van een lichaam 109 De wet van actie en reactie formuleren en toelichten aan de hand van voorbeelden. • Derde wet van Newton 110 Coplanaire ontbinden. • Coplanaire krachten • Resultante krachten 2de graad tso Industriële wetenschappen samenstellen en Definitie Bepaling van de resultante: grafisch, analytisch Krachten met dezelfde werklijn Samenlopende krachten, Evenwijdige krachten Ontbinding en deelkrachten berekening van de 37 D/2007/0279/005 111 112 Het moment van een kracht definiëren en formuleren. De algemene evenwichtsvoorwaarden bij lichamen formuleren en toepassen. • Moment van een kracht Grootheid, eenheid, symbool Moment van een kracht t.o.v. een punt Principewerking van een momentsleutel Moment van een stelsel van coplanaire krachten t.o.v. een punt Stelling van Varignon Ontbinding en deelkrachten Krachtenkoppel Moment van een krachtenkoppel Vectoriële voorstelling berekening van de • Lichamen waarop coplanaire krachten werken • Vrij en gebonden lichaam Lichaam vrijmaken Evenwichtsvoorwaarden Berekening steunpuntreacties Lichamen ingeklemd en opliggend op twee steunpunten 113 Bij constructies en/of krachtswerking ervaren. de • Het verrichten van eenvoudige krachtmetingen 114 Het begrip glijdende wrijving formuleren, interpreteren en toepassen. • Soorten wrijving : statisch, dynamisch onderdelen Smering Begrippen o o o 115 116 De begrippen arbeid en vermogen van een kracht in toepassingen interpreteren en berekenen. Het begrip energie in interpreteren en berekenen. 38 D/2007/0279/005 toepassingen Normaalkracht Wrijvingskracht Wrijvingfactor • Begrip Arbeid en vermogen • Arbeid en vermogen bij een constante kracht en een eenparige rechtlijnige beweging • De werklijn van de kracht en de beweging vallen samen De werklijn van de kracht en de beweging maken een hoek Energie Begrip energie Mechanische energieomzettingen Energievormen De wet van behoud van energie Berekenen van potentiële en kinetische energie 2de graad tso Industriële wetenschappen 117 118 119 Zwaartepunten van lichamen theoretisch berekenen en in toepassingen proefondervindelijk bepalen. • Zwaartepunt Definitie begrip statisch moment Bepaling bij enkelvoudige vlakke figuren: vierkant, driehoek, cirkelvormige doorsnede, rechthoek... Bepaling bij samengestelde figuren Bepaling bij volumes (U) Gewichten en hun aangrijpingspunten bij lichamen berekenen. Van bovenstaande leerinhouden proeven voorbereiden, uitvoeren en resultaten formuleren en toelichten. • Onder begeleiding een onderzoeksvraag bij een eenvoudig mechanisch probleem formuleren. • Experimenten of onderzoeksopdrachten uitvoeren aan de hand van een gesloten instructie. • Onder begeleiding gepaste hulpmiddelen en informatie gebruiken om gegevens te verzamelen, relaties te onderzoeken en resultaten voor te stellen. • Onder begeleiding reflecteren over te bekomen resultaten en over de aangewende methode. • Onder begeleiding verschillende fasen van de gebruikte mechanische onderzoeksmethoden in een zelf uitgevoerd experiment herkennen. • Al de inhouden van het hierboven beschreven deel komen in aanmerking om leerlingen creatief en proefondervindelijk te laten werken PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • De doelstellingen van de mechanica en lab hebben naast de algemeen wetenschappelijk vormende waarde ook de functie van basis om op een wetenschappelijke wijze te kunnen werken voor labopstellingen, praktijk, ... in de vervolgopleiding 3de graad. • De vertaling van de abstracte leerstof naar een concreet niveau is voor de leraar mechanica een zeer belangrijke opdracht. Het werken via praktische voorbeelden uit de leefwereld van de lerende is dan ook onmisbaar. • Het is zeer belangrijk om de begrippen zoals kracht, arbeid, vermogen rendement enz. vakoverschrijdend aan te brengen. • Daar waar de mogelijkheid zich voordoet moet worden gewerkt met vectoriële voorstellingen. Dit laat aan de lerenden toe zijn transfervaardigheden te verhogen en vergemakkelijkt de overgang met andere disciplines uit de fysica. • Het toepassen van de theorie in de lessen mechanica en lab mag zich niet enkel beperken tot het oplossen van vraagstukken , maar dient te worden aangevuld met het opbouwen en bestuderen van praktische opstellingen. Op deze wijze zal de leerling de wetmatigheden die gelden in de mechanica gemakkelijker begrijpen en komen berekeningen tot hun volle recht. Dergelijke proeven zullen ontegensprekelijk bijdragen tot het verbeteren van inzicht in de mechanica en tot het verhogen van het rendement. Hierbij is een goede samenwerking tussen de leerkracht Mechanica en lab en de leerkracht Realisaties mechanica onontbeerlijk. Dergelijke opdrachten zijn vakoverschrijdend : de leerlingen maken een opstelling in de lessen praktijk, aansluitend worden metingen uitgevoerd tijdens de lessen Mechanica en lab. • Bij het werken met waardes als het gevolg van metingen of resultaten van berekeningen moet gelet worden op de nauwkeurigheden en moeten de regels van het technisch rekenen worden toegepast; • Berekeningen en resultaten worden genoteerd in een overzichtelijk verslag, dat de gehele werkgang bevat vanaf de opstelling (schematische voorstelling) tot het afleiden van de benodigde formules en de berekeningen op basis van bekomen meetresultaten. 2de graad tso Industriële wetenschappen 39 D/2007/0279/005 6.2 Realisaties mechanica Realisaties voorbereiden en uitvoeren; LEERPLANDOELSTELLINGEN 120 LEERINHOUDEN Het belang van genormaliseerde voorschriften • in tekeningen toelichten. Tekening als communicatiemiddel ontwerper en uitvoerder • Bladschikking • Projectiemethode – Symbolische voorstelling • Schikking van de aanzichten • Schalen • Titelhoek: standaard 121 122 Aan de hand van een schets tekeningen met een CAD-pakket maken. Instellingen • Tekenhulpmiddelen • Functies Van bestaande constructies, de meetkundige • basisvormen herkennen, de afmetingen opmeten en een isometrisch perspectief schetsen/tekenen. Van constructies de aanzichten en nodige doorsneden schetsen en/of op schaal tekenen. Verklaring van de invulling • • 123 • Teken Editeer Beeld Arceer Maten Bibliotheek Afdruk Constructies en constructie-elementen Meetkundige basisvormen (2D en 3D) Opmeettechnieken Isometrisch perspectief Schets- en tekentechnieken Afmetingen Kwaliteitskenmerken Aanzichten Tekenschaalgrootte Schikking van de aanzichten Keuze van het aantal aanzichten Bijzondere aanzichten o o o o o 40 D/2007/0279/005 tussen Gedeeltelijke aanzichten Plaatselijk aanzicht Details op grotere schaal Onderbroken aanzicht Neergeslagen aanzicht 2de graad tso Industriële wetenschappen • Platte vlakken Vereenvoudigingen (bv. weglaten van onzichtbare lijnen …) Werkelijke snijlijnen (bv. boring in een cilinder) (U) Fictieve snijlijnen werkstukken) (U) Aanduiding Plaatsing Arcering Niet-doorgesneden onderdelen Soorten doorsnede o o o o o o 125 Op een tekening van een constructie genormaliseerde uitvoeringsvoorschriften en maten aanbrengen. • Functioneel Afwerkingvolgorde Montage Referentievlak, -punt Eenheden Aanduiding – uitvoering Genormaliseerde voorschriften Opbouw maataanduiding o Kettingmaten o Parallelmaten o Coördinaten Specifieke maataanduiding o o o o o 2de graad tso Industriële wetenschappen Snijding door 1 vlak Snijding door evenwijdige vlakken Snijding door samenlopende vlakken Snijding door opeenvolgende vlakken Snijding door cilindrisch vlak Ter plaatse neergeslagen en buitengebrachte doorsnede Half aanzicht, halve doorsnede Plaatselijke doorsnede Details op grotere schaal Delen gelegen voor het snijvlak o o • afgeronde Maatvoering Voor een constructieonderdeel de relatie tussen de maatvoering, de genormaliseerde voorschriften en de functie toelichten. bij Doorsnede o o o 124 (bv. Afrondingen en bogen Afschuiningen Gleuven Hoeken Symbolen (cirkelvormig, vierkant, bol) 41 D/2007/0279/005 Schroefdraad (U) Soorten schroefdraden o o o o Begrippen o o o o o o Buitendiameter Kerndiameter Spoed Draaddiepte Uitloop Afschuiningen Genormaliseerde schroefdraad Afmetingen opzoeken in tabellen Schroefdraad volgens norm Symbolische voorstelling op de tekening Uitwendig (aanzicht, doorsnede) Inwendig (aanzicht, doorsnede) Maataanduiding schroefdraad • Tandwielen (U) • Tolerantie Eenheden Opbouw tolerantie Begrippen i.v.m. tolerantie o o o o o o • 42 D/2007/0279/005 Bevestigingsschroefdraad Bewegingsschroefdraad Rechtse – linkse Metrisch Nominale afmeting Werkelijke afmeting Grensafmeting Tolerantieveld Algemene tolerantie Speling Soorten passing Losse passing Vaste passing Glijdende passing • Tekenen • Plaatsing • Algemene tolerantie • Genormaliseerde voorstelling, aanduiding • Tolerantiewaarde opzoeken • Functie van de constructie Samengaan met andere onderdelen Draaien, schuiven, klemmen, steunen, uitzicht 2de graad tso Industriële wetenschappen 126 127 Het ISO-passingstelsel toelichten. (U) Een materiaalkeuze bij een constructie(s) met eigen woorden toelichten. • • Passingstelsel (U) Eenheidsboring – Eenheidsas Speling Genormaliseerde voorstelling, aanduiding Tabellen tolerantiewaarde Materialen Soorten o o o Kenmerken o o o • In een gemonteerde constructie of pneumatisch schema de verschillende energiekringen en componenten herkennen, de componenten benoemen en hun functie toelichten. Toelevering o Handelsvorm • Aanduiding op tekeningen • Energiekringen • • Pneumatische Mechanische Kinematische Vermogens Componenten Benoemen Symbolische voorstelling Tandwielen Riemen, riemschijven… Geleidingen… Pneumatische energiekring Toepassingsgebied van perslucht Overzicht van de gebruikte componenten o o o 129 Mechanische constructies aangepast aan het studierichtingsprofiel ontwerpen. 130 Een vormgevingsproces kiezen. 2de graad tso Industriële wetenschappen Treksterkte Hardheid Massadichtheid Verantwoorde keuze 128 Ferrometalen Non-ferrometalen Kunststoffen • Cilinders Ventielen Leidingen Vormgevingsprocessen Verspanen Plaatbewerking Montage 43 D/2007/0279/005 131 132 133 Machines en gereedschappen kiezen. De gereedschappen en machines volgens verstrekte richtlijnen oordeelkundig gebruiken, onderhouden en opbergen. Machines en gereedschappen instellen. • Mogelijkheden van machines Aard van de bewerkingen Bewerkingsafmetingen Stabiliteit Vermogen • Mogelijkheden van gereedschappen • Machines en gereedschappen Handleiding Gebruik Instelling Onderhoud Opbergen • Machine-instructiekaart • Onderhoud-instructiekaart • Bewerkingsparameters O.a. snijsnelheid, voedingssnelheid Plooihoek, plooiradius… Maximum moment (momentsleutel) 134 135 136 Werkstukken en gereedschappen opspannen. • Uitvoeringen voorbereiden en begeleiden. Bij het vormgeven preventief werken in verband met de veiligheid. • Evenwichten • Vrijheidsgraden • Opspanmiddelen • Relatie tekening werkstuk • Simulaties van bewerkingen • CNC-programmatie • • 44 D/2007/0279/005 Inwerkende krachten Machine assenstelsels Coördinaten van punten Banen tussen punten Absolute en incrementele maatvoering Codes Gedwongen constante snelheden Veiligheidvoorschriften Draaiende delen Snijgereedschappen … Machinale bewerkingen Conventionele werktuigmachines CNC-gestuurde werktuigmachines 2de graad tso Industriële wetenschappen 137 138 139 Bij het vormgeven het eigen werk evalueren. Constructies opmeten in functie van de opgelegde nauwkeurigheidsgraad met een passend meetgereedschap. Van verspanende snijgereedschappen de kenmerken en de factoren die bij een verspanende bewerking het snijproces, de spaanvorming beïnvloeden, proefondervindelijk vaststellen en toelichten. • Kwaliteitscriteria – functionele toleranties • Evalueren – opmeten – rapporteren • Meet- en controle-instrumenten Meetopstelling Rapportering Meetgereedschappen Schuifmaat Schroefmaat Meetklok Hoekmeter Eindmaten (U) • Meetbereik • Nauwkeurigheid • Meet -, afleesfouten • Interpretatie gemeten waarde • Snijgereedschap Materiaal Standtijd Kenmerken o o • Draaibeitels Frezen Mantelfrees Kopfrees Vingerfrees Spiebaan Onderdelen van samengestelde snijgereedschappen – houders Beïnvloedende factoren Snijproces Te bewerken materialen Hoeken - snijdgeometrie o o o o o Spaanvorming o o o o o o 2de graad tso Industriële wetenschappen Hoofdsnijkant Wighoek Spaanhoek Vrijloophoek Hulphoeken Snijbeweging Voedingsbeweging Snijdiepte Spaandoorsnede Spaanvorm Spaansoorten Koeling en koelvloeistof 45 D/2007/0279/005 140 Bij het verspanen van werkstukken, het snijproces en snijgereedschap kiezen, de snijparameters bepalen en de werktuigmachine instellen. • • Smering Vorm en grootte van het werkstuk Keuze snijproces - snijgereedschap Draaien Frezen Boren De bewerkingsparameters bepalen Snijsnelheid o o Voedingsnelheid o o o 141 142 Snijgereedschappen opspannen. en werkstukken Verspanen met CNC-machines. (U) Raadplegen Boeken Tabellen De rotatiefrequentie berekenen. Raadplegen Boeken Tabellen Snijdiepte De voedingssnelheid berekenen • Instellen van de verspanende werktuigmachine • Opspanningen snijgereedschappen werkstuk • Hulpmiddelen en opspangereedschap Werkstukreferentiepunten Klemming, inwerkende en reactiekrachten Evenwichten Vrijheidsgraden CNC-uitvoering Bewerkingsresultaten: o Product- en proces gebonden Maten Soorten spaanvorming PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Schetsen en tekenen is geen doel op zich ze zijn een hulpmiddel om de voorgelegde plannen en schema’s correct te lezen en te interpreteren. • Maak gebruik van softwarepakketten om het ruimtelijk voorstellingsvermogen en ruimtelijk inzicht te ontwikkelen. (Tekenpakketten, rekenbladen, presentatieprogramma’s.) • Om de integratie van het schetsen en tekenen met het uitvoeren te realiseren biedt het werken met projecten een mogelijkheid. • Om van een constructie over te gaan naar de 2D-tekening vertrekken we in het begin altijd van een concreet voorwerp om dan via afbeeldingen en 3D-voorstellingen over te gaan naar de 2D-voorstelling. (isometrische voorstellingen, plannen, foto’s, dia’s, modellen, schaalmodellen) • Voor het schetsen van isometrische voorstellingen gebruikt men in het begin bij voorkeur gerasterd papier. • Maak gebruik van aan te vullen tekeningen om symbolische voorstellingen aan te leren. 46 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen • Heel wat constructieonderdelen kan men vinden in catalogi, op het internet of op cd-roms. Geef de leerlingen de kans om deze te integreren in uitvoeringstekeningen. • Maak bij een nieuw project of thema telkens duidelijk welke doelstellingen men wenst te bereiken en welke de te verwachten problemen zullen zijn. Gebruik hiervoor meerdere kanalen: tekeningen, schetsen, videobeelden, demonstraties, …. • Vergelijk de belangrijkste kenmerken van de te verwerken materialen met elkaar. Bij het bespreken en vergelijken van de kenmerken van materialen steeds aanduiden ten opzichte van een ander materiaal bvb staal heeft een grotere weerstand tegen breuk dan aluminium. Doe hiervoor enkele eenvoudige proeven in het bijzonder naar verwerkbaarheid toe. • Om het monteren duidelijk te maken zijn didactische opstellingen, opengewerkte modellen en voorbeelden van montages een belangrijke steun en dragen ongetwijfeld bij om de functie, werking en afstelling van de verschillende componenten toe te lichten. • Vergelijk de te maken onderdelen met in de handel verkrijgbare onderdelen. Wijs op de overeenkomsten en de verschillen. Gebruik hierbij catalogi van leveranciers, documentatiemateriaal, internet en cd-roms… • Hoewel in dit leerplan een afzonderlijk hoofdstuk gewijd is aan de veiligheid en milieu, is het noodzakelijk om bij iedere praktijkopdracht nog eens extra de aandacht te vestigen op de specifieke veiligheids- en milieuaspecten. • Het motiveert de leerlingen als de hedendaagse technologieën en uitvoeringen aan bod komen. Vaak is het om didactische en pedagogische redenen noodzakelijk om via verouderde technologieën de kleine opstap te maken maar dit mag geen excuus zijn om niet met de nieuwste technologische toepassingen bezig te zijn. • Het verantwoord kiezen moet voor deze leerlingen een attitude worden. Ze moeten dus regelmatig tot keuzes kunnen komen. De leerlijn kan gaan van gemaakte keuzes verantwoorden tot zelf verantwoord kiezen. • Leg bij de praktische uitvoering naast het correct uitvoeren van de opdracht ook het accent op het correct opspannen van het werkstuk en de keuze en de wijze van opspannen van het snijgereedschap. • Voorzie de mogelijkheid om een proef te kunnen doen op snijgereedschappen met extreme geometrie, bv. vrijloop hoek nul graden en 20 graden. • Besteed niet alleen aandacht aan de geometrie van het verspanend gereedschap op zich maar ook in relatie tot het werkstuk en uit te voeren werkzaamheden. Laat de leerlingen schetsen maken van de hoeken door doorsneden van de gereedschappen te maken loodrecht op de hoofdsnijkant. Dit kan door handmatig te schetsen of door CAD-mogelijkheden. • Schenk bij het bestuderen van de verspaningmachines aandacht aan de krachten die op de machine en op het te vervaardigen constructieonderdeel/werkstuk worden uitgeoefend. • Door technische folders, catalogi te bestuderen krijgt de leerling inzicht in recente systemen en wordt zo met de nieuwste ontwikkelingen geconfronteerd. • Gebruik correcte benamingen voor de verspaningsgereedschappen en de onderdelen ervan. • Leg de nadruk op het belang van een verantwoorde keuze van een verspaningstechniek. • Bespreek de bewegingen van machines, gereedschap, hulpstukken en werkstuk ten opzichte van elkaar. Leg het verband met het feit dat de vormgeving van de werkstukken bepaald wordt door de relatieve bewegingen van de werkstukken en de verspanende gereedschappen. • Bij gestuurde machines is het belangrijk de weg te kunnen beschrijven vanaf een machinepunt naar een werkstukpunt en verder van werkstuk- naar werkstukpunt. Het verdient dan ook de aandacht om punten in het vlak en in de ruimte aan de hand van coördinaten te kunnen situeren. Laat hierop ruimtelijke oefeningen maken. • Leg de nadruk op de eisen die gesteld worden aan de machine i.f.v. te bereiken toleranties van het te vervaardigen werkstuk. • De verbinding tussen de werkvoorbereiding en de machinekeuze verdient veel aandacht. Een machine met een automatisch gestuurd proces vraagt naar een aangepaste voorbereiding. Leg de link met een 2de graad tso Industriële wetenschappen 47 D/2007/0279/005 werkvoorbereiding voor een niet automatisch gestuurd proces, wijs op de overeenkomsten en op de verschillen. • Leg de nadruk op de eisen die gesteld worden aan de machine i.f.v. te bereiken toleranties van het te vervaardigen werkstuk. • De verbinding tussen de werkvoorbereiding en de machinekeuze verdient veel aandacht. Een machine met een automatisch gestuurd proces vraagt naar andere voorbereidingen. • Controle van de uitgevoerde werkzaamheden is een belangrijke attitude. Het is belangrijk dat we leerlingen aanleren hoe ze zelfstandig evalueren. • Laat de leerlingen zoveel mogelijk meten op concrete werkstukken. Leg hierbij de link tussen de eisen aan het werkstuk gesteld, de functie ervan, de bewerkingstechniek en de meettechniek. • Laat hen de resultaten vergelijken met de opgelegde criteria. Laat hen conclusies formuleren. 48 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen 7 Realisaties industriële wetenschappen (complementaire component) (U) De mechanica en elektriciteit ontmoeten elkaar in het vak realisaties industriële wetenschappen. Mechanica, elektriciteit en technische informatica worden op een geïntegreerde manier aangeboden met als doel het inzicht van de leerlingen te verruimen in enerzijds de wetmatigheden van beide industriële wetenschappen en anderzijds de toepassingsgebieden ervan. Er wordt verder aandacht besteed aan het stimuleren van de creativiteit, en het inzichtelijk denken van de leerlingen. Concreet worden onderstaande competenties als leidraad bij de implementatie vooropgesteld: • De leerling is, bij het uitvoeren van realisaties, creatief, probleemoplossend ingesteld en neemt actief, zelfsturend, deel aan zijn of haar leer- en evaluatieproces. • De leerling is kritisch, analytisch ingesteld en is er op gericht eenvoudige processen uit te rafelen tot eenduidige algoritmen die hem in staat stellen de processen te automatiseren. • De leerling is er op gericht na het uitvoeren van een realisatie, nauwgezet te rapporteren in functie van de werking van de realisatie. 7.1 Elektrische schakelborden LEERPLANDOELSTELLINGEN 143 144 145 Van de uit te voeren werkzaamheden de tekeningen en schema’s lezen, de uitvoeringstekeningen aanvullen. De functie van de componenten in een systeem voor elektrische energieverdeling verklaren. Aan de hand van een elektrisch schema veilige en betrouwbare systemen voor elektrische energieverdeling realiseren. LEERINHOUDEN • CAE-pakket Tekeningen en schema’s Componenten Uitvoeringstekeningen • Codering • Energieverdeling Draad en kabel Verbindingen Installatiemateriaal Beveiliging van kringen Beveiliging van personen Aarding en equipotentiaalverbindingen PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Leer de leerlingen tekenen, niet een softwarepakket hanteren. • Het is niet de bedoeling dat de leerlingen een verdeelkast opbouwen, wel dat ze bij realisaties rond eenvoudige machinesturingen aandacht besteden aan bovenvermelde doelstellingen en inhouden. • Laat de leerlingen schakelingen en constructies opbouwen maar herleid de lessen realisaties niet tot het hanteren van gereedschap, leerlingen dienen evenzeer bij het concept betrokken te worden. • Laat de leerlingen zelfstandig gegevens opzoeken in catalogi en handleidingen. • Beperk de theoriemomenten tot het verklaren van het doel en de functie van de diverse componenten. De werking van de diverse componenten is van ondergeschikt belang. 2de graad tso Industriële wetenschappen 49 D/2007/0279/005 7.2 Eenvoudige machines en machinesturingen LEERPLANDOELSTELLINGEN 146 Constructies vormgeven door monteren. LEERINHOUDEN • • Tekeningen Uitvoeringstekeningen Overzichtstekeningen Deeltekeningen Isometrische voorstellingen Schema’s Onderdelen – componenten • Onderlinge relatie • Verschillende onderdelen met elkaar Verschillende onderdelen met het geheel Montagegereedschappen: Handleiding - montagevoorschriften Bepaling van de juiste (de)montagevolgorde • Montage • Evaluatie • 50 D/2007/0279/005 Onderdelen Bewegingsoverbrengend Vaste onderdelen Behuizing Verbindingen Spieverbindingen Penverbindingen Conische verbindingen Geleidingen Schroefdraden Verbinding Beweging Bevestigingsmiddelen Lagering bewegende delen Koppelingen Samenbouw Functionele werking Rapportering tekortkomingen (De)montage Voorschriften, instructie Sorteren van onderdelen Opbergen van onderdelen Selectief verwijderen Recycleren onderdelen 2de graad tso Industriële wetenschappen 147 148 Volgens een uitvoeringsplan pneumatische componenten monteren en aansluiten en een goede functionerende werking volgens opgave controleren. Constructies vormgeven door plaatbewerking. • Montage componenten • Circuit • • • 149 150 151 152 Volgens een uitvoeringsplan elektropneumatische componenten monteren en aansluiten. De werking van een elektropneumatische installatie toetsen aan de vooropgestelde criteria. Diverse sensoren aansluiten en de realisatie testen op functionaliteit. Diverse actuatoren aansluiten en de realisatie testen op functionaliteit. • Bediening enkelwerkende cilinder Bediening dubbelwerkende cilinder … Afmetingen van het te bewerken plaatmateriaal Aftekentechnieken Het uitvoeren van meetkundige constructies Het uitvoeren van ontvouwingen op ware grootte Optimaal materiaalgebruik Kniptechnieken Vorm Nauwkeurigheid Buigtechnieken Productvorm Materiaalvorm Elektrische en elektropneumatische schema’s Stuurkringen Vermogenkringen • Montage componenten • Kringen • • Bediening enkelwerkende cilinder Bediening dubbelwerkende cilinder Sensoren Drukknoppen Limietschakelaars Actuatoren Contactoren Bel – zoemer Deurslot Ventielen Eenvoudige motor 153 Met behulp van de documentatie van de fabrikant een micro PLC programmeren. • Eenvoudige machinesturingen met micro PLC 154 Een bestaand geautomatiseerd systeem met een micro PLC uitbreiden. • Manuele bediening • Halfautomatische bediening 2de graad tso Industriële wetenschappen 51 D/2007/0279/005 155 156 Analoge waarden verwerken met een microPLC. • Analoge inputs • Analoge outputs De bediening van een geautomatiseerd systeem naar de gebruiker toe uiteenzetten. PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN • Zorg voor reële projecten bij het plaatsen van limietschakelaars en sensoren. • Werk kleine manipulatoren uit, translaties in één, hoogstens twee dimensies inspireren de leerlingen en bevestigen hen in hun keuze voor Industriële wetenschappen. • Om leerlingen te motiveren is het aangewezen om toepassingen te realiseren waarin bewegende elementen voorkomen. • Laat de leerlingen enkel programmeren in een softwareomgeving, uitsluitend met grafische interfaces en uitsluitend met grafische programmeertalen. • Voor het werken met schema’s is het aangewezen gebruik te maken van concrete voorbeelden. Leg bij het gebruik ervan de nadruk op de algemene schemaopbouw en de niet merkgebonden overeenkomsten tussen de schema’s. • Laat de leerlingen bij het monteren aandacht besteden aan de instructies van leveranciers om met de juiste gereedschappen en machines op een correcte wijze te werken en ze te onderhouden. • Het correct toepassen van montage- en afstelgegevens bij het uitvoeren van werkzaamheden draagt ongetwijfeld bij tot de eigen veiligheid en deze van de gebruiker als voor de kwaliteit van het geleverde werk. • Besteed voldoende aandacht aan het onderhouden van machines en gereedschappen. • Een fiets als studieobject leent zich uitstekend voor montage en demontagewerkzaamheden, het bestuderen van de onderdelen en de diverse bewegingsmechanismen. Voor de leraar kan het ook een uitdaging zijn om te zoeken naar evenwaardige studieobjecten. • Maak foto’s van de constructies die de leerlingen gerealiseerd hebben. 52 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen 8 Minimale materiële vereisten 8.1 Infrastructuur 8.1.1 Werkplaats Men dient te beschikken over een ruime werkplaats, die beantwoordt aan de reglementaire eisen op het vlak van veiligheid, gezondheid, hygiëne, ergonomie en milieu. In het bijzonder wordt er aandacht gevraagd voor het verfraaien en het inrichten van oude of verouderde werkplaatsen. Zij bepalen immers in belangrijke mate het leer- en leefklimaat van de leerlingen. Voor alle betrokkenen blijft het een belangrijke uitdaging om voor deze leerlingengroep een aangename leeromgeving te creëren. Ook moet er voldoende ruimte worden voorzien voor het stapelen van materialen, het bergen van zwaar materieel en het opbergen van onderhoudsmateriaal. Een ruimte voor het wegbergen van dure of breekbare gereedschappen en meettoestellen is eveneens geen overbodige luxe. Daarnaast zijn volgende lokalen, liefst aangrenzend, noodzakelijk: • een goed uitgerust klaslokaal met documentatiecentrum • een goed uitgerust informaticalokaal met internetaansluiting • een wasplaats • een kleedkamer 8.1.2 Vaklokaal Algemeen • Schoolmeubilair • Projector • Pc’s, printer, software (ttekstverwerking, rekenblad, bestandsbeheer, simulatiepakketten, CAD- tekenpakket) 8.2 Specifieke minimale materiële vereisten per vak 8.2.1 Elektriciteit Dit is een geïntegreerd pakket, het veronderstelt derhalve een goed uitgerust vaklokaal voorzien van moderne media voor het aanschouwelijk aanbrengen van nieuwe inhouden. Alle experimenten opgenomen in dit leerplan zijn doeproeven, niettemin zijn enkele didactische meetinstrumenten en didactische panelen onontbeerlijk voor het begeleiden van de door de leerlingen uitgevoerde experimenten. De opstelling van het meubilair in het vaklokaal spoort de leerlingen aan om niet alleen van de leerkracht maar ook van de medeleerlingen te leren, een ruim lokaal waar experimenten en theorie elkaar dienen. Individuele uitrusting per meetgroep elektriciteit-elektronica • Universeel plug-in systeem • Plug-in componenten, weerstanden spoelen en condensatoren • Meetsnoeren 2de graad tso Industriële wetenschappen 53 D/2007/0279/005 • Multimeters • Regelbare, begrensde voeding (0-30V, 0-2A) • LF-Functiegenerator • LF-Oscilloscoop • Begrensde stroombron voor doeproeven rond elektromagnetisme (vb. lastransformator) • Diverse kernen, spoelen en kompasnaaldjes voor doeproeven rond elektromagnetisme • Platform voor het grafisch ontwikkelen van proceduregerichte programma’s • PC’s met grafische programmeersoftware voor programmeerbare bouwstenen en micro PLC’s 8.2.2 Mechanica Dit is een pakket dat een goed uitgerust vaklokaal vraagt, voorzien van moderne media voor het aanschouwelijk aanbrengen van de inhouden. Verder moet er voldoende uitrusting aanwezig zijn om experimenten opgenomen in dit leerplan uit te voeren. 8.2.3 Realisaties mechanica Kledij en individuele beschermingsmiddelen • Oordopjes • Overall • Veiligheidsbril met zijschermen • Veiligheidshandschoenen • Veiligheidsschoenen Metaalbewerkingsmachines met bijbehorende snijgereedschappen Uitrusting per groep • CNC-gestuurde machine • Zaagmachine • Boormachine • Slijpmolen • Draaibank • Freesmachine • Metaalboren • Centerboor • Draaibeitels • Frezen: mantel-, kop-, vinger-, spiebaan-, mantelkopfrezen… • Zaagbladen 54 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen Afteken- en meetgereedschappen in de werkplaats Uitrusting per groep • Afschrijfnaald • Aftekentafel • Schroefmaten • Dieptemaat • Set geslepen V-blokken (U) • Set haakse steunblokken (U) • Schroefdraadmal (U) • Hoogtemeter (U) • Krasblok • Meetklok • Maatlat 15 cm • Set ruwheidplaatjes (U) • Schuifmaten • Traceergereedschappen • Hoekmeter • Winkelhaak • Beitelkrachtmeter (U) • Binnenpasser (U) • Dubbele meter • Set pen- en bekkalibers (U) • Schroefmaat voor schroefdraadmeting (U) 8.2.4 Pneumatica Uitrusting per groep Algemeen • Compressorgroep met luchtconditioneringsgroep • Manometer • Olienevelaar • Pneumatica schakeling- en simulatiesoftware • Pneumatische testbank • Insteekkoppelingen • Leidingen: vast en flexibele • Cilinders • Ventielen 2de graad tso Industriële wetenschappen 55 D/2007/0279/005 8.2.5 Realisaties IW (U) Uitrusting per groep Plaatbewerking • Plooibank • Plaatschaar • Soldeergereedschappen • Lastoestellen Elektrische schakelborden • Verbindingsmateriaal • Installatiemateriaal • Beveiligingsuitrusting Eenvoudige machinesturingen Cilinders • Dubbelwerkende cilinder zonder buffering • Dubbelwerkende cilinder met buffering • Enkelwerkende cilinder Blokkeerventielen • Snelontluchtingsventiel • Terugslagventiel Regelventielen • Drukbegrenzingsventiel • Drukreduceerventiel • Smoorventiel Stuurventielen • Handbediende ventielen: 2/2“,3/2“,5/2“ • Diverse vermogenschakelaars, differentieelschakelaars, elektrisch schakelmateriaal • Kleine elektrische schakelkastjes • Diverse schakelmateriaal voor rechtstreeks (schakelaars, drukknoppen) en onrechtstreeks schakelen (elektromagnetische en elektromechanische schakelaars) • Diverse sensoren, limietschakelaars met spanningsvrije contacten • Diverse micro PLC’s • Diverse actoren, kleine elektromotoren, ventielen en cilinders ed. • Mechanische constructies voor het monteren van limietschakelaars en actuatoren Metaalbewerkingsmachines met bijbehorende snijgereedschappen Uitrusting per groep • Draadsnijkussen • Draadtappen • Set ruimers 56 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen Handgereedschappen Uitrusting per groep • Bankhamer • Tangen • Handboormachine • Set inbussleutels • Individuele gereedschapskoffer • Kleine haakse slijpmachine (schijfdiameter 115 mm) • Metalen handbeugelzaag • Set schroevendraaiers • Set snijkussenhouders • Soldeerbout • Set steeksleutels • Universele doos potsleutels • Universele tang • Set verstelbare wringijzers voor tappen en handruimers • Set vijlen • Werkbank met bankschroeven • Set binnentrekkers voor kogellagers • Set borgveertangen voor binnenringen • Set borgveertangen voor buitenringen • Griptang met gebogen bekken • Handklingtang • Kleine haakse slijpmachine • Kniptang • Metalen handbeugelzaag • Montagetafel • Set penuitdrijvers • Platte stalen beitel voor mecanicien • Puntslag • Set riemschijfaftrekkers • Slagschroevendraaier • Splitpentang • Vijlenborstel (staaldraad) • Waterpomptang • Werkbank met bankschroeven 2de graad tso Industriële wetenschappen 57 D/2007/0279/005 9 Bibliografie Beroepsprofielen SERV Schaal voor attitudemeting (SAM) Verbond van Christelijke Werkgevers en Kaderleden Richtlijnen - Normen technisch tekenen CRITTO Gedifferentieerd leerpakket Elektriciteit K. Standaert Educatieve Uitgeverij, Antwerpen Serie elektrotechniek-Elektrotechnische begrippen L. Claerhout Wolters Plantyn Serie elektrotechniek- Elektriciteit L. Claerhout Wolters Plantyn Basiselektriciteit P. Goes Die Keure, Brugge Polytechnisch zakboekje Standaard educatieve Uitgeverij Belgiëlei 147 a 2018 Antwerpen Tabellenboek voor metaaltechniek Plantyn Werkplaatsmeettechniek Langereis F. De Vey Mestdagh Markt 51 4331 Middelburg ISBN 90 6376 012 4 Verspaningstechnologie De Vey Mestdagh Markt 51 4331 Middelburg ISBN 90 6376 012 4 Productietechnieken Muiser J. Educaboek BV Culemborg Nederland 58 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen Lijmen, lassen, solderen Wuich W. De Vey Mestdagh Markt 51 4331 Middelburg ISBN 90 6376 012 4 2de graad tso Industriële wetenschappen 59 D/2007/0279/005 10 Nuttige adressen Agoria Vlaanderen Diamantbuilding Reyerslaan 80 B 1030 Brussel Website: http://www.agoria.be/ Fechiplast Marie-Louizasquare 49 B 1000 Brussel BIN (Belgisch Instituut voor Normalisatie) Brabançonnelaan 29 1040 BRUSSEL Tel.: 02 520 22 33 Website: http://www.bin.be/NL/index.htm E-mail: [email protected] DBO (Dienst voor Beroepsopleidingen) Koningsstraat 93 bus 3 1000 BRUSSEL Tel.: 02 227 14 11 Fax: 02 227 14 00 Website: http://www.ond.vlaanderen.be/dbo/ E-mail: [email protected] KVIV (Koninklijke Vlaamse Ingenieurs Vereniging) Desguinlei 214 2018 ANTWERPEN Tel.: 03 216 09 96 E-mail: [email protected] Website: http://www.ti.kviv.be/critto Verbond van Kristelijke Werkgevers en Kaderleden Tervurenlaan 463 1160 BRUSSEL Tel.: 02 773 16 80 VLOR (Vlaamse Onderwijsraad) Leuvenseplein 4 1000 BRUSSEL Tel.: 02 219 42 99 Fax: 02 219 81 18 E-mail: [email protected] Website: http://www.vlor.be VIK (Vlaamse Ingenieurskamer) Herentalsebaan 643 2160 WOMMELGEM Tel.: 03 259 11 00 Fax 03 259 11 01 E-mail: [email protected] Website: http://www.vik.be 60 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen VMM (Vlaamse Milieumaatschappij) A. Van De Maelestraat 96 9320 EREMBODEGEM Tel.: 053 72 64 45 Website: http://www.vmm.be/ VVKSO (Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs) Guimardstraat 1 1040 BRUSSEL Tel.: 02 507 07 30 Fax: 02 511 33 57 E-mail: [email protected] Website: http://www.vsko.be WTCB (Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf) Maatschappelijke zetel Violetstraat 21-23 1000 BRUSSEL Tel.: 02 502.66.90 E-mail: [email protected] Website: http://www.bbri.be/wtcb.htm WTCM ( Wetenschappelijk en Technisch Centrum van de Metaalverwerkende nijverheid) Celestijnenlaan 300C 3030 Heverlee Educam (stichting voor beroepsopleiding in de autosector en aanverwante sectoren) Woluwedal 46, bus 0 1200 Brussel Tel.: 02 778 63 30 Fax: 02 779 11 32 E-mail: [email protected] http://www.educam.be Innovam (Innovatie- en onderwijscentrum motorvoertuigen en tweewielerbranche) Structuurbaan 2 3430 DV Nieuwegein Tel.: 030 608 77 77 Fax: 030 608 77 00 E-mail: [email protected] http://www.innovam.nl Federaturo vzw Woluwedal 46, Bus 9 1200 Brussel Tel.: 02 778 62 00 Fax: 02 778 62 22 E-mail: [email protected] http://www.federauto.be Febiac vzw Woluwedal 46, Bus 6 1200 Brussel Tel.: 02 778 64 00 Fax: 02 762 81 71 E-mail: [email protected] http://www.febiac.be 2de graad tso Industriële wetenschappen 61 D/2007/0279/005 Goca vzw Technologiestraat 21/25 1082 Brussel Tel.: 02 469 09 00 Fax: 02 469 05 70 http://www.goca.be Robert Bosch nv EA Division H. Genessestraat 1 1070 Brussel Tel.: 02 525 51 11 http://www.bosch.be Kluwer uitgevers Ragheno Business Park Motstraat 30 2800 Mechelen Tel.: 0800/94571 E-mail: [email protected] http://www.kluwer.be Autodata pvba Thillostraat 3 2920 Kalmthout Tel.: 03 666 45 36 E-mail: [email protected] http://www.autodata.be TAE nv ResaerchPark - Asse zone 1 Kranenberg 15 Bat 250 1731 Zellik Tel.: 02 481 79 00 Fax: 02 481 79 49 E-mail: [email protected] http://www.tae.be Vanheck.fts J. Monnetlaan 3 1800 Vilvoorde Tel.: 02 255 97 50 Fax: 02 255 97 60 E-mail: [email protected] http://www.vanheckfts.be 62 D/2007/0279/005 2de graad tso Industriële wetenschappen